Verkiezing Provinciale Staten.
vm OVERAL.
PAPA EN
Jeugdherinneringen
Het Bloernendaalsch Weekblad.
De loop der stemming in Bloemendaal.
Verkiezings-varia.
VARIA.
Gesprek tusscl
Pete
INGEZONDEN
In Noord-Holland had Woensdag plaats de
stemming voor leden der Provinciale Staten.
Wij laten hier volgen den niet officieelen
uitslag der stemming in de gemeente Bloemen
daal. Uitgebracht 5742 stemmen, waarvan van
onwaarde 189, dus geldige stemmen 5553. Ze
waren als volgt verdeeld over de onderscheidene
partijen:
Lysfno/'l.
Chr.-Hist. Unie.
Lennep, Jhr. Mr. D. E. v., Heemstede
Kistemaker, IC, Hoofddorp
Honig, Mr. A. J., Haarlem
Wall, E. van der, Haarlem
Franken, H., Haarlem
Delfos, J. J., Haarlem
Rijke, Mr. W. de, Haarlem
Totaal
Lijst no. 2.
Chr. Dem. Partij
Visser Matthijs de, Amsterdam
Schurer, Fedde, Amsterdam
Gerritse, P. L., Amsterdam
Visser, Biem, Bloemendaal
Tjebbes Jr., P., Bussum
Vries, Chr. de, Haarlem
Bois, L. P. du, Amsterdam
Gusebroek, F. H., Amsterdam
Totaal
Lijst no. 4.
Middenstandspartij.
Weiss, A., Amsterdam
Bruinsma, A. F., Amsterdam
Kamp, W. A. J. van de, Haarlem
Bernhard, F. J., Amsterdam
Milhado, J. A., Amsterdam
Bruggen Cate, Mr. J. B. ten, A.dam
Emmeriks, Chr. L. W. R., Amsterdam
Jansen, J. H. Ch., Amsterdam
Baadenhuijsen, H., Amsterdam
Totaal
Lijst no. 5.
Vrijheidsbond.
Miedema, Mr. A. S., Haarlem
Guépin, Mr. C. H., Santpoort
Scheltema, geb. Conradi, Haarler
Quarles van Ufford, Bloemendaal
Blankevoort, Mr. C., Haarlem
Gunters, C. A. C., Zandfoort
Dorp, Mr. E. C. van, Bloemendaal
Totaal
Lijst no. 6.
R. K. Staatspartij.
Bomans, Mr. J. B., Haarlem
Hooy Th. G. C., Haarlem
Kessel, J. G. van, Haarlem
Roozen H.zn., J. W., Haarlem
Siegers, C., Zandvoort
.Westerwoudt, Mr. Th. J. M. A., Bl.daal
Totaal
Lijst no. 7.
Staatk. Ger. Partij.
Kuijk, E., Amsterdam
Resting, C. J., Hilversum
Jansen, A., Bussum
Hiel O. van, Hilversum
Totaal
Lijst no. 8.
s.'u. A. P.
Reinalda, M. A., Haarlem
Vail, W. van de, Alkmaar
Miedema, geb. Zondervan, Beverwij'
Visser, W. F., Velsen
Noordhoff, F. S., Haarlem
Mars, A., Haarlem
Hameien, L. van, Velsen
Voogd, P., Haarlem
Totaai
S06
15
6
3
1
839
30
6
2
1
1
3
47
41
42
8
14
1
1
2
1
2
112
"28
81
78
50
19
6
63
1579
1383
12
32
8
4
29
1468
1
2
1
12
683
2
18
2
3
2
3
3
716
Lijst no. 9
Rev. Soc. Partij.
Sneevlied, H. J. F. M., Amsterdam
Totaal
Lijst 10.
Liberale lijst (dr. M. de Hartogh)
Hartogh, Dr. M. de, Amsterdam
Kropv-eld, Dr. A. I., Amsterdam
23
2
Totaal
Lijst no. 11
Herv. Ger. Staatspartij.
Vromans, H. A., Heemstede
Warmolts, L., Amsterdam
Totaal
Ljjst no. 12.
Anti-Rev. Partij.
Bruch, Mr. A. Haarlem
Harms Jr., L., Zaandam
Brants, K., Haarlem
Slingenberg, L., Zaandijk
Wolzak Hzn., G„ Haarlem
Feernink, Ph., Koog aan de Z3-'
Koijtink, G. H.. Alkmaar,
Kleiman Hzn., D., Zaandijk
Soetekouw, A. L., Oostzaan
Rlessen, P. E. van, Bloemendaal
Driel, A. van, Haarlem
Totaal
Lijst no. 13.
