Zoodaffinniorgeini DE HUISVLIJT" „KLEVERPARK" 2 GESTILDE STORM. Bij onze Dagelijksche Rondwandeling. De groei van de Federatie van Arbeiders-Esperantisten. Gevonden voorwerpen. f 1.25 ONTVLEKKEN EN OPPERSEN f 0.75 ALLÉÉN PERSEN 37e Alg. Jaarvergadering van den A.N.G.O.B. De kwe Propagan Gasten uil der wereli gen het Stai Toen stond Hij op, en bestrafte de •minden en de zeeen er werd groote stilte. (Mattheus 8, vers 26.) Wie uit de H. Schriften het leven van Jezus naspeurt, moet wel tot de erkenning komen, dat dit leven een werkersleven is geweest. Vanaf het begin van Zijn openbaar optreden tot aan Zijn kruisiging toe, is dit leven gevuld met een werk zaamheid, die duidelijk aantoont hoezeer Hij vervuld was van den diepen ernst Zijner zending. En toch wetèü zij uit de Schriften nog maar een klein gedeelte van het ontzaglijk werk, dat Jezus heeft verricht gedurende Zijn rondwandeling op aarde. Johannes 21. vers 25, zegt van Hem: „En er zijn nog vele andere dingen, die Jezus gedaan heeft, welke, zoo zij elk bijzonder geschreven wierden, ik achte, dat ook de wereld zelve de ge schrevene boeken niet zoude bevatten". Naast Zijn sterken, verheven geest moet Jezus dan ook een krachtig lichaam hebben gehad voor het volbrengen dezer reuzetaak. Laten wij nooit vergeten, dat Jezus volstrekt geen uitzonderlijk lichaam bezat. Hij was onzer volkomen gelijk, uitgenomen geestelijk. Het verwondere ons dan niet als wij van Hem lezen, dat Hem hongerde en dorstte, dat Hij vermoeid was van Zijn inge spannen arbeid. Hij kende zoo goed als wij de vreugde en de droefheid. Geen enkele mensehelijke eigenschap was Hem vreemd. Er is geen enkele nuance in het menschelijk leven en, hoe bont gekleurd en verscheiden ook, of Hij is er mede bekend. Daarom hebben wij altijd vrijen toegang tot Hem, omdat wij weten dat Hij, als een onzer, met al onze nooden bekend is. Er zijn er die meenen, dat Jezus voor hen te groot, te verheven is. Zij staren dan op de Godde lijke zijde van Zijn persoon en vergeten dat Hij als een zwak mensch, oneindig veel meer nood in Zijn leven gekend heeft dan een van ons. Hieruit kan noodeloos geestelijke schade ontstaan voor die Hem zoeken. Ook dezen keer was Jezus vermoeid. Eerst kort geleden had Hij Zijn magistrale bergrede uitgesproken. Daarna, van den berg afgeklommen zijnde, waren Hem vele scharen gevolgd; 't zij uit nieuwsgierigheid om een wonder te mogen zien, 't zij uit wezenlijke belangstelling voor Zijn persoon en arbeid. Wij lezen dan van een melaat- selie, die door Hem gereinigd werd; van den knecht van den Romeijnschen hoofdman, die op een wonderdadige wijze door Jezus' machtwoord de gezondheid herkreeg; van een vrouw die wegens handaanraking door Jezus van zware koorts werd verlost. En ten laatste van de velen die van den duivel bezeten, tot Hem gebracht van deze ont zettende macht werden bevrijd door „den grooten Medicijnmeester". Opdat, zoo staat er in vers 17, vervuld zou worden wat gesproken was door Jesaja den Profeet, zeggende: „Hij heeft onze krankheden op Zich genomen en onze ziekten gedragen". Maar toen verlangde Jezus dan ook naar rust, Zijn uitgeput lichaam had daar de grootste be hoefte aan. Hij ging in het schip. Volgens over levering is dit een van de kleine visschersschepen geweest, toebehoorende aan Simon Petrus of Andreas, later discipelen van Jezus, waarmede zij eertijds hun beroep als visscher uitoefenden. Waarschijnlijk is, dat deze schepen hun eigendom waren gebleven en dat anderen, tegen vergoeding, de beschikking hierover kregen. Hoe het zij, Jezus ging met Zijne discipelen in het schip om door den slaap aan Zijn vermoeid lichaam weer nieuwe kracht toe te voeren. Echt menschelijk! „En ziet, er ontstond een groote onstuimigheid in de zee, alzoo dat het schip van de golven bedekt werd. Doch Hij sliep". Vers. 24. Het werd noodweer! Wie wel eens een storm op zee meegemaakt heeft, weet bij ervaring wat het zeggen wil door bergen van brullend water be sprongen te worden. Nu eens ziet men in een loeienden afgrond, wanneer het schip als een nietige stroolialm hoog op de waterbergen geworpen wordt, dan weer, in de diepte, de kokende watermassa's als geweldige reuzen dreigend op het schip afstormen om het, zoo mogelijk te ver nietigen. 