KAPITEIN KLAKKEBOS GAAT NAAR AMERIKA. Record-waanzin. Brokjes Levenswijsheid® door G. Th. ROTMAN. Gemeenteraad® SCHAAKRUBRIEK® Heldebeeïd* Ben waaghals, die 't gevaar niet ziet, Springt van een hoogen toren Te water ieder vraagt zich af: Heeft hij 'tverstand verloren? t Was dwaas! Nog dwazer was het, dat Hjj daarvoor werd gehuldigd Het feit, dat hij nog leeft, is hij Aan 't stom geluk verschuldigd. Maar zie 't applaus van het publiek, De krans, hem aangeboden, Was 'doorzaak van een tweeden sprong Met 'tdroef gevolg: een doode! Die tweede springer wilde ook Zoo'n huldiging verwerven; Hij klom twee meters hooger, maar Zijn hoogmoed deed hem sterven. Zoo eischte dus het duikrecord Al gauw een menschenleven. Toch wou zich nog een derde man In dit gevaar begeven. Hij heeft op 't laatst zich nog bedacht; 't Publiek werd snel verdreven Door de politie Toen is hij Op 't droge maar gebleven. Al toonde hij zich in 't begin Voor rede niet zeer vatbaar, Toen hij zoo in de diepte keek Vond hfl het al te nat daar! Als hiermee nu die waanzin maar Voorgoed is afgeloopen. Of willen andr'ren 'tnog eens doen En 'tmet den dood bekoopen? Er zullen nog wel dwazen zijn, Die 'took eens gaan probeeren; Maar laten wij hun roekloosheid Niet met een krans gaan eeren! DE STEENEN HOND (nadruk verboden) Toen Ik kortgeleden ergens logeerde, zag Jk uit het venster van mijn logeerkamer in den tuin van de buren een hond. Het was een van dat soort honden, waarvan de aanblik reeds het ergste doet vreezen. Een buldog in strijdvaardige houding; één ®n al grimmige waakzaamheid. Barsch de oogen, barsch de pooten, barsch vooral de om- rimpelde bek. Een tronie, welke het symbool van ongastvrijheid scheen. De bulhond lag vóór zijn hok, als een schildwacht, die elk naderend wezen als een vjjand beschouwt. Zijn aanwezigheid bracht de Snenschenvrees en de menschenhaat van den eigenaar tot uitdrukking. Dezen schildwacht ïou niets of niemand passeeren. Zelfs Ik, die buiten het domein van den bulle bak verkeerde, voelde mij onder den ban van kijn dwingelandij. Want deze werd niet be grensd door het erf. Ik hoefde maar een ven ster open of toe te schuiven, of het geluld zou het monster de ooren doen spitsen. Mijn scha' duw op het gordfln zou een waarschuwend ge grom aan zijn strot ontlokken. Een ondoor dacht fluiten of roepen zou beantwoord wor den met woedend geblaf. Hemelsche goedheid, wat had ik het met dezen buurman getroffen! Maar tot mijn verbazing bleef het gedrocht stil. Zijn roerloosheid trok mijn aandacht. Ik begon hem te tarten. Maar hfl bewoog zich niet. Hfl blafte niet nog gromde noch toonde hfl zfln tanden. Toen begreep ik, dat de hond een beest was van steen. En deze ontdekking stemde me aanstonds zachter jegens den eigenaar. Die hond was maar een grapje van hem geweest. Hfl meende 'tzoo kwaad niet en wou niemand lastig vallen, alleen maar omdat deze een ven ster open of toe schoof of ondoordacht kuchte. Bfl het naar bed gaan was ik den buurman dankbaar, omdat hij met zfln steenen hond mfl een rustigen nacht waarborgde. En ik bedacht bfl het inslapen, hoe heerlijk het zou zfln, wan neer alle hcndenliefhebbers het voorbeeld van dezen merkwaardigen man gingen volgen. Welk een paradijs zou de wereld worden, als alle henden van steen waren! En ik droomde me zulk een versteening. Die leelflke jankers onder de groentekar, die kwaadaardige keffers achter hagen en hekken, die huilende maanzieken en die jammerende heimwee-lflders, wier meesters uit zfln gegaan, nadat ze hun lieveling in de schuur hebben opgeslotenWelk een rust, wanneer al dat gedierte versteend mocht zfln! Waarlflk, deze buur was een beminnelijk man en ik besloot, den volgenden ochtend met hem kennis te maken. Maar hoe werd ik verrast, teen ik zfln huis