Wat in den Raad aan de orde kont.
VAN OVERAL.
Agenda
1. Ingekomen stukken.
2. Benoeming onderwijzer aan school D; de
voordracht luidt:
No. 1. T. J. Overmeer te Haarlem.
No. 2. E. J. Gottschal te Haarlem.
No. 3. C. H. Jansen te Haarlem.
3. Goedkeuring rekening der Gezondheids
commissie over 1929.
4. Goedkeuring begrooting der Gezondheids
commissie voor 1931.
5. Conversie 5 geldleening in een 41/2
6.' Vaststelling belastingverordeningen in ver
band met wet tot regeling der finantiëele
verhouding van Rijk en Gemeenten:
a. classificatie voor de Gemeentefondsbe
lasting
b. id. voor de Personeele belasting;
c. heffing opcenten op Personeele be
lasting
d. invordering opcenten op Personeele be
lasting
e. aantal opcenten op Personeele belasting.
heffing opcenten op grondbelasting;
g. invordering opcenten op Grondbelasting.
7. Wijziging en aanvulling der Bouwverorde
ning.
8. Overdracht van den Zeeweg onder Zand-
voort aan die gemeente.
9. Aankoop grond voor verbreeding van den
Bloemendaalscheweg van de Mij. „Land-
lust".
li. Overname van grond van de Mij. „Veen-
duin" ter verbreeding van de Donkerelaan.
1. Ruiling van grond met de N.V. Ned. Mij.
van Roerende en Onroerende Zaken.
1. Verleening medewerking ex art. 72 L.O.-
wet 1920 voor verandering van de R.-K.
Jongensschool te Overveen.
Vaststelling voorwaarden voor aanleg van
enkele wegen op Rijnegom III.
Toewijzing van het terrein ten noorden der
Schapeduinen aan een Woningbouwver.
Aanvrage crediet voor bouw eener rijwiel
bergplaats bij de U.L.O. school aan den
Vjjverweg.
Ontheffing bepalingen der Bouwverorde
ning.
BELASTINGVOORSTELLEN.
B. en W. stellen voor, te bepalen in verorde-
nigen:
Er zullen jaarlijks, met ingang van het be-
tingjaar 1931, ten behoeve dezer gemeente,
de hoofdsom der personeele belasting worden
neven ten hoogste 100 opcenten.
2. De gemeente wordt voor de heffing der
rsoneele belasting naar de eerste twee grond-
gen ingedeeld in de derde klasse.
3. Met ingang van het belastingjaar 1931
..uilen ten behoeve dezer gemeente jaarlijks op
le hoofdsom der Grondbelasting worden ge-
"'en tachtig opcenten voor de gebouwde eigen-
iinen en twintig opcenten voor de ongebouw-
eigendommen.
Verder stellen B. en W. voor te besluiten voor
belastingjaar 1931 een getal van honderd
eenten te heffen op de Personeele belasting
de gemeente Bloemendaal.
STRANDING AAN ONS STRAND.
Ter hoogte van het wrak der Salento.
Zondagmorgen heel in de vroegte strandde
het Bloemendaalsche strand, ter hoogte al-
tar het wrak van de „Salento" ligt, een stoom-
;chip. Het vaartuig lag dichter bij het strand
lan de „Salento". Eenige sleepbooten uit
i muiden kwamen assistentie verleenen. De aan
boden hulp werd echter door den kapitein van
iet schip niet aanvaard en er werd de beman
ing van de sleepbooten medegedeeld, dat 't
?chip zelf wel los zou komen. De zee was heel
'•"istig, zoodat er geen gevaar te duchten was.
Om 10 uur des morgens was het inderdaad ge-
iikt los te komen en stoomde het schip op eigen
kracht verder. Naar we nog vernemen, luidde
de naam van het schip „Sylphonia" en is de
stranding waarschijnlijk te wijten aan den dich
ten mist, die er des morgens vroeg op de zee
hing. Van welke nationaliteit het schip was kon
men ons niet zeggen.
^üiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiii'iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Men drage bij sterken zonneschijn en ook als
in en last van hooikoorts heeft, een zonnebril.
