DE EESSTE HEEMSTEEDSII COURANT „DE INDUSTRIE" UIII n Wei P. KOOMEN ZOON 6de Jaargang 22 Februari 1929 N°. 8 TWEEDE BLAD LOSSE BLAAiiJLS. De lange winter. Sl'ORT. FIJNHOUT- EN IJZERHANDEL VV I LUh Prima kwaliteit. Billijke prijzen Gierstraat 39, HAARLEM. Telefoon 10153. Z.VAN WAV EREN WAGENWEG 2! Wenken voor Veiligheid en Volksgezondheid. VOOR DE VROUW. De vlaggen wapp'ren op de baan En lokken d' ijsliefhebbers aan. Geen sneeuwlaag levert ongemak; De vegers zijn bekwaam in 't vak! Luid klinkt bij de consumptietent Het muzikale „pierement" Men hoort slechts schertsen en gelach Op dezen mooien winterdag. Als zieltjes zonder zorgen staan Of rijden allen op de baan. En vroolijk spoedt de blijde jeugd Zich naar die plaats vol wintervreugd. Een vrijen middag in 't verschiet. Al is het koud, het deert hen niet! Want goed gevoed en warm gekleed. Brengt hen de kou niet 't minste leed. Zij binden blij hun schaatsen aan, Want 't zal vandaag wel prettig gaan, En juichen, eenmaal goed op gang: „Wat duurt die winter heerlijk lang!" Ginds in het vrije vlakke veld, Daar staat een hutje, saamgesteld Uit plaggen. Aan den eenen kant Een soort van bedstee in den ivand, En daarin liggen uitgestrekt De kind'ren, arm'lijk toegedekt. Hier heerscht het spook der werkloosheid, Verschrikk'lijk in den wintertijd! De oostenivind blaast fel en ivreed Door kier en reet, door scheur en spleet. Wat turf in 't kacheltje gestookt, Die ivel wat vlamt, maar meer nog rookt, Is 't eenige, u-at 't veen nog geeft! Een toonder, dat 't gezin nog leeft! De vader ziet geen uitkomst meer En zit in doffe wanhoop neer De moeder weent; er is geen brood Wèl hoog gestegen is de nood! Zij huivert, voor de toekomst bang: „Wat duurt die winter vreeslijk lang!" HET IJS. Liefdadigheidswedstrijden bij „De Volharding". Het was een goede gedachte van het bestuur der ijsvereeniging „De Volharding", om de ijs- sport voor een keer in dienst te stellen van de weldadigheid. Een strenge winter moge voor hen, die geen armoede kennen, aantrekkelijk zijn, Spaarnwoudersiraat 108, HAARLEM. Tel. 15020. SPECIAAL ADRES VOOR ALLE SOORTEN FIJN HOUT. Ruime sorteerlng In SIER- en PORTRETLIJSTEN. Billijke berekening voor het INLIJSTEN van alle maten PORTRETTEN en GRAVURES. Complet* sorteerlnc In alle GEREEDSCHAPPEN voor batikken en Seliakloiieeren, Zaag- en Snijwerk, Tarso-tverk, Timmergereedschap, enz. Meubelbeslag in de meest moderne uitvoering. KURKPLATEN-, MATTEN EN ZOLEN, MEDICIJN-, BIER-, WIJN-EN THERMOSFLESCH-KURKEN. TOUWWERK en KOORD in diverse maten. accu-laadstation. BILLIJKE PRIJZEN. SNELLE EN SOLIDE AFWERKING. voor anderen beteekent het een tijd van bittere ellende, die zooveel mogelijk moet worden ver zacht. Hiertoe een steentje bij te dragen was het doel van de liefdadigheidswedstrijden, die Maan dagmiddag door het bestuur van „De Volhar ding" waren uitgeschreven. Voor deze wedstrijd was veel animo: niet minder dan vijftig deel nemers hadden zich opgegeven, om voor een arme weduwe of noodlijdend gezin te rijden. Ook van de zijde van het publiek was veel belangstel ling voor deze wedstrijden en luide werden de verschillende deelnemers aangemoedigd. De deelnemers kwamen bij loting tegen elkan der uit. Na de eerste twee ronden, die de „krukken" hadden doen afvallen, werd de strijd spannend, want het ging nu niet meer alleen om het liefdadig doel, maar ook om de eer. De uitslag was als volgt: 1. J. Kooyman; 2. J. Samson; 3. N. Draijer; 4. G. v. d. Eerf; 5. H. Dam. De