FONGERS
Studebaker
C. CASSEE
De Twentsche Bank N.V. - Bloemendaal
Effecten
Coupo
ns
Safe-loketten
Lampekappen Overtrekken
SPECIAALZAAK IVONNE
ioitidaigrmorsreini
32e Jaargang - No. 41
Vrijdag 3 Maart 1939
Oplaag 6300 Ex.
Algemeen Weekblad voor Bloemendaal, Overveen, Aerdenhout,
Haarlem (Kleverpark en Ramplaankwartier) en Santpoort-Station
AD VERTENTIEN
ABONNEMENTEN
BEGRAFENIS EN CREMATIE
TWEEHONDERD GULDEN BELQONING
C. VAN MAREN, OVERVEEN, BLOEMENDAALSCHEWEG 234
Het Middelbaar Onderwijs
te Bloemendaal.
Woningbureau „De Neethof"
J. F. B. RINGS
Een ongeëvenaarde keus
PAARLBERG'S SIGARENMAGAZIIN
Agent J.G.Verbeek, BI. tl. weg 5, Tel 22276
HET 8L0EMENDAALSCH WEEKBLAD
Advertentiënper regel 10.15.
KRUIDNOTEN kleine advertenties 4, regels 10.35.
bij vooruitbetaling. Elke regel meer 0.10.
BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING.
Bureau voor Redactie en Administratie en Advertentiën:
KORTE KLEVERLAAN 64, BLOEMENDAAL
Telefoon 23453 Postgiro No. 191387
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling 11.— per halt jaar.
Abonnementen kunnen steeds ingaan, maar zijn ver
bindend voor het loopende halfjaar
Losse nummers 0.05.
BELAST ZICH MET
BLOEMENDAAL TELEFOON
STRAATWEG 4* 2 2 4 4 4
Bloemendaalscheweg 147 - Telefoon 23270
Daar het den heer A. Hiemstra, Commissaris van Politie te Bloemendaal, Hulpotticier van Justi
tie enz. en den heer H. H. Smit, Hoofdagent-rechercheur te Bloemendaal, niet gelukt is ophel
dering te brengen in het zoek raken van stukken, die betrekking hebben op een verreken-pakket
van f 12.85; daar voorts alle officieele poststukken, die op dit verrekenpakket betrekking hebben,
niet OP HET POSTKANTOOR TE OVERVEEN aanwezig zijn en de heer De Ruiter, beheerder
van dit kantoor, het een blamage voor zijn kantoor vindt, looft ondergeteekende
TWEEHONDERD GULD EN BELOONING
uit voor hem (hen) die aanwijzingen kan (kunnen) geven die leiden tot ontdekking en veroor
deeling van de(n) dader(s). Alle stukken die betrekking hebben op de door mij gedane betaling
van dit verreken-pakket, zijn in mijn bezit.
Verschenen is het Verslag over het Middel
baar Onderwijs in Bloemendaal over de jaren
1936,1937 en 1938.
Wij ontleenen hieraan het volgende:
De Commissie van Toezicht op het M. O. was
einde 1935 samengesteld als volgt: C. W. de
Visser, voorz.; Mr. W. J. Schunhart, secr.; C. G.
J. Bos, Mevr. C. J. Cohen Tervaert-Koch en
Mr. F. J. D. Theijse.
Bij besluit van den Gemeenteraad van 28 Mei
1936 werd aan beide eerstgenoemden op hun
verzoek eervol ontslag verleend als lid der com
missie. De heer De Visser heeft zitting als zoo
danig gehad van af haar instelling in Sept. 1922
en was al die jaren haar voorzitter; de heer
Schunhart is sinds Oct. 1931 als lid der comm.
en tevens als haar secretaris werkzaam geweest.
Voor hetgeen zij in het belang van het plaatse
lijk M. O. en voor de commissie hebben- gedaan
wordt hun gaarne een woord van dank gebracht.
In de door hun aftreden ontstane vacatures
werd door den Raad voorzien door benoeming
tot lid der commissie van Prof. Mr. P. A. J.
Losecaat Vermeer en D, Kool. Deze traden eerst
in functie, nadat de commissie op 14 Oct. 1937
door den wethouder van onderwijs opnieuw was
geïnstalleerd; zij werden a.e.v. tot voorzitter en
secretaris der commissie aangewezen.
Waar de commissie haar werkzaamheden eerst
tegen het einde van 1937 heeft hervat en over
1936 nog geen verslag was verschenen, werd be
sloten t.z.t. één verslag samen te stellen over de
jaren 1936, 1937 en 1938.
