Smalfiliiiopneei-apparaten
Fotohandel J. Postma
ZN.
W. D. v. Oldenbotgh
SES.
Automobielbedrijf „Bloemendaal^
uur
NGERIJ
AARLEM
f 9.75.
Vragen en Antwoorden.
PUUUENHOEKJE.
Kort Filmnïeuws.
Bestaat er in Nederland nog echt
„buiten"?
De Haarlemsche
Coöperatieve Diner- Verg.;
t
Onze moderubriek.
ADVERTENTIË93
AFWEZIG
PATISSERIE J. A. VAN ZANTEN,
Kleverparkweg 2Ie, Telef. 12878.
WARME CROQUETTEN,
Hapjes Zalm en Huzarensalade,
Gebak Bonbons Warme
Croquetten Zalm- en
Huzarensalade.
Dr. Dirk Bakkeriaan 12-16 - Telefoon 22992
General Motor Dealer, Vanxhall Bedford truck, Sub Dealer Buick
Wii VERHUREN
Korte Kleveriaan 70 Telefoon 23193
ALAGES.
N 11928
rk
HAARLEM,
rericht 1902
tooneel ver-
sr van Paul
lUtsch e-a. de
iet Deutsche
iter, aan de
n, enz.
n von Bern-
Berlijn van
e Bamowski-
het seizoen
spiele Hanne
ler van Emil
rij speelde in
van Jtirgen
irlach in hetj
inrich George
Weinberg'*
ementair uit-
Cocteau, als-
rengen. twee
zekere tegen
spel bedoelde
doog in haar
te geven.
ijn uit Holly-
vaar zij geidu-
in hun nieuwe
keert in Sep-
ide zijn werk-
lio October te
ed. te Rot-
id.
Rotterdam,
imel, waar is
rk.
k.
lort-
n den Bergh
9, vs. 36)-
Santpoort.
burg,
Haarlem.
a Haarlem-
sser uit Rot-
n het Wees-
Voortzetting Uitverkoop, SCHRODER, fir. Houtstraat 91
V. Naar aanleiding van een berichtje in een
onzer vorige nummers, vroeg men ons naar de
beginsel-verklaring der „Christelijk Democrati
sche Unie", waavan nu ook te Bloemendaal een
afdeeling bestaat. Wij meenden niet beter te
kunnen doen dan aan de bron zelf te putten,
waarop men ons het volgende interessante ant
woord toezendt:
A. De Christelijk Democratische Unie wil
zjjn de organisatie van die, belijdend, dat God
de Schepper is van hemel en aarde, èn in
Jezus Christus èn door den Heiligen Geest de
Verlosser van de door Hem geschapen, maar
van Hem afgevallen wereld;
dat de Bijbel den weg wijst niet alleen in het
persoonlijke-, maar ook in het wereldleven;
dat God de menschen niet als op zichzelf
staande individuen, maar in gemeenschap met
en mede-verantwoordelijk voor elkander in deze
wereld geplaatst heeft, hen bindend door Zijn
Woord; „Gij zult liefhebben den Heere, uwen
God, met geheel uw hart, en met geheel Uwe
ziel, en met geheel uw verstand. Dit is het
eerste en het groot gebod. En het tweede, aan
dit gelijk, is: Gij zult uwen naaste liefhebben
als uzelven. Aan deze twee geboden hangt de
gansche Wet en de Profeten." (Matth. 22
37—40)
zich echter bevindend in eene wereld, waarin
het individualistisch beginsel „ieder voor zich"
in onverzoenlijken strijd is met dit woord van
God, dat „allen voor allen" stelt;
zich verbinden, in deze wereld te getuigen
met woord en daad van wat zij in de concrete
situatie van dezen tijd zien als de eischen van
God ten opzichte van de maatschappelijke, in
ternationale vraagstukken;
en te streven naar een radicale hervorming
van het wereldleven in de richting van de ver
wezenlijking dezer eischen.
