S Zn.
mr"m
Voor de Vrouw.
i Ij*
I i
Telefoon 13538.
;ers
Tel. 13311
:en.
►THUMUS
FABRIEKEN
53
25ste laargang.
Het Bloemendaalsch Weekblad. 17 April 1931. Tweede Blad.
No. 15.
LOSSE BLAADJES.
De Dusseldorfsche
moordenaar.
Is huisvrouw zijn, een
beroep?
Geluk.
SCHAAKRUBRIEK.
p
Gasten.
lanent wave
ire lang haar
nduleeren a
Chen f 0.40 is
GALLIA",
lameskapper
ES
e maken wij de
:n prijs.
i en Zoon
i llijke prijzen
i. Tel. 10153
i prima zuivere
igelsche STOF.
COSTUUMS
AAT f 87.30.
STALEN s.v.p.
I
HAARLEM.
4.
Kerk.
park.
iezongen H. Mis.
Borsten.
8 uur: Vespers
Stille H. Mis.
e.
(Til.
ril.
ours de 10—17 li.
ueudaa).
saard.
aard.
Santpoort,
nan, IJmuiaen.
nten Bond,
ïdaal.
P. D. Tjalsma,
rdenhout.
mir, Hoogleeraar,
santpoort,
van den Bergh
van Eysinga.
ispei zal bij die
jn met solozang
een moeder twee
len zij terugkwam,
bed en sliep. Heb
1 vroeg de moeder,
was genoeg.
jachthond?
op den zilvervos
sr ons loslaten.
naar die prachtige
sethoven."
ia net zoo mooi,
van 'CJw bekken-
Ichten van willen
dozijn?
lE-PRiiKWERKEB
tO&t»3iNO£N
KBCTiUOiNOEN
MENU'S
iTE^srei
't Luguber dagboek in de hand
Vertelt hij van zijn droeve jeugd,
Voor hem de oorzaak, waarom hij
In deze maatschappij niet deugt.
Nog na-genietend zit hij daar
En pluist zijn wellustmoorden uit,
Tot eindelijk de president
Den stroom perverse woorden stuit.
t Publiek zit stil en is geboeid;
Het griezelt bij het „eng" verhaal
En speelt de rol van figurant
In 't gruwel-grandguiquol-schandaal.
Men staart hem aan als wonderdier
En vindt het heusch wel int'ressant
Om veilig nu te krjken, naar
Den grootsten moordenaar van het land,
Die onbewogen voortvertelt,
Soms in zijn memorandum kijkt,
Eu uit wiens woorden scherp en klaar
(leen spoor van zinsverbijst'ring blijkt!
Hij noemt zich erfelijk belast;
Iets, dat zijn schuld niet buitensluit
Men wacht op 't vonnis, dat hier past
Dan valt het scherm het stuk is uit!
- '«■AH.uiüchoiri,
aii.'. 'T. iüm uucuten vonnen, belemmert ons in
den omgang. Te dikwijls hebben wij ons, afgaan
de op toch zeer duidelijk schijnende gegevens,
vergist. Het tekort aan mensehenkennis belast
ons met een gevoel van onzekerheid, mankt ons
weifelachtig in ons optreden en houdt ons tegen
in onze plannen. Meermalen stemt het ons
moedeloos, zoo weinig van onze naasten te
weten. Kregel kunnen wij worden bij de zich tel
kens herhalende ontdekking, dat de mensche-
lijke spraak en woordkeus, het gebaar en de
oogopslag, de handdruk en duizenderlei andere
aanwijzingen zeer dubbelzinnige teekenen zijn.
Men kan er het één evengoed als het ander
uit afleiden.
De gedachten lezer moet in de wereld wel
slagen. Bij alles wat hij onderneemt, kan hij af
gaan op inderdaad bestaande gevoelens. Hij kan
zich aansluiten bij de werkelijke, ondergrond-
sche stemmingen van de menschelijke ziel, welke
haar inhoud zoo dikwijls maskeert onder val-
sche vlag. Hij weet met wie hij te doen heeft,
hjj kan profijt trekken van sympathie en hij
kan antipathie uit den weg gaan. Hjj ont
maskert listige plannen en voorkomt noodlot-
lottige uitbarstingen. Hij heeft het lot in zijn
hand, want hij kent de wereld, wijl de men-
schenziel voor hem bloot ligt.
