„Hotel Vreeburg" hsZ*. Zondagmorgen! Dr. P. E, U. WAKI ïXWNKERS ©RUH Vrijdag 12 Augustus 1938 Predikbeurten. Economische Weekcijfers Ingezonden Kerkplein 16, Bloemendaal De Koning der Helderzienden Elke vergissing uitgesloten! Entrée f 0.50 ^veilige} GASFORNUIS EB EN VLOED. LORENTZKADE 114 Op de grens van Weiden en Duinen. Zuivert den mond. ZONDAG 14 AUGUSTUS 1938. BLOEMENDAAL. Ned. Herv. Gem.: v.m. 10 uur Ds. J. C. van Dijk. Geref. Kerk: v.m. 10 en n.m. 5 uur Ds. B. A. Bos van Assen (Radio-uitzending golf). 245.9 M.). Ned. Prot. Bond geen dienst. Vrije Kath. Kerk Popellaan, Kinheimpark: 10.30 v.m. Gezongen H. Mis. Predicatie van Priester Ko Borsten. Maandag 7.25 v.m. gesproken H. Mis. Woensdag 8 uur n.m. Completen en Lof. OVERVEEN. Ned. Herv. Gem.: v.m. 10 uur Prof. Dr. A. H. de Hartog, Amsterdam. AERDENH0UT. Vereen. Religieuze Kring: geen dienst. SANTPOORT. Ned. Herv. Gem.: v.m. 10 uur Ds. de Boer van Wormerveer. Geref. Kerk: v.m. 9.45 en n.m. 5.30 uur Dr. W. G. Harrenstein. Geref. Kerk H.V.v.m 10 uur de heer C. Redert. HAARLEM. Evang. Luth. Gemeente: v.m. 10.30 uur Ds. H. J. Jaanus vanjRotterdam. Eglise Wallonne a 20 h. Service et Sermon presidé par Mr. Ie pasteur E. Michelin Moreau, de la Haye. 3e Coleekte pour l'Eglise. Geref. Kerk (Kloppersingelkerk): v.m. 10 uur Ds. H. W. Wierda te Vijfhuizen, n.m. 5 uur Ds. R. Oosterhoff te Oostdorp. Om de 14 dagen straatprediking, Zaterdagsavonds op het Pre- toriaplein. Zangkoor. Geref. Kerk (Wilhelminakerk)v.m. 10 uur Ds. C. Veenhof, n.m. 5 uur Ds. H. A. Wiersinga van Leiden. Geref. Kerk (NoordschoterkeTk)v.n. 10 uur Ds. R. Oosterhoff te Hoofddorp, n.m. 5 uur Ds. C. Veenhof. Geref. Kerk (Zuid-Oosterkerk)v.m. 10 uur Ds. H. A. Wiersinga te Leiden, n.m. 5 uur Ds. H. W. Wierda te Vijfhuizen. Geref. Kerk H.V.: v.m. 10 uur Ds. J. ter Schegget van Amsterdam, n.m. 5 uur dezelfde. In de voorzaal v.m. 10 uur Kinderdienst. Gem. Gods: v.m. 10 en n.m. 5 uur de heer Borner uit Weenen. Donderdag n.m. 8 uur Bijbelle zing en Bidstond, Wijde Geldelooze pad 4. ZANDV00RT. Geref. Kerk H.V.: v.m. 10 uur Ds. P. van der Woed. Algemeen Verbindend verklaring Ondernemers- overeenkomsten. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en Omstereken maakt bekend, dat te haren kantore, Nassauplein 46, is nedergeldgd een afschrift van de Ministerieele Beschikking van 8 Augustus 1938, houdende algemeen verbindend verklaring van een ondernemersovereenkomst tot verbetering van de toestanden in het schoenen- bedrijf, alsmede een afschrift van de Ministerieele Beschikking van 8 Augustus 1938, houdende algemeen verbindend verklaring van een onder nemersovereenkomst tot verbetering van de toe standen in de wollenstoffenindustrie. Echter laat het deze moderne kunstenaars koud, of ik hun werk al dan niet verdedig. Dit is ook heel begrijpelijk, daar zij in de regel en vooral den laatsten tijd zeer commercieel zïjn aangelegd en ongelooflijk hooge honoraria genieten. Hoe geheel anders is het echter gesteld met de meesten hunner vertolkers, welke deze kunst ten toon spreiden en de roem der componisten ver zekeren. Deze vertolkers zijn de musici, die in dezen tijd een verbitterden strijd voeren om een menschwaardig bestaan. Deze menschen die zich veel met ware hartstocht aan him kunst overgeven, moeten echter ook rekening houden met de veel zijdige publieke smaak, wat naar