SMOKKELAARS OP DE
ADRIATISCHE ZEE.
KORT VERHAAL
GEHEIME SIGNAALDIENST TUSSCHEN DE EILANDEN.
De Deensche Sahara.
Misdadige brandstichting.
Het zusje.
Smokkelhandel hoofdmiddel
van bestaan
door
OLAF FALÖ.
Wanneer een toerist op reis door Dalmatië
in de haven van Corcula zijn schip verlaat om
de stad, die als een schoon kasteel op het
eiland ligt, te gaan bezicht-gen, doet niets
hem vermoeden, dat dit net centrum der
smokkelarij op de Adriatische Zee is. Het zat
hem misschien vreemd voorkomen, dar er zoo
veel politie op de been is, dat iedereen zich
moet legitimeeren, dat elk stuk bagage wordt
onderzocht, doch het plaatsje zelf is rustig en
vredig Een paar visschersbooten liggen in de
haven voor anker, op het havenhoofd' trippelen
de jonge meisjes, van de plaats op en neer
het is alleen verdacht dat men af en toe een
douar.eboot in het Kanaal van Corcula ziet
opduiken.
Het plaatsje Bluto op het eiland Corcula
wordt door de reisgids vermeld als het groot
ste dorp van Dalmatië. Het heeft 6000 inwo
ners, wat men hier zeer veel vindt. En van die
6000 mannen, vrouwen en kinderen is minstens
een derde gedeelte betrokken bij de smokke
larij °P de Adriatische Zee.
Er zijn er honderden, die telkens opnieuw cle
gevangenis indwalen of tot tooge boeten wor-
uen veroordeeld, wanneer zij door de Joego
slavische douaniers worden betrapt. Ei- blijven
echter altijd genoeg smoklte'aars vrij roncloo-
pen. En deze visschers en boeren moeten wel
smokkelen om zich een bestaan te veroveren,
want de zee en de onvruchtbare Karstbodem
leveren niet genoeg op.
De smokkelarij blijft natuurlijk niet beperkt
tot het eiland Corcula, zij komt voor in de
geheele kuststreek tusschen Soesjak in het
Noorden en Boedva in het Zuiden.
Onder de bevolking bevinden zich nog heel
wat afstammelingen van de oude zeoroovers
die even moedig als sluw waren en vanuit hun
geheime schuilplaatsen de Adriatische Zee be-
heerschten. zoodat zij schatting konden
eischen van de machtige republiek Venetië,
zoowel als van de Turken. Verder naar het
Zuiden stijgt het Italiaansche ..rotseiland
Lagosta met de wijnhaven van den zelfden
naam. steil op uit het blauwe water. Men kan
het vanuit Corcula met een zeilbootje in
enkele uren bereiken als de Bora waalt. Tus-
f cher. Corcula, Lagosta, en het Joegoslavische
eilandje Uljet, dat vrijwel buiten het scheeps
verkeer ligt, 13 de smokkelhandel hei leven-
digst. Om het de douane althans eenigermate
mogelijk te maken, den ongelijken strijd vol te
houden, heeft men bepaald, dat er van de Joe
goslavische visscbersplaatsen aan de kust na
acht uur 's avonds geen schepen meer in zee
mogen steken; visscher3 krijgen een speciale
vergunning om 's nachts netten uit te zetter,
of in te halen, maar die worden dan ook gere
geld door de douane bij hun werk gecontro-
-eerd'. Ondanks alle maatregelen van eigenaard
gaan de smokkelaars echter hun gang.
Te Lagosta vindt men een stapelplaats van
alle artikelen, waarop Joegoslavië hooge in
voerrechten of belastingen heft, meest koffie,
tabak en suiker. Een kilo suiker kost bijv. te
Lagosta 5 of 6 dinar. Het prijsverschil rnaakt.
he smokkelaarsbedryf loonend En langs de
geheele kust, zoowel als op de eilandjes Hvar,
Brac en hoe zij nog meer heeten mogeu, rookt
de bevolking uitsluitend gesmokkelde tabak.
