DE J ES P. RIJNIERSE ZOON D.Hogenbirk8tZn. I A II lagter F? Sausijsjes (B.O.) :hels Drting 33e Jaargang - No. 11 Vrijdag 18 Augustus 1939 Oplaag 7800 Ex. J Algemeen Weekblad voor Bloemendaal, Overveen, Aerdenhout, Bentveld, Vogelenzang, Heemstede, Haarlem (Kleverpark en Ramplaankwartier) en Santpoort-Station ADVERTENTIEN ABONNEMENTEN Zijlweg 13 - Aannemers-, Timmer- en Metselbedrijf - Overveen J. F. KROONE Tuinaanleg - Vaste Plantencultuur MAISON TOESET uw Banketbakker morren NAMEN Sluit U aan BLOEMENDAALSCHE CONTROLE- EN NACHTVEILIGHEIDSDIENST Begrafenis Jac. van Kempen Jaarboek „Haerlem" 1938. VOOR FIJNE VISCH! J 4en heeft U ongeveer lengd met boter, noo- ichtig heeft gemaakt, en gaar. Het vochtig i. Prikt U niet in de sap er uit en worden geveer een half uur. manier braadt en TJ iGTER dan garande ion lekker zult eten. CENT PER POND. 55 CENT PER POND. 15429, HAARLEM >5.met vloerplaat met vloerplaat met vloerplaat compleet gepl. >9.met vloerplaat DER BETALING uisstraat 5 URLEM HET BLOEMENDAALSCH WEEKBLAD Advertentiën per regel t 0.15 KRUIDNOTEN, kleine advertenties 4 regelsf 0.35 bij vooruitbetaling. Elke regel meer f 0,10. BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING Bureau voor Redactie en Administratie en Advertentiën: KORTE KLEVERLAAN 64, BLOEMENDAAL Telefoon 23453 Postgiro No. 191387 Abonnementen bij vooruitbetaling f 1,— per half jaar. Abonnementen kunnen steeds ingaan, maar zijn ver bindend voor het loopende halfjaar. Losse nummers 1 0.05 TELEFOON 10961 (8%12%, 1%6). buiten Kantooruren en b.g.g. 14103 Woonplaats: Oranje Nassaulaan 6, OVERVEEN. Tel. 14423 Kweekerijen: Bloemendaalscheweg en Dompvloedslaan. Bloemend, straatweg 68 Tel. 677 SANTPÖORT. St. (K 560) In den oertijd was een naam iets heel kost baars, het was een waarde op zichzelf, het ken nen van iemands naam verleende den kenner magische kracht over den ander. Iets van dat besef dat het een bewijs van groot vertrouwen is, een vreemde zijn naam mede te deelen, leeft bij ons nog voort in de gewoonte van zich aan elkaar voor te stellen. Vooral in landen als En geland, waar het gevoel voor oude waarden nog zeer levend is, heeft het zich voorstellen nog iets van het vroegere ritueele behouden. Heeft deze ceremonie plaats gehad, dan is wezenlijk iets gebeurd, er is iets veranderd, evenals het Avondmaalsbrood door het priesterwoord we zenlijk in iets anders overgaat. Nu pas kunnen de twee menschen tot elkaar spreken, nu is er een contact gelegd dat uitwisseling van verdere woorden en namen eerst mogelijk maakt. Later kwam Shakespeare en sprak: What's in a name? En Europa leerde hem dat nazeggen, en gaf officieel haar minachting voor namen te kennen. Theoretisch kwam het er niet meer op aan welke naam iets of iemand droeg, de nieuwe jeugd liet zich door geen schoonklinkende ter men meer misleiden en trachtte eerlijk en ijverig naar den kern der dingen te graven. De achter namen van hun vrienden kenden zij tot wan hoop hunner ouders niet meer; ook de Naam die eenmaal in zichzelf heiligheid had bezeten werd voor velen een leege klank. Waar zij zochten naar den inhoud die in dien Naam verborgen lag, schroomden zij namen te gebruiken. In 1911 spreekt een onzer dichters in de gestalte van een pelgrim: „Al noem ik niet Uw naam wat geven alle namen?" En de eerlijkste en ernstig ste zoekers onder deze jeugd bleven dezen schroom voor namen behouden. Maar doordat wij nu eenmaal altijd tot op zekere hoogte oermenschen blijven, elk hooger waarheidszoeken ten spijt, bleef er in diepere lagen van onze ziel steeds iets van dat ontzag voor de waarde van een naam bewaard, en het dook weer op, in nieuwe vormen. Het beschroom de geslacht van 1900 trok voorbij, en na den volstrekten chaos van den wereldoorlog en de jaren daarna kreeg de wereld weer behoefte aan vaste vormen, aan formules. In den grooten angst werd er opnieuw om namen geroepen; de na den oorlog tevoorschijnschietende jeugdbe wegingen gaven antwoord. Het woord „jeugd" zelf kreeg