Maar niet alleen om persoonlijk voordeel is
de kunst van gedachtenlezen een voorrecht. Hoe
belangwekkend is de doorzichtige menschenziel
eenvoudig als studie-materiaal! Voor den ge-
dachtenlezer is de vaak bedrieglijke en in elk
geval uiterst moeizame en tijdroovende omhaal
van het verklaren der teekens onnoodig. Hij
leest den tekst rechtstreeks, in het oorspronke
lijk en behoeft niet met behulp van een zeer on
toereikend woordenboek te vertalen.
Wat gaat er om in de menschenziel? Het
heeft mjj bemoedigd, dat de gedachtenlezer, dien
miHmistisch man is gehle-
Deze vraag wordt de laatste jaren vaak op
allerlei wijzen gesteld en beantwoord.
Altijd weer duikt zij op,, altijd weer brengt
zij de gemoederen in beroering, maar tot heden
toe is men er niet in geslaagd, een allen be
vredigend antwoord hierop te geven.
Is het echter wel mogelijk hier een antwoord
op te geven, dat een groot deel der vrouwen
voldoet?
Is eigenlijk hare werkelijke beantwoording
niet reeds in de natuur zelve vastgelegd?
De bekende econoom Adolf Damaschke zegt
in zijn werk „Bodenreform": „Ook wie de
vrouwen alle mogelijke gelegenheid geeft tot
vrije ontplooiing harer krachten te komen, zaï
steeds de grondwaarheid voor oogen dienen te
houden, dat Vrouw en Moeder zijn steeds het
voornaamste en noodzakelijkste ..Hoofdberoep
voor de vrouw blijft!"
Spreekt dit niet voor zich zelf? Is huisvrouw
zijn dus een beroep in dien zin, dat de Vrouw
en Moeder hiervoor loon moet ontvangen?
De zedelijke opvatting omtrent het huwelijk,
de achting voor de vrouw, kan slechts een on
verbiddelijk „neen" als antwoord geven.
Hieraan kan zelfs het moderne huwelijk met
de verschillende opvattingen van liefde of ka
meraadschap niets veranderen. Het waarach
tige huwelijk is een gemeenschap tot stichting
van een nieuw gezin, tot voortplanting van het
geslacht. Wie het anders uitlegt, verzet zich
tegen de natuurwetten. Onze zedelijke ontwik
keling heeft daarheen geleid, dat beiden, zoowel
man als vrouw, hunne rechten hebben.
Onder gewone omstandigheden zal de man
.s. verschaffen om
Jonge voorjaarsgroenten, die men eenige
dagen bewaren wil, zette men weg op een
koele plaats in eer.' pan met den deksel er op.
(Ongewasschen)
Om het kraken van staaldraadmatrassen te
voorkomen, doopt men een klein borsteltje in
olie en horstele daarmede alle zich kruisende
staaldraden goed af. Met een drogen doek
wordt dan alle overtollige olie weggeveegd,
vóór men de matras er weer op legt.
Oplossingen, bijdragen, enz. te zenden aan
den Schaakredacteur,
Ged. Oude Gracht 88, Haarlem.
PROBLEEM No. 297.
F. Sackmann (1888 1927)
door
M. SOSTSCHENKO.
(den hekenden Russischen auteur).
Somtijds heeft men het verlangen om ieder
vreei mensch tegemoet te treden en hem te
vrag. „Hoe gaat het U, mijn waarde? Ben je
met het Leven tevreden? Ben je gelukkig? Ver
tel m(j eens iets daarover!" Sinds ik van een
maagcatarrh ben genezen, heb ik deze vraag
reeds aan vele menschen gesteld.
Sommigen weren mij met een schertsend woord
af. Ik leef en eet mijn brood. Anderen beginnen
te pochen: Ik leef heerlijk, vadertje; ik zou
geen beter leven wenschen en ik ben met mijn
gezinsleven volkomen tevreden. En slechts één
heeft deze vraag ernstig' en uitvoerig beank
woorddat was mijn goede vriend Iwan Fo-
misch Festow, van beroep glazenmaker! Een
heel eenvoudig mensch. Met een klein baardje.
Geluk, vroeg hij mij. zéker heb ik geluk
gehad!
En was het een groot geluk? vroeg ik.
Of het groot was, of klein- dat laat zich
moeilijk zeggen, doch het is in mijn herinnering
gebleven.
Iwan Fomitsch rookte nadenkend twee ciga-
retten, pauseerde even en begon toen te ver-
Mat in drie zetten.
Stand der stukken:
Wit: Kfl, Df2, Tb7, Ld8, Lg4, Pf7, Pgl. e4.
Zwart: Ke6. Da3, Tcó, Tf5, Lf4, Pel, Pd3.
c6, d6, g5.