In aansluiting aan deze Beginselverklaring
spreekt zij als haar overtuiging uit dat het de
roeping is der overheid ons recht te doen en de
verdrukten en zwakken te steunen.
Krachtens haar beginsel keert zij zich dus
tegen alle anti-sociale politiek, zoowel die door
rechts- als door links reactionnaire groepen
wordt gevoerd of gesteund.
Zij voert strijd voor een radicale sociale her
stel-politiek en neemt daarbij als richtlijn aan,
dat de daarvoor vereischte kosten in de eerste
plaats behooren gedragen te worden door de
meest draagkrachtigen.
Volgens het Urgentie ProgTam der C. D. U.
Ss zij voor aanvaarding der verplichting tot ar
bitrage bij internationale geschillen. Zij streeft
krachtig naar nationale en internationale ont
wapening, als elsch van het christelijk geweten,
afschaffing van den dienstplicht, en meer groo-
ter invloed van de volksvertegenwoordiging.
Zij wil geen belangen-partij zijn. Meer dan
als partij acht zij haar bestaan verantwoord
ais beweging. Beweging voor krachtig christe
lijk sociaal-leven. Het beroep dat zij daarbij
doet op de christenen, geldt niet uitsluitend-
voor arbeiders, maar voor alle christenen. Zij
streeft naar de verwezenlijking van het Gods
rijk en meent dat die verwezenlijking ook in
zich bevat het eischen van behoorlijke rechts
toestanden in de maatschappij, niet uit mede
lijden, niet op humanistische gronden, niet uit
partijbelang, maar omdat God recht wil in
Zijn schepping.
De C. D. U wil den strijd aanbinden, en hoopt
dat in Bloemendaal daar ook menschen bereid
voor worden bevonden tegen de zondige macht
van het egoïsme, dat ons maatschappelijk stel
sel ontwrichtte en die toestanden schiep, welke
vloeken tegen Gods bedoeling en welke in
geen enkel opzicht den toets van christelijke
critiek kunnen doorstaan.
V. Wanneer verschijnt de nieuwe jaargang
van „Help U Zelf", adres- en jaarboekje vo«r
Bloemendaal? Kan ik er alle Bloemendaalsche
vereenigingen in vinden?
A. De 20e jaargang van „Help U zelf" ligt
zoo goed als gereed en zal dezer dagen ver
schijnen. Helaas zal men er niet alle te Bloe
mendaal verschijnende vereenigingen in ver
meld vinden. De oorzaak daarvan ligt niet bij
den drukker, den heer T. Timmer, De Gene-
stetweg 23, Bloemendaal, die meer dan ge
wone moeite heeft gedaan alle gegevens om deze
afdeeling van het boekje volledig *e doen zijn
In het werk heeft gesteld. Bestuursleden van
Vereenigingen, die zich nalatig gevoelen in het
terugzenden van de door den heer Timmer ge
zonden vragenlijsten kunnen misschien alsnog
van hem gedaan krijgen, tegen betaling der
extra-kosten op een inlegvel in het boekje
hunne vereeniging toch nog vermeld te zien.
elende Jood,
fan.
DE NIEUWE PROVINCIALE WEG HAAR
LEM-UTRECHT, IS GEOPEND 2 JULI '34.
De Cruquius.
Wie krantenuitknipsels verzamelt krijgt
later, als hij het noodig heeft, onder oogen,
wat een ander reeds lang vergeten is.
Zoo lees ik d.d. 10-l-'33. „Nu door de uit
breiding van de Leeghwater en eenige andere
„maatregelen de bemaling van den Haarlem-
„merm-eerpolder verbeterd wordt, zal een
„beslissing over het lot van het nabij Heem
stede staande stoomgemaal „Cruquius"
„dat alsdan vrijwel overbodig zal worden
wel niet lang meer kunnen uitblijven.