't Is een gigantisch spel van ongemeten natuurkrachten die met t oomeloos geweld en razende worde het schip schijnen voort te sleuren naar zekeren ondergang. Zelfs de gezagvoerders der moderne zeepaleizen, welke in dezen tijd de groote wateren doorploegen, gaan gaarne zoo'n storm uit den weg door koerswijziging, daar zij bij ervaring weten hoeveel averij zoo'n storm aan hun schip toebrengen kan. En denk het u dan in om in een kleine visschers- sehuit door zulk een noodweer besprongen te worden! „De golven bedekten het schip", zoo staat er. Zij werden gebeukt, heen en weer en óp en neer geslingerd, zij werden overspoeld door het van allen kant op hen aanstormende water. De toestand was wel zeer hachelijk. Doch Hij, Jezus, sliep. Te midden van dit geweldige natuurgebeuren kon Hij nog slapen! Wel een bewijs, hoezeer Hij aan het einde Zijner krachten gekomen, thans in een gezonden en diepen slaap de zoo noodige verkwikking vond. Het scheepje, een speelbal der golven, met het woest geruiseh van water en wind om hen heen, dicht opeengepakt in de kleine ruimte, waren de twaalf discipelen ten prooi aan een angst die zich niet laat beschrijven. En met een slapenden Jezus in hun midden! Bij al hun angst voor mogelijken ondergang voegde zich ook een lichte ontstemming over hun Meester, die bij dit groote geweld en gevaar rustig slapen kon. Die onaandoenlijkheid van Hem, terwijl doodsgevaar dreigde, irriteerde hen zoodanig, dat dit zich omzette in een daad. „En Zijne discipelen, bij Hem komende, hebben Hem opgewekt, zeggende: Heer! behoed ons, wij vergaan"Vers 25. De storm had nu zijn hoogtepunt bereikt en de mannen in het schip bereidden zich voor op het ergste. Dat bewijst wel hun uitroep: Heer! behoed ons, wij vergaan! Zoo er geen wonder gebeurde, zou schip en bemanning binnen weinige oogen- blikken op den bodem der zee liggen. En ofschoon zij wisten dat Jezus de rust zoo hoog noodig had, dreef de hevige angst hen voort om Hem wakker te schudden. Zij dachten er geen moment aan, dat Zijne tegenwoordigheid in het bedreigde schip hen voor alle gevaar behoedde. Want Jezus, 't zij slapend of wakend, kon, volgens het raadsbesluit van Zijn God, niet op zulk een wijze ondergaan. De discipelen zagen alleen naar de wild bewogen luchten, naar de brullende wateren, naar hun kleine schip, dat dreigde uiteengerukt te worden door het woest geweld. Maar zij vergaten dit eene: dat zij Iemand aan boord hadden die ook slapend hen behoeden kon en behoeden zou voor alle doodsgevaar, omdat Hij was de Meester, de gezag hebber aan Wien alle krachten der wereld, ook der natuur, onderworpen zijn. Dat konden zij weten, omdat zij zoo menigmaal getuigen waren geweest van Zijn wondere kracht. Daarom bestrafte Jezus Zijne discipelen. En Hij zeide tot hen: „Wat zijt gij vreesachtig, gij klein- geloovigen"! Toen stond Hij op, en bestrafte de winden en de zee; en er werd groote stilte. Vers. 26. Zooals bij Jezus de diepe slaap, na ingespannen arbeid, zoo echt menschelijk was, was ook de lichte boosheid en de hevige angst der discipelen vol komen menschelijk. Wij zouden het er niet beter hebben afgebracht. Toen Petrus begeerde tot Jezus te komen bij Zijn wandelen op de zee, droeg het water hem omdat hij geloofde in de kracht van Zijn Meester. Maar toen hij zag op de golven aan Zijn voet, overtrof zijp angst te zullen zinken zijn geloof, zoodat hij, had Jezus