jurv bestond uit de heeren L. Kooyman en Kat. De prijsuitreiking had des avonds in Hotel- Restaurant „Valkenburg" plaats. De voorzitter, de heer L. Kooyman, sprak in zijn openingswoord zijn voldoening uit over het feit, dat voor dezen wedstrijden zooveel belang stelling was geweest. Hij deelde mede, dat voor een bedrag van 458.96 voor levensmiddelen en brandstoffen beschikbaar was gesteld. Aan de schenkers werd namens de behoeftigen hiervoor dank gebracht. Met eenige toepasselijke woorden werden daarop de prijzen uitgereikt. Voor de winnaars waren door het bestuur vijf prijzen beschikbaar gesteld, bestaande uit sigaren en sigaretten. Daarna werden de enveloppen met de bonnen voor levensmiddelen, enz., overhanigd, die door de winnaars persoon lijk ter bestemder plaatse konden worden ge bracht. Na afloop spoorde de voorzitter de deelnemers aan, om bij een volgende gelegenheid wederom hun krachten voor een dergelijk goed doel in dienst te stellen. Tot slot dankte een der aan wezigen het bestuur voor het uitschrijven van den wedstrijd. Een woord van hulde aan het bestuur en de schenkers der gaven in natura en geld is ook hier zeker op zijn plaats. IJswedstrijden op „de Glip". Aangelokt door het mooie ijs op de Glipper- vaart, hadden eenige Glipbewoners het initiatief genomen om uitsluitend voor buurtgenooten een ijsfeest te organiseeren. Per inteekenlijst werd een aardig bedrag bij eengebracht, teneinde het feest te doen slagen. Toen wij Woensdagmiddag het terrein van den strijd naderden, wees ons een aantal vroolijk wapperende vlaggen waar straks de rijders en rijdsters hun krachten zouden inspannen om een prijs te veroveren. De baan, tusschen Glipper- brug en Ringvaart, was uitstekend in orde ge bracht. Zeer veel belangstellenden woonden den strijd bij, die begunstigd werd door fraai winter weer. Om 2 uur werd aangevangen. In totaal waren er 80 deelneemsters en deelnemers, zoodat de pret tot ruim 5 uur duurde. De uitslag was als volgt: Voor leeftijden boven 14 jaar 28 deelnemers. 1. D. Philippo; 2. P. Hoeken; 3. A. v. d. Aar. Voor jongens van 1114 jaar 22 deelnemers. 1. P. C. Philippo; 2. J. v. Berneveld; 3. W. Redeker. Voor jongens van 610 jaar 18 deelnemers. 1. G. v. Berneveld; 2. P. Kieft; 3. A. Otte; 4. G. v. Egdom. Voor meisjes 12 deelneemsters. 1. A. v. Berneveld2. M. v. d. Aar3. G. Mozer. Dank zij de financieele medewerking kon ook aan de verliezers een geschenkje overhandigd woorden, voor de commissie zeker een groote voldoening. Leiders van de wedstrijden waren de heeren B. Brinkman, J. v. Bakel, J. v. d. Putten, J. Gley- steen en J. Vester, die zorg droegen dat de wed strijden een vlug verloop hadden.. Des avonds had de prijsuitreiking plaats in Café Gleysteen, waarna men onder een vroolijk stukje muziek nog eenigen tijd gezellig bijeen bleef. TENNISWEDSTRIJDEN VOOR OEFEN- MEESTERS. Den Haag 17 Febr. '29. Onder geringe belang stelling van de zijde van het publiek, werden niettegenstaande de heerschende koude op de overdekte banen Marlot wedstrijden gehouden voor oefenmeesters. Voor den heer Constandse te Heemstede, die te Haarlem en Omstreken tennisles geeft, was onbekendheid met de banen en het juist hersteld zijn van een recente ziekte een handicap, zooals de heer Huygens na afloop der wedstrijden ook memoreerde. Verschillende handelaars in Tennis- artikelen gaven rackets als prijzen, terwijl de Centrale Propagandacommissie van de N.L.T.B. een wisselbeker beschikbaar stelde. De