ingewijden dik wijls bevestigen een ware handicap kan zijn, om zich van hun goede zijde te kunnen toonen. Dit is echter voor veel moderne musici nog geen onoverkomelijke hinderpaal, daar zij veel in staat zijn de geheele muziek-linie van swing tot stim- mung en van Beethoven tot Ellington, te beheer- schen. Erger voor hun is echter het tegenwoordig vooral bij de „baas" zoo in zwang zijnde „amateu risme" hetwelk als een hyena rondsluipt en uit menigen beroepsmusicus de laatste droppel energie zuigt. Daar deze z.g. amateurs hun groote colle ga's zooals nu weer het geval is geweest, op de meest lage wijze belasteren en voor prijzen werken welke voor musici niet aan te nemen zijn, zal nie mand het mij ten kwade duiden, mij tegen derge lijke practijken zeer schrap te zetten. Hiermede doel ik op eenige amateurs uit omgeving Haarlem en voornamelijk Santpoort, die met 4 man een prijs vragen welke voor één man amper voldoende is. Laat ik de wensch uitspreken dat dancing-, café en vereenigingsbestuurders, wel degelijk na denken voor dergelijke jongelui te engageeren, daar deze z.g. goedkoope combinatie goud gaat kosten wanneeer de Arbeidsinspectie e.a. zouden gelasten dat de gelegenheid zou moeten worden gesloten. Dit is echter nog maar een strop van tijdelijken aard. Zooals te begrijpen valt, is het tegenwoordig toch al zoo verwende publiek, in de eerste plaats teleurgesteld in de capaciteiten van den amateur, in den regel niet genegen meer een dergelijke instel ling te bezoeken. Dit beteekent dus een haast niet te herstellen verlies. Daar de ervaring heeft geleerd, dat dergelijke amateurs, z.g. eendagsvliegen zijn, zij toch opge merkt, dat wanneer op deze plaats het kwaad de kop wordt ingedrukt, het even verder als snel groeiend onkruid uit den grond verrijst. Gaarne tot mondelinge zoowel schriftelijke in- of toelichtingen bereid zijnde, sluit ik hiermede mijnerzijds ieder openbare discussie en teeken, Hoogachtend, The Jazzbrothers, o.l.v. Cor Rackwitsz. Generalmanager DAN SOMERLY. Haarlem, Augustus 1938. Van Zeggelenstraat 65. KUNST IN NOOD. o Hoe velen malen hebben wij al niet gehoord en gelezen, over het hierboven aangeroerde onder werp. Wij kunnen als vaststaand aannemen, dat het gros publiek, nog steeds gehecht aan de al oude gewoonte, onder kunst niets anders verstaat dan oude klassieke werken, op zeer uiteenloopend gebied. Natuurlijk is deze mening dikwijls zeer juist, wanneer wij bijv. de hedendaagsche kleeding met de vroegere zouden vergelijken. Wanneer ech ter door mij naar voren gebracht zou worden, dat de uitingen der hedendaagsche muziek en bovenal, de jazz door mij als de mooiste kunst wordt be schouwd, ben ik vrij zeker dat deze uitlating, vooral bij de eenzijdige ouderen onder ons, hefftige verontwaardiging teweeg brengt. M.i. is dit natuur lijk volkomen misplaatst. Hoewel ik een zeer groote genegenheid ben toegedaan, voor de oude klassieke meesters, zijn voor mij de moderne kopstukken der Jazz (is geen dansmuziek) grootere kunstenaars, daar zij evenals de moderne techniek gestadig voorwaarts gaan. (Medegedeeld door het Centraal Bureau voor de Statistiek): Week v. Maand, t/m Zaterd. 