Deze is niet alleen goedkooper dan de tabak
doch smaakt ook beter. Dc autoriteiten der
tabaksregie weten natuurlijk wel, dat hun tabak
en sigaretten langs de kust vrijwel onverkoop
baar zijn; slechts in de grootste plaatsen waar
de overheid een strengere controle kan uit
oefenen, vindt de regie nog een beperkt afzet
gebied voor haar producten. Men heeft daar
om reeds een bevel uitgevaardigd, dat er
slechts pakjes sigarettenpapier verkocht mo
gen worden aan hen, die minstens eenzelfde
aanbal pai-jes regietabak kocpen. Het gevolg
was slechts, dt.t men te Lagosta bcha'vr andere
producten ook sigarettenpapier ging opslaan.
Met kleine, uitstekend bestuurbare molorboo-
ten, die vooral 's zomers zeer goed voor ple-
zierbootjes kunnen doorgaan, worden onder de
oogei: van de douaneambtenaren kilo's en nog
eens kilo's sigarettenpapier uit Lagosta ver
voerd naai Spalato. Ragusa en andere havens
vanwaar ze dan verder naar het binnenland
worden gebracht.
De douaniers hebben het niet gemakkelijk,
want zooals gewoonlijk sympathiseer* de be
volking met ce smokkelaars, die in alle krin
gen hun relaties en vertrouwden hebben:
onder medici, advocaten, dorpsonderwijzers en
zelfs monniken. De vele kloosters langs de
kust en op de verschilende eilanden vormen
meermalen een tbevluohtsoord voor achter
volgde smokkelaars. Bovendien worden de be
wegingen van het zestal met zoeklichten en
machinegeweren uitgeruste douanebooten zorg
vuldig nagegaan door de smokkelaars, die
onderling in verbinding staan door eer uitste
kend georganiseerden signaaldlenst. Het komt
dan ook zelden voor, dat er smokkelaars door
ce douane worden verrast en als dit al eens
gebeurt, bestaat er gewoonlijk een persoonlijke
veete tusschen de smokkelaars op den achter
grond. Bij wijze van wraakneming verraden zij
dan elkaar.
Het drukst is het smokkelaarsbedrijf met
nieuwe maan, dan heerscht er op de zee ge
woonlijk groote drukte. Van Uljet. Po.ace en
Babïnopolje, van het schiereiland Pelesjatz en
natuurlijk ook van de smokkelaarscentrale
Corcula zoeken grootere en kleinere booten
die den dag hebben doorgebracht in stille in
hammen van de kust, den weg naar Lagosta
cp. Daar vormt de smokkelarij voor de be
De idyllische opslagplaats voor sigaretten
papier op Corcula, de mooie toeristenplaats.
volking het voornaamste middel /van bestaan.
et komt echter ook voor, dat de smokke-
'aars weken lang niet kunnen uitvaren, doch
tusschen de eilandjes en bochten van de kust
verborgen blijven, omdat de douanebooten on
afgebroken op den loer liggen.