prijzen werden met eenige waardeerende woorden uit gereikt door den heer Huygens lid der Centr. Propagandacommissie. De heer H. prees het spel der oefenmeesters in het algemeen, maar vooral de prettige en sportieve geest, die onder de deel nemers heerschte. De wedstrijden toch waren niet bedoeld als maatstaf, doch om een band te leggen tusschen de oefenmeesters hier te lande, teneinde te komen tot een officieelen Bond van Oefenmeesters in Nederland. De heer G. J. Scheurleer, welke blijk gaf van belangstelling, stelde ballen voor de wedstrijden beschikbaar, benevens nog een aantal Rackets als prijzen. Deelnemers waren: M. J. Goedraad; Baer van Slangenburg, Hemmes, allen te Den Haag, H. Schotborgh, Waasdorp te Noordwijk a. Zee, C. M. M. Constandse te Heemstede. Winnaar van den wisselbeker werd M. Goed raad, 2de werd J. Goedraad. S TEL. 10120 5e. Weest in alles uiterst matig, vooral in het gebruik van alcoholische dranken. Een voudige, maar voedzame kost onderhoudt het best de krachten van het lichaam. Gezonde, niet overmatige beweging, vooral in de buitenlucht, een werkzaam en nuttig leven, voldoende rust zjjn waarborgen voor een lang leven. Alle over maat, alle inspanning schaadt. (Strijdt tegen de Tuberculose.) ïe. Betracht de reinheid. Wij Nederlanders hebben den naam proper te zijn. Maar is dat wel van allen waar? Wascht ieder zijn handen vóór hij aan tafel gaat! Hoeveel smetstof zou er van onreine handen met de boterham wel naar binnen gaan! Hoeveel menschen reinigen dagelijks hun tanden, spoelen hun mond met zuiver water, houden hun nagels kort en zorgen er voor, dat er geen zwarte randjes aanzitten? Aan baden schijnen de meeste menschen een broertje dood te hebben, en toch is baden het beste middel om de huid te reinigen en het lichaam gezond te houden. Voor mooie kleeren, opschik zelfs, hebben veel menschen heel wat geld over, maar om hun onderkleeren en hun beddegoed zuiver te houden, daarvoor heeft men geen moeite over. 2e. Lucht uw woningen zooveel ge maar kunt. Voor lucht zijn veel menschen doods benauwd en voor bedorven lucht zijn ze heele- maal niet bang. Nu is frissche lucht juist noodig' en bedorven lucht juist zeer schadelijk, daarom: zet open de deuren en de ramen! en laat de frissche lucht er maar flink doorwaaien. 3e. Laat de zon flink uw huis beschijnen, niet alleen van buiten, maar ook van binnen. Het zonnelicht doodt alle ziektekiemen. Veel men schen vinden het deftig, door zware overgor dijnen de kamers donker te maken. Dat is glad verkeerd. Zonnelicht en zonnewarmte moeten zooveel mogelijk binnenkomen. 4e. Zorg, dat ge bij het schoonmaken van uw woning en uw meubelen geen stof maakt. EEN EENVOUDIG, NIEUW ENSEMBLE. Uit de eerste nieuwe modellen, welke de nieuwe collecties bevatten en die wijzen op de komst van een nieuw seizoen lichten wij dit aardige, eenvoudige ensemble, waarbij wij als bijzonderheid de aandacht vestigen op de weer eenigszins verhoogde taille-lijn. Na de vele wederwaardigheden der laatste vijf jaren, schijnen we nu zoo langzamerhand weer de taille op de natuurlijke plaats te krijgen. Het linksche japonnetje is gedacht van een witte stof met marine-blauwe ruitjes. Door de verschillende stukken „schuin" of „recht" te knippen krqgt men juist door die ruitjes een aardig effect, wat heel goed de eentonigheid der ruitjes breekt. Er wordt een kraagje van witte crêpe op gedragen, terwijl de strik en het ceintuurtje weer marine blauw zijn. Aan 3 meter stof van 1.40 