24/7 1/8 t/m t/m 29/7 6/8 Effectenmarkt: 1. Aandeelenkoersen (basis Jan. 1937 100)94.4 93.8 Betalingsverkeer: 2. Omzet postchèque- en giro dienst (basis overeenkomstige week 1937 100)109.9 105.8 Groothandel: 3. Groothandelsprijzen (basis Jan. 1937 100)72.1 70.8 4. Omzettermijnmarkt A'dam (basis overeenkomstige week 100)83.2 133.5 Kleinhandel: 5. Omzet winkelbedrijf (basis id.) 109.6 108.6 Goederenverkeer: 6. Gewerkte taken haven A'dam (basis idem)90.6 93.3 7. Bevrachtingen wilde binnen vaart (basis idem)91.6 102.6 Arbeidsmarkt: 8. Aanvragen van werkgevers (basis idem)106.6 121.2 9. Aanbiedingen van werknemers (basis idem)86.7 85.4 10. Plaatsingen (basis idem) 94.0 123.2 1 en 3: basis Januari 1937 100. Overige nummers: basis: overeenkomstige week 1937 - 100. Zondagavond 8% uur een BIJZONDERE avond door den PARA-PSYCHOLOOG Uw Karakter - Uw Fatum! Verleden - Heden - Toekomst Alles inbegrepen Voor hen die 's-avonds niet zal Dr. WAKI den volgenden 12 tot 4 uur te spreken zijn aanwezig kunnen zijn, dag, des Maandags van in HOTEL VREEBURG De vloed komt op. Steeds dichter naderen de witte schuimkoppen van wezens uit een andere wereld het strand der menschen. Zij voeren aller hande zeegeschenken met zich, schelpen, hout, zeewier, ,,aarse kwallen, witte, ondefinieerbare steentjes. Zij werpen dit alles achteloos op het zand. met de kwistige hand van een grand seig neur, wiens geschenk eigenlijk niet meer is dan een aalmoes, omdat hij geeft ui! een onuitputtelijke overvloed. De blauwe schatkamers openen zich zich steeds verder, steeds voller wordt het zoo pas nog leege en blanke strand. Maar voorloopig liggen deze schatten nog op gehoopt in het verborgene, want voordat de eene golf zijn last aan land heeft gespoeld, is hij reeds ingehaald door een volgende, die nog verder over het onvruchtbare zand heenslaat en wat zijn voor ganger bracht aan het oog onttrekt. Steeds kleiner wordt het mensclielijk domein. Voeten, stoelen en tenten wijken achteruit, en laten zich graag door de verkwistende, over moedige golven terugdrijven. Maar zoo snel en regelmatig als de kinderen dit zouden wenschen veroveren de golven toch het strand niet. Soms is er op eens een, die veel minder ver komt dan de vorige, veel minder ver dan onze verwachtingen waren. En meteen weten we, dat de zee geen eenparig versnelde beweging kent, dat zij niet in onze geliefde natuurkundige formules, die we niet alleen in het hoofd, maar ook in het hart dragen, is te vatten. En plotseling krijger, de schuimkoppen men- schengeziehten, de kleine zeemeerminnen krijgen een ziel. Ook de menschen, die als een vloedgolf over ons leven sloegen zijn niet in die formules te vangen. Ook zij schieten niet eenparig versneld op ons aan. Midden tusschen de dagen van toe nadering en wederzijdsche spanning en begrijpen, of misschien van wederzijdsehen strijd en ver nietiging, is er op eens een dag, die niet schijnt voort te bouwen op de voorafgaande, een dag met een onverschillig, buiten het verband val lend uiterlijk, een wapenstilstand. En een wapenstilstand, ten goede of ten kwade, is altijd teleurstellend. Hij is niet rustig genoeg om „vrede" en niet spannend genoeg om „strijd" te heeten. Het schijnt iets zinneloos en doodsch. Het heeft altijd iets van de ontgoocheling, waar mee Paulus den Galaten toeriep: „Hebt gij dan zoo groote ervaring vruchteloos gehad?" Hij dacht, dat het vloed werd, en toen kwam daar op eens zoo'n tamme golf, die een eind bij het voorafgaande ten achter bleef. Had hij daarvoor zooveel met hen doorgemaakt, om nu op eens achter