De smokkelaars zyn% krachtige menschen,
die vaak met levensgevaar hun avontuurlijk
1-eroep uitoefenen. Zij kunnen de douanebooten,
die met hun krachtige schijnwerpers 's nachts
de zee afzoeken, slechts ontwijken, wanneer zij
tijdig een der smalle inhammen van de kust
kunnen bereiken, waar het uitzicht belemmerd
is Mist, die vriend van smokkelaars in Noor
delijker gelegen landen, komt op de Adriati
sche kust praktisch niet voor. Meevaren met
zulk een smokkelaarsschip behoort dan ook
tot de meest opwiaêTêhclë avdnt1irë5i'. dié-'inen
zich kan indenken.Loopt he* .mis, dftn onder
gaat men uit den; aarfl.ldërlzadR.hez'êlfde Straf
fen als de werkelijke smokkelaars. Deze geven
echter niet om de gevaren; 'die hun leven cn
hun vrijheid bedreigeft; zij kennén zooiets als
het enthousiasme van den sportman eii denken
eerst in de tweede plaats aan het geld, dat
zij maken. Juist het spelen met het gevaar
heeft deze moedige en volstrekt niet 'altijd
slechte mannen aangetrokken en hen ertoe
gebracht r.m smokkelaar te worden. Hebben
zij eens een goede buit binnengebracht, dan
blijven zij echter ook weer langen tijd op hun
lauweren rusten. Het zijn en blijven nu een
maal echte Zuiderlingen. Hebben zij voor een
paar maanden genoeg verdiend, dan worden
zij weer brave, eenvoudige visschers, die
overdag slapen In de heerlijke- warme zon of
hun netten verstellen en 's avonds een paar
uur op de vischvangst uitgaan. In de kroeg
vertellen zij dan graag bij het sehijnse' van de
petroleumlamp hun avonturen en rooken
daarV.jj-natuurüjk gesmokkelde tabak, die
zij in hun kelders en tuinen verborgen houden.
De douaniers zrjn n.l. zoo nieuwsgierig, dat zij
soms zoo maar eens een kijkje komen nemen
in de huizen.
(Nadruk verboden).
VERSCHUIVENDE ZANDMASSA.
OVER 100 JAAR IS FREDERIKSHAVN
BEREIKT.
Slechts weinigen weten, dat er in Europa
een ware zandwoestijn bestaat en dat niet
ergens op het Balkanschiereiland, maar in
Denemarken, een land, dat men zich toch niet
als een woestijngebied zou voorstellen^ Dene
marken wordt met recht het land der groene
weiden en der beukenbosschen genoemd, maar
in het Noordwestelijke deel, niet ver van
Skagen lig de merkwaardigste streek van ons
werelddeel: de Deensche Sahara.
Wanneer men zich van de havenstad Frede-
rijkshavn over het vlakke land begeeft, dat
zich ten Noorden en ten Westen van de stad
uitbreidt, bereikt men allereerst de z.g. Aal
boekplantage, een prachtige weelderige en
zeer wildrijke streek. Ten Westen van het dorp
Hulsig, dat bestaat uit eenige huizen, een ben
zinepomp, een telefooncentrale en een spoor
wegstation, verandert het karakter van de
streek vrij snel. Nog eenige kilometers gaat
men langs steeds zeldzamer wordende huizen.
Dan breidt zich aan beide zijden een vlakke
heide uit en steeds witter en witter glinstert
het voor de Qogen Aan den horizon teekener.
zich heuvels af, waarachter men de bruisende
Noordzee vermoedt. Deze heuvels hebben allen
een naam. Bekend is de Dönningebakken, die
in zijn vorm merkwaardig veel gelijkt op den
Japanschen Foesijama. Deze klippen bescher
men de streek tegen de zee, die geweldige
zandmassa's op de kust werpt. Van den top
van de Döningebakken heeft men een prachtig
uitzicht naar alle zijden. Men ziet de zee tot
aan het Skagerrak; Frederiksbavn en de vuur
toren van Skagen doemen voor het oog op.
Terwijl de reiziger zijn tocht voortzet, wordt
de streek steeds eigenaardiger Het eene meer
volgt op het andere. Het land is hier zoo vlak
dat men steeds slechts een klein stukje water
kan zien. Het is een dorado voor den botanicus,
want onder de spaarzame vegetatie bevinden
zich zeldzame gewassen, vooral insecten-etende
planten.
Plotseling verandert het landschap opnieuw.