Ook Mevr. Cohen Tervaert-Koch zag zich ge
noodzaakt voor het lidmaatschap der commissie
te bedanken; zij heeft dat 11 jaar achtereen met
veel hart voor het M. O. vervuld. In haar plaats
werd bij besluit van den Gemeenteraad van 16
Dec. 1937 Mevr. C. C. M. Wolterbeek- de Stoppe
laar tot lid der commissie benoemd.
De leden, die op 1 Jan. 1937 en 1 Jan. 1938
aan de beurt waren om periodiek af te treden,
werden herbenoemd.
Het lid Mr. F. J. D. Theijse, die per 1 Jan.
1939 periodiek moest aftreden, achtte het juister,
zich niet voor een herbenoeming beschikbaar te
stellen i-.v.m. het raadsbesluit van 28 Mei 1936,
waardoor het lidmaatschap der commissie voor
taan onvereenigbaar is met dat van het bestuur
of van het college van curatoren van een aan
het toezicht der commissie onderworpen school.
In zijn plaats benoemde de Raad tot lid der
commissie den heer Mr. Th. Semeijns de Vries
van Doesburgh.
Scholen.
Het toezicht der commissie omvatten evenals
vorige jaren.
a. den onderbouw en de H. B. S.-afdeelingen
van het Kennemer Lyceum te Overveen;
b. de Middelbare School voor Meisjes
,,'t Kopje" te Bloemendaal.
Ingevolge beslissing der Regeering, in Maart
1936 genomen, dat de afdeeling voor meer indi
vidueel onderwijs en de Montessori-afdeeling
van het Kennemer Lyceum beschouwd worden
als instellingen voor M. O., kwamen ook deze
•lleen bij; J. 6 Verbeek, Kerkplein 21, Tel.22276
afdeelingen onder het toezicht der commissie.
Aan laatstgenoemde school werd in September
1938 een nieuwe afdeeling toegevoegd, n.l. de
afd. voor individueel voortgezet onderwijs
I.V.O. afd. welke op grond van het terzake
van den Inspecteur der Lycea ingewonnen oor
deel mede onder het toezicht der commissie werd
begrepen.
Aantal leerlingen.
Dat de omvang van het M. O. te Bloemendaal
sedert 1931, behoudens een kleine inzinking in
1934, jaarlijks is toegenomen, kan blijken uit
onderstaand overzicht.
Kenn. Lyc. ,,'t Kopje Totaal
1931 300 74 374
1932 375 60 435
1933 382 70 452
1934 343 94 437
1935 363 112 475
1936 400 116 516
1937 437 130 567
1938 499 135 634
Uit van Gemeentewege verstrekte gegevens is
gebleken, dat veel de laatste drie jaren ge
middeld 250 Bloemendaalsehe leerlingen ver
schillende scholen voor M.O. te Haarlem volgen.
Hieruit mag echter niet zonder meer tot de ur
gentie van uitbreiding van gelegenheid voor het
ontvangen van M. O. te Bloemendaal worden
besloten, want een vrijwel even groot aantal
leerlingen uit omliggende gemeenten is hier bij
het M. O. ingeschreven.
Toestand van het onderwijs.
Bij haar schoolbezoeken heeft de Commissie
over het algemeen een goeden indruk ontvangen
van de wijze, waarop het M. O. ter plaatse ge
geven en behartigd wordt. Zij ondervond daarbij
alle medewerking van leiding en leerkrachten der
betrokken scholen.
In memoriam.
Een enkel woord van herdenking zij gewijd
aan den vorigen wethouder van onderwijs, den
heer H. Hogenbirk, die 10 Jan. 1938 is overle
den; met hem ging iemand heen, die tot het
laatste toe bereid was tot dienst aan de gemeen
schap.
Tot zijn opvolger werd aangewezen de heer
Ing. J. Ouwehand, wiens belangstelling voor het
M. O. reeds in verschillend opzicht is gebleken.
Blijde dagen.
Het behoeft nauwelijks vermeld, dat de leer
lingen van de middelbare scholen te Bloemen
daal levendig hebben gedeeld in de algemeene
vreugde bij de verloving en het huwelijk van
H.K.H. Prinses Juliana en bij de geboorte van
Prinses Beatrix. Zij ontvingen van het Gemeen
tebestuur een aardige herinnering aan het Re-
geeringsjubileum van H.M. de Koningin in den
\>orm van een rijmprent, gedicht door dr. J. D.
Bierens de Haan en verlucht door André van
der Vossen, beiden ingezetenen van Bloemen
daal.
De gebruikelijke statistische gegevens betref
fende het plaatselijk M. O. zijn als bijlagen aan
het verslag toegevoegd, evenals een overzicht
over de laatste vier jaren van het aantal jaren,
waarin leerlingen, die de school geheel doorlie
pen, het einddiploma behaalden.
o
INTERN. VEREEN. BELLAMY.