R. K. Volkspartij.
Gemmel, J. J., Amsterdam
Winsen, J. A. I. van, Haarlem
Hendriks, J. H. H., Amsterdam
Totaal
Lijst no. 14
Vrijz. Dem. Bond
Slingenberg, Mr. M„ Haarlem
Comello, G. W., Hilversum
Leeuwen, H. van, Haarlem
Btickmann, A. F. C., Velsen
Over, J., Haarlem
Meijers, geb. Kehrer, H., Bussum
Totaal
Lijst no. 15.
Comm. Partij (Set"' x
Seegers, L., Amsterdam,
Beuzemaker, N., Amsterdam
Wijnkoop, D.. Amsterdam
Kuiper, P., Wormerveer
Totaal
25
11
375
1
1
7
4
2
1
1
8
5
4
709
285
3
'4
1
2
297
10
1
11
1
23
In de gemeente Haarlem.
In de gemeente Haarlem werden uitgebracht
59761 stemmen, waarvan 4627 van onwaarde.
Zo werden aldus verdeeld over de partijen
Lijst 1 Chr. Hist.-Unie 4824 st.
Lijst 2 Chr. Dem Partij 437
Lijst 3 Plattelanaerspartij
Lijst 4 Middenstandspartij 1572
Lijst 5 Vrijheidshond 4518
Lijst 6 R. K. Staatsparty 14S78
Lijst 7 Staatsk. Ger. Partü 185
Lijst 8 S.D.A.P. 17018
Lijst 9 Rev. Soc. Partij 286
Lijst 10 Lijst dr. M. de Hartogh 291
Lijst 11 Herv. Ger. Staatspartij 105
Lijst 12 Anti-Rev. Partij 4413
Lijst 13 R. K. Volkspart:' 517
Lijst 14 Vrijz. Dem. Bor.i 3996
Lijst 15 Comm. Partij 2147
De uitslag in de Provincie.
Het „Volk" maakte naar aanieiding der stem
ming in de Provincie een berekening der zete!-
voideeling. Het blad concludeerde:
In de volgende zittingsperiode komen dus:
26 S.D.A.P., 17 Roomsch-Kath., 6 Anti-Rev., 7
Chr. Hist., 8 Vrijh. Bond, 7 Vrijzinnig Democra-
teen, 3 Communistische Partij, 2 Middenst., 1
Rev. Soc Partij.
De S.D.A.P. wint twee zetels, de Middenstan
ders 1, terwijl de Rev. Soc. partij een nieuwen
zetel zal bezetten.
De Chr. Hist., de Vrijheidsbond en de Vrijz.
Dem. verliezen ieder 1 zetel en ook de heer De
Hartogh- verdwijnt uit de Staten.
door Richard Tauber.
Op 21 April a.s. wordt Richard Tau
ber Sr., gewezen generaal-inten-
dant te Chemnitz, 70 jaar oud. ZUn
drukken en succesvollen werkkring
in die stad heeft hy eerst kort ge
leden neergelegd. Over zyn persoon
schrijft zijn zoon, de beroemde ka
merzanger,, het volgende artikel.
Voor myn vader ben ik mijn leven lang de
„kleine jongen" gebleven, waar hij vroeger mee
ging kampeeren. Thans nog is zyn zorg voor my
roerend. De minste ongesteldheid is de aanlei
ding tot een weigemeenden raad. Onze verhou
ding is trouwens zöö goed alsmen maar zou
kunnen wensch.cn. Doch de modeme jeugd is nu
eenmaal' ondankbaar en wil het altyd beter we
ten dan de oude heeren. Hoewel ik moet toe
geven, dat die dikwyis geen ongelijk hebben: zij
zijn een menschenleeftijd ouder en hebben dus
veel meer ervaring.
Myn vader is myn beste raadsman. Hy heeft
my door het moeilijke begin van myn carrière
geleid met liefdevolle hand en met verstandig
inzicht. Hij heeft trouwens ook mijn eerste op
treden in elkaar gezet en wel in zyn eigen
schouwburg te Chemnitz. Ik heb geluk gehad
en dank dat grootendeels aan myn vader. Doch
laat ik met dat al toch even opmerken, dat
men met geluk alleen niet verder komt, wan
neer men niets kan. Protectie op zichzelf helpt
niemand iets vooruit, wanneer hy niet bewyst,
dat hij wat presteert, dat hü de eigenschappen
bezit, die noodig zijn om succes te kunnen ver
dienen.