„Het zou naar velen meenen toe te juichen
„zijn wanneer het Polderbestuur eenparig
„kon besluiten om de „Cruquius" dde nog
„geheel in z'n oorspronkelijken toestand werd
„gelaten, voor het nageslacht als historisch
'.monument en als een herinnering aan de
„droogmaking, van het Haarlemmermeer te
„behouden". Neen, ik ga u niejt verder
met copieën bezig houden. Meermalen was in
poldervergaderingen d*e kwestie van het
stoomgemaal Cruquius besproken, maar
'steeds stuitte alles op de jaarlijks terugkeerende
onderhoudskosten. Toen werd de hulp van
„Monumentenzorg" ingeroepen, maar voor het
onderhoud der machine, kon dat lichaam geen
steun verleenen.
Daarop kwam Het Koninklijke Instituut van
Ingenieurs in het geweer. Dit vatte het pian
op het machinegebouw als technisch museum
in te richten en in stand te houden. Ir. Wouter
Cool plaatste in „De Ingenieur" een krachtig
pleidooi voor behoud van het gemaal, terwijl
de raad van bestuur van het Koninklijk Insti
tuut van Ingenieurs zich aan het hoofd van
een beweging plaatste om dit monument van
polderbemaling te bewaren. Men zou het ge
bouw intact, kunnen laten, maar de Ketels
sloopen en de vrijkomende ruimte inrichten
tot een historisch-technisch museum voor pol
derbemaling. De excursie heeft 10 Juni '33
niaats gehad, en de heeren ingenieurs hebben
in bovengemelden geest besloten.
Maar dan moet het polderbestuur ook de
plannen goedkeuren. Nog geen 83 jaar is de
Cruquius oud. Laten we evenwel zeggen, dat de
stoomgemaal eigenlijk al een historisch monu
ment is. De Ketels van nu vreezen wij, zouden
het noodige werk niet kunnen presteeren.
Maar we wezen er reeds op; ,,'t is nog de vraag
of dit stoomgemaal blijft. Zeer zeker kost
't jaarljjksch onderhoud honderden, maar daar
staat tegenover de schoonheid van het gebouw,
dat het in deze landelijke omgeving, omringd
als het is door bosschages met de breed-e ring
vaart er voor, het prachtig doet. Afbraak zou
zeker het landschapsbeeld, ook langs den
nieuwen weg door de Meer ten zeerste scha
den.
Intusschen is de weg en de nieuwe bascule-
brug over de Ringvaart bij de Cruquius Maan
dag 2 Juli opengesteld, maar van een overgave
van het bezitrecht over de Cruquius aan „Mo
numentenzorg" en van de machineriën aan het
Instituut der Ingenieurs hoorden we nog niets.
Wel moet de overdracht door het Polderbestuur
zijn goedgekeurd.
Zoo men weet, is het stoomgemaal genoemd
naar den bekenden Cruquius, die als „Opziener
van Rijnland", een titel, die nu gelijk zou staan
met Hoofdingenieur van den Waterstaat als
het technische hoofd van Rijnland in het Rijn
landshuis te Spaardam, evenals later b.v. Brü-
ning en nog later Conrad.
In de Hervormde Kerk van Spaardam vindt
ge een keurig glasraam in lood met het wapen
van Graaf Willem II van Holland. Daar bene
den ligt de grafkelder van Nicolaas Samuelis
Cruquius, die zich blijkens het opschrift van
de grafzerk de zestiende afstammeling van den
Graaf en Roomsch Koning. Willem n waande.
2 December 1678 werd onze Cruquius gebo
ren en stierf 5 Februari 1754 als Opziener van
Rijnland en Schout van Spaarnclam.
We weten, hoe vóór de bedijking van het IJ
deze omstreken zijn bedreigd geweest, maar
ook daarna was het gevaar voor overstroomiug
niet gering tot met de doorgraving van Hol
land op zijn smalst en de constructie van het
Noordzeekanaal „het TJ werd ingelegd". Onze
Cruquius heeft nagelaten, „zwaarste water
vloeden aangeteekend door N. Cruquius boven
Amsterdamsche Peil in Duimen".
