De vader van het voorbereidend Onderwijs.
De slichting van James Lick.
Een bloedige Industrie!
Bij den ISOsien geboortedag van Fröbel,
Het werk van de bekende Caiifornische sterrewacht
De opbloei van de foewapenirags-industrëe, een
typisch teeken des tïjds,
VAN OVEI
TH. GR<
ij X— A
door
Dr. P. RUGENS.
Al onze Fröbelscholen, kinderbewaarplaatsen aan het werk van Fröbel wel iets toegevoegd.
enz. zouden niet bestaan, als Friedrich Fröbel
niet in 1837 zijn „Kindergarten" had geopend
te Blankenburg in Thüringen. De groote paeda-
goog, wiens 150en geboortedag wij op 21 April
herdenken, was echter van huis uit hout
vester. Eerst op lateren leeftijd helde hij over
naar de paedagogiek; van 1808 tot 1811 werkte
hij onder leiding van, den grooten Pestalozzi te
Yverdon in Zwitserland, toen werd hij onder
wijzer, onderbrak zijn carrière om deel te ne
men aan den strijd tegen Napoleon en opende
in 1816 te Griesheim een onderwijsinrichting,
die later naar Keilhau in de buurt van Rudol-
stadt verplaatst werd en tot 1831 door hem
zelf werd geleid. Al dien tijd had hij zijn
eigenlijke roeping nog niet gevonden; eerst na
eeq langdurig verblijf in Zwitserland wijdde
hij zich geheel aan de verzorging van het kind
vóór den sehoolplichtigen leeftijd en hier werd
hij, evenals zijn leermeester Pestalozzi, eer,
pionier op het nieuwe, tot dusver onbekende
terrein van de kinderziel, een ontdekker van
nimmer vermoede mogelijkheden om het jonge
kind te ontwikkelen, te beïnvloeden, bezig te
houden eji dingen te leeren zonder den druk,
dien werk in den engen zin van het woord
vooral op het jeugdige gemoed uitoefent. Neg
thans zijn zijn principes, die voornamelijk ge
baseerd zijn cp de toen zeer verbreide filosofie
van Schelling, niet verouderd en zij zullen wel
ten allen tij do de basis van het voorbereidend
onderwijs blijven. Zijn opvatting van den mensch
als vormer en vervormer der materie, wiens
geluk vanaf zijn vroegste jeugd bestaat in het
vormen en vervormen van zijn omgeving, is n.l.
niet slechts de filosofische grondslag van zijn
„Kindergarten", doch ook thans nog een zeer
belangrijke ideëele basis van het geheele onder
wijs in al zijn geledingen.
Fröbel gaf de aan zijn zorg toevertrouwde kin
deren niet langer slecht gevormde poppen,
slordig afgewerkte soldaatjes, e.d. om mee te
spelen, doch allerlei bollen, blokjes, plankjes en
staafjes, dus meetkundige lichamen van nauw
keurig bepaalde afmetingen, de voorloopers van
de prachtige bouwdoozen en meccano-spelen
van later, waarover de volwassenen haast nog
meer enthousiast zijn dan de kinderen. Doch
hoe nieuw en revolutionair Fröbel's idééën de
menschen van zijn tijd toeschenen, blijkt uit het
opmerkelijk feit dat de man die in 1844 met zijn
„Handleiding voor het gebruik van de derde
gave" aantoonde, welk een verrassende ver
scheidenheid van vormen men kan verkrijgen
met acht eenvoudige houten blokjes niet alleen
niet begrepen, maar zelfs gewantrouwd werd,
zoodat in 1851 in Pruisen en andere Duitsche
staten zijn „Kindergarten" eenvoudig verboden
werd. Men vreesde, dat de kinderen zouden op
groeien tot atheï3t en socialisten, wanneer zij
van jongaf in de gelegenheid werden gesteld
om volgens hun eigen wenschen en vermogens
dingen samen te stellen, inplaats van zich te
vervelen met de vormen en voorwerpen uit de
wereld der volwassenen. Nu is het waar, dat
Fröbel zijn werk zonder hulp van de overheid
en dikwijls zelfs tegen haai- bevelen in moest
verrichten, maar er bleef hem dan ook niets
over. Het openbaar onderwijs heeft trouwens
ook na zijn tijd nog lang geaarzeld om zijn prim
cipe van zelfwerkzaamheid over te nemen, voor
al in zijn eigen land, waar de particuliere
scholen in tegenstelling daarmee zich veel spoe
diger daarop instelden. Ook de wetgeving is in
Duitschland nog lang niet, wat ervan verwacht
mag worden.