De eerste rol.
Myn vader hc.ii ondanks den verbitterden
tegenstand van de „goede kringen" in Chem
nitz doorgezet, dat ik in 1913, nauwelijks twin
tig jaar oud, den rol van Tammino uit de „Zau-
berflöte" mocht spelen. De voorbereiding, die
hij mij had gegeven, bleek toen zoo goed te zijr-
geweest, dat ik mij er op kon verlaten. Ik voelde
mij zoo zeker, ik speelde zoo onbevangen, alsof
ik al jaren op het tooneel had gestaan. De
avond werd een volkomen succes voor mij en
daardoor ook voor mijn vader. De weg naar
het Hoftheater te Dresden was voor my ge
baand en myn vader had de voldoening, dat ik
voldaan had aan zijn verwachtingen. Ook in
Dresden had ik als „groentje" heel wat tegen
stand te overwinnen, maar ook daar was myn
vader weer mijn goede raadsman, die mij steeds
den juisten weg wees en mijn carrière verge
makkelijkte door zijn relaties.
Nu heeft myn vader niet altijd aan myn
kunnen geloofd. Tijdens mijn studie was hij
zelfs zeer sceptisch. Hy zei dikwijls: „Je kunt
beter een goed kapelmeester worden dan een
middelmatig zanger". Mijn stem scheen hem te
zwak en daarom spoorde hy mij aan, toch voor
al mijn algemeene muzikale ontwikkeling te
verzorgen. In dezen tyd heeft hij den meesten
invloed op mij uitgeoefend.
Reeds jong' reizen en trekken.
Doordat myn moeder vroeg gestorven is, ben
ik altyd met myn vader alleen geweest. Hy
hield bijzonder veel van mij en wilde mij altijd
bij zich hebben. Doordat hij mij nooit aan
't Gebeurde in het stembureau van de School
C„ de Genestetweg.
Een der kiezers vraagt belangstellend of de
heeren achter de tafel het nog al hebben kun
nen". „Uitstekend", wordt geantwoord. „Voor
alles is gezorgd, maar jammer niet voor de mo
kertjes."
Even later wordt een pakje voor de heeren be
zorgd. Het blijkt de zoozeer verlangde „moker
tjes" te bevatten, plus de geschreven mededee-
ling, dat er nu niets meer te wenschen is.
Deze attentie inspireert één der leden van het
bureau tot het maken van een gedicht, dat den
vermeenden schenker wordt thuisbezorgd, en
als volgt luidt:
Luide klagers lyden niet,
Vergeefsche klagers zijn er niet!
Dat is weer, wat men heden zie-t:
Vandaar dit schoone stembuslied.
Nauw is öe droeve klacht geuit,
Door rookers zonder rookerskruit,
Die duchtig worden uitgebuit,
En klagen met een droef geluid.
Of een of and're goede geest,
Die and'rer lyden luide leest,
En door hun lijden lydt het meest,
Is al bij Ouwejan geweest!
Het stembureau van de school C,
Met Uwe gave zeer tevreé,
Deelt hierbij aan U Edele mee,
Dat Uwe groote vriend'lijkheid,
Hen vult met groote- dankbaarheid,
By dezen zwaren stembusstryd.
Wy rooken als een moriaan.
Tot onze stemstrijd is gedaan!
W.g. DE COMMISSIE.
vreemden wilde overlaten, maakte ik reeds als
kind het leven van reizen en trekken mee, dat
nu eenmaal onafscheidelijk aan het tooneel is
verbonden. Hij wist dikwijls in het geheel niet,
waar hy my tijdens de repetities moest laten
en dan moest ik gewoonlijk op de voorste rij in
de leege zaal gaan zitten, terwijl hij zelf op het
tooneel stond en de repetities leidde. Ik moest
mij heel stil houden, zoodat niemand mijn aan
wezigheid bemerkte. Nu iedereen die zelf kinde
ren heeft, zal mij moeten toegeven, dat dit op
den duur niet vol te houden is. Maar ais de di
recteur mij al eens ontdekte, bleef mijn vader
toch altijd mijn trouwe beschermer, waarvoor
hij menige heftige woordenwisseling heeft
gehad.