Iedere vegetatie houdt op, er groeit geen gras,
geen struik. Zelfs geen steenen bedekken den
bodem. Het zand ziet er uit, alsof het hier
eerst kortgeleden Is komen aandrijven. En
inderdaad is het de Oostelijke arm van Milen,
die tot hier is voortgeschoven. Milen heet dit
andschap van zandbergen. Het hoogste punt
ligt ongeveer 80 meter boven den zeesplegV
en de reusachtige zandmassa's verschuiven
aarlijks over een afstand van 8 meter. Zij
liggen thans op 3 tot 4 kilometer van de kust.
Dit eigenaardige verschijnsel bedreigt ook
de meren van het z.g. Studell-gebied Het ln
het uiterste Westen gelegen Studelimeer is
reeds half door het zand overdekt. De zand-
massa beweegt zich onophoudelijk, zij het
langzaam. Over ongeveer honderd jaar zal
Frederikshavn bereikt zijn en bedolven worden,
wanneer de techniek dan nog geen verdediging
tegen dezen vijand zal hebben gevonden.
Milen zelf is een oceaan van zand. Daaronder
bevindt zich grootendeels harde bodem, maar
er zrjn ook plaatsen, waar men geheel kan ver
zinken. Bij sterken wind jagen geweldige zand
wolken over het land en geeselen den onvoor
zichtige, die zich hier gewaagd heeft, tot h'ij
bewusteloos neerzijgt. De zandwoestijn heeft ln
den loop der jaren reeds heel wat slachtoffer^
geeischt Gedurende een der oorlogen, die tus-
chen Denemarken en Zweden zijn gevoerd
trachtte eens een Zweedsch oorlogsschip troe-
-n aan land te zetten aan de zandige West
kust van Denemarken. Toen lag de zand-
'stiin nog viak aan zee. De landing had des
nachts plaats. De Denen, die de verrad erh-'k-
van de streek kenden, lieten den vijanden
ongestoord hun gang gaan, om hen daarna
■net des te meer zekerheid te kunn"" vernie
tigen. De Zweedsche troepen verdwaalden in de
zandvlakten cn werden ln afzonderlijke groe
pen gevangen genomen.
Het zand dat door de grillen van den wind
wordt gemodelleerd, pleegt hier merkwaardige
vormen aan te nemen. Men kan de woestijn
tallooze malen gadeslaan:, steeds verandert
haar vorm. Waar zich vroeger bergen van
zand verhieven, gaapt thans een diepe kloof
en ln plaats van spitse pyramlden ziet men
plotseling een effen plateau.
Tpisch is, dat men hier bijna geen dier aan
treft. Het instinct der dieren, dat niet om den
tuin te leiden is, zeg hun, dat zich hier over
grooten afstand onvruchtbaar land uitstrekt.
Al3 een haas op zijn zwerftochten aan den
rand van deze woestijn mocht komen, wendt
hij zich om en neemt snel de vlucht.
Sommige zullen zich misschien nog den des
tijds beroemden filmster Waldemar Psilander
herinneren. Ongeveer 20 jaar geleden bewon
derde de wereld hem als Arabischen sjeik ln
een-film, die naar werd medegedeeld, natuur
opnamen van de Sahara bevatte, hetgeen iets
nieifws was. Thans is het geheim verraden: de
Sahara werd in Milen opgenomen!
Wat is de waarde v,an deze woestijn? Voor
lopig nihil. Eenige jaren geleden, toen een
jong luitenant ln opdracht van den Deenschen
generalen staf opmetingen in deze streek
verrichtte, werd hem de geheele Europeesdhe
Sahara, die destijds aan een priester toebe
hoorde. voor twee kroon te koop aangeboden!
De luitenant wees het aanbod voor hem per
son lijk van de hand, maar de Deensche staat
heeft intusschen de woestijn voor een wel wat
aanzienlijker bedrag van den priester gekocht.
„DE BRANDEN-EXPERT HEEFT HET
WOORD
Geheimzinnige brandstoffen.
Brandstichting met een helsche machine.