Hierdoor had Fröbel ook bij de ouders veel
tegenstand te overwinnen. In Pruisen werd eerst
in 1839, in den IMoordduitschen Bond eerst in
1869 'n wet aangenomen, die de al te geweten-
looze uitbuiting van kinderen verbood. Het is
er zelfs thans nog niet schitterend gesteld: kin
deren van 12 jaar mogen reeds werken voor een
vreemden werkgever en op hun tiende jaar kan
de vader hen reeds in zijn eigen bedrijf laten
meehelpen. En dat gedurende zes uur per dag!
Men weet nu b.v., dat het kind tusschen zijn
vierde en vijfde jaar in een toestand verkeert,
die bijzonder geschikt is om te leeren schrijven
en dat het dus verkeerd is, daarmee te wach
ten tot de kinderen zes en zeven jaar oud zijn.
Er zijn vele psychologische proeven genomen,
kortom, onze kennis is verruimd door weten
schappelijke methoden, die Fröbel niet gebrui
ken kon, omdat ze in zijn tijd nog niet bekend
waren. Des te meer moet het ons daarom tref
fen, dat ook het wetenschappelijk onderzoek
geen andere resultaten heeft gehad, dan die de
groote paedagoog reeds heeft bereikt met zijn
intuïtie.
Wanneer moderne inrichtingen van onderwijs
er dan ook naar streven, de kinderen niet maar
zooveel mogelijk parate kennis op mechanische
wijze bij te brengen, doch ook de intellectueele
aanleg en vermogens van 't kind tot ontplooiing
te brengen, door het geen pasklaar- gemaakte
leerstof te laten opnemen, doch alles zelf te
laten verwerken, dan is dat streven weliswaar
gedeeltelijk nieuw wat de wijze van uitvoering
betreft, maar het is toch reeds door Fröbel
voorvoeld en voorbereid, evenals trouwens de
ontwikkeling van het gemeenschapsgevoel (lee
ren op de ouderwetsche manier kan men slechts,
als men alleen is verwerken op de moderne
wijze slechts slechts met anderen tezamen).
Deze vooruitgang op paedagogisch gebied weer
spiegelt zich duidelijk in de kinderboeken van
vroeger en nu. Thans achten ook zeer bekende
en verdienstelijke schrijvers het niet beneden
zich, oorspronkelijk werken voor de jeugd te
schrijven.
(Nadruk verboden)
DE MENSCH EN DE WICHELROEDE.
Een congres van metaalvinders en
waterontdekkers.
Het blijkt, dat reeds een jaar lang een buiten
gewoon interessante wetenschap wordt beoefend,
va.n welker bestaan menigeen nog niet af wist.
Wij moeten bekennen, dat ook wij deel uitmaak
ten van die groep onwetenden, tot op 't oogen-
blik, dat wij een alleszins belangwekkend verslag
onder de oogen kregen. Dit .verslag werd ons toe
gezonden uit Rome en beschreef niets meer of
minder dan het verloop van en bijeenkomst der
„Wichelroedekundigen" aller landen. „Onder de
aanwezigen", zoo lezen wij, „bevonden zich be
halve talrijke herbergiers een docent in de
Turksche letteren, een priester, een bekend ad
vocaat, een robust dienstmeisje, een arts, een
poelier en een beroemde actrice. Talrijke toespra
ken wei-den gehouden, waaronder vooral de rede
van den Wel. Edel. Zeergeleerde Heer dr. A. A.
Cragny (een onderzoeker van bovennatuurlijke
verschijnselen) zeer veel indruk maakte. Ook de
woorden van den heer Hans Kreks, die sprak
over het verband tusschen de wichelroedekunde
en de scheepvaart, vielen in goede aarde en kon
den door iedereen worden begrepen, daar spreker
de kwestie op populaire wijze behandelde."
Na afloop van de eigenlijke vergadering snel
den alle deelnemers naar buiten en begonnen de
groene weiden in den omtrek te exploreeren. De
bedoeling was wateraders te ontdekken en de
plaats te bepalen waar verborgen schatten be
graven lagen of waar zich kostbare metalen in
den grond bevonden. Iedereen was gewapend
met wichelroeden en slingers en ondanks het
koele weer waren de meesten in hemdsmouwen
hetgeen overigens tot hen zelf ternauwernood
doordrong, daar ze rondliepen als razenden.
Signorina del Pio, een ïtaliaansche, die naar
men beweert verleden jaar met behulp van de
wichelroede een urn met gouden munten vond,
wierkt tegenwoordig zonder roede of slinger, maar
rookt een sigaret en verwacht wonderen van
deze methode.