PARTIJ No. 128,
gespeeld in den winterwedstrijd van het 's Gra-
venhaagsch Schaakgenootschap „Discendo Dis-
cimus", 10 Februari 1931.
Wit: Zwart:
Rud. J. Lontanir. H. W. v. Ockenburg'.
■Ro/xiï» nwiter-eambiet.
wijzigingen en de verordeningen, aldus gewijzigd, vast-
gCblGIQ.
De heer A. J. Meijerink verzoekt den Raad eervol
ontslag als onderwijzer in de lichamelijke oefening aan
de scholen A en B met ingang van 1 September 1931.
Aan het einde van zijn request zegt hij: „Het is mij
een behoefte uw College en den Raad van Bloemendaal
mqn dank uit te spreken voor het langdurend geschon
ken vertrouwen en mq'n beste wenschen te uiten voor
den groei en bloei van Bloemendaal."
Het ontslag wordt verleend.
De heer Luden komt ter vergadering".
Ontheffing bepalingen Bouwverordening.
In overeenstemming met het advies der Commissie
van bijstand voor Publieke Werken stellen B en W
den Raad voor, ontheffing van artikel 7 der Bouw
verordening:
A. te verleenen aan:
a. D. Wildeboer voor bouw eener garage aan de
Merellaan;
b. A. J. Bastiaenen en A. G. Lubken voor bouw van
-wee garages aan de Kastanjelaan;
c. L. Bouvy voor bouw eener garage aan den Tette-
rodeweg;
d. C. van Meeteren voor aanbouw van een serre en
oouw van een bergplaats achter perceel Binnenpad no. 16;
e. H. Hagemeyer voor bouw van een tuinhuis aan
'ien Boekenroodeweg;
H. J. M. Pieterse voor bouw eener garage en berg
plaats aan de Teding van Berkhoutlaan;
Aldus besloten.
B. te weigeren aan:
a. J. P. C. Ham voor bouw van een erker aan perceel
loutvaartkade no. 60, daar die erker door de rooilijn
wordt gebouwd
Aldus besloten.
C. te weigeren aan:
L. Warmerdam voor bouw eener zuivelinrichting
aan den Boekenroodeweg, omdat de plek, waarop de
fabriek geprojecteerd is, de omgeving ter plaatse zou
ontsieren.
De heeren D e Waal M a 1 e f ij t en P r i n se n-
b e g bepleiten, aan Warmerdam wel vergunning te
verleenen. 6
De heer Cassee wil, dat Warmerdam eerst alles
zal gaan uitzetten, opdat de commissie voor publieke
werken de zaak kan bezien.
Over 't voorstel van B. en W. staken tenslotte de
stemmen.
Wijziging Bouwverordening.
Ten emde duidelijk te doen uitkomen, dat onder het
begrip rooilijn moet worden verstaan de lijn, die naar
de zijde van den weg niet door eenig bouwwerk mag
worden overschreden, stellen B. en W. een wijziging
van artikel 7 sub d der Bouwverordening voor, waar
door deze alinea in overeenstemming komt met hetgeen
is bepaald in art. 1 der Verordening.
Verder wordt voorgesteld een wijziging van art. 8
laatste alinea, om in die alinea duidelijk te doen uit
komen ten opzichte van welke bepalingen de Raad de
bevoegdheid heeft ontheffing te verleenen. Het voor
gestelde strekt die alinea te lezen als volgt:
Van de bepalingen, in artikel 7 sub b, e, 'f, g, en i
kan door den Raad, op daartoe strekkend verzoek van
belanghebbende (n), voor ieder geval afzonderlijk, ont
heffing worden verleend.
Tot aanhouding van dit agendapunt wordt besloten.
Vastgesteld wordt een eerste suppletoire begrooting
voor het dienstjaar 1931.
Zekerheidstelling gemeente-ontvanger.
B. en W. stellen voor te besluiten:
I. in te trekken alle vroeger genomen besluiten op
de zekerheidsstelling van den gemeente-ontvanger be
trekking hebbende;
II. de door den gemeente-ontvanger te stellen zeker
heid ten behoeve der gemeente te bepalen op vijf en
twintig duizend gulden (ƒ25.000.
III. aan den gemeente-ontvanger de verplichting op
e leggen om zijne kas, waarin begrepen is dégiro-
rekenmg voor zoover zij het bedrag der zekerheid over
treft, telkens te storten ten goede van de rekening van
den gemeente-ontvanger bij de Twentsche Bank NV
j van welk tegoed de ontvanger zonder medewerking van'
Burgemeester en Wethouders of een door hen aange
heven College' geene gelden kan en mag
Aldus besloten.