een magische kracht; jeugd, natuur, toekomst, gemeenschap, nood, taak, opbouw allemaal oude woorden die opnieuw „namen" werden, geladen met kracht, bijna met toover- kracht. Nog later volgden de ouderen, en riepen om nieuwe geloofsbelijdenissen, wereldbeschou wingen en Leiders. Zij kregen die. In de laatste tien jaren werd aan alle vaagheid den oorlog verklaard, krampachtig werd overal geformu leerd, beleden, uitgesproken, namen gegeven. Het woord „staat" werd weer een „naam", waaromheen tallooze andere schijnbaar nieuwe namen zich groepeerden. Het werd het decen nium van den Catechismus, op alle denkbare gebieden. En los van deze tijdelijke wisselingen bleef door alle eeuwen heen het ontzag voor namen als „wet", geoorloofd, „huwelijk", „wetenschap", „gezondheid" en zoo tallooze andere. En er waren de namen van beroemde mannen en plaatsen, aan welker tooverkracht geen van ons ontkwam: Michelangelo, Beethoven, Goethe, Venetië, de Burubudur, New York, de Sahara, Parijs. Allemaal „namen", waarin heele werel den verborgen liggen, en waarop niemand de bekende Shakespeareregel ooit zal toepassen. Zoo bestaan zij naast elkaar: de eerbied en de verachting voor den naam, beide op hun tijd terecht, beide vaak ten onrechte. Uit de verachting sprak soms een onverschilli ge hoogmoed, en het had vervaging van noodza kelijke grenzo r en begripsverwarring tot gevolg. Maar uit de te groote waardeering, uit de aan- lüdding van den naam vloeit erger onheil. H«t kan zijn dat een naam ons het onbevan gen oordeelen over een mensch of een ding ont neemt, dat een naam tot etiket is verstard. Muziek die ons niets zou zeggen wanneer we den naam van den componist niet kennen wordt als bij tooverslag prachtig wanneer de naam Bach of Chopin is gevallen. Een schrijver van wien wij weten dat hij politiek mijlen ver van ons afstaat beoordeelen wij zelden litterair zul ver: de naam „communist" of „liberaal" staat als een muur voor den mensch die achter dien naam schuilt opgericht. Het kan ook zijn, dat iemand naamloos aan een werk deelneemt en er veel voor opoffert, meer misschien dan vele, algemeen als leiders erkende personen wier naam op aller lippen is, en dat zijn vrienden eronder lijden dat hij niet ook in naam de eigenlijke stuwkracht is. En het kan zijn dat de wereld een bepaalden naam aan iemand weigert, dat zij hem „heele- maal geen echtenvindt, om enkele on-we- zenlijke uiterlijkheden. Of dat zij de moeder te weinig moeder en tezeer actrice vindt, en den predikant teveel tooneelspeler, den professor teveel kamergeleerde en den koning te weinig mensch. Wien een dergelijk naam-oordeel treft, kan slechts met zijn eigen eerlijkheid te rade gaan. Misschien heeft de wereld gelijk, misschien staat er in dit geval inderdaad meer op het spel dan „a name". Misschien is het soms goed, innerlijk bestaande toestanden ook „wettelijk te erkennen". Maar misschien heeft de wereld ook ongelijk. Het eigenlijke kan ook zoo zijn, dat het aan alle namen ontglipt, dat elke naam een smaad zou worden, een smaak en een belemmering. Zoo lang we kunnen, handhaven we de namen, om dat we nu eenmaal met elkaar moeten spreken. Maar er komt een oogenblik wanneer, dat kan ieder alleen voor zichzelf weten dat we van de namen afstand moeten doen, dat we alleen de dingen zelf mogen aanzien, en de menschen. Van dat oogenblik was het dat Boutens zong: Wat is u of mij een naam, Werelds prijs of werelds blaafo, Als de ziel de dingen weet en mint Dieper dan hun naam, mijn kind? Elk ding krijgt zijn gouden naam Eens in schoonheids vol verzaam, Als al schoone dingen zijn Zonneklaar en zonder schijn. Daar vervalt het schoone woord Hem wien reeds de zaak behoort, Die haar diepst heeft liefgehad Zonder dat. bij de Dir. J. W. FRANCKEN Platanenlaan 3, Tel. 22538 Hét is een algemeen belang der gemeente HARDLEERSCH De Hooge Duin en Daalscheweg heeft weder om zijn slachtoffers gemaakt. Een 14-jarige knaap, afkomstig uit Delft, moest zijn onvoor zichtigheid bij het