Wanneer wij bedenken, dat Plato zooals
sommigen zeggen nog veel meer zou hebben
bereikt, wanneer hy een kistje van honderd had
gehad, dan begrijpen wij wat voor mejuffrouw
del Pio de sigaret beteekent.
Een professor stoot plotseling een kreet uit.
Hij heeft water gevonden. Daar het twee dagen
en nachten achtereen had geregend, lijkt ons dit
niets bijzonders, maar de geleerde hechtte zeer
veel waarde aan zijn ontdekking.
Een nieuwelinge in de „Rabdomanzia" (de
ïtaliaansche benaming voor meergenoemd tijd
verdrijf) wandelde statig heen en weer, gehuld
in een fraaie pels: Ook zü vindt water, maar het
is bij elkaar nog geen halve emmer vol.
Terwijl jaloersche mede-zoeksters de gelukkige
vindstsr nog staan te bespotten, verklaart Frau-
lein Lotte Nettler uit Mannheim, dat er metaal
in de huurt is. En inderdaad: op de plek, die
zij aangeeft, wordt een hand vol geweerkogels
opgegraven.
Buitengewone gebeurtenissen hebben verder
tijdens dit congres niet plaats gehad, maar men
is zeer tevreden over de resultaten. In zijn slot
woord betoogde de voorzitter, dat de vereeniging,
waarvan hij het genoegen had president te zijn,
het hare bijdroeg tot de verspreding der ware
wetenschap en hij zeide voorts dat hij er van
overtuigd was, dat alle leden zich stseds zouden
door
Prof. Dr. G. STRUVE.
Bij hun pogingen om de geheimen van het
groote heelal te ontraadselen, bestudeeren de
moderne astrologen bij voorkeur het ruime ar
beidsveld der vaste sten-en, nevelvlekken en ster*
renhoopen, waarvan de afstanden slechts in
lichtjaren gemeten kunnen worden omdat zij,
in kilometers omgerekend, elk menschelijk voor
stellingsvermogen te boven zouden gaan. Daarbij
wordt zelfs wel eens in ernst de meening geuit,
dat klassieke astronomie, welke zich met de be
wegingen van de planeten en hun satellieten in
ons eigen zonnestelsel bezighoudt, eigenlijk al
een afgedane zaak is; dat men de banen dezer
hemellichamen reeds zoo grondig heeft onder
zocht, dat er van dit werk geen belangrijke
nieuwe resultaten meer verwacht kunnen worden,
zoodat de verzameling van nieuw materiaal door
waarnemingen en het uitbouwen van de be
staande theoriëen de daaraan besteede moeite
en arbeid niet waard waren.
Wie zoo oordeelt, heeft echter geen begrip van
het eigenlijke karakter van het wetenschappe
lijk onderzoek in het algemeen en van de taak
der wetenschap in het bizonder. Een volkomen
oplossing en beantwoording van een weten
schappelijk vraagstuk bestaat niet en zal ook
nooit bestaan.
Dit is wel in hooge mate het geval bij een der
voornaamste onderdeelen van de klassieke astro
nomie: de beweging der hemellichamen. Reeds
in de grijzen oudheid hield de menschheid zich
hiermede bezig. Dit onderdeel omvat het onder
zoek van de banen, waarin de planeten en hun
manen zich bewegen en een poging om de af
wijkingen van die banen op wiskundigen grond
slag te bepalen door te berekenen, in hoeverre
de massa van naburige hemellichamen op grond
van de algemeene wet der zwaartekracht sto
ringen veroorzaakt.
Om dergelijke vraagstukkein nader te brengen
tot hun oplossing is het van groot belang de se
cundaire stelsels van ons zonnestelsel, die elk be
staan uit een planeet met de daarbij behoorende
manen, nader te onderzoeken. Behalve de sy
stemen der planeten Jupiter en Saturnus met
beijveren bedriegerij en schijngeleerdheid aan del hun talrijke satellieten is ook dat van Uranus
kaak te stellen. (Le.) met zijn vier manen zeer merkwaardig, hoewel
Een dergelijke bescherming is dan ook ten
eenenmale onvoldoende en onze eeuw onwaardig.