hem niet gegrepen, inderdaad zou zijn weggezonken. Het zwaartepunt van dit Bijbelverhaal dan ook niet worden gezocht in het wonder van den gestilden storm ofschoon het grootsch en goddelijk was maar op de kleingeloovigheid der discipelen die, met Jezus aan boord, toch nog vreesden te zullen vergaan. Het geloof is zulk een wondere kracht! Jezus zelf zeide er van: „Zoo gij een 'oof hadt als een mosterdzaad, gij zoudt tot dezen g zeggenwordt opgeheven en in de zee geworpen". Laat ons dit wel verstaan. Wij leze.., dat de Heere Jezus geen krachten kon doen vanwege het ongeloof der menschen. Hij doet de dingen ge schieden naar ons geloof. Als het geloof niet in ons is, als wij schouderophalend blijven staan, dan kan het niets bewerkstelligen. Wanneer de weduwe van Zarfath niet had geloofd dat de olie en het meel niet zouden verminderen, wanneer de dis cipelen niet hadden geloofd, dat zij het net aan de andere zijde moesten uitwerpen om te vangen, de weduwe was van ellende omgekomen en wij zouden het verhaal van de wondere vischvangst in den Bijbel gemist hebben. Laat ons wel onthouden: ons zal geschieden naar ons geloof. Door het geloof zijn de sterke muren van Jericlio gevallen als zij tot zeven dagen toe omringd waren geweest. En ook Jezus' arbeid hier op aarde, Zijn hevig lijden en tragisch sterven aan een kruis, liet zou tevergeefs zijn geweest, wanneer het geloof deze dingen niet in onze harten bestendigt. Ik geloof, Heere! Kom mijn ongeloof, ook mijn klein-geloof te hulp De arbeiders-esperantisten-beweging mag zich wel verheugen in een voortdurenden groei. Had bij het einde van 1935 de Federatie 8950 leden en telde zij 132 afdeelingen, begin Juni groeide het ledental tot 4850 en traden in den loop van dit jaar 18 nieuwe afdeelingen toe. Wel een bewijs, dat Esperanto meer en meer ook in de arbeiderskringen doordringt. Ook in kringen der vakbeweging kan men opwek king voor de verbetering van Esperanto vaststel len. Wederom traden eenige vakbonden tot de Federatie toe als sympathiseerende organisatie, hiermede het werk van de Federatie steunende en blijk gevende van waardeering voor het werk door haar verricht. Het orgaan „Laborista Esperantisto" (Arbeiders Esperantist) heeft thans een oplage van minimum 6000 exemplaren, groot formaat, elk nummer telt minstens 12 pagina's (soms meer). Alle leden ont vangen dit maandblad gratis en benevens genoemd orgaan ontvangen zij eveneens gratis het orgaan van den Wereldbond voor Arbeiders-Esperantisten S.A.T., waardoor de leden internationaal contact hebben met Arbeiders-Esperantisten uit alle deelen van de wereld. De Federatie behoort zeker tot de grootste en best geoutilleerde landelijke Esperanto-vereenigin- gen. Voor het komende seizoen worden de eerste werkzaamheden reeds onder oogen gezien. Men Verwacht wederom een nieuwe toevloed van cur sisten voor de begincursussen, die in September en October a.s. zullen aanvangen in alle deelen van het Nederlandsche taalgebied. Openbare en propaganda vergaderingen zullen het publiek inlichten over het nut van Esperanto, terwijl de reizende tentoon stellingen het publiek een duidelijk beeld zullen geven van de vorderingen van het Esperanto op allerlei gebied. Partij-instanties, vakvereenigingen en hun resp. afdeelingen, zoo ook andere cultureele-, vermaak- en ontwikkelings-vereenigingen kunnen zich thans reeds wenden tot het secretariaat van de Federatie van Arbeiders-Esperantisten, adres Postbus W.6, Amsterdam-W., om inlichtingen betreffende het organiseeren van Esperanto-cursussen, houden van tentoonstellingen, verkrijgen van cursusleiders enz., zoodat men op den juisten tijd de noodige voorzieningen kan treffen. Al het werk, zoowel van sprekers, voor het klaarmaken van tentoonstel lingen, als het leiden der cursussen, geschiedt geheel belangeloos, zoodat