Cruquius was een beroemd landmeter en
kundig waterbouwkundige, die zich een groo-
ten naam gemaakt heeft, door zijn kaart van
Delfland, die voor een meesterstuk wordt ge
houden. .Hij schreef onderscheiden traktaten
over waterbouwkunde enz. en was een ijverig
guomonist (maken van zonnewijzers) waarvan
de bewijzen nog aanwezig zijn. Hem werd mede
opgedragen een plan tot bedijking en droogma
king der Haarlemmermeer te maken. Het ver
slag daarvan werd in de Nederiandsche jaar
boeken van 1773 opgenomen.
We zullen de droogmaking thans niet her
denken, maar öeelen mee, dat de Cruquius
1847 in werking kwam. Dit tweede stoomge
maal der Haarlemmermeer stond oorspronke
lijk op het grondgebied van den Heer van
Heemstede. Trouwens de overblijfselen van het
oude kasteel en zijn hof zijn nabij en verhoogen
door boomgroepen afgewisseld met weiden ae
schoonheid van het landschap.
De Heer van Heemstede genoot voor het af
staan dier plaats voor het gemaal een jaar-
lijksche erfpacht van f 1.62%, welke in-1872
naar 40% berekend voor f 40.62% is afgekocht.
Het gebouw zelf is in 1846 aanbesteed voor
f 215500, Die droogmaking was een heel kar
wei. Denk U een bak van 10 K.M. lengte, 10
K.M. breedte en 4 M. diepte. Een bodem dus
van 180 K.M.2 of 18000 H.A. en daarop 4 me
ter water. Getrouw hebben ze gedrieën: de
Leeghwater hij de Koog, de Lijnden bij Half
weg en de Cruquius bij Heemstede maanden en
jaren gewerkt.
De reusachtige pompmachines trokken het
water omhoog, zoodat het op de ringvaart
kwam en vandaar liet men het door Spaarne
en Liede afvloeien naar het IJ en de Zuider
zee. Zoodoende werd het geheele Haarlemmer
meer in drie jaar tijds drooggelegd. Men moet
niet vergeten, dat door regen en sneeuw het
water voortdurend weer iets hooger komt; in
een geheel jaar gemiddeld 3 decimeter en dat
beteekent een hoeveelheid van 3 x 18.000 00b
M3. of 54 mïllioen kubiekemeter en 540.000.000
mud.
Dat is natuurlijk nu nog zoo, maar daarvoor
is thans, nu de Leeghwater modern is inge
richt, één stoomgemaal voldoende; dus nog
steeds strijd tegen het water.
Landaanwinning was in de 50er jaren heele-
maal geen doel.
Gevers van Endegeest lid der Meercommissie
en Kamerlid zei woordelijk:
„Het was nimmer het doel, om, door de droog-
.making van het Haarlemmermeer, speciaal,
den landbouw te bevorderen, land aan te win-
„nen maar hoofdzakelijk was het doel om
gevaar af te weren". Er was bij Koninklijk Be
sluit van 21 November 1840 no. 37 bepaald,
dat de uitmaling zou geschieden door middel
van stoommachines.
Stoombemaling werd reeds aan het einde
der 18e eeuw toegepast, doch ondervinding van
het gebruik van stoom bij het droogleggen van
meren had men slechts opgedaan bij de Zuid-
plas te Rotterdam.
Daareven vernemen we, dat op 't oogenblik
het uitloozingskanaal van het stoomgemaal de
Cruquius weer in orde wordt gemaakt. Men
schijnt machine en gebouw dus fahig te willen
houden.
DIEVEN.