Voor de benoeming van een lid der Commissie van
toezicht op het M. O. worden aanbevolen: 1. Mr W J
Schönhart Jr. en 2. de heer H. J. Hijmans.
Benoemd wordt Mr. Schönhart.
Daarna wordt een zitting met gesloten deuren ge
houden. 6
Na de heropening der openbare zitting is aan de orde:
Benoeming gemeente-ontvangen-.
Voor de benoeming tot gemeente-ontvanger bevelen
B. en W. aan:
No. 1 den heer N. Scheffer te Schiedam,
No. 2 den heer C. Harkema te Zeist, beiden commies
ter gemeente-secretarie.
Benoemd wordt de heer Scheffer.
Ten einde over te kunnen gaan tot benoeming van
een adjunct-commies, met' den persoonlijken titel van
sub-ontvanger, stellen B. en W. voor, post no. 16
van de gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1931
te verhoogen met een bedrag van 850.—.
Wordt aldus besloten.
Rondvraag.
De heer K rem er betoogt, dat 't terrein over 't
Kopje geheel verwaarloosd wordt en dat daar nu en dan
door de politie surveillance moet worden gedaan! 't
noodig "U ee" r0mmel' T°ezicht is daar bepaald
joorzitter zegt, dat B. en W. aan de zaak
aandacht zullen schenken.
De heer De Clercq dringt er op aan, dat papier,
Aerd®Jlhout °P de wegen wordt geworpen, wordt
vei w ïjderd. Spr. zegt, dat bloemenverkoopers 't papier
er weggooien.
De heer Luden deelt mede, dat een amendementacte
moet worden opgemaakt, om te maken, dat niet-Bloemen-
°P de begraafplaats te Bloemendaal kunnen be-
graven worden. Dit naar aanleiding van de mededeeling,
j ie B. en W. den raad deden. Deze zaak is nu in handen
Er wordt aan zulk een amendementactie ge-
l Spr. klaagt er verder over, dat op eenige plekken in
de gemeente, die niet liggen aan openbare wegen, waar
y gereden wordt, zelden of nooit politie komt. Over
politietoezicht in de gemeente kan spr. niet in be-
komenllng °nd6r meer cp den D°odweg moet politie
De heer Luden merkt op, dat op de bedoelde plekken
ook chantage wordt gepleegd.
De voorzitter zegt, dat de aandacht op de zaak
zal worden gevestigd, maar dat de politie niet overal
kan zijn. De politie heeft een moeilijke taak en vervult
die taak goed, zegt spr.
De heer Boi-nwater zegt, dat de raadhuisplannen
de volgende week voor de leden van den raad zullen
ter inzage gelegd worden. Er zal dan worden gezorgd
dat ze worden toegelicht.
Daarna sluiting der openbare zitting.
35. Heer Pimpelmans was sinds een week
Door 't. harde werken wat van streek
Hoeveel hij daag'lijks ook mocht slikken.
Geen drankje kon den man verkwikken.
En eind'lijk riep hij: „Wel, verbruid!
Ik ga er eens een weekje uit!"
36 Den and'ren dag ging Pimpelmans
Per trein op reis naar Nieuweschans;
Hij had daar nog een verre neef,
Aan wien hij dikwijls brieven schreef,
Zijn plaatsbewijs verborg _hq goed
In 't binnenrandje van zijn hoed.
37. 't Was net op tijd! De conducteuiy
sluit met een luiden knal de deur,
Maar nu komt Leiden weer in last:
Heer Pimpelmans zijn jas zit tast.
En doordat hij wil verder gaan,
Gaat heel zijn jasje naar de maan.
En daarbij wordt hij in zijn nood
Bespot nog door zijn reisgenoot!
Dat kan ide stakker niet verduren!
Hij gaat door 't raampje liggen turen,
Maar raakt daarbij meteen, o spijt!
Zijn hoed... en ook zijn kaartje kwijt!
Wil een huisvrouw zich en hare gasten pret
tige uren bereiden, dan moet zij, vooral wan
neer zij weinig of geen hulp heeft, haar tijd
met overleg indeelen, zoodat zij op den dag,
dat zij hare gasten verwacht, met alle voor
bereidingen gereed is en zij hen opgewekt en
vrooliik kan ontvangen.
Een opgewonden en overwerkte Inusvrouw
maakt altijd een eenigszins pijnlijken Indruk op
de gasten en maakt de stemming gedwongen.
Het heste is daarom, al het werk, dat voor
uit gedaan kan worden, den vorigen dag in
orde te maken.