Wat zegt de wetenschap van den Rijksdag
brand?
door
Professor Dr. L. Hofman.
Bij geen misdaad Is de meening der deskun
digen van zoo beslissende beteekenis als bij een
brandstichting. Het verschil tusschen moord en
zelfmoord kan door een ervaren politieman
meestal spoedig worden vastgelegd. Veel moei
lijker is het te bewijzen, dat een brand opzette
lijk is aangestoken na te gaan, welke middelen
daarbij gebruikt zijn. Hiertoe is als regel slechts
de deskundige in staat.
Het werk van deze deskundigen is zoo inte
ressant en opwindend, dat men er zich slechts
over verwonderen kan, waarom het publiek er
zoo zelden iets van hoort. De schrijvers van de-
tective-rcmans keeren steeds weer terug tot de
zelfde onderwerpen, schijnbaar niet wetend, dat
zij veel interessantere stof konden putten uit de
officieele rapporten van branden-experts.
Er zijn de meest verschillende motieven om
brand te stichten in bewoonde en onbewoonde
gebouwen: verzekeringsbedrag, wraakneming, ver
bergen van een moord, enz. Even talrijk zijn
ook de manieren, waarop de brand wordt ge
sticht. Het interessants zijn wellicht de midde
len, die door misdadigers worden aangewend om
zooveel mogelijk tijd te laten verioopen tusschen
de brandstichting en het uitbreken van den
brand. In dien tusschentijd brachten zij zich
een alibi te verschaffen of althans te vluchten.
De branden-expert moet alle onderdeelen der
chemische analyse beheerschen. De micro-camera
en de microscoop zijn onmisbare metgezellen.
Menig brandmiddel verraadt zich echter reeds,
terwijl de vlammen er nog aan lekken. De neus
van den expert ontdekt het. Ook in figuurlijken
zin moet hij een goeden neus hebben om ln de
smeulende puinhoopen sporen van een misdaad
te ontdekken.
In de. eerste plaats moet natuurlijk worden
vastgesteld, vanuit welk punt de brand zich ver
der heeft uitgebreid. Er hangt zeer veel af van
den graad der verwoesting, die hij heaft aan
gericht. In de tweede plaats moet de expert
zoeken naar eventueel aanwezige mensehelyke
overblijfselen. En dan moet de voornaamste vraag
beantwoord worden: hoe en door hoeveel per
sonen de brand is aangericht.
Bij het onderzoek van politie en deskundigen
spelen de vanzelf ontbrandende vloeistoffen een
groote rol. Wij kunnen op hun samenstelling na
tuurlijk niet verder ingaan; zü zijn voor het doel
der brandstichters echter uitstekend geschikt,
omdat zij meestal volledig verbranden en geen
resten overlaten, waaruit men conclusies omtrent
het verloop van de misdaad zou kunnen trekken.
Twee brandstichters, die toevallig een dergelijk
mengsel hadden ontdekt, maakten eenige jaren
geleden de heele zakenwijk van Londen onveilig.
Voor een aandeel in de verzekeringssom boden zij
aan om zaken, die niet meer floreerden, in brand
te steken. Zij werden slechts door een toeval ont
dekt; bij proeven met de gevaarlijke vloeistof
ontbrandde deze op een onverwacht oogenblik
en een der schelmen moest met brandende klee-
ren de straat op rennen.
Eens vond een expert in een puinhoop een
3tuk metaal, waarvan de oppervlakte op eigen
aardige wijze aangetast en uitgevreten was. Hij
hield zich gelukkig aan hetvoorschrift om ooik
de schijnbaar onbeduidende dingen zorgvuldig te
onderzoeken en incjerdaad. het metaal bleek aan
getast te 2ijn door chemicaliën, die normaal ge
sproken in een huishouden niet voorkomen. Van
die verdachte feit uitgaande, kon de brandstich
ting worden bewezen.
Vernuftige apparaten.