Toen ik nog een schooljongen was, kwamen
we eiken dag naar school voorbij een grooten
tuin. Daar stonden veel vruehtboomen in. Een
deel er van hing in den zomer vol roode en
zwarte kersen en later de rest vol met pruimen,
appels en peren, 't Was heerlijk om te zien,
maar je moest te vaak watertanden. Nu ge
beurde het wel eens, dat we den tuinman voor
de open tuinpoort ontmoetten en hem aan
hielden om een handvol lekkere vruchten, die
we gewoonlijk ook kregen. Maar meestal
bleef de tuindeur voor ons gesloten.
Er waren jongens, die wel het onderscheid
tusschen het mijn en dijn kenden maar niet
om het achtste gebod gaven. Zij klommen op
het tuinmuurtje en over het lage hfekwerk dat
het bekroonde. Velen konden daar echter niet
overheen komen wegens het prikkeldraad
Dat was natuurlijk een tegenvaller, want zij
scheurden hun broek verwonden hun handen
en kregen niet wat ze begeerden. Enkelen
lukte het wel eens eenige vruchten te kapen.
Zulke jongens nu zijn er ook onder de
insecten. Zij ruiken de geur der bloemen en
zouden graag van den nectar smullen. Die is
echter niet voor hen bestemd maar voor
soortgenoot-en die voor 't proeven van den
nectar een wederdienst willen bereiden door
stuifmeel van de helmknoppen der gezochte
bloem op den stamper er van over te brengen,
of wat nog beter ls, eerlijk te betalen met
stuifmeel dat ze van elders hebben overge
bracht. De insecteniongens die ik hierboven
bedoelde, kunnen dat niet. Zij vliegen niet
van bloem tot bloem maar kruipen van den
grond af bij den plantenstengel op naar de
bloemen toe. Maar, alsof ze weten, dat ze
ongewenschte gasten zijn in de wijnlokalen,
komen ze niet de voordeur binnen zooals
hommels, bijen, vliegen en vlinders maat-
maken hun entree op inbrekersmanier. Zij
bijten een gaatje onder in de bloem, kruipen
daar, klein als ze zijn, door en stelen zoo den
nectar.
Als een groote hommel van den nectar van
de witte doovenetel wil genieten, moet hij een
afsluiting verbreken. Deze bestaat uit stijve
haren die vlak boven den nectar staan. De
hommel heeft kracht genoeg om die stijve
haren op zij te duwen. Hij volgt dan ook den
koninklijken weg tusschen de twee lippen
door naar binnen. Maar mi komt het kleine
aardhommeltje om ook eens te snoepen. Het
gaat op de gewone wijze, door de open voor
deur naar binnen maar stoot op die stijve
haren. Daar kan hij niet doorkomen. Tot zijn
spijt moet hij terug. Hij peinst: „Is er niet een
andere weg?" Hij zoekt, loopt en, tast maar
vindt er geen. Dan maar inbraak. Hij bijt een
gaatje in de kroonbuis vlak boven de kelk.
En nu is hij, waar hij wil zijn. Als de konings-
bjj, die heel wel door de voordeur bij den
nectar kan komen, dit gaat ziet, maakt ze
er ook gebruik van en steekt haar snuitje er
door. Zeker uit gemakzucht. Dat kunnen we
ook van den hommel zeggen, als hij een gaatje
tn de kroonbuis van de sleutelbloem bijt. Het
aardhommeltje doet hetzelfde bij den smeer-
wortel. Maar alweer uit onmacht om anders
te slagen. Tegen de kwade lui die alleen maar
halen en er niets voor teruggeven moeten de
planten zich wel wapenen. Dat doen vele dan
ook. Het lijmkruid legt een ring van kleverige
stof om haar stengel. Daar kunnen mieren,
kevertjes en rupsjes niét overheenkomen.
Slakken echter zeggen: „Slijm tegen lijm". Ze
weten zooveel slijm af te scheiden, dat ze
gemakkelijk over den kleverigen ring heen
kunnen glijden. Daarom moet tegen slakke»
een doeltreffender middel worden aangewend.