Men begint met een lijstje te maken van alles
wat men voor de bereiding der verschillende
gerechten noodig beeft en doet de inkoopen
tijdig.
Zilver- en glaswerk worden daags tevoren op
gewreven en de schalen voor dessert kunnen
al tijdig opgemaakt worden.
Bij eenig nadenken kan men dus veel on
gemak voorkomen en zal het geheel aan ge
zelligheid winnen, waarbij èn huisvrouw èn gas
ten slechts wel kunnen varen.
HUISHOUDELIJK ALLERLEI.
Om zooveel mogelijk sap uit citroenen te
kunnen persen, legge men ze eenige minuten
voor het gebruik in warm water.
Nieuwe schoenen, die eenigszins knellen, be-
sprenkele men van binnen met eau de cologne
of alcohol en trekke ze daarna aan; ze zullen
zich dan naar den vorm van den voet voegen.
UUib niv«
Ga zitten en drink je thee, dan wordt je hoofd
wat helderder. Voor ik zoo'n som betaal, stop
ik het gat nog liever met mijn veeren bed dicht!
En hij beveelt zijn vrouw onmiddellijk naar de
slaapkamer te loopen en het veeren bed naar
omlaag te brengen. Het wordt naar beneden ge
bracht en men tracht het gat ermede te stop
pen. Maar het veeren bed valt dan weer op
straat en dan weer in de gelagkamer terug.
Allen lachen. Maar enkelen der gasten moppe
ren: „Het is donker en geen schoone aanblik
bij het theedrinken." Eén van hen staat op en
zegt: „Een veeren bed kan ik thuis óók z. a,
daar behoef ik niet voor hier te komen."
Dan komt de waard weer naar mij toe, ve -
zoekt mij om onmiddellijk een ruit te gaan kee
pen en geeft mij het geld. Ik laat mijn thee in
den steek, neemt het geld en loop zoo snel als
ik kan, naar (den winkel, waar ik werkte. Deze
was reeds gesloten, doch na lang smeeken vei -
kocht men mij, met het oog op de grootte van
de ruit een schijf glas en bracht mij zelfs nog
naar het café! Alles liep, zooals ik nimmer had
durven verwachten. De ruit, drie bü vier. kostte
vijf-en-dertig roebel en het transport vijf, te
zamen veertig' roebel. En nu is de ruit ingezet.
Ik drink de thee een nieuwe kan met meel
suiker; tenslotte bestel ik een vischsoep. En
(daarna ook nog een groot glas Wodka! Ik had
30 roebels winst en wanneer ik wilde, kon ik ze
verdrinken, of er iets voor koopen, wat ik graag
wil hebben. Ach, wat heb ik gedronken! Twee
volle maanden gedronken! En inkoopen heb ik
gedaan.... een zilveren ring heb ik gekocht en
warme viltzoolen. Ik wilde nog een (broek en
een blouse koopen, maar mijn geld was ®p!
OPLOSSING EINDSPELSTUDIE No. 84.
Philipp Stamma (pl.m. 1737).
Stand der stukken;
Wit: Kf7, Td6, Lel, Pe6, g5.
Zwart: Kh7, Tc8, Th3, La7, f2, h6.
1. g5g6j', Kh7h82. g6—g7f, Kh8—h7:
3. Pe6f8-j-, Tc8Xf8t; 4. g7Xf8 Paard f, Kh7
h8; 5. Lel—c3r, Th3Xc3; 6. Td6Xh6 mat.
Goede uitwerking ontvangen van: H. de Ruijter
te Bloemendaal; Freddie Brandon, H. W. van
Dort en A. H. Nessen, allen te Haarlem;
P. Mars te Santpoort.
„Zoo heb ik eenmaal, mijn beste vriend, in
mijn leven een klein of misschien ook een
groot geluk gehad. Doch slechts één keer! Mijn
overige leven is effen voorbijgegaan.... zonder
Geluk
Iwan Fomitsch zweeg en keek mij glimlachend
aan. Ik keek mijn vriend jaloersch aan. In mijn
leven had ik zelfs niet één zulk een gebeurtenis
aan ie wijzen.
Of misschien heb ik het ook niet bemerkt,
(Nadruk verboden),
Een slaapwandelaar loopt 's nachts, met
slechts heel weinig aan ,over het schouwburg-»
plein. Een agent houdt hem aan. De slaapwan
delaar ontwaakt en zegt: „Neem mijn niet kwalijk,
maar ik ben somnabule. Uw godsdienst gaat
me niets aan, maar hier zoo rondloopen mag U
niet.