Onze verhouding is in den loop der jaren
niet veranderd. Hij houdt mij nog altijd voor
het jongetje, dat zyn vaderlyken raad dringend
noodig heeft. In mijn hart ben ik het altijd ge
heel met hem eens, maar toch spreek ik hem
tegen uit zucht tot oppositie. Dat is die tegen
stand tot eiken prijs, die telkens weer door de
jongere generatie tegenover de oudere wordt be
toond. Nu ontaardt die oppositie in ons geval
gelukkig nooit in ruzie, wat ook wel niet anders
mogelijk is t-usschen twee menschen, dié elkaar
zoo na staan als myn vader en ik. Wij zijn
verbonden door nog; andere dan die der bloed
verwantschap en de vele moeilijkheden, die wij
samen hebben doorgemaakt, hebben ons nog
meer tot elkaar gebracht.
Onbaatzuchtig.
Myn vader was en is nog steeds de eenige
persoon, die volkomen onbaatzuchtig aan myn
zijde heeft- gestaan. Thans dwingt zijn leeftijd
hem. eenigszins op den achtergrond te treden.
Hij heeft zijn werk neergelegd om voor jonge
ren plaats te maken. Tegen den ouderdom is
geen kruid gewassen, doch dat feit wordt dub
bel smartelijk wanneer het gaat om iemand als
mijn vader, die nog in het volle bezit van al
zijn vermogens is en die eigenlijk nu pas zijn
beste werk zou kunnen presterren, nu hij op het-
kalme inzicht van zijn leeftijd en een heel leven
van ervaringen kan steunen. Het is moeilijk voor
hem. zoo plotseling te moeten uitrusten. Iemand
die zijn heele leven hard gewerkt heeft, kan
niet in eens uitscheiden.
Mijn vader begon pas in mijn talent te ge-
looven, toen ik uit Freiburg, waar ik studeerde,
naar Wiesbaden kwam om voor den intendant
Mutaenbeehter te zingen. Deze bood mij dadelijk
een engagement aan. Doch toen verleende mijn
vader zyn toestemming niet meer. Hij zag plot
seling in, dat ik genoeg in mij had om eenmaal
iets belangrijks te presteeren. Ik mocht myn
carrière niet verknoeien door kleine rollen te
spelen, maar moest dadelijk aan de moeilijke
bewijzen, dat ik tegen mijn werk opgewassen
was. En de opvatting van mijn vader, dat men
slechts groot kan worden, wanneer men groote
rollen speelt, was voor de zooveelste maal juist
gebleken.
Dat is het bewonderenswaardige in mijn va
der, dat hij, hoewel hij eigenlijk geen musicus
is, toch een uiterst fijn gevoel voor muziek
heeft, ik zou byna zeggen een muzikaal instinct.
Dat is telkens weer gebleken bij zijn werk als
tooneeldirecteur, by zyn omgang met musici en
zangers en bij zijn regie. Hij heeft zich nooit
vergist, wanneer hij op dat gebied iets voorspel
de. Hy voelde waar er talent aanwezig was,
hoe verborgen het ook was, hoe het echte kun
nen ook wias bedekt door uiterlijkheden. Wat is
het jammer dat hij dit instinct niet meer kan
gebruiken in dienst van het tooneel, vooral in
dezen tyd, waar het Duitsche tooneel ervaren
en beproefde leiders zoo dringend noodig heeft.
UIT DE LAND- EN TUINBOUWWERELD.
("Nadruk verboden.)
Drinkwater op boerderij.
Drinkwater moet ir.- de eerste plaats zóóveel
mogelijk helder, kleur- en reukloos en frisch
van smaak zyn. Een frissche smaak wijst op
de aanwezigheid van koolzuurgas; water, dat
lang gestaan heeft, verliest dit gas én smaakt
dientengevolge laf. Waar het te verkrijgen is,
verdient stroomend water de voorkeur. Ver
ontreinigende stoffen worden meegevoerd
en zinken. Het bronwater door de z.g. Norton-
pompen opgevoerd, voldoet ook best aan de
eisc-hen van goed drinkwater. Hét groote voor
deel hiervan is, dat men zoo diep gaan kan
tot men goed water heeft. Het gebeurt wel,
dat pomp- of putwater een gele tint vertoont.
Dit kan zijn oorzaak -hebben hierin, dat de put
in de onmiddellijke nabijheid van de mestvaalt
is gegraven, wat natuurlijk verkeerd is, maar
het kan ook daaraan liggen, dat het ijzerdee-
len bevat. Dit laatste is volstrekt niet kwaad,
kan in vele gevallen zelfs goed werken. Maar
toch achten, we opzending van een monster
van zulk drinkwater zeer gewenscht omdat een
leek niet kan uitmaken, waarvan de gele kleur
afkomstig is. Dringt er een onaangename lucht
tot ons op, of is de smaak niet in orde, dan
beginnen we alvast met het water niet te ge
bruiken en n ie t aan het vee te geven. Be
halve dat de stofwiseling in het lichaam der
dieren zonder water niet tot haar recht zou ko
men, is het bij melkvee ook beslist waar, dat
te weinig water den melkafvoer belemmert.