Aan het strand is dat altijd aanbevelensivaardig
ter voorkoming van hoofdpijn en duizeligheid.
iüiüiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiii
DE METHODE.
Eenige weken geleden werd het Bloemendaal
sche Bosch vrij geregeld onveilig gemaakt door
een minderwaardig manspersoon op 'n fiets, 'die
het op alleen loopende vrouwen gemunt had.
Waarschijnlijk is het hetzelfde weerzinwekkende
wezen, dat jl. Woensdagavond omstreeks 11 uur
wederom onbehoorlijk optrad. De dame, wie het
nu gold en die eene andere in de buurt even naar
huis had begeleid, was gewapend met een wandel
stok, waarmede ze een flinke houw in 's mans
richting gaf, waarop hij vluchtte.
Dit is inderdaad de methode: Niet antwoorden
op een „goeden avond" van een manspersoon
dien men niet herkent en bij weerzinwekkend
naderen als geen derde in de buurt is zelf aanvallen.
Schunnige menschen zijn meestal lafaards en
zoodra men eenig teeken van leven ziet in de
buurt roepen. We moeten door samenwerking
zooiets hier finaal uitroeien.
RADIO-REDE.
Onze geachte plaatsgenoot, de filosoof dr. I. D.
Bierens de Haan, heeft dezer dagen voor de Radio
(Avro) een rede gehouden over „De mensch en
de natuur". Onze lezers zullen met genoegen
vernemen, dat wij in staat zijn binnenkort een
uittreksel uit die rede te publiceeren.
PERSONALIA.
Mej. K. Hofstede Crull, leerares aan de Midd.
Meisjesschool 't Kopje alhier, werd jl. Woensdag
door den gemeenteraad van Haarlem benoemd
tot leerares in de Nederlandsche taal en letter-
kunde aan de meisjes H.B.S. aan de Krocht
aldaar. Onze gelukwensch aan de benoemde!
Voor het doctoraal examen in de genees
kunde is geslaagd de heer J. N. Hilbrands te
Bloemendaal.
Te Amsterdam is geslaagd voor het
M.U.L.O.-examen, diploma A, de heer H. van
der Linde te Bloemendaal.
Te Leiden is geslaagd voor het candi-
daats-examen Indisch recht, Mej. A. E. Struyck
du Moulin te Aerdenhout.
GEMEENTERAAD.
Naar we vernemen vergadert de gemeente
raad Donderdag 17 dezer.
GEHEELONTHOUDING.
Door het Meetingcomité der Neutrale Geheel
onthoudersorganisaties, bestaande uit vertegen
woordigers van den Alg. Ned. Geh. Onth.Bond,
de Internat. Orde van Goede Tempelieren, de
Ned. Ver. tot Afschaffing van Alcoholh. Dranken
en de Spoorweg Onth. Ver., wordt op Zondag
13 Juli a.s. in Heiloo (op het bekende terrein
van Jbr. H. van Foreest) een provinciale meeting
voor geheelonthouding en plaatselijke keuze belegd.
De meeting wordt voorafgegaan door een
optocht met muziek en ontplooide banieren, welke
op het Waagplein te Alkmaar wordt opgesteld
en van daar te 1 uur n.m. vertrekt.
Op de meeting zullen het woord voeren de
heeren Ds. D. Bakker (Amsterdam) en J. van den
Berg (Deventer). Door „De Onthoudersstem" en
„Door Onthouding Vereenigd" (beide te Amster
dam) zullen onder leiding van den heer Joh.
F. Keja een zestal liederen ten gekoore gebracht
worden, terwijl de Arb. Muziekvereeniging „Excel
sior" eenige muzieknummers ten beste zal geven.
Naar verwacht wordt, zullen velen uit den
naasten omtrek de meeting bezoeken. Voor de
verderaf-wonenden bestaat ruimschoots gelegen
heid gebruik te maken van een der boot-, fiets-
of autobustochten, welke vanuit verschillende
plaatsen naar Alkmaar georganiseerd worden.
EINDEXAMEN „'T KOPJE" M. S. V. M.
TE BLOEMENDAAL.