de kosten zoo laag moge lijk zijn en het leeren van Esperanto binnen ieders bereik is. Voor Huishoud- en Industrieschool- kleeding alleen Schagchelstraat 46, Telefoon 14461 en Badhuisstraat 29, Telefoon 15993. «I blToen wij in de afgeloopen dagen op onze vacantiereis de Brabantsche Baroniestad bezoch ten waar een zonder het levenslicht aanschouwde hoewel het hem nog steeds eenigszins duister is schoot ons te binnen dat het dien dag precies vijftig jaar geleden was dat Jan de Coupeur hem de maat nam voor den wapenrok, die hij moest gaan dragen voor den toenmaligen tijd van zeventien maanden. De coupeurs van dien datum keken niet zoo heel nauw; „op het oog" werd een colbert costuum toegesmeten. Op de z.g. Klooster Kazerne meldden we ons aan om de oude herinneringen op te halen. Een jong soldaat met stalen helm weigerde den toe gang niet, doch we moesten ons melden bij den korporaal van de wacht (wachten kunnen ze bij de militairen nog steeds goed). Deze bracht ons bij den sergeant van de wacht, en na aldus verschil lende „waeht"-autoriteiten te hebben gepasseerd, stonden we voor de deur waar de woorden Regi ments-Bureau" te lezen waren. Daar klopte onze begeleider aan en na eenig wachten volgde het noodige „Ja!" Met toestemming van den hoogsten autoriteit, die wegens drukke werkzaamheden ons niet persoonlijk ontvangen kon, omdat het geen dienstzaken betrof, kregen we een majoor mee, die ons den weg zou wijzen. Dit laatste was echter niet strikt noodzakelijk, daar ik als oud-bewoner van het gebouw nog wel den weg wist, maar dienst is dienst en we hielden ons aan de voor schriften. Het eerst bezochten we de cantine; het leek meer op een café-restaurant, met spel- en leestafels, dan zooals vroeger op een boerenherberg. Na onzen dorst gelescht te hebben (de majoor was niet zoo heel vlug gelescht), betraden wij de ehambre, ofwel slaapzaal, waar we vroeger menig extra ailtje geknapt hebben. Noch de ehambre, noch de rustkamer hadden veel verandering ondergaan, zoodat we spoedig kwamen voor de laatste kamer met slechts één ingang en ontdaan van alle ge makken. Eenige grendels en sloten gingen los en na aan de Egyptische duisternis wat gewend te zijn, ontdekten we op de eenige plaats waar nog eenig daglicht kwam „Jan Hamer, 5 December 1887". Op den buitenkant van de deur stond met groote letters „Provoost" Des Zondags maakte de regen eenige uren plaats voor de zon. In korten tijd waren de bewoners uit den omtrek in velden en wegen te zien. Het was in den volsten zin des woords: Zondag. De kerkgangers hadden hun plichten vervuld op Belgisch grondgebied, aangezien op Hollandsch gebied in den omtrek hiertoe geen gelegenheid bestaat. Wel treft men hier en daar een kerk, doch wegens de onvoldoende baten kan men de lasten niet dragen en zoo werd na den oorlog van 1870 de deur met een flinken grendel gesloten, terwijl •pinrag en klimop den ingang versperden. Na het middagmaal genoten te hebben, gingen we met enkele buurtgenooten op stap. Waarheen We gaan naar de voetbalmatch! Midden in de hei, op een eenigszins vlak terrein zijn goalpalen opgesteld (net echt) en komen de elftallen in club- costuum ten strijde. De „Dreefsche en „Strij- beeksche" jeugd in verschillende jaren en lengten men is blij er elf bij elkaar te hebben mogen eerst eens fluiten, want een scheidsrechter is een ongekende weelde. Met een driemaal „Hoera" neemt het spel een aanvang en na anderhalf uur gaat het als een nachtkaars uit vanwege de vermoeienis op het hobbelige veld. Hoe de wedstrijd verloopen is, zullen wij u niet verklappen. Dit hebt u natuurlijk trouwens Donderdagavond om half zeven wel van „Han Hollander" vernomen Na den wedstrijd bezochten we het aan de Belze grens naast het douane-hok (passez le mot) ge bouwde café. De bezoekers (we waren met ons tienen) bestelden elk een glaasje pils en met een bedrag van zestig cent in totaal waren we klaar. Winkelsluiting bestaat daar ten eenenmale niet, men doet het meer des nachts als beveiliging tegen ongenoode gasten. Een boerin komt binnen, en daar het ca.