afrijden van de gevaarlijke helling bekoopen met een valpartij, waarbij hij aan hoofd, handen en rechterschouder schaaf wonden opliep, terwijl hij een zijner polsen kneusde. Nadat Dr. Drijber den knaap had ver bonden, werd hij per politie-auto naar zijn tijdelijke vacantie-adres te Haarlem gebracht. Ook een 26-jarige Amsterdamsche kellner, ter plaatse niet bekend, kreeg een ongeluk. Voorbij gangers maakten hem toen hij in verboden richting de helling afreed, op dit feit attent. Hij trachtte te stoppen, greep in zijn verbouwe reerdheid het langs den weg loopende prikkel draad, met het onvermijdelijk gevolg, dat hij z'n hand ernstig verwondde. De politie verbond den kellner, die daarna op eigen gelegenheid naar huis terugkeerde. Een 33-jarige Rotterdamsche juffrouw werd op dezelfde plek in haar snelle vaart gestuit door een hek, zij vloog er overheen, kwam in een tuin terecht, maar liep wonder boven wonder slechts geringe schaaf- en snij wonden op. Haar klee- ren werden, evenals haar fiets, echter danig vernield. Zij werd per taxi naar haar Sant- poortsch pension teruggebracht. Onder groote belangstelling is Zaterdagmiddag te Bloemendaal het stoffelijk overschot van den Concertzanger Jac. van Kempen, ten grave ge dragen. Het was ongeveer drie uur, toen de stoet op de algemeene begraafplaats aan den Bergweg aankwam. Tevoren hadden zich in de woning van den neef van den overleden kunstenaar, den Bloe- mendaalschen architect H. W. van Kempen, aan den Zuider Stationsweg, verwanten en intieme vrienden vereenigd. Hier ging Ds. J. C. van Dijk voor met een eenvoudig woord. In overeenstemming met den wensch van den overledene ontbraken bloemen en kransen. In de aula, waar de kist op de baer was ge zet, trof men vele bekende figuren uit de con certzaal aan. Wij noemen o.a. Jo Vincent, Ans Stroink, Annie Veenenbos, Di Moorlag, Annie Woud, Corrie Bijster, Hans Gruys, Jo van der MeentWalter, Suze Luger, Dien Daudey, Tilly Sylon, Louis van Tulder, Willem Ravelli, Johan Lammen, Henk Noort, Boris Pelsky, Jan Booda, W. H. Biele, D. Wagenaar, Karei de Jong, Martin J. Lürsen. Voorts ir. J. Ouwehand, wethouder van Bloemendaal, C. Kanne-Blooker, W. J. Allan, Jo AllanSchilthuis, Jac. J. Noach-Waage; Mr. A. Beets, voorzitter, D. Sanders, bestuurslid, H. H. Luyken, administrateur en Marinus Adam, dirigent der H. O. V., mr. P. Tideman, R. Gronds- ma, Broeder Jonker, H. Mock, J. M. Steffelaar, J. Batty, J. v. d. Bosch, Han Boskamp, B. Misset. In overeenstemming met den wensch van den gestorven kunstenaar, voerden slechts twee van de intiemste vrienden het woord aan de baar. De heer Hendrik Lindt, oud-leerling, zei in het bijzonder namens de jongeren te willen spreken, die aan den paedagoog en aan den mensch Van Kempen zoo on eindig veel te danken hebben voor hun kunst. Hulpeloos als zij hier thans staan aldus spr. kan hun woord maar één uitspraak vertolken. Een belijdenis van diepe dankbaarheid. Spr. maakte echter, met de gedachte aan hoogere waarden, een rechtsregel der oude Romeinen tot tolk van zijn overtuiging: „Beati Possidentes", Gelukkig zij die bezitten". Gelukkig zij, die de herinnering hebben en bewaren aan dezen edelen mensch en dezen grooten kunstenaar. Gelukkig de jongeren, die iets van Jac. van Kempens' kunst en van zijn kunnen in zich om dragen en kunnen doorgeven aan wie na hen zul len komen. Spreker spoorde die jongeren aan, te heiligen wat Jac. van Kempen heilig is ge weest en even zuiver te zijn in hun kunst als hij. Daardoor zal de kunstenaar blijven leven, ook nu hij is heengegaan, daardoor zal althans een klein deel te delgen zijn van de dankbaarheids schuld, die men aan hem heeft. Ds. Brussaard schetste den overledene als mensch, als kunstenaar en als Christen. Eerlijk en eenvoudig was Jac. van Kempen in den familiekring, in zijn kunst en in zijn geloof, al moge de uiterlijke schijn ook vele buitenstaan der den indruk hebben gegeven van het tegen deel. Aan het graf las Ds. van Dijk Cor. 15. De broeder van