Geen wonder, dat 1/8 deel der melk uit water
bestaat. Toch zou te veel drinken hier weer
schaden, dewyl de melk te dun en te waterig
en de lichaamsweefsels zelf te slap zouden
worden. Op den smaak der melk heeft 't water
een grooten invloed. Zuiver drinkwater moge
wat moeilijk te krijgen zijn, het maakt de kos
ten dubbel goed.
Natuurlijk is de temperatuur, vooral in den
winter, van groot belang, daar koud water
te veel warmte aan het lichaam onttrekt, ter-
wyl daardoor verschillende ziekten ontstaan
kunnen. Mestvee vooral mag geen koud water
hebben. Eigenlyk zou men altijd een thermo
meter bij de hand moeten hebben o-m precies
te werk te gaan, doch dan is ze in de practijk
niet uit te voeren. Daarom zeggen we liever:
laat het water in den stal een poos staan, tot
het de temperauur der omgeving heeft aange
nomen. Staat er een pomp in den stal, dan kan
men daarbij een eenvoudigen steenen bak laten
metselen dien 's morgens (of beter ééns per
dag) vol laten Ioopen. Zulk een bak moet
echter steeds flink gereinigd worden.
Tuinkers.
De vroegste voorjaarsgroente is zeker wei
de Tuinkers. De cultuur is niet heel moeilijk.
Zelfs in de kamer kan men haar kweeken en
men ziet ze dan ook dikwijls gebezigd voor het
versieren van vreemdsoortige vormen, waarop
zij wordt gezaaid en later spoedig ontkiemt,
wanneer men het zaad slechts vochtig houdt.
Weldra tooit het bezaaide voorwerp zich met
zijn groene versiering, even grillig van vorm
als het voorwerp zelf. Wil men in de kamer
cie tuinkers als groente kweeken, dan kan dat
heel goed voo-r het raam geschieden in platte
bakken, gevuld met losse aarde. Wordt het
tuinkers daarop uitgezaaid en de grond goed
vochig gehouden, dan duurt het slechts een
paar dagen of het zaad ontkiemt en we'dra
kan men de groene stengeltjes en blaadjes bij
den dag zien groeien. Zeker zal men bij niet
al te ongunstigen uitslag met 14 dagen de
groente kunnen gebruiken.
Asperges.
Wie de groene takken der asperges te vroeg
van de plant afneemt, ontrooft zich een groet
deel van den oogst van het volgende jaar,
want het loof moet de komende asperges hel
pen voorbereiden en er stoffen voor verzame
len; ja, een plant kan zelfs door te groot verlies
aan loof te gronde gaan. We n-oemen hier een
paar ziekten (er zijn er meer): Het asperge
groen wordt geel, de naalden vallen af en het
groen staat niet meer zoo recht op. Van roest
is geen spoor te ontdekken. Hoogstwaarschijn
lijk is dit een ziekte, door bacteriën veroor
zaakt. 't Beste zal zijn de stengels uit den
grond te nemen en te -verbranden, het gat in
den grond gedurende den winter open te laten
en in het voorjaar, zoodra de grond open is,
kalk onder te spitten.
Vreterij van dan asperge-kever. Bestrijding
afzoeken der kevers en afkloppen boven een
wijden trechter, die in een flasch staat. De
beste tijd is hiervoor 's ochtends vroeg, zoolang
de kevers stijf zijn.Er zijn meest 3 soorten van
kevers, die schadelijk zijn en vernietigd moe
ten worden.
Melk en Biest.
De melk van een dier, dat pas gebaard
heeft, wordt algemeen met den naam van biest
betiteld. De biest is van geheel andere samen
stelling dan de gewone melk, en bezit daarom
geheel andere eigenschappen. Gewone melk be
staat voor het grootste gedeelte uit water,
waarin vier verschillende stoffen aanwezig
zijn, n.l. eiwitstoffen, vetten, melksuiker en
zouten. Melk bszit geen standvastige samen
stelling, deze is voor bijna elke koe verschil
lend. Evenmin als de gewone melk heeft de
biest een standvastige samenstelling. De biest
verandert bovendien dagelijks vat- samenstel
ling al .weer in zooverre met die van gewone
melk overeen, dat ze gebruikt kan worden
voor boter- en kaasbereiding.