Geslaagd de dames: W. H. F. van der Feltz,
M. R. van Rossem, A. W. van Sloterdijck, R. B.
Valck Lucassen en E. D. Veltman.
Aan M. G. Lieftinck werd een getuigschrift
van de school uitgereikt.
Afgewezen geen.
,,'T KOPJE".
31. S. V. 31. EN LITT.-ECON. H. B. S.
Bevorderd van de 4de klasse litt.-econ. naar
de 5de litt.-econ.J. Krelage, A. de Jong Schou
wenburg, W. Voet en L. Westermann.
Van de 4de klasse M. S. v. M. naar de 5de:
C. Adams, C. van Dedem, C. de Jonge van Elle-
meet, A. van Pallandt, I. Peters, Th. Quarles
van Ufford, A. van Valkenburg en R. van Weel.
Van de 3de naar de 4de klasseA. van Beeck
Vollenhoven, C. Beels, N. Beker, M. van Beusekom,
C. van der Borch van Verwolde, C. Bruyn, E.
Duyckinck Sander, I. van Hasselt, A. van Heek,
J. Hooites Meursing, I. de Jonge Mulock Houwer,
I. Kruimel, A. van de Poll, L. van Riemsdijk,
L. Römer, A. Ruygrok, P. Schorer, A. Snijder,
I. Tak en N. Veltman. Niet bevorderd 5,
Van de 2de naar de 3e klasseJ. Adam, M. van
Beeck Vollenhoven, H. Bloemendaal, L. Büller,
C. van Dongen, I. Groenendijk, M. ter Haar
Romeny, B. Hobij, C. Ingen-Housz, C. Koopman,
W. Kruyshoop, A. Maters, A. Teding van Berk
hout, A. van Tienhoven en B. van Weel. Niet
bevorderd 2.
Van de 1ste naar de 2de klasse: H. de Beaufort,
E. Beker, I. Boeke, IJ. van Dedem (voorw.),
E. Dolleman, J. de Flines, L. Goldbohm, E,
Gunning, R. Henneman, L. Honig, M. s'Jacob,
A. Kauffeld, L. Kolff, C. Koot, S. Maduro, E. van
de Poll. T. de Roos, A. Ruys, W. Snethlage,
N. Stokkink (voorw.), A. Tak, C. Teding van
Berkhout en A. Verweij. Niet bevorderd 2.
GEEN DIENST VOOR 3IAATSCHAPPELIJK
HULPBETOON TE HAARLE3I.
Het is bekend, dat indertijd in den Raad van
Haarlem breede debatten werden gevoerd over
de quaestie van de instelling van een Dienst voor
Maatschappelijk Hulpbetoon ter vervanging van
het Burgerlijk Armbestuur. De Raad verlangde
ter zake uitgewerkte voorstellen van B. en W.
Woensdag kwamen die in den Raad aan de orde.
Wat den omvang van den in te stellen dienst
aangaat waren B. en W. van meening, dat ze
beperkt diende te blijven tot datgene wat in art. 1
der ontwerp-verordening is aangegeven.
Dat artikel luidde:
De Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon
is belast met:
A. de voorbereiding en uitvoering, voor zoover
die van hem afhangt, van de besluiten van Bur
gemeester en Wethouders, met betrekking tot
de volgende onderwerpen
1. ondersteuning van huiszittende armen;
2. verzorging en verpleging voor zoover die
verzorging of verpleging niet geschiedt op grond
van een geneeskundige verklaring van armlas
tigen in gestichten of gezinnen;
3. steun aan werklooze arbeiders, die zich tegen
geldelijke gevolgen van werkloosheid hebben ver
zekerd, maar die nog niet trekbaar, dan wel uit
getrokken zijn;
4. het beheer van het Haarlem's Tehuis voor
Ouden van Dagen;
5. het beheer van het Haarlem's Kinder Tehuis.
B. het onderzoek naar den toestand en de
verzorging van de gezinnen en personen, die bij
de gemeente ondersteuning, in welken vorm ook,
hebben aangevraagd of door haar worden gesteund.
C. samenwerking met en bijstand aan vereeni-
gingen en instellingen, welke zich steupveiieening
ten doel stellen.
