De Eerste
P. H. BRINKMAN,
Vojy—i
JAC. VAN NOORT,
HOUT-, MARMER- en
PLAFONDSCHILDER.
VOOR HEEMSTEDE, AERDENHOUT EN DE HOUTPARKEN
CHARLES SMITS
aïïïmïïrrnit
6de Jaargang
x -24/Mer 1929
N°. 21
WEEKBLAD
1.1. DRUKKERIJ VOORHEEN DE ERVEN LORSIES,
Mandenmakerij
Reparatie-Inrichting.
Vlechten van Matten
voor Weenor Stoolon.
Oudste Zaak op Manden-
Industrie hier ter stede.
Gevestigd sedert 1819.
EERSTE BLAD.
Plaatselijk Nieuws.
VAN DEN REGEN IN DEN DROP.
Stoomververij
Chem.
Wasscherij
vaartweg 29
Telefoon 28061
G. J. GUDE - CUISINIER
HEEMSTEEDSCHE COURANT
HAVENSTRAAT 17,
HEEMSTEDE.
Speciaal adres voor
SPATWERK EN
WATERVERF-DECORATIE.
ADVERTENTIÉN.
Advertentién per regel0.25
Vraag en Aanbod, 4 regels, 0.35.
Elke regel meer 0.10.
Advertentién bij contract belangrijke korting.
VOOR REDACTIE, ADMINISTRATIE
EN ADVERTENTIÉN
- wende men zich tot de -
Ged. Oude Gracht 88, Haarlem. Tel. 10144.
ABONNEMENTEN.
Abonnementsprijs bij vooruitbetaling 1.25
per halfjaar.
Verwulft 7 -
TELEFOON 12155
HAARLEM
GIRO 1S89M
Beleefd aanbevelend,
P. H. BRINKMAN.
Advertenties kunnen tot uiterlijk
Donderdagss twee uur worden aan
genomen.
Ingezonden stukken vóór Woens
dag 5 uur. -
Klachten over de bezorging richte
men rechtstreeks tot de Admini
stratie. ------
Bestel Uw Luxe Auto of Taxi bij Auto-Verhuur
Garage: LEIDSCHEVAARTWEG 259
b/d. Schouwtjesbrug,
Telefoon 10655.
DAG EN NACHT GEOPEND.
Nieuwe RENAULTS 20 cent per K.M.
Tevens speciaal voor groots afstanden en alle
gelegenheden.
BLOEMEN-COLLECTE.
Voor Meer-en-Bo.sch en Bethesda-Sarepta.
De bloemencollecte voor de stichtingen voor
lijders aan vallende ziekte te Haarlem en Heem-
steede heeft opgebracht: in Heemstede ƒ603.17,
in Bennebroek 219.en in Bloemendaal
ƒ631.91.
ONTHULLING GEUENKTEEKEN
J. L. ZEGERS.
Ter eere van de nagedachtenis van den heer
J. L. Zegers, in leven directeur van „Meer en
Bosch", is op het terrein van deze stichting een
gedenkteeken opgericht. In het midden is een
gedenksteen geplaatst, waarop de volgende
woorden
Ter nagedachtenis aan
JAN LAMBRECHT ZEGERS.
Directeur der Stichtingen voor Toevallijders
te Haarlem en Heemstede.
Een man van liefde,
1890 kracht en gebed 1912
Door vrienden opgericht
2 Maart 1929.
Architect Korringa deelde ons mede, dat het
gedenkteeken is uitgevoerd in Oberkirchener
zandsteen; het opschrift is uitgehouwen in geel
grijze landvormsteende treden van het bassin
zijn van z.g. „Elag-stones". Het bassin is in
gewapend beton uitgevoerd. De kop, waar het
water uitspuit, is van Brouwer's bouwaardewerk.