Een hoe kortzichtig zijn zulke ouders. Hun kin
deren zullen nimmer in het leven tot de vol
waardige arbeidskrachten kunnen behooren,
omdat er geen tijd overblijft voor een behoor-
lijkeop leidipg; het geld. dat zij in him vroeg
ste jeugd verdienen, verliezen zij later in het
veelvoudige, doordat zij nooit vooruit kunnen
komen in him leven. Doch hoe langzaam wint
dit inzicht veld. In 1844 meest van de streek,
waarin Fröbel leefde, gezegd worden: „De kin
deren, die dikwijls op hun vierde jaar reeds
door hun ouders aan den garenwinder worden
gezet, groeien bij het gebrekkige onderwijs, zon
der contact met de buitenwereld en zonder de
vormende kracht te ondergaan van een leven
temidden van anderen, op in de geestdoodende
eentonigheid van hun werk. Uit zwakke ouders
geboren en levend temidden van dezelfde on
gunstige omstandigheden, worden zij van de
eene generatie op de andere steeds zwakker en
achterlijker". En een uitlating van zeer recen-
ten datum over dezelfde streek van Pruisen:
„Meer dan de helft der kinderen is ondervoed
een vierde is rachitisch; 32 pet. lijdt aan bloed
armoede" en weer door de zelfde oorzaken:
slechte voeding, kinderarbeid, gebrek aan ware
jeugd.
Het moderne opvoedingssysteem is uitstekend,
het heeft zich sinds den tijd van Fröbel nog bui
tengewoon ontwikkeld, doch wat hebben die kin
deren daaraan, als hun de tijd niet gegund
wordt, kind te zijn, omdat zij moeten werken,
direct of indirect geld moeten verdienen? Fröbel
heeft echter zijn levenswerk kunnen voltooien
ondanks allen tegenstand en al kumien niet alle
kinderen ervan profiteeren, er zijn toch zeer
velen,-die de goede gevolgen ervan ondervinden.
Als wij met blijdschap zien, hoe in onzen tijd
het voorbereidend onderwijs zich heeft ontwik
keld. moeten wij tevens met verbazing toe
geven, dat het in al zijn onderdeelen telkens
weer blijkt te berusten op Fröbel's systeem.
Zelfs de meest moderne vorm van voorbereidend
onderwijs, de Montessorischool, heeft een echt
Fröbelschen Kindergarten" en dr. Maria Mon-
tessorl, de ïtaliaansche dokteres, aan wie dui
zenden en nog eens duizenden kinderen een
blijde jeugd met een goede verzorging en een
juist begrip van hun behoeften te danken heb
ben, is dan ook Fröbel's beste leerlinge.
Ook de moderne wetenschap heeft natuurlijk
door
Kolonel b. d. BENARES.
De beurswereld begroet de gebeurte
nissen van den laatsten tijd niet al
leen met een verwonderlijke kalmte,
die verdacht aandoet, maar in enkele
gevallenzelfs met een soort
hoopvolle vreugde, die gelijken tred
houdt met de toename van de moei
lijkheden om Sjanghai. Natuurlijk
profiteert van zulke gelegenheden in
de allereerste plaats de wapen
industrie Hausse der Hotchkiss-
aandeelenvan ongeveer 1100 öp
1268 Gnome Rhone van 300 op
360Lorraine-Werken van 90 oi
118 Schneider-Creuzot van 1300 öp
1350Er wordt dus grof verdien:
aan dergelijke gewapende conflicten
En geen van de leidende figuren van
de bewapenings-industrie heeft belang
bij de spoedige oplossing daarvan.
Integendeel!
O-W'ers! Dat woord heeft een leelijken
klank. De eigen geldzak te vullen op kosten
van het om zijn bestaan en zijn gebied strij
dende volk heeft nooit, en nergens, als eervol
gegolden. Oorlogswinsten, gemakkelijk be
haald, snel bijeengegaard, zijn verleidelijk.