De heer Reinalda had voorgesteld aan art. 1
sub a toe te voegen:
6. verzorging van kinderen in dagverblijven, in
de gevallen, dat wegens arbeid van de moeder
de kinderen onverzorgd zijn.
7. Zorg en werkverschaffing voor onvolwaardige
arbeiders, zwakzinnigen, blinden en andere in
validen.
8. maatschappelijke hulp aan onvermogende
zieken (huisverzorging).
9. verpleging en huip in de huishouding voor
onvermogende kraamvrouwen.
10. verstrekken van genees- en versterkende
middelen aan onvermogende zieken en kraam
vrouwen.
Toen de zaak in den Raad aan de orde werd
gesteld, stelde wethouder Gerritsz voor het
agendapunt aan te houden tot de September
vergadering, omdat het overleg dat de soc. dem.
plegen wilden met andere fracties, nog niet
geëindigd was, maar de meerderheid van den
Raad meende dat de minderheden lang genoeg
tijd hadden gehad om tot elkander te komen en
dat nu een beslissing moest genomen worden.
Dies werd met de behandeling van de zaak be
gonnen.
Ze had een merkwaardigen loop. De heer
Reinalda verklaarde, dat de soc. dem., indien de
amendementen niet mochten worden aangenomen
prefereerden den bestaanden toestand te hand
haven boven een verordening als B. en W.
hadden ingediend, Wethouder Slingenberg daaren
tegen verklaarde, dat hij, indien de amendementen
der soc. dem. mochten worden aangenomen,
geen prijs meer stelde op den Dienst. Wat nu
te doen?
Het overleg werd in den Raad gaande gemaakt.
De heer Slingenberg diende een amendement in
om aan sub C toe te voegen „met name" en dan
verder te laten volgen „hetgeen is neergelegd in
de amendementen der soc. dem. onder 6, 8, 9 en 10.
Vervolgens om dan te laten volgen „en ten aanzien
van die taak der vereenigingen zelfstandig op te
treden wanneer de vereenigingen daarin geheel
of gedeeltelijk in gebreke blijven".
Aan het einde van het debat werden verworpen
èn de amendemenden der soc. dem. èn het amen
dement van den heer Slingenberg. Art. 1 dei-
verordening van B. en W. werd verworpen met
8 stemmen voor. Daarna trokken B. en W. de
verordening in.
Het Burgerlijk Armbestuur blijft derhalve.
DE SPAARZAAMHEID VAN HET
FRANSCHE VOLK.
In „Verborgen Facetten in Parijs", die A.
Penning geeft in „Ons Eigen Tijdschrift", ver
haalt hij van de spaarzaamheid van het Fran-
sche vólk. Die spaarzaamheid bestaat ook onge
twijfeld, zegt hij, doch het is een economie, die
ons niet zou aanstaan. Het is een gepeuter en
een gefriemel en iets dat bijv. door verzekering-
veel aangenamer en misschien nog wel gemak
kelijker zou te bereiken zijn. Het dagelijksch
leven van den werkman te Parijs is volgens onze
begrippen verre van spaarzaam. Ja, hij zal, zegt
schrijver, een heelen tocht ondernemen om de
een of andere kleinigheid voor een paar sous
minder te krijgen en natuurlijk te bluffen over
de economie, die „vraiment intérassante" is,
maar hij denkt er niet aan om zich op het maal,
dat hij eiken middag naar binnen werkt, te be
knibbelen.
