de Hollandse verpondingskohieren, dit onderscheid tussen 'Santpoort'
en het 'Jan Gijzenvaart gebied' eveneens gehanteerd. De grens liep
precies tussen de blekerijen Spaarnberg en 'Zorgvrij'.
Het slot van de hypoteekakte werpt licht op de rol van de sequester in
de transactie. In de akte verklaren de comparanten, Gilles en
Janneken, namelijk dat zij hun;
'personen ende goederen stellende ter bedwange ende executie ende
rechteren ende specialijk den edele Hove van Holland',M
Een sekwestratie betekent bewaargeving van een zaak waarover een
geschil bestaat, aan een derde (een sekwester), die zich verplicht na
oplossing van het geschil de zaak aan gebleken rechthebbende terug te
geven.33 Deze derde, de sekwester, was in dit geval Remees Floris van
Zaanen die als sekwester zal zijn aangesteld door het Hof van Holland.
Uit het geheel valt op te maken dat er in ieder geval sprake was van
een geschil over de overdracht van de blekerijWie, en waarom, de
overdracht van de blekerij werd geblokkeerd is niet duidelijk maar
niet ondenkbaar is dat de persoon van pachter Bartel Hoofman het
struikelblok vormde. Daar hij schepen was in de banne van Velsen en
mogelijk zelf betrokken was in het geschil zullen schout en schepenen
deze kwestie niet hebben mogen afhandelen, om verleiding ten eigen
bate te voorkomen. Om deze reden zal het Hof van Holland een sequestor
hebben aangesteld.
Vast staat in ieder geval dat de blekerij voor 26 november 1698 aan
Gilles en Janneken toeviel. Dit blijkt uit een regeling getroffen door
schout en schepenen van Velsen.36 Het gaat hierbij om de scheiding
tussen de blekerij van Gilles Denijs en Janneken Verpanten en de
blekerij van Dirck Bruninck, de toenmalige eigenaar van de blekerij
Leek inde Bergen. De regeling betrof het graven van een nieuwe
scheidingssloot tussen de twee blekerijen. De boorden van deze
scheidingssloot moesten, aan de zijde van Leek inde Bergen, gelijk
zijn aan die van de eerder genoemde Molensloot. De nieuwe
scheidingssloot kwam in bezit van Gilles en Janneken. Dirck Bruninck
behield het vrij gebruik van deze sloot en het recht om het water van
zijn blekerij in de nieuwe sloot te lozen.37
Vervolgens ontbreekt gedurende ruim 30 haar iedere informatie over de
ontwikkelingen rond de blekerij in de Leckpolder. Het eerstvolgende
gegeven dat opduikt is een vermelding in een verpondingsboek van 10
december 1730. In dit jaar werden de oude Hollandse
verpondingskohieren die stamden uit de periode tussen 1627 en 1632
opnieuw herzien. Voor 1730 waren de eigenaren zelf verplicht hun
onroerend goed aan te geven, waarna op grond van de opgegeven
huurwaarde of middels taxatie de waarde van het onroerend goed werd
vastgesteld. Wegens het ontbreken van een administratie waarin
wijzigingen, zoals verbouwing of uitbreiding van het onroerend goed,
werden aangetekend ontstonden op den duur grote onbillijkheden in de
belastingheffing. In 1730 besloot men daarom tot vernieuwing van de
oude verpondingskohieren over te gaan. In 1732 kwam deze vernieuwing
gereed. Bartel Denijs - vermoedelijk de zoon van Pieter Denijs,
18
danwel van Janneken Verpanten, de weduwe van Pieter Denijs - werd in
december 1730 in het nieuwe verpondingsregister vermeld. Aangetekend
werd dat hij zijn eigen lijnwaadblekerij gebruikt 'met daarbij een
stalling, wagenhuis en verder getimmerten'Hiervoor werd hij
aangeslagen in de verponding voor een jaarlijks bedrag van 41 gulden
en 13 stuivers.38
De eerste 18e eeuwse kaart van de 'Molenduijnen' (de voormalige
wildernis) werd in 1728 vervaardigd door landmeter Rollerus.39 Op deze
schets, die niet erg nauwkeurig is, werden de blekerijen langs
deHeerenweg en de droogbergen in de 'Moolenduijnen' aangegeven. De
blekerijen zijn niet bij naam genoemd maar van zuidwest naar noordoost
zijn dit respectievelijk Leek inde Bergen, Spaarnberg en 'Zorgvrij'.
Tussen de droogbergen worden de twee welsloten aangegeven die eerder
in dit hoofdstuk werden genoemd. Verder is globaal het tracé van beken
die door de 'Moolenduijnen' lopen aangegeven, die nu de Bosbeek en de
Brederodebeek worden genoemd.
In 1734 was blekerij Spaarnberg in bezit van Barent Rusburg. Wanneer
en op welke wijze deze aan hem was overgegaan is niet bekend. In de
legger der eigenaren uit 1734 werd de blekerij als volgt omschreven:
19
34 Handschrift van paler Van Peet. bewoner van Spaarnberg. GAV, OAS nr. 11.
35 Oosthoeks Werk-encyclopetlieUtrecht 1985.
36 GAV.OASnr.il.
37 GAV, OAS nr. 12.
AJb. 7 Kaart van de 'Moolenduijnen'. Onderin hel midden de blekerijen 'Spaarnberg' en 'Leek in de Bergen'.
38 GAV, ORA inv. nr. 64, verpondingsboek uit 1730. Kadastrale Atlas van Noord-Holland. 1832: uitgegeven door de
Stichting Kadastrale Atlas van Noord-Holland, Haarlem 1990, (dl.3) p. 8.
39 Joke van der Aar Siebe Rolle, p. 29.