Echte O-W'ers jagen niet alleen hun voordeel
na, wanneer him pleegvader de oorlog, alle
poorten geopend heeft, doch zij zorgen even
eens in de tijden van een zoogenaamden vrede
er voor, dat him graan bloeit, dat oorlog en
oorlogsverlangen niet uitsterven, dat de we
reld wapenen en oorlogswerktuigen noodig
heeft, even hard noodig heeft, als het lieve
brood. De ware O-W'ers van den wereldoorlog,
namelijk de bewapenings-industrie overal ter
wereld, zijn tegenwoordig nog steeds een Mees
ter in die Kunst. Zij doen het natuurlijk niet
zichtbaar, zij spreken voor het publiek van
volkerenverzoening en eeuwigen vrede! Zij
hebben hun belangen met een manteltje ver
borgen dat manteltje heet: veiligheid! „Veilig
heid der volkeren tegen de machtswellust van
hun buren, die zoo snood zijn aan de door de
vredesverdragen geschapen wereldorde te tor
nen". En ter wille van de veiligheid van deze
wereldorde, bewapenen de volken als razenden,
ondanks ontwapeningsbeloften, ondanks ont
wapeningsconferenties, groeien de legers,
groeien de voorraden wapens en oorlogswerk
tuigen van alle soorten met angstwekkende
snelheid! En degenen, die de touwtjes in han
den houden, de Geweldigen der bewapenings-
industrie, reiken elkaar de hand: hun schoor-
steenen rooken, him hoogovens gloeien, hun
banksaldi worden geweldige kapitalen. Voor
hen geen crisis, geen geldnood
De leiders van dezen oorlog in vredestijd
zetelen in de directiegebouwen van de groote
internationale bewapeningsfabrieken als Schnei
der-Creuzot, de Compagnie des forges et
acieries, het Kuhlman-Konzern en hoe zij nog
meer mogen heeten. Zij bez'tten invloed op de
reeds bestaande wapenfabrieken als b.v. Skoda
In Pilsen, waar zij geweldige fabrieken uit den
grond stampen. En de Fransche regeering
werkt hand in hand met hun Duitsche colle
ga's, banen den weg voor hen, zoover het hun
mogelijk is. De Fransche afgevaardigde Paul
Faure heeft enkele weken geleden in de Ka
mers de draden van het net weer eens onbarm
hartig in het daglicht gesteld. Hij heeft be
wezen, dat Schneider-Creuzot en de door hem
gesteunde banken, Union Parisienne en Union
Europeenne, him voordeel weten te trekken
uit iedere leening, die Frankrijk zijn bondge-
nooten toestaat. lederen keer, dat er Fransche
milliarden naar Praag, naar Belgrado, War-
schu of Boekarest stroomen, stroomen de
wapen-orders rijkelijk naar Schneider-Creuzot
terug. Zelfs werd het een soort voorwaarde,
waarop men het geld verkreeg, niet alleen
voor de directe bondgenooten van den Fran-
schen kring, maar ook voor Mexico, Grieken
land, Spanje, Japan en zelfs voor de anti
poden in de Middeilandsche zee, de Latijnsche
zusternatie Italië.
Dè geheele wereld werd tenslotte klant en
afnemer van de nog nauw verhonden bewa
peningsindustrieën. Overal, waar onrust
heerschte, bleven de sporen van hun hand
achter. Den roovergeneraals in China leverden
zij wapenen voor den ouderlingen strijd, het
nationale China wapenen voor den strijd tegen
Japan, hetzelfde Japan, dat naar aanleiding
van een leening ook hij hen wapenen moest
bestellen. In de Wit-Russische legers, die in
het Verre Oosten steeds weer van zich doen
spreken, doen tanks, machinegeweren en kara
bijnen hun moordend werk. In de woestijnen
van Noord-Afrika richten de Kabylenstammen
hun, door smokkelen verkregen wapenen, op
de blanken, wapenen, die door blanken gele
verd werden!
Geen wonder dus, dat in dezen tijd der
wereldcrisis de bewapeningsindustrieën nog
niet behoeven te klagen. Schneider-Creuzot..
net hart van deze industrie, kon bij een aan
deelenkapitaal van 5 millioen fraiTcs (1913:
36 mill, fr.) gemiddeld in de laatste drie jaar
een netto-winst van 26 millioen francs maken
en 20 pCt. dividend uitbetalen. De aandeeler
werden op de beurs met 2.620 francs, die der
met hen verbonden Bank Union Parisienne
zelfs met 3.670 fr. verhandeld. Ue fabrieker
verschaffen meer dan 20.000 arbeiders werk
en fabriceeren oorlogswerktuigen van alle
soort, van mitrailleurs tot zwaar geschut, van
motorfietsen tot vliegtuigen. Ook in den
scheepsbouw heeft men voet gevat en men be
schikt over eigen ijzer- en kolenmijnen, over
fabrieken, die daarvoor het SEt'-ïlaal ver
vaardigen, enzoovoort. Niet alleen is de
Schneider-Creuzot, zooals een publiek geheim
is, voor 60 pCt. aandeelhouder van de Skoda-
werken in Pilsen, maar ook nog van een groot
aantal wapenfabrieken in Tsjecho-Slowakije
van den Staatswapenfahriek in Joegoslavië van
de Friedenshütte en tezamen met de Engel-
sche wapenfirma Vickers van de „Gesellscha't
zur Herstellung von Kriegsgerat" in Polen
verder van de Staatswapenfabrieken van Roe
menie te Siebenbtlrgen, van de petroleumraffl-
naderijen fe Boedapest, van de „Veitchen Mag-
nesitwerken" in Oostenrijk, dus overal waar in
Midden-Europa, in de Donaustreken, op de
Balkenuitloopei s, een begin van een wapen
industrie aanwezig is.