Dat begrijpen de klaverzuring, die met haar
ure stof en de smeerwortel die met zijn
schuin opstaande haren als 't ware roepen:
„Tot hiertoe en niet verder!" En de hondsroos
verweert zich met haar stekels, de sleedoorn
met haar doorns, de distel met haar borstel
haren, de aalbes met haar klierharen op haar
bekervormige bjfempjes, de kruisenmunt met
haar sterk rakende olie en de boterbloem met
haar schep sap. Dit verweer gaat niet enkel
tegen slakken maar ook tegen grazend vee.
KERST ZWART.
De Sultan en Sultane van Jahore waren deze
week te gast bij Jack Warner, vice-president van
Warner Bros, waarbij diens dochter en schoonzoon
Mrs. en Mr. Mervyn Le Roy tegenwoordig waren.
Op hun huwelijksreis waren Mr. en Mrs. Le Roy
te Singapore de gasten van het Sultanpaar. Ook
Dolores Del Rio, Dick Powell, Al Jolson, Rusy
Keeler en Edward G. Robinson behoorden tot de
invité's. De hooge bezoekers maakten een rond
gang door de studio's waar zij gedeeltelijk de op
namen volgenden van de films „Dames", „Bri
tish Agent" en „The Dragon Murder Case". Een
speciale filmopname van de bezoekers werd ge
maakt, waarvan hun een copie als aandenken zal
worden aangeboden.
Een telegram van Warner Bros uit New
York behelst het bericht volgens hetwelk Helen
Lowell een belangrijke rol krijgt te vervullen in
de film „Big Hearted Herbert" waarin Aline Mac
Mahon en Guy Kibbee de sterrollen vervullen en
Patricia Ellis en John Eldredge-jeugdrollen spe
len.
In de „Haagsche Post" antwoordt Mr. C. P.
van Rossem, op deze, door hem gestelde vraag,
o.a. het volgende:
Daar is een mooi stuk natuur dat je lief is;
na eenigen tijd zie je het terug: opgevreten,
verknoeid door speculanten. Of er is iets, dat
je vele jaren geleden had opgeschreven als on
aantastbaar. Maar op zekeren dag worden
leelijke betonnen palen in den grond gestampt,
belegd met ijzerdraad en een Nederlandsch
burger kruipt er met zijn heele familie binnen
in. Of er is een terrein, dat onbereikbaar leek
beveiligd als het was d-oor dikke zandwegen.
Maar een slimmerd heeft ontdekt, dat de lucht
daar geschikt is voor neurotici of krankzin
nigen. Een autoweg breekt de ongereptheid in
stukken; het hatelijke prikkeldraad heeft weer
een illusie gedood. Of er staat ergens hout, dat
een eeuw noodig heeft gehad om tot volledige
rijpheid te komen. Sinds tijden was het een
brillant „buiten". Nu wonen er leelijke men
schen a f 460 per jaar; in den vijver wasschen
ze hun borstrokjes en onder het restant der
boomen leggen ze hun kapotte schoenen, hun
blikjes en gebroken boterhambordjes. Aldus
dreigt Holland te worden tot één eindeloos stuit
prikkeldraad waarin de natuur gevangen wordt
als een imitatie-bijou in één étagère-kastje.
En dan die afgrijselijke ommuringen van
zware ijzeren of betonnen palen waar een
rustieke afscheiding even afdoende zou zijn en
niet zoo uit den toon vallend bij de omgeving.
Het zijn soms ware vestingen technisch ver
zorgd als met oorlogsversperringen. De eigenaar
zit er achter, alsof hij in doodsgevaar verkeert,
terwijl een paar bordjes met „verboden wande
ling" voldoende zouden zijn. Dat een schoon
heidscommissie deze gruwelen stilzwijgend
voorbij loopt, is iets wat ik niet vermag te be
grijpen. Misschien zou een extra belasting op
het „dure hek" den bezitters de oogen openen.