binnentrad. Want in het voorportaal ontmoette ik een mensche- ïflk wezen, dat het midden hield tusschen een lakei en een liftjongen. Deze neger in uniform was bezig te telefoneeren. Ik voel me altfld tegenover uniformen een weinig schuchter en wilde den telefoneerenden dienaar niet storen. Geduldig wachtte ik op de mat. Maar de negerjongen bleef staan met de hoorn aan het oor. Hfl stond daar even onbe weeglijk als de hond voor zfln hok had ge legen. Toen ik behoedzaam hem naderde, bleek deze man ook van steen. En nogmaals herademde ik. Wat is het toch veel gemakkelijker, met een steenen neger bediende om te gaan dan met een negerbedien de van vleesch, jegens wien men zijn houding niet onmiddellflk kan bepalen. Hoeveel pretti ger zou het leven zfln, zoo ook de menschcn evenals de honden van steen waren. Zoo scheen ook de buurman te denken. Hfl had heel de schepping rondom zich in steen veranderd. Steenen kabouters, steenen kik- vorschen, steenen paddestoelen. En voor zfln vensters bloeiden bloemen van glas. Men be hoeft ze niet te begieten en niet te verplan ten. Er is geen omkflken naar! Maar na een week ging lk dien hond, waarop ik uit mfln logeerkamer het oog had, feller haten dan ik ooit een levenden hond heb gehaat. Altijd diezelfde onbeweeglijke houding; altfld diezelfde verstrakte barschheld, die geluidlooze woede. Welk een wansmaak, dacht ik, zoo'n 69. Daar de kapitein slechts twee raketten afgeschoten had, kwam het bootje 'n kilome ter r erder al tot stilstand. Maar nu moesten *e weer terug, want de kapitein verkoos geen oogenblik langer in Amerika te blflven. ,,'t Is me hier &1 te gezellig!" zei hij. Om echter de ontplofbare stof voor de raketten te sparen, werd ergens aan den kant een groote tak af gesneden en hiermee boomde de kapitein het bootje voort, na het te hebben laten keeren. De professor zat terwfll aan het stuur, om er de richting in te houden. 70. Maar de arme prof moest telkens in zfln zakspiegeltje naar z'n arme geruïneerde gezicht kflken. Hierdoor lette hfl niet op, wat hfl deed en liet per ongeluk een der raketten ontploffen. Het bootje schoot vooruit, onder de voeten van den kapitein vandaan, en daar ning de arme man, borenaan den tak, die rechtop in de modder was blflven steken! Hee- lemaal alleen! Jawel, goeie morgen! Binnen I enkele oogenblikken stak een heele krokodillen familie de koppen boven water! 71. Geweldig, wat zat de man in angst! Tel kens kwam er weer 'n nieuwe kop boven wa ter, en zelfs maakte een der monsters aan stalten om de tak door te bijten. Maar geluk kig! daar ontdekte de kapitein vlak boven z'n hoofd een tak van een aan den kant staanden boom, die over het water uitstak. Met de kracht der wanhoop werkte hij zich wat om- hoog, greep den tak en begon zich omhoog te hflschen. 72. Maar jawel, de krokodillen voelden er niets voor, hun prooi zoomaar te laten ont snappen. Hap! daar had er al een hem bfl z'n rechterhiel te pakken! De kapitein trapte met z'n een vrfle been, wat hfl kon, maar de kro kodil liet niet los en trok zóó hard, dat de heele tak bijna tot op het water toe doorboog. hond van steen! En ik was van een waan genezen. Laten de honden maar blaffen, de kikkers maar kwaken de menschen maar lastig zijn. Dit is de tol, die men als levend schepsel aan t leven betaalt. Het leven is barsch en rumoerig, maar het is met de verdrietelijkheden, die meebrengt, toch duizendmaal meer waard dan de rustige, gerieflijke, geluidlooze dood. H. G. CANNEGIETER De eerste vergadering in het nieuwe jaar zit er dus weer op. Er is, vergeleken bfl twaalf maanden her, ook in den Bloemendaalscher® Raad heel wat gebeurd. Het aspect van den Raad is veranderd. Mutatie aan de tafel van B. en W. Nieuwe gezichten in den Raad. Vreed zame debatten en