Biest is natuurlijk voedsel voor het pasge
boren dier, het werkt «enigszins laxeerend en
bevordert de ontlasting van den darm vat- het
z.g. darmpak.
Roobol.
Dit schadelijk onkruid kent ieder landbou
wer wel, al is het ender een anderen naam. Het
heet ook wel: her- of heermoes, kwadenaard,
akkerpaardenstaart en honnijt. Komt het veel
in de wei voor, dan kan het eten er van o.a.
diarrhee bij de koeien verwekken en de melk-
gift wel tot op de helft verminderen. Het on
kruid heeft twee soorten van stengels: die zaad
g'even, of eigenlijk sporevruchten en stengels,
die dit niet doen. De zaadgevendc stengel is
roodachtig bruin van kleur met bolronde, op
geblazen scbeeden en verschijnt reeds in de
maand Maart. Misschien is hier de naam roo
bol uit voortgekomen. Vele menschen kennen
slechts de groene sten-gels, die in den zomer,
meestal zeer vertakt, opschieten. De roodach
tige vruchtenstengels wordt pl.m. 20 cM. hoog,
de groene bladstengels echter wel 60 c.M. en.
hooger. De wortelstok van dit taaie onkruid
kan worden gedood of tenminste zeer ver
zwakt door aanwending van kainiet. Wie eenige
jaren achtereen in den herfst 1000 K.G. kainiet
per H.A. uitstrooit, zal het roobol gaandeweg
zien verdwynen.
De Minimumwet.
De scheikunde heeft in die laatste jaren de
oogèn der landbouwers meer en meer geopend
voor het vraagstuk der bemesting. Zij weten nu,
dat de verschillende groeifactoren zyn: water,
warmte, lucht, licht en voedsel. Is er voor de
plant voldoende water, lucht en voedsel, doch
niet voldoende warmte, dan kan de plant haar
groei door de geringe hoeveelheid warmte,
welke maar aanwezig is niet voltooien. Het
blijkt dus hieruit duidelijk, dat de ontwikkeling
afhangt van die groeifactor, welke in de ge
ringste hoeveelheid, dus in het minimum, aan
wezig is. De vier voedselfactoren zijn stikstof,
phosphor, kali en kalk. Ook van deze mag niet
één min of meer, ontbreken. We maakten inder
tijd het volgende rijm, om onzen landbouwers
de minimumwet in te prenten:
Ik hoor daar van een minimumwet,
Wat zou dat toch wel wezen?
Wel, dat weet ik, zei Japik-boer
Daar heb ik vgn gelezen.
Als in den grond één. stof ontbreekt,
In meerd're of mind're mate,
Dan kan geen overvloed, hoe groot,
Van d'andi're drie, ook baten.
De stof, die in het minimum is,
Zal steeds den oogst bepalen,
Zij geeft het deel aan, dat de plant
Uit elke stof kan halen.
Dit is een wet van groot gewicht,
Die ieder moet onthouên,
Wie haar vergeet, eenzydig mest,
Dien zal het wis berouwen.
B—r.
DE BEVOLKING IN JAPAN.
Volgens de jongste volkstelling heeft Japan
64.477.000 inwoners tegen 55.963.000 in 1920. De
bevolkingstoename zou grooter geweest zyn als
de aardbeving van 1923 geen tienduizenden
slachtoffers gemaakt had.
Wanneer men de bevolking der Japansche
koloniën meerekent, heeft dat ryk 90.334.000
inwoners tegen 76.988.000 in 1920. Korea heeft
thans 21.058.000 inwoners (17.264.000), Formosa
4.593.000 (3.655.000), Sachalin 295000 (106000).
Ruim 21% van de bevolking van Japan woont
in steden met meer dan 20.000 inwoners, het-
«welk meer is dan in Frankrijk, waar slechts
15% der bevolking in steden met meer dan 20.000
zielen woont.
De twee grootste steden van Japan zyn Tokio
en Osaka. Groot-Tokio heeft 5.200.000 inwoners
en Osaka 2.500.000. Na New York en Londen
is Tokio de grootste stad der wereld.
EEN WATERVAL VAN 345 METER."
In Britsch Guyana, dat aan ons Suriname
(grenst bestaat een waterval, waarvan weinig
(gesproken wordt, maar die vijfmaal hooger is
dan de alom bekende „Niagara". Deze komt van
een hoogte van 50 meter, terwijl bij den water
val, waarover wij het hebben, het water zich van
een hoogte van 245 meter naar beneden stort.