Voor de afd. Haarlem der Intern. Vereen.
Bellamy komt Zondag 5 Maart spreken de al
gemeen voorzitter, mr. dr. P. Yssel de Schepper,
met het onderwerp: „De Geestelijke Herbewa
pening en de Bellamygedachte". Deze bijeen
komst vindt plaats in gebouw „De Nijverheid",
Jansstraat 85, des morgens 10.30 uur.
GR. HOUTSTRAAT 147 - TEL. 10925
t.o. Proveniershuis EIGEN ATELIERS.
SANTPOORT— STATION
Wüstelaan 4 - Telef. 379
Belast zich met:
Verhuren Verkoopen Admini-
stteeren Onderhoud en Taxaties
CARNAVAL
In de landen en streken waar menschen nog
echte volksfeesten kunnen vieren, waar men niet
zoo gewichtig is om zich te schamen over dansen
op straat en waar de vreugde niet eerst kunstmatig
moet worden wakker geroepen en opgezweept,
of, nog beschamender, georganiseerd, daar trek
ken in deze weken weer de groteske stoeten met de
reusachtige, kleurige carieaturen door de tintelende
confetti-straten. De huizen geven voor een oogen-
blik hun voorname afzondering prijs, zij Worden
door serpentines, die draden der vreugde, ver
bonden.
„Een brooze verbinding!" zeggen de Noorder
lingen bedenkelijk en schudden hun verstandige
hoofden. En toch zijn ook hun handels- en andere
contracten maar van papieT. En wij, Nurksen, die
het witte papier aanbidden, maar het gekleurde
verachten, hullen ons angstvallig in onze waardig
heid en Keeren de tuimelende hansworsten den rug
toe, niet vermoedend, dat juist die Waardigheid
misschien het zotste carnavalspak is, dat iemand
aan kan trekken.
En intussehen rollen achter ons de bebloemde
wagens voorbij, en de nar rinkelt met zijn kap
de begeleiding voot deze eeuwige Lof der Zot
heid. De groote menschen dansen met maskers
voor, de kinderen zonder, daar zij geen exenus
voor hun dwaasheid behoeven. Ook de dieren
feesten mee, wanstaltige varkens schommelen
knorrend voorbij en uit de hals van een giraffe
klinkt driestemmig gezang.
Over dit alles hoe ongeloofelijk het ook voor
de waardige Noorderlingen mag lijken schijnt
de zon. Zelfs die doet mee aan den veldtocht
tegen den dood, aan den triomf van het leven,
dat is dus van de dwaasheid.
Diezelfde zon zag eenmaal hen die wij „heide
nen" noemen in dergelijke stoeten het nieuwe
jaar tegemoettrekken, zij ziet, dat nog in China.
Zij hoorde hen met muziek en geschreeuw de
booze geesten op de vlucht drijven, den dooden-
geest van het oude jaar, die bij de jaarswisseling
rondspookte, zij zag de door de eeuwen wisselende
maskers, die alle dienden om den doodengeest te
misleiden, zij hoorde de Joodsche kindertjes op
het Purimfeest zingen: „Sla Haman dood, sla
Haman doodl"en zag hun kleurige pakjes om de
rollen van Esther heendwarrelen. Zij zag al deze
mensehen op alle plaatsen der aarde vluchten voor
den dood, vechten voor het leven. Op elk Carna
val werd tenslotte door dat leven de overwinning
behaald: de nieuwe Koning van het Jaar werd ge
kroond, Mordeehai of Prins Carnaval of Zonnegod
of hoe hij verder heeten mocht. Overal werd hij
met gejuich binnengehaald, in China met vuur
werk, in Europa met confetti, in alle harten met
blijdschap.
De namen der Jaarkoningen wisselen, de
maskers blijven. De maskers moeten ons af en
toe naamloos maken, zoodat de dood ons niet kan
herkennen. Maar er is ook iets anders met die
maskers. Zij beelden een vreugde uit, die ons
eigen gezicht niet bezit. En het masker, dat men
draagt beïnvloedt tenslotte het eigen gezicht. Wij
wenschen die vreugde te bereiken, te ontdooien,
die de maskers in verstarden vorm bezitten.
Immers wanneer een tooneelspeler zijn rol
maar goed genoeg speelt, dan ontkomt hij niet
aan het lot van Genesius, de Romein, die een
Christenmartelaar moest uitbeelden en gedurende
zijn spel bekeerd werd. De uiterlijke houdingen
en vormen kunnen, wanneer zij dan al geen uitingen
van een innerlijken toestand zijn, er toch de aan
leiding toe worden.