te blijven „so klug als als wie zuvor" Zelfs hij had moeite met de les van de zee, al voer hij op zooveel wateren. Hij kende onze vlotte formules nog niet, waarbij alles zoo van een leien dakje volgens onzen wensch verloopt, en toch zaten ze hem onbewust al in het bloed. Ook Paulus moest er levenslang aan wennen, dat God ons „langs een omweg" leidt, en maar heel zelden regelrecht op Zijn doel afgaat. Tallooze malen zou hij de verzenen tegen de prikkelen van zijn felheid en ongeduld moeten slaan, eer hij zou kunnen hooren: „Mijn genade is u genoeg." Niet de vloed is doel in zichzelf, zoomin als de eb. Eb en vloed samen zijn de ademhaling van het leven, waarin alles zijn plaats heeft, ook ieder schijnbaar zinneloos golfje, dat achterblijft bij de rest. Eb en vloed zijn er niet om zichzelf, maar om het verband tusschen de elementen. Zij be waren het evenwicht in de natuur, door hun ver binding met de maan. Eb en vloed in het menschenleven bewaren het evenwicht in de verhoudingen tusschen menschen en volken door hun verbinding met den hemel. Wanneer we de vloed uit Gods hand nemen, zullen we ook het tijdelijke terugtrekken van die vloed, en ook de eb moeten aannemen. Ook de eb. De eb brengt de breede, vlakke stranden waar menschen weer over wandelen kunnen. Zij kunnen immers niet altijd door mul zand of door hoog water waden. De eb brengt ook aan het licht wat de vloed heeft gebracht. Datgene wat uit de wilde golven is bezonken op het strand wordt door de eb pas zichtbaar. Zij toont wat van de vloed is over gebleven, zij is de herinnering. Neen, meer dan herinnering, want het is een ander strand ge worden, het is niet langer leeg en ongerept, het komt anders uit de vloed te voorschijn dan het er in ging. De eb laat zien wat het strand bij machte was vast te houden van de schatten, die de zee zoo mild en overvloedig schonk. En tenslotte schenkt de eb den tijd om aan bedreigde dijken te werken. Hier echter openbaart zich het verschil tusschen de zee van water en de zee van het leven. Bij de eerste weten we precies wanneer het weer vloed zal wordenover zes uur. Tot zoolang hebben we dus den tijd om te werken. Maar bij de tweede weten we van dat oogen- blik niets, heelemaal niets. Onze dijk mag wel een echte „Waker" zijn, wil hij bij onverwachte springvloed sterk genoeg zijn. Hier kunnen we niet rekenen en afgepast voorbereiden, hier staan we altijd voor het onverwachte. Te midden van de eb kan er op eens een vloedgolf komen, die alle keurige vestigingen en moeizaam opge worpen dijken weer omver gooit. Niet alleen tegen de eb, ook tegen de onverwachte ontmoetingen met het leven moeten we bestand zijn. Alleen Hij, Die Gods omwegen kende en de golvei. beheerschte kan ons hierin bijstaan. Hij was het dan ook Die sprak: „Waakt dan, want gij kent dag noch uur". Wie dit bord voor zich ziet moet x t r o voorzichtig zijn, want hij nadert 'n voor- rangsweg (óók het verkeer van links laten vóórgaan!) Geachte Clientèle, DE MATRASSEN MAKERIJ is VER PLAATST van Kruisstraat 18 naar TELEFOON 27310 Aanbevelend, H. HONS BEEK. BESCHERMT DE ROOFVOGELS. Een heer schoot 3 Augustus op een weiland in Zuid-Holland een arend aan en wist het dier, dat een vlucht van 21% meter heeft, levend te be machtigen. Veertien dagen geleden schreef ik iets over de torenvalk, een van onze weinige roofvogels. Deze week maakte ik