Hij heet „Kajeteur", soms „Kajetuk", hetgeen
waterval van den grijsaard" beteekent, en
wordt gevormd door de rivier Potaro, die zich,
na een vrij onregelmatigen loop in de Essequi-
borivier ontlast, en welke stroom zich by de
hoofdstad Georgetown in den Atlantischen
Oceaan werpt. De Potaro is, aan bedoelden wa
terval, 125 meter breed.
De Kajeteur werd in 1870 ontdekt door Har
rington Brown, een regeerinsopzichter in Britsch
Guyana.
Nooit, verklaarde hij, had hij iets zoo schoons
en overweldigends gezien.
HOE MEN GOED EN GOEDKOOP DINEERT.
In een klein maar zeer deftig, restaurant in
Budapest komt een heer binnen. Een zeer voor
naam uitziend heer.De tyd om te dineeren is
eigenlijk, nog niet aangebroken en waarschynlyk
daarom, is hy nog de eenige gast. Snel vliegt hy
over de spyskaart en stelt daaruit een eerste
klas menu te zamen. Een menu, dat ieder zich
zou kunnen laten smaken. Ook de wyn een der
duurste merken, wordt met volmaakte kennis van
zaken gekozen. De heer imponeert zelfs de ober-
kellner. Deze constateert wel dat de gast mis
schien wat te haastig eet en ook den wyn wat
te snel drinkt, wat nu juist niet bij zyn andere
voorname allures past.
De gast is juist aan den laatsten „gang" ge
komen, als een andere heer het lokaal betreedt.
Hij geeft den ober en de andere kellners een
teeken. Terwijl hij de hand op zyn mond legt,
slaat hij de revers van zijn jas even om en
laat een metalen indentificatiepennning zien.
Een politie-beambte dus. De gast, die met den
rag naar de deur zit bemerkt daarvan niets en
eet rustig verder. Plotseling voelt hij twee
stevige vuisten op zijn schouders.
„Nu hebben we U eindelijk en ditmaal ont
komt U ons niet", zegt de politieman, en voor
de andere goed en wel van zyn eersten schrik
bekomen is, zijn z'n beide handen geboeid. De
waard schiet toe. Hoe oneindig pijnlyk gelukkig
dat er om dezen tijd nog geen andere gasten zijn.
„Ja, U hebt wel geboft, dat ik te rechter tyd
ben gekomen", zegt de politieman tot den waard.
,Dat is een zeer gevaarlijke knaap, deze heer;
zijn taktiek is om in de stille uren, als er geen
gasten in' de restaurants zijn, daarbinnen te
gaan en zich van den inhoud der „cassa" meester
te maken. En als hem iemand in den weg treedt
dan ontziet hij zich volstrekst niet om hem
overhoop te steken of ander geweld te gebruiken.
U ziet, 'n 'bijzonder nummer. Nu, U is nu voor
'n paar jaar voor hem veilig".
Dan- beveelt hij den ander mee te gaan. Hij
pakt hem aan een arm vast en duwt hem voor
zich, de deur uit. Een oogenblik later zijn beiden
in een auto verdwenen.
De waard herademt en is blij, dat de zaak nog
zoo goed is afgeloopen. De ober denkt niet meer
aan de verloren gegane fooi,en schudt zyn hoofd.
Hy heeft weinig menschenkennis aan den dag
gelegdmaar de man zag er toch werkelijk
zoo voornaam uit.
En terwyi ,de waard, ober en kellners nog over
het voorval spreken, zitten de politieman en
zyn arrestant, die reeds lang van zijn handboeien
bevrijd is, hoogst genoegelijk in de auto.
„Nou, dat hebben wij er weer eens fyn afge
bracht", zegt de „crimineele".
„Nu wisselen wij de rollen om. Ik heb ook
honger!" antwoordt de „rechercheur".
VAN WANNEER DATEERT HET VLOEI
PAPIER?
Vloeipapier, waarmee men het nog natte
schrift droogt, werd voor het eerst in het En-
gelsche graafschap Berkshire vervaardigd; het
zou in korten tijd het fijne witte of gekleurde
zand vervangen, dat men gedurende eeuwen tot
het drogen van met inkt beschreven papier be
zigde. Een papiermakersknecht had vergeten bij
de -breiachtige massa, die papier moest worden
de gewone, benoodigde hoeveelheid gom te voe
gen en werd wegens dat verzuim ontslagen.
Doch na eenigen tijd constateerde de eigenaar
van den papiermolen bij toeval, dat het zonder
gom vervaardigde papier de eigenschap had de
inkt te absorbeeren zonder dat hy vlekte of de
geschreven letters deed verdwijnen en het vloei
papier was uitgevonden.