ingrflpende besluiten, waar van de laatste helaas menigmaal het merk- teeken van crisismoeilflkheden en drang tot ver sobering droegen. Dat de Nieuwjaarsrede van den Burgemees ter dan ook eenigermate in mineur was ge toonzet is begrijpelijk. De heer Den Tex roerde met een enkel woord den algemeenen toestand aan en ging voort met het constateeren van moeilijkheden, die ook Bloemendaal niet ont houden zfln gebleven. Bloemendaal teert op haar reserves. De burgemeester zeide het met nadruk en in de naaste toekomst zal die klem toon nog wel eens meer gelegd moeten worden, al heeft de Raad, naar Spr. opmerkte, den weg der bezuiniging ingeslagen. Ook staat Bloemendaal dus een moeilijk jaar te wachten en zal de harde weg der be zuiniging voorshands niet verlaten kunnen worden, al was het maar om nieuwe teleurstel lingen te kunnen opvangen. Spr. wees er op, dat er enkele lichtpunten overgebleven zijn en noemde als een er van den Zeeweg en het Bloemendaalsche Strand. De gronden langs den Zeeweg wachten op doelmatige exploita tie en de burgemeester deed een beroep op den Raad om samenwerking met het College van B. en W. als de tijd blijkt gekomen om het kapitaal, in deze gronden gestoken, rendabel te maken. Maar na deze moedgevende opmerking va rieerde Spr. weer op het aanvangsthema: De werkloosheid houdt aan. Het aantal werkloo- zen stflgt met een kleine twintig per half jaar en bedraagt thans ongeveer 175. Het Crisis comité verricht uitstekenden arbeid, maar de lasten, die op den middenstand drukken stel len het meermalen voor al te moeilijke proble men en voeren ingezetenen, die tot dusver hun bestaan niet bedreigd zagen, thans tot het Crisiscomité. De bevolking toont in aantal een accres. Een verheugend teeken, maareen geboor te-overschot is er niet. De toeneming is gevolg van het gereedkomen der woningen van Bloe mendaal-Noord. Alweer een stortbad je dus! Met een woord van vermaan besloot de bur gemeester. Naarmate de toestanden in het maatschappelijk leven zich verscherpen, ziet men ook de tegenstellingen in de gemeentera den dikwijls acuter worden. Spr. hoopte, dat in dezen Raad de persoonlijke appreciaties derge- lflke tegenstellingen zullen voorkomen. Uit ons verkort verslag zal men zich her inneren dat het voorbereidend openbaar onder- wfls met een stem is gesneuveld nadat in een vorige vergadering de stemmen gestaakt had den. Voorshands laten wij het bij de vermel ding van bet feit en hopen op deze aangelegen heid binnenkort terug te komen. Er volgde thans een gedachtenwisseling over het teere punt van het Wethouderspen sioen. In een vorige vergadering was B. en W. verzocht, prae-advles uit te brengen over al of .niet invoering van wethouderspensioenen. B. en W; echter, zich eenige spreekwijzen uit onze Hollandsche taal herinnerend, waarin iets wordt gezegd over ijs van één nacht en over een kat en een boom stelden het blijkbaar op prfls, vooraf het oordeel van den Raad te ken nen, draaiden de zaak zoo'n beetje om en kwa men op hun beurt bij het College der Vroede Vaderen om prae-advies. Wfl behooren niet tot hen, die een. incidenteel geval voetstoots tot een precedent verheffen, anders zouden we een beetje bevreesd worden voor meer derge- lflke tennispartfltjes; De Raad vraagt het ge voelen van B. en W. en B. en W. vragen ter voldoening, aan dat verzoek het gevoelen van den Raad...... and so ad infinitum. Enfin, de heer Laan was er tegen, Haalde frappante gevallen aan van wethouders, die er in de dagen hunner zorgelooze jeugd eenigen tijd als wethouder op hadden zitten en daar tot in de jaren hunner grijsheid pensioen van zullen trekken tot ongerief van een berooide gemeentekas. De heer Schulz was er voor. Wees er op, dat een wethouder zijn volle werkkracht dik- wflls moet