Vaak bedienen de brandstichters zich van ver
nuftig geconstrueerde apparaten om den brand
op het gewenschte oogenblik te laten uitbreken.
Natuurlijk moesten deze apparaten bij den brand
zelf volkomen -worden verwoest.
Ashton Wolfe, assistent bij het politie-labora-
torium te Marseille, deelt een gelukkig toeval
mede, waardoor hy zulk een apparaat ongeschon
den ln handen kreeg. De eigenaar van een groote
firma, die zich in financieele moeiiykheden be
vond, werd reeds gewantrouwd vanaf het oogen
blik. dat hy een hooge brandverzekering had af
gesloten. Toen hy zich kort daarna met eenige
vrienden op een zeereis voor eenige weken begaf,
was dat op zichzelf reden genoeg om dadelyk na
zyn vertrek zyn huis te laten doorzoeken. In den
kelder vonden de rechercheurs een wekker, die
te middernacht zou afloopen. Met het rond
draaien van het betrokken sleuteltje achter op
den wekker, zou er dan een draad Worden op-
gewikkeld. waardoor een flesch met zwavelzuur
zou worden omgetrokken, zy zou haar mhoud
uitgieten op een hoeveelheid chloorzure kalium,
waardoor het mengsel onder een geweldige
warmteontwikkeling zou ontvlammen en het ge
bouw in brand gestoken zou hebben.
Onder de helsche machines", waar brand
stichters een ruim gebruik van maken, moet in
de eerste plaats een gewone lampetkan genoemd
worden. Hierin hangt men een looden. met na
trium gevulden en van onderen geperforeerden
looden cylinder op. Dit alles wordt onder een
langzaam druppelende waterkraan gezet. Zopdra
het water in de lampetkan de onderzyde van
den cylinder heeft bereikt, doet het het natrium
ontvlammen en dan begint spoedig ook het ln
de buurt opgestapelde, licht ontvlambare mate
riaal te branden.
Een zeer misdadige truc. waardoor menschen
in ernstig gevaar zijn gebracht, is de volgende.
Een brandstichter vulde een oude gloeilamp met
een licht ontvlambare vloeistof, nadat hy haar
voor dit doel speciaal had geprepareerd. Toen
verwisselde hy haar met een der lampen in een
kroonluchter. De bewoners van de woning waren
niet weinig verrast, toen zy, kort na' het betreden
van de betrokken kamer, een brandende vloeistof
zagen neerstorten. Door het inschakelen van den
stroom was het mengstel gaan branden.
By een anderen, zeer gevaariyken aanslag werd
eveneens van electriciteit gebruik gemaakt. Nog
merkwaardiger Is de wyze. waarop zy verydeld
werd. Een helsche machine, ln d.en vollen zin
van het woord, zou ln een kamer, waarin een
gaskraan was opengezet, door het voortdurend
laten overspringen van electrische vonken op een
bepaald oogenblik een ontploffing doen ontstaan.
De politie vond de helsche machine lang na het
tydstip. waarop zü was afgesteld; niemand be
greep, dat het bedreigde huis nog op zyn plaats
stond, tot men toevallig ontdekte, dat gedurende
de minuut, waarin de wyzer van het uurwerk
over het contact streek, een korte storing in de
electrische centrale had plaats gevonden, zoodat
juist toen de electrische stroom onderbroken
werd.
(Nadruk verboden).
door
A. KONIJNENBURG.
Dienzelfden, avond, toen de winkel
gesloten werd, wachtte hy het meisje
bulten op. De kennismaking liep vlot
van stapel. George verontschuldigde
zich over 't vrye gedrag van van
morgen. Hy had zijn knappe uiter-
ïyk en de manieren mee en het
meisje Muriel Wilkinson sloeg
zyn aanbod, om haar een eind-
weegs naar huis te geleiden, niet
af.