Andere wapen-industrieën doet niet onder
voor Schneider-Creuzot: de Compagnie des
Forges et Acieries te Parijs, met eUi aandee
lenkapitaal van 180 millioen francs, een aan
tal arbeiders van 20.000 zielen, een omzet van
707 millioen francs, het hoogovens en wals-
fabrieken in Midden-, Noord- en Zuid-Frank-
rjjk, met groote belangen bij de staalwerken
in het vroegere Duitsche Lotharingeil en in
het Saargebied (Rombacher- en Dollinger-
hütte), de staalfabrieken en wapenfabrieken
in Chatillon, de staalfabrieken van Longwy, in
Fourchamboult en Décadeville, in St. Quen en
Montceron, alle fabrieken met een aandeelen
kapitaal van tusschen de 40 en de 100 millioen
francs, die dividenden van 20 pCt. en meer
uitkeeren die duizenden en nog eens duizenden
arbeiders te werk stellen bij het vervaardigen
van wapenen en vernielingsmachines, en ver
der de sedert tientallen van jaren in Frank
rijk gevestigde wapenfirma Hotchkiss, de
specialiste voor mitrailleurs en licht geschut.
Voor de Chemische bewapening zorgen een
aantal groote concerns, waaronder als eerste
het Kuhlmann-Konzern, welks aanaeelen-
kapitaal sedert den vooroorlogstijd van 6.61
millioen met enorme sprongen is gestegen tot
250 millioen francs en dat thans reeds meer
dan een millioen ton kunstmest en andere
chemische producten aflevert.
Zij worden echter alle in grootte overtreffen
door de Skoda-Werken in Pilsen: 200 mil
lioen kronen aandeelenkapitaai tegen 25 mil
lioen in 1913, 1634 millioen kronen omzet,
28 pCt. dividend, 30.000 man personeel,
600 millioen kronen salarissen en loonen, dat
alles spreekt een taal, de niet verkeerd begre
pen kan worden, uit dat alles blijkt overduide
lijk, hoe deze Tsjechische rustkamer zich ver
dubbeld, verdrievoudigd beeft, de wapenleve
rancier is geworden voor alle omliggende sta
ten, voor den geheelen Balkan.
Ook de oude wapenindustrie van België
heeft den vooruitgang van den tijd kunnen
bijhouden. John Cockerill in Seraing beschikt
nog steeds over een aandeelenkapitaai van
177.5 millioen francs, een productie, welke die
van den vooroorlogstijd met 33 pCt. overtreft,
en 11.600 arbeiders. Ook de wapenfabrikanten
in Luik zijn niet zonder betéekenis. Over het
algemeen is echter de rentabiliteit der Belgi
sche wapenfabrieken in verhouding omlaag-
gegaan. Cockeiiil betaalde in 1929—30 slechts
nog 6.9 pCt., Luik zelfs in het geheel geen
dividend meer uit.
De Engelsche en de Amerikaansche wapen
industrie is tegenwoordig tegenover de concur
renten van het Europeesche vasteland eenigs-
zins in de verdrukking geraakt. Dat is te be
grijpen, als men voelt, wat het voor deze soort
O-W'rs beteekent, als een regeering reeds in
vollen vredestijd voorbereidingen treft om in
tijd van oorlog de winsten tot een voor de
algemeenheid en voor het vaderland draagbaar
minimum te drukken. Dat is niet naar den
zin van de heeren.
En hierbij is het duidelijk, weiken weg de
ontwapeningsconferenties opmoeten! Maar tot
nog toe heeft men nog nooit één woord hooren
vallen te Genève over een scherpere controle
van de wapenfabrikanten door de ontwape-
naars. Voorloopig zijn de hyena's der wapen
fabrieken nog ongehinderd in staat, hun in
vloed, ten gunste van de bewapening op de
vertegenwoordigers der te Genève vertegen
woordigde volkeren uit fe oefenen en te ver
hinderen, dat door een ontwapening, b.v. naar
het voorbeeld van Duitschland, de levensdraad
van deze bloedgierige Industrie wordt afge
sneden, dat deze menschonteerende oorlogs
winst niet meer mogelijk is
(Nadruk verboden).
het tot dusver het minst onderzocht is. Deze sa
tellieten van Uranus hebben een buitengewoon
geringe lichtsterkte en kunnen slechts gezien
worden met behulp van de grootste refractors en
bij zeer gunstige voorwaarden in de atmosfeer.