Gaat u eens mede naar de fabriekswijken,
naar Ménilmontant, Belleville, Levallois en hoe
het meer mag heeten. Ga om ongeveer iets over
twaalf en tel eens het aantal bistros, het legio
kleine restaurants, dat volgepropt met werk
volk, dag in dag uit de geldla vol sleurt. Het zijn
geen rijke malen, die worden opgedischt, het
zijn ook geen plats, die u het water in den mond
zullen doen loopen, maar vergeleken bij het
sobere maal, dat de werkman bij u op koffietijd
verorbert, is het rijk en zeer rijk. Want 's avonds
thuis, bij Moeder de vrouw, moet er ook wat
fatsoenlijks te bikken ^zijn en wat in het glas
zijn. Al doet hij het voor hun doen nog zoo een
voudig, laat hij slechts één plat nemen en een
portie puree, zijn croüte en een chopine, toch is
de arbeider voor zijn middagtafel een frank of
zeven kwijt, dus ongeveer 15 of 20 percent van
zijn dagloon. En dat is nog maar wat hij om
twaalf uur verorbert. De meesten van hen zijn
voor aanvang van het werk al bjj hun bistro ge
weest en hebben al een coup de rouge genomen
na tafel wordt als regel een noir met een likeur
door het keelgat gestort, niet rekenend dan de
verdere bezoeken die aan den zinc worden ge
bracht en waarbij telkens weer eenige francs
worden geofferd. Een kennis van me, die als
jong dokter in één der hospitalen werkzaam is,
vertelde me, dat vier tot vijf liter wijn per man
voor den arbeider niet overdreven is en dat hij
verschillende klantjes had gehad, die als norm
twaalf liter per dag opgaven. Er blijft dan
moeilijk meer een mogelijkheid om van economie
te spreken.
Maar aan den anderen kant wordt weer een
spaarzaamheid betracht, die meer den naam van
krenterigheid verdient. De bistro, vlak bij mijn
huis, die er een Tabac op na houdt en waar ik
mijn sigaretten en postzegels koop, hoorde ik
hard-gillend toeroepen aan een man, die even
binnen was geloopen om zijn sigaret aan het
gasvlammetje aan te steken, dat dat zoo maar
niet ging en hij niet van plan was gas te be
talen voor menschen, die niks bij hem ver
teerden.
Nog één staaltje van hetgeen schrijver heeft
willen betoogen. Aan het eind der schets zegt hij
„Ik heb een anderen mijnheer gekend, een
braaf, best man, die aan het hoofd van een
groote zaak stond. Zijn inkomsten waren werke
lijk zoodanig, dat menige van mijn lezers on
gezien met hem zou kunnen oversteken. Hij had
een reis gemaakt door Spanje, een duur land,
een buitengewoon duur land, dat ligt voor de
hand, een dictator met zijn aanhang krijg je nou
eenmaal niet voor niets, maar enfingeen
politiek. Mijn kennis dan, als goed Franschman,
had den heelen reis al gekankerd over de duurte,
totdat ze op een zij lijntje, waar de stationschef
niets te doen had en zijn macht toch ook wel
eens wilde doen gelden, zijn bagage werd nage
wogen. Het was een tikje over het gewicht, dat
vrij vervoerd werd en mijn brave vriend had
iets meer dan twee francs te betalen als over-
vracht, in Spanje zeker geen kapitaal. Maar in
het brein van mijn vriend was het een grove
aanval op zijn beurs, een soort van highway
robbery„Ah, tu crois, hein, quarante soustout
de même", en hjj had zijn koffertje openge,
maaktmaakt, had een linkerbottine in zijn
linkerzak en een rechterbottine in zijn rechter
zak gedouwd en herweging aangevraagd. Toen
was hij vrij doorgekomen en trotsch als een
pauw doorgestapt.
Hij is nog trotsch, vertelt graag van de dus
gewonnen twee francs en bied dan „élégant
comme Scaramouche" een apéritif van drie en
een halve francs zonder fooi aan."
Wat is kunst
Door een Amerikaansche stichting met veel
geld is een prijsvraag uitgeschreven om het
beste antwoord op de vraag: Wat is kunst?
Allerlei kunstenaars hebben een antwoord ge
zonden. Zjj kunnen het weten, want zij zijn
kunstenaars; maar hoe onvoldoende en onbe
vredigd zijn de vele antwoorden, die zijn inge
stuurd. Een paar der besten luiden: Kunst is,
wat niet geleerd kan worden. Kunst is de revo
lutie van het hart tegen de tyrannie der herse
nen. Kunst is iedere vorm van schoonheid, zóó
geschapen of weergegeven, dat het vreugde ver
wekt. Kunst bevindt zich tusschen wetenschap
en zaken als gekruisigd tusschen twee boos
doeners. Het kortste antwoord was: Kunst is
een weg naar het oneindige. Het meest het
wezen der kunst benaderend lijkt ons dit ant
woord: Kunst is de belichaming van schoone
gedachten in vormen, die met de zintuigen waar
neembaar zijn.