George Campbell stond onder zijn vrienden
bekend als „de stille George". Op kantoor noem
den de collega's hem onder elkaar den grooten
zwijger. Hij was niemand onsympatiek en men
nam zijn zwijgenden aard voor lief, emeat men
begreep dat hy, door zyn niet al te sterke ge
zondheid, weinig lust had om met anderen mee
te doen.. Aan sport deed hy niet en nooit sprong
hij uit den band. Een meisje had' hy niet, hoe
wel het hem, met zyn prachtig zwart haar en
fyn profiel niet moeilyk gevallen zou zyn om
zich te verloven.
Hij nam het leven ernstig op. Zyn ouders
waren jong gestorven, beiden aan de longen.
Mocht hy dóérom wel ooit aan trouwen denken?
Deze vraag had hij herhaaldelijk by zichzelf ge
steld en met néén beantwoord. De bewonderen
de blikken, die hy op straat dikwyis van pas-
seerende meisjes opving, brachten zyn besluit
niet aan het wankelen. Hy wist te goed, dat het
gelukt van een eigen gezin niet voor hem weg
gelegd was.
Op een morgen stapte hy een winkel binnen
om een paar sokken te koopen. Het meisje ach
ter de toonbank had een lief ernstig gezichtje.
Ze liet hem eenige soorten zien en vroeg welke
klem- hij wilde hebben.
Och, geeft U njaar een paar; de kleur doet
er niet toe, antwoordde hy.
Toen hoorde hy een onderdrukt, maar helder
lachje. Hy keek op en zag in een paai- diep
zwarte oogen. Als betooverd bleef hy kyken.
Een beetje lang en een ongeduldige vraag,
of meneer nu maar zelf egn keus wilde doen,
maakte een einde aan zyn 'eersten diepen blik
in een paar meisjesoogen. Hy nam het eerste
beste paar, groette beleefd en stapte den
winkel uit.
Dienzelfden avond, toen de winkel gesloten
werd, wach.te hy het meisje buiten op. De ken
nismaking liep vlot van stapel. George veront
schuldigde zich over zijn vrij gedrag van dién
ochtend. Hij had zyn knappe uiterlyk en de
manieren mee en het meisje Muriel Wilkin
son sloeg zyn aanbod, om haar een eindweegs
naar huis te geleiden, niet af.
De volgende avonden kwam George weer en
zij gingen spoedig geregeld, he.zij samen naar
huis, hetzy eerst een uurtje in de bioscoop.
Muriel was een lief meisje. Even ernstig als hy,
want ook zy had het leven al spoedig door
achteruitgang van zaken harer vader, van den
emstigen kant leeren kennen. George werd tot
over de ooren verliefd en dacht niet meer aan
den zin, dien hij vroeger zoo dikwijls aan zich
zelf had voorgelegd.
Het duurde niet lang of hy maakte ook ken
nis met haar ouders, die op het eerste gezicht
al erg met hem waren ingenomen. Er stond
weinig in den weg can het tot een verloving te
doen komen en zij spraken af, dat de kaarten
vóór Kerstmis zouden worden verzonden.
Een week voor dien gewichtigen datum kwam
Muriel's zusje, de zeventienjarige Maud, thuis
van haar tante, ten huize van wie zy werd groot
gebracht. George kon zyn oogen niet van het
dartele kind afhouden. Wat een tegenstelling
tusschen de twee zusters dacht hy Muriel altyd:
even bedaard en erns.ig, Maud, een en al be
weging en leven. Verstrooid antwoordde George
op de vragen die Muriel hem steldde. In ge
dachten verzonken ging hy dien avond naar
huis. Hy was niet tevreden over zich zelf. Wat
wilde hij toch? Was Muriel niet geknipt voor
hem? Zoo'n ernstig meisje, dat geheel by hem
paste. En dat kind, een grooter woelwater kon
hij zich niet voorstellen. Toch kon hij dien nacht
den slaap niet vatten en aldoor keerden zijn
gedachten terug naar Muad.