M. breedte heeft men voldoende. De mantel, rechts, is van blauwe stof met zwarte ruitjes, van voren met twee stolpplooien, en van achteren één. Verder is de mouw nauwsluitend aan de pols, terwijl de mantel gesloten wordt met een zwart leeren ceintuurtje. Hiervoor is 3.75 M. stof van 1.40 M. breed toereikend. Met de terugkeer van de meer en meer „vrouwelijke lijn" in onze mode, doet het kant al geruimen tijd sterk opgeld. Om een „kale" jurk wat op te vroolijken, ziet men vooral dezen winter veel kanten kraagjes, kanten manchetjes, kanten jabots, enz., toepassen. Naast natuurlijk zijden crêpe, dat ook wel veel hiervoor gebruikt wordt. Ook bij nog een ander vrouwelijk attri buut zien we het kant dezen winter veel ver schijnen, namelijkbij de waaiers. De waaier op zichzelf was al iets nieuws, dat in dit seizoen weer op de proppen kwam. Maar in plaats van de veeren waaiers, zagen we nu waaiers van heele dunne mousseline, in de kleur van de japon, welke er bij gedragen werd, of wel, van heele fijne kant. Het zijn kleine dingetjes, zeker, maar die toch naast nog verschillende andere er op wijzen, dat de sobere, „mannelijke" lijn, die voor enkele seizoenen onze mode beheerschte, aan het verdwijnen is. VAN BLOEMETJES, KLEUTERS EN KLEERTJES. Het zijn maar van die heele kleine dingetjes, die bloemetjes die zoo hier en daar op het plaatje gezaaid zijn. Maar men kan er toch duidelijk uit zien, hoe ze met een paar steekjes te bor- VOOR DE KINDEREN. KONING KIKKERDIK EN Z'N ZOONTJE door G. Th. ROTMAN. 93. „Schrik maar niet," zei het beest, „ik ben het Aardvarken en ik zal jullie onder den grond door wegbrengen, hier ver vandaan. Volg me!" Het aardvax-ken kroop nu in een hol in den grond en begon daar te graven, te graven, dat de kluiten hun om de ooien vlogen. Ze kropen het aardvarken nu achterna, maar het beest gi'oef zoo snel vooi-t, dat de twee dwergen moeite hadden om hem bij te houden. 94. Uren en uren ging het zoo voorten al maar door groef het aardvarken. Hu, wat was het donker en benauwd daar onder den grond... Maar de olifanten zouden hen daar in ieder geval niet vinden. Eindelijk zei het Aardvarken, buiten adem: „Nu is 't genoeg." Hjj stiet de aarde boven zich weg en... ze zagen de buitenlucht. De nacht was al om; het was helder dag. Knipoogend tegen het sterke, onverwachte zonlicht, kropen ze naar buiten. Ze bedankten het aardvarken voor zjjn hulp. „Niets te danken," zei het beest en ver dween weer in zjjn gang. 95. Daar stonden ze nu. Om hen heen niets dan een eenzame, eindelooze vlakte. Geen boom, geen plantje was er te zien. En boven hen de brandende, stekende zon!" Dat is de woestjjn, Pierewiet," zei de koning, „en ik geloof, dat we maar beter bjj de olifanten hadden kunnen bljjven, dan hadden we tenminste te eten en te drinken!" „Misschien vinden we den ooievaar wel gauw; hjj heeft toch beloofd dat hjj terug zou komen!" En zoo trokken ze de woestjjn in. 96. Moe en dorstig gingen ze eindeljjk op een zandhoop zitten. Maar Pierewiet was een echte dwergen jongen en gauw uitgerust. Hjj sprong boven op den zandhoop en... krak-krakzakte hij meteen weg in het zand, met zjjn beenen in de een of andere vieze brjjTot aan z'n middel zat hjj in het nat. Met moeite kroop hjj er weer uit en... „Vader!" riep hjj uit, „een ei! Een reuzenei! Nu hebben we eten en drinken, hoera!" Maar toen klonk een dreigende stem: „Daar zul je wat van hooren!"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1929 | | pagina 5