geven ten profflte van de gemeente, van welker dagelijksch bestuur hfl deel uit maakt, met het gevolg, dat daarvcor andere inkomsten, dikwijls goede vooruitzichten in het particuliere léven moeten worden prijs ge geven, zoodat op de gemeenschap de taak rust, zulk een functionnaris schadeloos te etellen voor eventueel ongerief, voortvloeiend uit zfln arbeid ten bate van het algemeen. Aldus werden diverse argumenten over het algemeen met grijze baarden van ouder dom hier nog eens gaaf opgediend. Nie mand maakt zich tegenwoordig meer druk over Wethouderspensioen. Dat is in als we 't zoo mogen zeggen in vrijwel alle respec tabele ge-meent enal lang aanvaard. Het is een teeken van onzen tijd en al willen we hier geen beschouwing over de teekenen der tflden ten beste geven Bloemendaal is geen eiland, waar algemeen aanvaarde principes kalmpjes ge negeerd kunnen worden. Ook uit de inleiding van den voorzitter viel op te maken, dat deze het wethouderspensioen geheel in het kader van dezen tijd wenschte te bezien. Aldus besloot de Raad, met de stemmen van de heeren Luden, Dorhout Mees, Laan, Quar- les van Ufford en Hogenbirk tegen, B. en W. uit te noodigen te prae-adviseeren en de koers van dit prae-advies zal uit den aard der zaak dus wel naar den kant van de invoering lig gen. De heer Van Riessen gaf in overweging, pensioen toe te kennen op 60- of 65-jarigen leeftijd, een denkbeeld, waarvoor wel animo bleek te bestaan. Bij de behandeling der voorgestelde onthef fingen van bepalingen der bouwverordening had eenig debat plaats over een merkwaardige zaak. De Ver-leniging voor Jeugdwerk wenscht een huis te bouwen aan de Donkere Laan hoek Sterreboschlaan. De Commissie van bijstand voor publieke werken adviseerde afwflzend, daar de gevraagde dispensatie te groot werd geoordeeld en er naar het oordeel der Com missie een mooi beboscht plekje zou komen te verdwijnen. Natuurlflk is dit een deugdelflk motief Het bleek echter, dat in de Commissie de mee ningen nogal verdeeld waren geweest en de heer Cassee gaf zelfs te verstaan dat persoon lflke motieven niet vreemd waren geweest aan het afwflzend praeadvies, waartegenover da heer Hogenbirk aanvoerde, dat het z.i. geen pas gaf, dat een hoofdambtenaar der gemeen te de Vereeniging voor Jeugdwerk van advies had gediend, terwijl de Commissie zich ge noodzaakt had gezien, dit advies te desavou- eeren. Waartegen de heer Laan weer opmerk te, dat bedoelde hoofdambtenaar boven elke verdenking van bevoordeeling verhéven is en ais privé persoon zooveel adviseeren mag als hfl maar wil. De zaak werd intusschen nog een tikje inte ressanter, toen het volgende bleek. De grond, waarop de Vereeniging voor Jeugdwerk het oog heeft geslagen behoorde destflds aan me juffrouw Crommelin, die den grond aan de ge meente heeft overgedaan onder het voorbehoud van haar zeggenschap inzake eventueele be bouwing. De vereeniging voer Jengdwerk werd thans in haar streven gsteund door een re quest waarop de namen van talrijke zeer voor aanstaande ingezetenen voorkwamen. Dit re quest droeg als eerste in de rij der ondertee kenaren den naam van mejuffrouw Crommelin zelve. Waar een ingezetene zoo nauw betrok ken bfl de te verleeen dispensatie zich voor inwilliging van het verzoek verklaard had, diende de Commissie van Bijstand dus wel met sterke argumenten te komen en waar deze motieven zich voor het allergrootste gedeelte bepaalden tot een pleidooi voor het behoud van natuurschoon, deed het wel vreemd aan, dat de Raad ten slotte met 76 stemmen besloot, afwflzend op het verzoek van de Vereeniging te beslissen. Het wil ons voorkomen, dat de Raad met dit besluit de belangen van een nut tige vereeniging kwalflk heeft gediend en zijn waardigheid niet geschaad zou hebben door een wat