Als het beste antwoord heeft een jury van
drie personen, een letterkundige, een publicist
en een schilder, het volgende bekroond: Kunst
is de schoonheid, die door de verbeelding ge
schapen is en die in den waarnemer een gevoel
van vreugde wekt gelijk aan dat van den schep
per. Weten wij het nu? Een definitie moet hel
der maken, soms toont ze juist aan, dat iets bui
ten ons begrijpen ligt, het geldt ook van de
kunst.
Wie den vrede wilbouwt
reuzentanken!
Ten behoeve van het Amerikaansche leger
laat de Amerikaansche regeering op het oogen-
blik een nieuwe tank bouwen van reusachtige
afmetingen, die een snelheid kan bereiken van
I6I/2 K.M. per uur, op onbegaanbaar terrein,
van 24.75 K.M. per uur en op ongunstig terrein
van 115 K.M. per uur. De rijdende vesting wordt
zoodanig ingericht, dat zij bestand is tegen bom
en gas-aanvallen. De tank zal een lading kunnen
bevatten van 12 ton.
De gloeilamp als onweer-aankondiger.
Dr. Noack heeft, naar hij in de Umschau
mededeelt, bij proeven met zijn electriseer-
machine waargenomen. Hij stelde, om het toe
stel te verlichten, in zijn omgeving een branden
de electrische gloeilamp op, die op een houten
statief bevestigd was. Zoodra nu de electriseer-
machine ontladen werd en er dus vonken over
sprongen, kwamen de gloeidraden der lamp in
beweging. Werd een kooldraadlamp gebruikt,
dan bewoog zich de elastische gloeidraad naar
dat gedeelte van de gloeilamp, dat het dichtst
bij de electriseermachine lag. Bij een metaal
draadlamp gingen de gloeidraden naar het glas
omhulsel bol staan.
Hij herhaalde het experiment, terwijl hij met
een gewreven gummi- of glasstaaf den glazen
bol aanraakte. Zoolang de gloeidraad niet in
aanraking kwam met den bol, bleef hij in zijn
eindstand zoo lang staan, tot de glazen bol door
hernieuwde aanraking met den gewreven staaf
verder geladen werd. Ten slotte werd, nadat de
glazen bol herhaaldelijk geladen was, de mee
gedeelde electrische lading zóó groot, dat de
gloeidraad den glazen bol bereikte.
Met hoorbaar knappen (vonkontlading!) ont
laadde hij den binnenkant van de gloeilamp en
kwam daarna weer in zijn rusttoestand terug.
Voor dit experiment zijn hoofdzakelijk kool-
draadlampen met lange goed slingerende dra
den geschikt. Gebruikte lampen schijnen zich
hiervoor beter te leenen dan nieuwe lampen,
omdat zich in een gloeilamp na langer gebruik
aan de binnenzijde van den glazen bol een neer
slag vormt.
Nog betere resultaten verkrijgt men, wanneer
men den glazen bol der gloeilamp van buiten
met een breeden metalen ring omgeeft (b.v.
staniol met eiwit opgeplakt), die dan geladen
wordt. Een dergelijke gloeilamp met een staniol-
ring kan men uitstekend als aankondiger van
onweer en over 't algemeen sterke antenne
ladingen toepassen, mits men de bewuste lamp
inschakelt op den stroomkring van het radio
toestel. 't Spreekt vanzelf, dat men ervoor dient
te zorgen, dat in de leiding naar het toestel een
goede blokcondensator ligt, daar anders de
staniolbedekking en de aarde door het radio
toestel in voortdurende verbinding zouden zijn
en de bol van de lamp niet voldoende lading zou
krijgen om den gloeidraad in beweging te stel
len. Deze blokcondensator moet minstens een
spanning van 3000 volt hebben, maar aan den
anderen kant ook weer geen al te groote capaci
teit bezitten, omdat dan de lading zich in den
condensator in plaats van in de lamp ophoopt.