é tevens winkel is, koopt zij een pond natuurboter voor f 0.40, een pond suiker voor f 0.07 een pond margarine voor f 0.12 Met tranen in onze Hollandsche oogen sloegen wij deze transactie gade en met de woorden „Wij leven vrij, wij leven blij" keerden we weer naar „Neerland's dier- b'ren grond" terug JAN HAMER. blGevonden en terug te bekomen bij: B. Meeuwes, Rollandslaan 27 een rijwielbelasting- merk in etui, Kortelaan 4, Aerdenhout een geitje, Cassee, Brederodelaan 80, Bloemendaal een hor logeglas met. vermoedelijk gouden rand, Odink, Potgieterweg 15, Bloemendaal een kinderbril, H. Vader, Alb. Thijmlaan 53, Bloemendaal een zwemkaart t.n. van Mej. A, R. Duinhoven, Wigman Alb. Thijmlaan 58, Bloemendaal een paar nieuwe sokophouders, Hoefnagel van Raaphorststraat 32, Haarlem een vulpenhouder, P. J. van Rixel, Genestetweg 9, Bloemendaal een courantentaseh. Aan het Bureau van Politie te Overveen een sleutel, een Engelsch woordenschrift t.n. van B van Ravensberg, een rijwielbelastingmerk, een knoopenhaakje, een vermoedelijk nikkelen dames horloge met zwart armbandje, een sleuteltje en een dop van een watertank. Aan den politiepost Noordzeestrand: een flat- lock, een zilveren heerenhorloge, een bos sleutels, een badsehoen, een blauwe ceintuur, een porte- monnaie inh. een penning No. 166 en een porte- monnaie met een geldstuk. VAN COSTUUM, JAS OF MANTEL kleermakerij en pers-inrichting mr. cornelisstraat 100, tel. 11061 repareeren vermaken keeren. Geslaagd. blVoor het Staatsexamen Handenarbeid slaagden onze plaatsgenooten de dames C. D. v. d. Vechte, G. de Bruin, M. de Jong, G. van Os en A. D. Blankevoort. blZaterdag en Zondag j.l. is in de rustieke aula op het terrein der arbeidersgemeenschap van de Woodbrookers aan den Betveldsweg de 37e algemeene jaarvergadering van den Algem. Ned. Geheel-Onthouders Bond gehouden. Ruim een half uur over tijd opende de voorzitter van den bond, de heer A. Martinus uit Den Haag, de vergadering. Spr. zeide de toekomst goed in te zien. Het drankgebruik gaat zeer snel omlaag; een der belangrijkste factoren vormt wel de crisis. Men grijpt gelukkig niet meer naar de genever, dat stemt hoopvol voor de toekomst, zelfs in deze donkere tijden. In het afgeloopen jaar boekte de vereeniging verschillende nieuwe leden, doch aan het einde van dit jaar hoopt men 2500 te halen.Toch moeten er nog meer krachten ingespannen worden, want in ruim 500 plaatsen is nog geen enkele drank bestrijdersorganisatie. Ook moet men de jeugd zien te winnen. Verschillende wenschen moeten nog worden vervuld, zooals centraal gelegen' fami liekampen, uitnoodiging van groepen die hetzelfde doel nastreven, contact met jeugdorganisaties enz. Ook hoopt men het Bondsgebouw op het terrein te Beekbergen aanzienlijk te kunnen vergrooten. Vervolgens werd door diverse afgevaardigden, de een wat radder van de tongriem gesneden dan de ander, het woord gevoerd, o.a. door den voor zitter der afdeeling Haarlem; Mej. Wester namens de geheelonthouderszangvereen.voor de loge I.O.G.T., de Geref. Vereen, voor drankbestrijding, S.O.V., Plan van den Arbeid, De Schakel, J.G.O.B. De heer Martinus dankte alle sprekers voor him wenschen, en drong op meerdere samenwerking aan. In de commissie voor de geschillen werden geko. zen de heeren J. W. Vlind Krommenie; D. Volbeda Sr., St. Jacobi Parochie en W. D. van Maurik, Hilversum. In de permanente commissie voor groeps-actie werden benoemd de heeren A. Hofland, Beverwijk; R. B. Mammen, Hilversum; H. Scheepbouwer, Dordrecht. Het financieele gedeelte was gecontroleerd en in orde bevonden door leden