meer tegemoetkomende houding jegens een request van nu niet de eerste de beste gemeentenaren. Het voorstel om een weg aan te leggen in het verlengde van de Waldeck Pyrmontlaan bracht de heeren Quarles van Ufford en Laan in het geweer. De eerste merkte op, dat B. en W. hier een crediet vragen voor een klein on derdeel van de werken, die op de gronden van Gehrels noodig zullen zfln. Hfl vroeg daarom een afgerond plan voor de toekomstige exploi tatie dezer terreinen. De heer Laan onderschreef dit verzoek en toonde de vrees, dat hier een begin wordt ge maakt met uitgaven, waarvan de draagwijdte niet te overzien zal zfln. Er zal hier een weg, een school, een brug en wat al niet meer 'moeten komen. Men -spreekt over sportter reinen. Wat zal dat alles moeten kosten? De Raad tast hier in het duister. Laat men liever dit alles eerst eens becijferen dit stuk terug nemen en dan met een volkomen gedetailleerd plan komen. Nadat de heer Schulz zich vóór de voordracht had verklaard werd deze verdedigd door wet houder Prinsenberg. Hij betoogde, dat men hier een uistekend project voor werkverschaf fing heeft. De weg zal een uitstekende toegang voor de terreinen van, Gehrels blflken en ten slotte zal is de weg eenmaal gereed, er een 4200 M2 bouwrijp terrein liggen. Het voorstel werd aangenomen. Ook over de concessie aan auto-busonderne mingen inzake de lijn Overveen-Strand had een debat plaats. Zcoals men uit ons vorig nummer heeft kunnen lezen stélden B. en W. voor, deze consessie niet bij openbare inschrij ving te gunnen, doch deze eerst te doen plaats hebben, indien blijkt, dat de N.V. Stormvogels die naar men weet door haar dienst Haarlem Bloemendaalsche Strand een der meest serieuze gegadigden is, niet in de eischen van verkeer kan voorzien. De heer Schulz was het niet met B. en W. eens. Er is hier een goede kans op een voor deel voor de gemeentekas. Spr. wil dit voordeel niet prflsgeven. Hfl is niet tegen een voorkeur ten behoeve van de Stormvogels, doch dan zal' dit tot uiting moeten komen tén. bate der. ge- misentefinanclën. Ook de heer Laan meende, dat de N.V. Stormvogels er wel wat voor over zullen heb ben, wanneer zfl de concurrentie weg kan houden. Nadat de heer Quarles van Ufford had opge merkt, dat het rationeel zou zijn, als het be drag, waarvoor Stormvogels verleden. Jaar Backhuys heeft uitgekocht, voortaan de ge meente ten goede kwam, verdedigde de voor zitter de voordracht. Met klem waarschuwde hfl er tegen, van de lijn OverveenStrand geen vechtlflntje tusschen twee ondernemingen te maken, waardoor het verkeer ten zeerste be- moeilflkt zou worden. Na nog een debat stelden de heeren Quarles van Ufford en Schulz voor, onderhandelingen met Stormvogels te openen en bij onbevredi gend resultaat tot openbare inschrijving over te gaan. Dit tusschenvoorstel (een voorstel Laan om tot openbare inschrijving over te gaan was ge sneuveld) werd aangenomen. We geven Storm vogels een redelijke kans. Tot slot werd een ge dachtenwisseling geopend over het al of niet wenschelflke van Ford-transportauto's boven Magirus-dito. De wethouder van Publieke Wer ken vroeg voor zijn dienst een crediet van 13.000.voor de aanschaffing van twee Magirussen. De heer Luden meende, dat het met Fords net zoo goed kan. Die kosten maar 2600.