Het is de oude wijsheid, schijnbaar goedkoop
van het „Begin alvast maar". Begin alvast maar
met het lichaam, dan zal de geest kunnen volgen.
De clown, die zijn spieren tot een lach dwingt, zal
voorloopig misschien niet veel meer bereiken dan
een g-ijns, maar hij is toch een ander mensch ge
worden, ook al wordt zijn hart nog steeds ver
scheurd. De geestelijk luie leerling zal bij een bevel
van merken uit le klas fabrieken heeft
Bloemendaalscheweg 119, hoek Dr. D.
Bakkerlaan Telefoon No. 22628
Vandaar dat men er zoo PRETTIG KOOPT!
van den leeraar: „Zit eens rechtop!" ook innerlijk
een tucht voelen.
Wij die de vreugde niet van nature in ons
hebben, wij zouden haar moeten kunnen vinden
door onze carnavalsmaskers „waardig" te dragen.
Ook al gelooven we nog niet aan haar, ook al
zien we alleen de snelnaderende Vasten, de macht
der maskers blijft.
Misschien blijkt het toeli mogelijk in het feest
der onnoozele dwaasheid de onschuldige wijs
heid terug te vinden, zonder welke wij niet kunnen
leven. Misschien zullen de nu nog gehuichelde
liederen eenmaal kunnen opklinken uit 's harten
grond.
Als wij maar mogen luisteren naar het woord,
dat Prins Carnaval ook ons sceptische Noordelijke
toeschouwers toeroept: „Speel uw spel!"
HET „GEVAL-VAN M."
De heer Mr. P. Tideman verzoekt ons mede te
deelen, dat hij geen bemoeienis heeft gehad met
de wijze waarop het „geval-van M." in ons vorig
nummer werd vermeld. Redactie.
ENGLISH ASSOCIATION IN HOLLAND.
Op Donderdag 23 Februari vergastte de
English Association hare leden op een causerie
v. Mr. D. Hardman, getiteld: „Twentieth century
fiction and drama". Nadat de spreker door Dr.
van der Voorde aan het auditorium was voorge
steld, begon hij op onderhoudende, vaak geestige
wijze zijn onderwerp in te leiden. Hij koos daar
voor de hegentiende eeuwsche schrijvers Tho
mas Hardy en Samuel Butler, ook hier te lande
bij velen bekend. De heer Hardman citeerde een
en ander uit de werken van Hardy, dien men
nogal pessimistisch vond. Dit pessimisme was
min of meer in tegenstelling met het optimisme,
dat heerschte gedurende de regeeringsperiode
van Koningin Victoria. Een zekere reactie was
dan ook het gevolg. Uitvoerig behandelde spreker
Hardy's roman: „the woodland earth", „the
return of the native", en „under the greenwood
tree", welke werken uitblinken door schitterende
natuurbeschrijvingen. Als een voorbeeld van
Hardy's pessimisme haalde spr. aan, dat Hardy
den dood beschouwde als het einde van alles.
Hierna behandelde de heer Hardman de ook
hier te lande overbekende werken van den knap
pen Engelschen schrijver H. G. Wells, die hij
als een waar genie beschouwt. De wenken en
ideeën, die hij in zijn werken ten beste geeft,
verdienen onze volle aandacht zei spr. Buiten
staanders mogen hem ietwat sentimenteel ach
ten, de doorsnee Engelschman bewondert-de ro
mantiek, welke uit zijn werken spreekt. Wells'
„Mr. Polly" werd op geestige wijze door spr.
voorgedragen. Daarna vertelt Mr. Hardman nog
een en ander aangaande den bekenden schrijver
van zee-verhalen Jos Conrad, waarvan Solako,
Nostromo de meest bekende zijn. Een buiten
gewoon goede roman is Arnold Bennetts „Old
wives tale" geschreven in duidelijke taal.
Natuurlijk wijdde spr. nog enkele oogenblik-
ken aan John Galsworthy, die, men mag het wel
haast zeggeri, zich een wereldnaam heeft ver
worven. Diens „forsyte saga" zoo markant en
aantrekkelijk geschreven, geeft ons een duide-
lijken blik op den real Englisman over verschil
lende generaties. Spr. wees er nog op, dat Gals
worthy het opnam voor de geëmancipeerde
vrouw.
De voorzitter, Dr. Van der Voorde, kon ervan
overtuigd zijn, als tolk van het auditorium te
spreken, wanneer hij den heer Hardman harte
lijk dankte voor diens interessante causerie. Er
werden nog enkele vragen gesteld, die op vlotte
wijze werden beantwoord. En hiermede was
weder een bijzonder interessante avond van de
English Association geëindigd.
C. E.