uit Utrecht, Santpoort en St. Paneras. Bij het uitbrengen der jaarverslagen werd voor den heer W. K. Rijsdorp uit Baarn waardeering uitgesproken en voor diens arbeid als secretaris. Het beleid van het Hoofdbestuur werd goedgekeurd. Over dat van de redactie ontstonden vurige debat ten, ook dit beleid werd tenslotte door de verga dering gesanctionnéerd, speciaal St. Jacobi Parochl prees de redactie, bestaande uit den heer en Mevr. Rugaart uit Apeldoorn. Hiermede was de vergadering voor den eersten dag geëindigd. Na den broodmaaltijd werd gemu siceerd door den Jan Hgsnierg, viool en den heer Hesmerg, piano. Tot slot werd een wandeling ge maakt over het landgoed Elswout. Des Zondagsmorgens werd het congres voort gezet. Na eenige gedachtenwisseling over het comfort niet iedereen was tevreden met de acco- modatie werd Enschede voorloopig als congres plaats voor het volgende jaar aangewezen. Het plan om geen vergaderingen meer te houden, werd vernietigd, daar juist deze vergaderingen den band zoozeer versterken. Besloten werd voor de bondsfunctionarissen f 300.honorarium te voteeren voor diverse onkosten. De Kinderclub kreeg f 175.subsidie toegewezen, terwijl de provinciale propaganda- commissie f 275.subsidie toegezegd kreeg. Voorts werd besloten spaarzegels uit te geven waarvoor boeken uit hot depot gekocht kunnen worden. Verschillende interne kwesties, de diverse afdee lingen rakende, werden besproken; tot slot maak ten de congressisten, die uit alle deelen des land' in grooten getale waren opgekomen, nog een tocht naar Zandvoort. Rest ons nog te melden dat enkele leden des nachts speciaal per fiets uit Dordrecht naar Bent veld waren gekomen. Dat getuigt wel van het enthousiasme voor de zaak, wat trouwens ook meer malen op de vergadering merkbaar was. aanbesteding. blTen raadhuize werd door het gemeente bestuur aanbesteed de uitbreiding van het raad huis met aanbouw van een kantoor voor den gemeente-ontvanger. Ingeschreven werd door: P. Scheepsbouwer, Castricum f 14.620. H. F. Broersma, Den Haag - 14.250. N. Cobelèris Zn., 'Haarlem - 13.820.— C. Noord, Haarlem - 13.789. P. Cupidó, IJmuiden- 12.830. Gebrs. de Vries, Haarlem-Purmerend - 12.740. Fa. Van Breevoort, Haarlem- 12.700. Fa. Doèdens en Schilder,'t Zandt - 12.487. Fa. de Hoop, Haarlem- 11.976. Aann. Mij. Noord-Holl., Heemskerk - 11.971. Fa. Van Oers, Haarlem - 11.600. G. J. Evers, Bloemendaal - 11.584. Gebrs. Schiphorst, Haarlem 11.340 Fa. Keizer, Haarlem 10.640. Gunning is aangehouden. 0' MOp de v Kupers betreffe door de gemei Bloemendaal to wegen naar hel kom der gemee: strand gelegen van binnenlanc woord: De moeilijkhi ten Zandvoort minister bekenc verplaatsing d< het aldaar aan van het zeestra kom tegen de aan de gemeen! prikkeldraad is verplaatsing he vroeger op he gelegen tentenl naar het nieuw de afgesloten d' dat het tenter rechtstreeksche nicatiemogelijk legen groote w- strand over de dien zoowel ten sloten duinree wegen met den bonden. Indien lionc zijn, is dit niet de duinreep, r het Bloemenda kooper tarieve 2 Mei jl. voor 1 gekeurd. Dat c zeer bezwaarlij te bereiken, k: niet worden gevallen op Z( meer dan 270 aangespoeld. geweest, dan zi offers, die eer: zijn aangespc worden opgew Van een gi band met het Voor zoover i kan worden g vóór de verdi gevangen om een nieuwe res het zeestrand De minister v aan deze reg< onthouden. blOp d< school aan de avond door - een propagai Rond een belangstellenc de heer van I zingen, en n gedeelte van Het verliet openlucht be rigs, waardoc zijn. Uw aan' dat ge ook iel een golf van ups and dowi plaats. Alvorens h ker van den Nederlandscl de goede stel de mondorg Knosse, die slechts onvo Dagelijks in Berlijn uit alle de< gadeslaan 11e Olym komen. H groep Ro< prachtige

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1936 | | pagina 2