Den volgenden dag zond hij een briefje naar
Muriel's winkel, met de mededeeling, dat hy
dien avond niet kon komen door verkoudheid.
Hij ging liever een nacht vreger slapen, dan
was hij zooveel te eender beter, schreef hij. Maar
dien avond ging hij niet van zijn kantoor naar
huis. Hy had géén rust en hoop.e, dat een lange
wandeling hem goed zou doen. Nadat hy in een
restaurant had gegeten, ging hy op weg. Het was
guur, nattig weer, maar hy lette daar niet op.
Het was hem zelfs welkom om op de hoeken
tegen de windvlagen te moeten vechten.
Zijn gedachten, welke hem zoo vreeseiyk ver
moeiden waren dan tot zwygen gebracht.
Laat in den avond kwam hy doorweekt, nat
thuis. Rillend van de kou ging hij naar bed en
sliep spoedig in. Maar midden in den nacht werd'
hy wakker, met hooge koorts en tien volgenden
dag bleef hy in bed. Hy schreef een kort briefje
aan Muriel, dat de kou niet be.er geworden was
en dat hy misschien in een dag of twee weer
geheel in orde zou zyn.
Ze moest zich in géén geval ongerust maken,
hy koos liever het zekere voor het onzekere.
Eenige dagen gingen voorby en Muriel wachtte
tevergeefs op tegenbericht, zy begon wel eenigs-
zins ongerust te worden, maar George op zyn
kamer opzeken, viel haar niet in. Zy was er
nooit geweest, en daar George niet geschreven
had dat hy graag wilde, dat zij hem kwam op
zoeken, was zy overtuigd, dat hy dit liever niet
had.
Maar toen een kleine week met wachten ver
ioopen was, hakte Maud de knoop door.
Ik bgryp niet, dat je niet ongeruster bent,
Muriel, zei ze.
Of liever ongerust ben ik zelf niet en jy
hoeft het natuurlijk ook niet te zyn. Maar als
we nu eens samen gingen? George Is toch géén
boeman!
Muriel liet zich door haar jongere zuster
overtuigen en zy gingen samen naar George.
De hospita ontving hen beiden vriendelyk. Ja
ze konden besc even naar de kamer van George
gaan. Hy had wel een onrustigen nacht gehad
en de ktiorts had hem leelyk verzwakt, zooals
bijna altyd een aanval van griep waar de
sterkste niet tegen kunnen.
Pratende liet zy de dames de trap opgaan.
Maud was al met een paar sprongen by de
deur, terwyi haar zuster al pratende met de
oude dame achter haar aankwam. Een kort tikje
en Maud trad: de kamer binnen.
George had zich opgericht en steunde met den
arm op het hoofdkussen. Een koortsachtige gloed
schitterde in zyn oogen. Hy breidde de armen
uit en met een van vreugde trillende stem riep
hij uit:
Heerlyk, dat je gekomen bent, Maud', myn
vroolyk meisje! Je wéét niet, hoe ik naar je
verlangd heb je wéér te zien.
Ontsteld deinsde het meisje terug. Muriel stond
in de deuropening en ylde naar het bed.
George's krachten waren ten einde. Hy zonk
met uitgebreide armen voorover en bleef be
wusteloos zitten.
Lang bleven de beid'e meisjes aan het ziek
bed zitten en het was heel laat eer zy terug
keerden.
De dokter, dien Muriel had laten komen, had
géén hoop op herstel gegeven. Een, op zyn hoogst
twéé dagen had de jongeman nog te leven.
Zonder een woord te pra.en gingen de beide
zusjes naar bed.
Muriel lag nog lang wakker, zy had begrepen,
dat Maul haar, zonder het zelf te willen, haar
igróótsten schat ontstolen had en dien byna
gelykertyd zelf had verloren.
(Nadruk verboden),