— per stuk. „Laat ons" zei de heer Quarles, „eens met Ford praten. Als die ons de wagens die we noodig hebben, belangrijk voordeeliger kan leveren, is de oplossing duidelijk. BovendiÊn steunen we daarmee de Nederlamdsche nijver heid en andere nationale belangen." De raad sloeg dit advies niet in den wind. Binnenkort hooren we dus, of Ford 4 a 5 tons vrachtwagens kan leveren. We vreezen zeer. Uit de rondvraag memoreeren wfl een verzoek van den heer Cassee cm wat meer verlichting des avonds en des nachts van de Prins Hen driklaan. De voorzitter zegde toe, dat B. en W. een wakend oog zullen slaan op de plekken, waar de Bloemendaalsche katjes grauw zfln. Zoo hoort het immers. Oplossingen, bfldragen enz. te richten aan den Schaakredacteur. Cruquiusstraat 19. Haarlem. PROBLEEM No. 371. L. T u h a nB aranowskt (Warschau.) Mat in twee zetten. Stand der stukken; Wit: Kd6, Dfl, Ta5, Te8, La8, 1x3, Pd5, Zwart: Ke4, Td4, Tf5, Le8, a4, e3, f5, f7. Speciaal-prfls-wedstrfld Swiat Szachowy, 1931. PARTIJ No. 168. Vijfde matchpartfl, gespeeld te Stockholm, December 1932. Wit: R. Spielmann, (Weenen). Zwart: G. S tol tz (Stockholm). 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. Op d2—<14 Pgl—f3 e2e3 h2b3 Lfl(13 Lel—b2 0—0 Pbl—d2 c2c4 a2a3 c4Xd5 d4xe5 12 Dame-pionopening. Pc6Xe5 volgt -h5, enz. <17—as c7c5 e7eS Pa8bS Pb8c6 LfSd8 O—0 Dd8e7 Tf8—dS e6e5 Pf6Xd5 Ld6Xe5 13, Pf3Xe5, Ld6Xe5; 14. Ddl- 13. Pf3 X e5 Pc6xe5 14. Ld3c2 1x8g4 Hier is Pe5g4 sterk, 15. Ddl—el Pd5—b4 Begin van een mooie, maar, zooals ten slotte blijkt, totaal incorrecte offercombinatie. 16. a3Xb4 Td8Xd2 17. Delxd2 Pe5—f3f 18. g2xf3 Lg4XfS 19. e3e4 Lg4XfS Nu blijkt, dat het plan De7h4 door Dd2— d6 gepareerd wordt, omdat de witte Dame naar g3 kan worden gebracht. Spielmann won de match met 4, ls OPLOSSING PROBLEEM No. 368. (Dr L. N. de Jong.) Stand der stukken: Wit: Kc8, Db6, Td8, La7, Pd7, Ph5, h3, b5, e2. Zwart: Kd5, Lf5, Lf8, Pa-5, e5, «7, g7, I. Dh6—g6, enz. Goede oplossing ontvangen van: S. Ba- rends te Aerdenhout; H. W. van Dort, K. H. R. Pluim—Mentz en P. Rotteveel, allen te Haarlem. i 21 Jan, Als ik over de landelijke schoonheid van da schamele heide hoor spreken, denk ik onwille keurig aan 't Gooi; nog liever aan de Veluwe, in 't bflzonder aan den Zijperberg achter de Steeg. Daar rolt zich van ongeveer 100 meter boven het IJséldal een -effenbruin kleed -over een golvend landschap uit haar noord, west en zuid, zoover het oog kan zien. Anders naar 't oosten. Daar gaat de blik over de groene laagvlakte van de Lijmers tot aan den Hettenhe'uvel en de hoogten van Kleef en Nij megen. In 't bruine land heerscht de volkomen stilte der eenzaamheid: geen menschelflke wo ning; niet ver van ons standpunt een breed- gekroonde kromgegroeide den, die zich met zware wortelklauwen in den schralen bodem heeft vastgeklemd en onder den druk der wes terstormen zfln grijparmen horizontaal naar 't oosten uitstrekt. Verderop groepjes verwaaide juniperusstruiken en kale spichtige berkenvin gers op witgevlekte stammen. En in de verte een schuin opstflgende rook- of stofzuil waar onder misschien een herder met zijn kudde, die t altfld eetbare heidekruid moet beknabbelen. Dat is heide, golvend en breed, onder de wintersneeuw als een noordsch landschap, ta de heete, droge Juli-maand als een woestijn, smachtend naar een verkwikkende regenbui, ten tijde van den bloei als 't purperroode brui loftskleed der Aarde. Vroeger heb ik zulke beelden ook achter den IJsel gekend, In Saliand, Twente en Homeland (Graafschap Zutphen). In 't klein zfln ze er nog wel, maar snel klimt daar het eeuwenoude heidegebied in om plaats te maken voor den- denland, sinds den opslag niet meer door wei dende kudden wordt weggegraasd, of de mensch den ploeg er inzet om aldoor nieuwe graanakkers en kunstwelden te veroveren. KERST ZWART. Hans van Biilow had een bijzondere antipathie tegen twee leden uit zfln orkest, 'aat ons zeggen, do heeren Schulz en Schmidt, Op zekeren dag waren beid-en niet op de repetitie verschenen. Waar is meneer Schmidt?" Herr Doktor, meneer Schmidt heeft van nacht een beroerte gehad". „Uitstekend, uitstekend, maar au zitten wé toch nog met meneer Schulz,"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1933 | | pagina 3