Het klimaat van Europa laat in dit opzicht he
laas veel te wenschen over, doch voor de groote
sterrewachten in California zün de omstandighe
den onvergelijkelijk veel gunstiger. Het aantal
heldere nachten is er meer dan dubbel zoo groot
als bij ons en bovendien is de atmosfeer in deze
bergstreek zoo doorzichtig en rustig als slechts
op enkele plaatsen op aarde het geval is. Dit
was dan ook de reden, dat ik het afgeloopen jaar
met genoegen een uitnoodiging van de Caiiforni
sche universiteit te Berkeley bij San Francisco
en de Lick-sterrewcht op den Mount Hamilton
aannam om een studiereis van vijf maanden
naar de Vereenigde Staten te doen. De universi
teit van den staat Californië is de meest bekende
in de Westelijke Staten der Unie en telt meer
dan 10.000 studenten. Berkeley is eigenlijk een
voorstad van San Francisco en ligt aan den
Oostelijken oever van de baai. De meest beroem
de afdeeling der universiteit is wel de groote
Lick-sterrewacht, die ruim 100 K.M. ten Z.O.
van San Francisco ligt op een hoogte van 1300
M. en gesticht kon worden, dank zij een legaat
van James Lick, een rijken bewoner van San
Francisco.
Lick, die te Pensylvanië geboren was, fabri
ceerde oorspronkelijk meubels en piano's in
Zuid-Amerika en kwam in 1847 in Californië,
waar hij in de omgeving van San Francisco groo
te stukken grond opkocht, zoodat hij by dén
snellen groei der stad binnen korten tijd schat-
ryk werd. Om zijn naam onsterfeiyk te maken,
ontwierp hy aanvankeiyk plannen voor monu
mentale gebouwen in San Francisco zelf. Het is
dan ook meer een gelukkig toeval dan een bui
tengewone belangstelling voor de astronomie,
waardoor hij met geleerden te Berkeley in aan
raking kwam, die hem op de gedachte brachten,
een groote sterrenwacht te stichten.
Het bouwen van deze sterrewacht, die zyn
naam inderdaad in de geheele wereld een be
kenden klank heeft gegeven, beleefde Lick zelf
niet meer.
Hij stierf in 1876, kort nadat hy de stichtings
oorkonde had onderteekend. Later werd zyn
stoffeiyk overschot overeenkomstig zijn wensch
bygezet in den reusachtigen pyier van den
voornaamsten telescoop.
Een verlichte bronzen plaat aan den voet
daarvan draagt het eenvoudige opschrift: „Here
hes the body of James Lick". In 1888 was de
sterrewacht gereed; zij had driekwart millioen
gekost. Het groote, langgerekte hoofdgebouw met
de werkkamers der astronomen en de zalen van
de uitgebreide bibliotheek ligt als-een kroon op
den berg. Aan de eene zijde wordt het geflan
keerd door den grooten toren, waarin zich de
reusachtige refractor met een diameter van 90
c.M. en een brandpuntsafstand van 18 M be
vindt. Het is zelfs thans nog op één na het
grootste instrument van zyn soort, dat de weréld
kent en de Yerkes refractor van de sterrewacht
te Chicago is slechte een weinig grooter.
Aan de andere zijde staat een kleinere toren
met een refractor van 30 c.M. Het tweede hoofd
instrument der sterrewacht, een spiegeltélescoop
van 91 c.M„ bevindt zich op een naburigen, iets
lageren bergtop.
Tal van andere instrumenten en in de bijge
bouwen ondergebrachte laboratoria en studeer
kamers voltooien de uitrusting van de sterre
wacht. Verder bevinden zich hier vele woningen
voor de getrouwde astronomen en wetenschap
pelijke of technische assistenten, een gemeen-
schapplijke eetzaal, een eigen postkantoor en
'n schooltje voor de kinderen van deze in een
onvergeiykelijk schoon landschap gelegen berg-
kolonie.