uit een paar vogelboekjes een staatje van de daarin vermelde roofvogels, dag- roofvogels namelijk, geen uilen. Ik kwam tot de slotsom dat maar negen soorten, misschien ook een tiende, de Slechtvalk, in ons land broeden. Blauwe Kiekendief, Havik, Wespen- dief, zeer zeldzaam, Grauwe Kiekendief, Sperwer, Buizerd en Boomvalk vrij zeldzaam, Bruine Kie kendief vrij algemeen en Torenvalk het talrijkst. U ziet, een poover aantal voor een land met vrij veel bosschen. Op de voor- en najaarstrek en in het winter halfjaar zwerven nog verschillende andere soorten door ons land en dan kunnen nog de SteppenJKui- kendief, 4 zeldzame Buizerdsoorten, 6 soorten Arenden, de Wouw, de zwartbruine Milaan, 5 zelden waarneembare Valkensoorten en de Vale Gier aangetroffen worden. In totaal zijn of worden in ons land volgens de vogelboekjes „Zien en Kenn- nen" en „Hoe heet die Vogel" van uiterst zeld zaam tot algemeen 29 roofvogelsoorten gevonden. Het eerstgenoemde boekje, van Binsbergen, Mooy en Stuurman, spreekt er slechts van dat vogels waargenomen zijn, maar Strijbos in „Hoe heet die Vogel" schrijft iets duidelijker, dat de waarnemingen van de zeldzame vogels gewoonlijk met neerschieten gepaard zijn gegaan. Het berichtje waarmede dit stukje begint wijst er immers al op, dat de roofvogel die ons land bezoekt, niet wordt uitgenoodigd om zich hier blijvend te vestigen en zijn portie te nemen van de tienduizenden snippen en misschien honderd duizend konijntjes die hier jaarlijks geschoten worden. Inplaats van het machtig silhouet van een arend in de lucht of de boeiende jacht van een onstui- migen sperwer in het landschap, als evenementen voor den natuurliefhebber, ziet men hier en daar een stoffig roofvogelkarkas op een plankje staan, liefst met uitgespreide vlerken en met een bordje erbij, waarop de naam van den sterpschutter prijkt. Het berichtje in den aanvang is een symptoom van een jagers-mentaliteit die alles over de kling jaagt, wat een krommen bek en klauwen heeft. Het is allicht wel eens nuttig, in Artis de opge zette of ingekooide dieren te bezichtigen, maar het zien van de daar verzamelde tientallen haalt toch zeker niet bij een enkele waarneming in de vrije natuur. Ik weet niet, wat voor een arend de heer uit Zuid-Holland aangeschoten heeft, maar zeker is het, dat wij hier in Holland verschillende arenden des winteTs als vaste gasten konden hebben. Een Vischarend is verschillende malen gesignaleerd op het Naardermeer en den afgeloopen winter werden in de Provinciale Waterleidingduinen te Castricum een drietal Zeearenden opgemerkt. En kleinere roofvogels zouden hier zeker in behoor lijke aantallen doortrekken, des winters verblijven en zelfs broeden, als ze maar niet zoo vervolgd werden. Er zijn in ons land zoo weinig gevleugelde roo- vers, dat het dooden daarvan zeer streng gestraft zou moeten worden. Zouden ze plaatselijk schadelijk worden (maar waar zou dat de eerste tientallen jaren het geval kunnen zijn) dan zouden extra maatregelen altijd nog genomen kunnen worden. De „edele jagershartstocht" moge niet gemak kelijk te verzadigen zijn, voor de roofvogels is hier voorloopig voedsel genoeg. HE 19 Behalve de nieuwste verkeers» voorschriften moet u óók nog de oudste ongevallenoorzaken (roe keloosheid en drankmisbruik!) kennen!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1938 | | pagina 3