den overledene, de heer C. J. van Kempen, dankte met enkele woorden voor de belangstelling. „Genta is een bijzondere merksigaar Niet te licht, ook niet te zwaar In alle prijzen, in alle modellen. Bij DA A Dl DCpr kan men U I M-JVLDLIWJ er meer van vertellen. Bloemendaalscheweg 119, Telefoon 22628, hoek Dr. D. Bakkerlaan. Laat Uw HAARDEN en KACHELS schoonmaken en repareeren door Bloemendaalscheweg 58 Telefoon 22238 Vakkundige bediening Gevestigd sinds 1842 Gras-maaimachines vanaf f 8.75 DAT WAS SNEU Een van den Oosterduinweg komende auto verzuimde voorrang te geven aan een wielrijder die over den Zandvoorterweg in de richting Heemstede fietste. Tengevolge van de botsing sneuvelden drie flesschen whiskey, die de wiel rijder vervoerde, en stroomde de kostbare in houd over straat. Persoonlijke ongevallen kwa men niet voor. DAAR GAAN DE PLAATJES Nauwelijks zijn de nieuwe rijwielbelasting- merken in zwang of thans reeds zijn bij de politie twee aangiften gedaan van diefstal. Lang- vingers hebben gebruik gemaakt van de gele genheid toen de fietsen eenigen tijd onbeheerd stonden, om de eigenaars hun plaatje afhandig te maken. Het jaarboek van de. Vereeniging „Haerlem" over 1938 verscheen weer bij de Erven F. Bohn N.V. Evenals vorige jaren is deze uitgave weer be langrijk, niet alleen met het oog op de ge schiedkundige artikelen, maar ook in verband met onderscheidene fijn-gevoelde herdenkings artikelen. Het jaarboek begint met de jaarverslagen van den secretaris, den heer P. A. Dijkema en van den penningmeester, den heer J. D. Rut gers van der Loeff, die van een opgewekt en gezond vereenigingsleven getuigen. Hierna volgen artikelen, gewijd aan de nage dachtenis van: Notaris M. N. Beets, van de hand van Adr. Bertling; P. Kalbfleisch, geschre ven door Mr. A. Bruch; Mr. J. Enschedé door Mr. W. C. Beucher Andreae; Mr. W. F. C. Pijnacker Hordijk door E. H. Krelage; Mej. G. Carelsen door Mevr. M. C. van Zeggelèn; M. Jessurun door P. W. Peereboom; Mevr. A. J. SchuilHol door Mevr. E. E. JonkheidPeere boom. Een hoofdstuk over de schilderingen van de Graven en Gravinnen op het Stadhuis geeft vele bijzonderheden over deze fraaie paneelen, verza meld door Dr. G. H. Kurtz. G. D. Gratama schrijft een „Nabetrachting be treffende de Frans Hals-tentoonstelling", ver lucht met een tweetal fraaie reproducties van schilderij-fragmenten. Over den secretaris van Erasmus en burge meester van Haarlem, Quirinus Talesius schrijft Mr. J. M. Fuchs een belangwekkend artikel, waaruit we aanstippen, dat deze secretaris het Latijn beter schreef dan de Grieksche taal en dat Erasmus hem na zijn huwelijk met de weduwe Haasje Dircks o.a. schreef: „Dat ge een weduwe getrouwd hebt, behoeft U niet te berouwen. Ook zij die paardenmoeten uitzoe ken, willen liever getemde paarden dan onge temde". Uiteraard is deze vergelijking geheel voor rekening van den schrijver. De stamraden van het Haarlemsche regenten geslacht Fabricius, Arend Meindertsz, die zijn „gesontheyt heeft geconsumeert" in dienst des lands, vindt zijn uitvoerige beschrijver even eens in Dr. Kurtz. Dat men vroeger niet gaarne belasting betaal de, bewijzen de oproeren te Haarlem in 1748 en 1750 verhaald door Dr. H. C. Prinsen Geerlings. Aanvullingen op Haarlemsch Herinneringen van de hand van den penningmeester, Kroniek en Ledenlijst besluiten dit waardevolle jaarboek. o GEEN VOORRANG VERLEEND Een personenauto, bestuurd door J. v. d. B te Haarlem, reed van een particulieren weg den Bentveldweg op nabij het Jachthuis in de rich ting Kraantjelek. Van den Mr. Enschedéweg kwam een vrachtauto, bestuurd door den hee: P. H. uit Haarlem. De bestuurder van de per sonenauto reed tegen de vrachtauto en werd eenige meters meegesleept. De bestuurders kre gen verwondingen aan de knie. De politie maak te proces-verbaal op tegen den bestuurder var de personenauto die geen voorrang verleende. bezorging overal, elke hoeveelheid

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1939 | | pagina 1