Het is de grootste drinker der wereld geble
ven.
Peter: Wel, beste kerel,
Wim: Ja, dat mag ik
Sinds veertien dagen heb
Peter: Ja, zoo gaat het,
Dan vergeet je zelfs je bes
Weet je het laatste nieuws
Wim: Neen, wat bedoel
een misdaad in onze gen
Peter: Nou gryp je er
kig, ernstige misdrijven g
meente maar zelden. Het
Wim: Ja, dat is tenmins
Echter, ik herinner me r
al niet geleden, dat men
op zoek was naar Frans
zwaar misdrijf verdacht 1
Peter: Hou daar maar c
de gemeentenaren den schi
Maar wat ik je vertellen
zanger is er weer. Ik hel
Dat is toch altijd even mc
nooit.
Wim: Je zegt „hij is
je zeker een grapje. Ik dat
daalsche nachtegaal" nooi
was.
Peter: Je blijft loch m
kerd. Dien bedoel ik niel
doch je houdt je maar i
Ik bedoel den vogel.
Wim: O zoo, maar druk
Peter: De volgende mai
gaal weder voor de radio,
gehoord
Wim: Hoe kan je me
die ruzie kwam in den
man des vredes, niets me
ben. Ik heb mijn radioti
oorlog willen ze, en terecl
ben. Maar, terwille van
vecht men onverstoord vc
niets van hebben.
Peter: Gelukkig maar,
kort aangebonden zijn. W
leverancier van radiotoest
Je moet nu missen het
kunnen smalcen, want 1
nachtegaal door de radio i:
echt in de natuur en. de i
bij hem buiten opgestelc
luisteraars hem ook kunm
WimJa amice, dat mi
zoudt me bijna bewegen 1
aan te schaffen.
Peter: Het komt wel ee
uitzending de nachtegaal
je wat ze dan doen?
Wim: Nou, daar hen ik
oude tante pleegt te zeg
nooit te oud om te leeren'
haar hoogen leeftijd no
nemen.
Peter: Ik zal je vertelli
Dan laten ze een goede v
speelt in de openlucht ee
melodie en ziet, of liever g
tegaleu komen in de boom
zitten en luisteren naar 1
uit ten einde dan beginne:
aarzelend en onzeker, ma
het hoogste lied uit en
slaagd. Aardig hè?
Wim: Ja, inderdaad.
Peter: Nu nog iets.
Weder aan. Je gaat zeker
bollenvelden. Want je ziet
renpracht
Wim: Ja, ik zal wel m
gaan. Maar anders, ik zo
vonden hebben, indien hel
machine over de bollenvel
dat gaat nu eenmaal niel
wel zoo graag als het au1
Ik hoorde laatst, dat d
lucht in is geweest", tot
zijn ega en kinderen. De
getogen over de vlucht.
Peter: Och kom, dat z;
goed figuur te maken. Ik
boozer dan ooit keek, ti
verliet. Nou, dan begrijp
je wel hoe iaat het was.
Wim: Enfin, daar ik r
de bollenvelden, zóó, dat il
heid aan kleurenpracht
kan, zal ik maar een tc
langs de bollenvelden gaj
Peter: Ik ga óók „bol
velden ga ik met myn Rc
we elkaar wel tegen kon
je den goeden kant van
een aanrijding met mijn i
Wim: Wees gerust. In c
hard. En, je weet het, ik
geheel-onthouderscourant,
geleerd, dat, 'als je chan
nooit een borrel moet ge
Peter: Kerel, dachten a
Helaas, hoeveel ongelukk
dat de bestuurders van au
van Bacchus zijn. Geluk!
tijden ontspringen ze den
zich zware straffen opge
Wim: Ja, zeg dat wel
die dronken zyn en die
nen nooit zwaar genoeg
gun mijn medemensch ni
maar zulke lui
Peter: Je blijft de oude
opwinden. Pas op je gez
Wim: Och, een mer
Steeds dezelfde blijven is
Peter: Daar zou nog ve
Maar kom, ik zie het is
moet noodig mijn jongste
sorieschooltje gaan haler
Wim: Haast je maai-.
je wachten. Ook tot zie
(Buiten verantwoordelyl
VOOR DE Z1
Eenige jaren geleden
kende Zendingscorporatie!
Indië (zendingsposten, t
een beroep gedaan op zeei
voor dit groiend werk ééi
te schryven op het giro:
dingsburcau te Oegstge
hebben toen aan dat ve
«chen is de arbeid nog m
SMer en meer gewaardei