Hoe het zij over tientallen jaren zal Je
Nederlander, die naar buiten trekt, „gelucht"
worden als een gevangene tusschen kippen
gaas. Hij zal misschien nog een enkelen boom
zien, maar altijd achter tralies; zijn laatste
wandelpad zal ingesloten zijn door hekken en
nog eens hekken. Iedereen woont dan „huiten"
en niemand zal meer begrijpen, wat „buiten"
eigenlijk beteekent. „Waar woon je?" „Op de
Leusder-hei, straat 168" „Ik heb het nog al ge
troffen. Midden in de Onzalige Bosschen,
Laan 78 b."
Is geen redding mogelijk? Ik droom van uit
gestrekte natuur-reservaten, zoodanig aaneen
gesloten, dat ook de toekomst-atlas een krans
van ongerept terrein kan uitteekenen. Ik droom
van toezicht van hooger hanö, beperking van
vrijheid tot verkoop, redding van waardevolle
natuur-monumenten (niet uitgaande van par
ticuliere vereenigingen maar van den staat), ik
droom van een zorgvuldige bestudeering van
dit vraagstuk, geleid door waarachtige liefde
voor de schoonheid van ons land. Op de huidige
wijze gaat het mis. Heeft eenmaal de verbrok
keling een zekeren omvang aangenomen (denk
bijv. aan het Gooi), dan valt er niets meer te
redden, omdat het restant geen voldoende
waarde meer vertegenwoordigt om gered te
worden. Nog kan paal en perk gesteld worden
aan de hebzucht van gokkers en speculanten,
aan de gestichten-epidemie de malaise is
tenminste ergens goed voor: baisse in de grond-
speculatie wordt er te lang gewacht dan
kunnen wij Nederland als landschapsland af
schrijven. Hier is een buitenman aan het woord,
die jaarlijks de groeiende vernieling met
angstige oogen aanziet.
Tot zoover Mr. v. R.
Bakenessergracht 27. Telefoon 14393. j
Opgericht in 1909
levert tegen kostprijs:
Dinerprijs f 0.81; met soep of toespijs
f 0.15 meer.
Geen lidmaatschap.
Bezorging ook in de buitengemeenten.
Prospectus op aanvrage.
Deze week geven wij weer eens een aardig
japonnetje voor ónze jongedames van 14 tot
16 jaar.
Vooral van gebloemde voile vormt dit
costuumpje met de schuine volants aan hals en
rok een aardig geheel. Een bijzonder cachet
geven de van taille tot heup ingestikte
plooitjes.
De volants worden afgewerkt door een smal
zoompje, tweemaal om te stikken. Benoodigde
stof 4 Meter van 90 c-M. breed.
Patronen van dit model zijn verkrijgbaar bij
de afdeeling Knippatronen van de Modevak
school Kinheim, Kleverlaan 113. Bloemendaal,
Tel. 23497. Prijs afgehaald f 0.45, fr. per post
f 0 55.
Voor bestelling bovenwijdte, taille- en heup
wijdte op te geven.
Wij meenen tot onze vreugde te kunnen vast
stellen, dat onze Afd. P. W. deze gevoelens van
Mr van Rossem deelt Het achterwege laten van
afrasteringen langs de tuinen van „Bloemen
daal Noord", en langs onze plantsoenen, zoo
mede het op halve hoogte brengen van het hek
werk langs den tuin van ons raadhuis, zijn toe
te juichen voorbeelden. Men ga hier zoo door.
tot eind Juli
ARTS.
Bloemendaal.
Waam. Dr. Bomwater,
(alléén fondsleden); Dr.
Bos; Dr. Immink; Dr.
Mansholt.
VANAF HEDEN STEEDS VERKRIJGBAAR:
2 STUKS a 25 CENT.
a 10 CENT.
Na 8 uur staan de AUTOMATEN voor U gereed.
Bediend U er van, zy bevatten steeds versch
Het Grootste en Modernste Bedrijf in BLOEMENDAAL
Normale Prijzen
BLOEMENDAAL