Gedurende mijn verbiyf aldaar stelde de toen
malige directeur, Professor Aitken, my in de ge
legenheid om in totaal 43 nachten waarnemin
gen te verrichten met den grooten refractor om
mijn studie van de manen van Uranus voort te
zetten, een tegemoetkoming, die ik niet genoeg
kan waard:eren. Van die 43 nachten gingen er
slechts 5 geheel of gedeelteiyk verloren door be
wolking. Daardoor kon ik in den loop van drie
maanden een hoeveelheid materiaal voor de be
paling van de baan dezer satellieten verzamelen,
die zoowel quantitatief als qualitatief alle vroe
gere metingen overtreft. De resultaten van dit
werk vcor wat betreft de theoretische conclusies
kunnen eerst overzien worden, wanneer het ma
teriaal systematisch verwerkt is, iets wat nog
langen tyd zal duren. De studie 'van dit onder
deel der astronomie is echter zeer goed mogelijk
bij het bestendig mooie weer, waardoor op den
Mount Hamilton vele maanden van het jaar
slechts heldere nachten voorkomen, zoodat men
niet te klagen heeft over de omstandigheden,
waaronder men moet werken. Er bestaat ver
moedelijk geen tweede sterrewacht ter wereld, die
in dit opzicht onder zoo bijzondere gunstige om
standigheden verkeert. Het schitterende klimaat
maakt het mogeiyk, als regel gedurende 250 tot
280 nachten per jaar waarnemingen te doen en
het is niet in de laatste plaats hieraan te dan
ken, dat de Lick-sterrewacht over de geheele we
reld bekend is geworden. In die 44 jaar van haar
bestaan is hier n.l een schat van materiaal ver
zameld, waardoor menig belangryk resultaat
voor de wetenschap is verkregen.
(Nadruk verboden).
BRAHMAANSCHE WIJSHEID.
Wanneer reine gedragsregels worden gevolgd,
dan is er ware godsdienst.
Zelfonderzoek is pynlyk.
Laat niemand zyn eigen plicht vergeten ter
wille van die van een ander.
Hij die na toornig gemaakt te zijn, niet meer
aan toorn toegeeft, heeft een machtige overwin
ning behaald.
andere over je werk denken. 1
voren gewaarschuwd, dat je e
als het niet deugt, of een com
als het den menschen aansta:
Natuurlijk zou het de bedo
allemaal bleef: Van en voor
we zeggen: van veertien t
Drie of vier jongelui van di
een kleine redactie moeten v
en schiftte.
Wat denken jullie er van
over en en hiermede wend
jong-Bloemendaal als er
netje zit, laat het me met e
een boodschap aan ons bqka
daal weten. Dan vragen we
baar een zaaltje, houden eei
ring, waar een redactie wor
zaken verder besproken en h
nen. En ten slotte tot Clara e
Je ziet, dat de goede wil er
Laten we, zooals de Engelse
ten, er het beste van te make
vergadering!
Met beste
SCHEURLEER 1
Naar aanleiding van c
Scheurleer Zoonen had de
Crt. een onderhoud met den
Kooi, dat hieronder moge v<
Reeds eenigen tijd geleden
ten, dat de firma Scheurleei
verkeerde. Men heeft daarv:
gehoord. Bij informatie werd
ken. Des te meer ontstelteni:
dat de firma haar betaling
dan ook veroorzaakt. Het
ding en onrust in de stad ei
in de Spuistraat en op Sche
den zich weldra een aantal
baar binnen wilden. De dei
gesloten en aan degenen, die
ken vroegen, werd medege<
geen mogelijkheid bestond.
Mr. A. Diemer Kool, alg
houder met den titel vai
bank, heeft hierop voor on
gemaakt en ons gedurende e
ontvangen.
Hy deelde ons mede, dat i
het samenstellen van den t
surséance over te leggen st
passiva. De aanvrage zou
rechtbank worden ingediend
De moeilijkheden, in w<
raakt, komen geheel en al
Tot voor enkele jaren heeft
de zaken gedaan; onder in
is de keer gekomen. Eeners
vangrijke onttrekkingen pli
zijds zit de bank tot een aan
bevroren credieten.
Deze twee omstandighed,
haar liquiditeit zoodanig be
zetting van de betalingen t'
hjk was. Uit de by de reel
staat biykt. dat de activa
Zeker bedrag overtreffen. 1
zou het naar de overtuigini
gelijk geweest zijn, de af'
zaken zonder verlies voor
doen geschieden, mits men
door tijdelyken steun de za
den en de moeiiykheden
door te kamen. Er zijn dai
laatste dagen alle pogingen
krijgen. Men heeft hiervoor
banken als bij de partici
overal echter tevergeefs,
overal: de crisis en men do
Wat er nu verder gaat gel
oogenblik nog niet overziei
steun te krijgen worden v
niet tot een resultaat, dan
SCHAGCHELSTRAAT 46, 1
Mogen wy even Uw aam
zaak in het vervaardigen
Japonnen en schorten, w
aan leerlingen-verpleegste
ons volgens aangegeven m