De onthulling van dit gedenkteeken had
Woensdagmiddag plaats in tegenwoordigheid
van een groot aantal belangstellenden. Verschil
lende sprekers voerden bij deze plechtigheid het
woord. Allereerst Broeder J. A. Hoekendijk, als
voorzitter van de commissie tot oprichting van
het gedenkteeken. „Hartelijk welkom," zoo zeide
spr., „aan zoovele trouwe vrienden en dankbare
vereerders van wijlen Jan Lambrecht Zegers,
wiens tienden sterfdag wij op 2 Maart 1.1. her
dachten. De langdurige en strenge winter was
oorzaak, dat we niet op dien datum, zooals de
bedoeling was, dit mooie herinneringstee ken
konden overdragen. Nu geschiedt dat in de
maand Mei, de meest geliefde maand en de meest
beteekenende maand in het leven van den ont
slapene. Het grootste deel der belangrijke feiten
in zijn leven, zijn geboorte op 28 Mei 1846 niet
uitgezonderd, vielen in deze bloeimaand. Vóór ik
namens de commissie tot stichting dit monument
overdraag aan de Christelijke Vereeniging voor
de verpleging van lijders aan vallende ziekte
te Haarlem, breng ik allereerst hartelijk dank
aan de menschen, in wier hart het initiatief tot
deze stichting oprees. Verder dank aan allen,
die door hun sympathie en bijdragen dit werk
hebben mogelijk gemaakt. En tenslotte aan
allen, die zoo belangeloos en met zooveel liefde
hieraan hebben gearbeid. Onder deze laatsten
noem ik vooral den bekwamen architect, den
heer H. Korringa; de uitvoerders de heeren
Zieren, Sabelis en Roest, en aan broeder L. H.
de Haan, die met zulk een groote toewijding en
liefde, doch ook zoo smaakvol den aanleg van
het terrein er omheen heeft verzorgd. Het
geheel doet denken aan den man, dien wjj hier
zoo hebben liefgehad: vierkant, massief, een
voudig en solide. Alleen zijn sprekende kop, met
de diep-liggende, kleine, maar alles opmerkende
oogen ontbreekt. En zijn stem, zijn zware, klank
volle stem wordt hier gemist. Hij had „Meer en
Bosch" lief en was daar een zegen voor zeer
velen. Wij danken God voor wat Hij in hem
aan onze beide Stichtingen, aan de patiënten,
zusters en broeders geschonken heeft. Op
2 October 1890 kwam hij op „Meer en Bosch";
werkte hier twintig jaar als directeur en bleef
tot zijn dood de hooggewaardeerde secretaris
van het bestuur."
Vervolgens citeerde Br. Hoekendijk een versje,
dat de heer Zegers zoo gaarne zong en droeg
vervolgens het gedenkteeken aan het bestuur
over, waarbij hij deft wensch uitsprak, dat het
gedenkteeken nog vele jaren zal blijven ge
tuigen van de kracht, de liefde en het gebed
van den heer Zegers.
Tenslotte schetste spr. het leven, de werk
kracht en de beteekenis van den ontslapene.
Broeder F. H. Jonker hing daarna een krans
aan het gedenkteeken en sprak daarbij het
volgende: „Uit naam van de bewonëïs onzer
Stichtingen te Haarlem en te Heemstede, manne
lijke en vrouwelijke patiënten, diaconessen en
diaconen, wordt deze krans gehecht aan het
gedenkteeken van den vaderlijken vriend, wiens
voorbeeld en toewijding in dankbare herinnering
voortleeft in de harten van allen, die den heer
Zegers hebben gekend en liefgehad."
Ds. C. J. van Paassen, als derde spreker, zeide
nog zelden zulk een behoefte te hebben gevoeld
om te spreken als op dit oogenblik, nu hij
namens het bestuur der Stichtingen dit prach
tige gedenkteeken mag aanvaarden. Hij ver
klaarde verheugd te zijn, dat hier zooveel vrien
dinnen en vrienden van den heer Zegers
tegenwoordig waren. „Deze was," zei spreker,
„inderdaad een man van kracht, maar toch ook
van teederheid en van gebed. Met zijn trouwe
echtgenoote heeft hij hier vele jaren gewerkt.
Nooit zullen wij hem vergeten. Wij hebben dit
gedenkteeken dan ook niet noodig, maar na ons
komen er weer andere geslachten en nu hoop
ik maar, dat deze, als zij het gedenkteeken zien,
zullen denken aan alles wat de heer Zegers voor
de Stichtingen gedaan heeft. Hij werkte altijd
met liefde en met toewijding. Ik dank U allen
voor uw sympathie en denk hierbij aan de oude
broeders, die den heer Zegers "in zijn laatste
levensdagen hebben bijgestaan. Namens het
bestuur aanvaard ik met groote dankbaarheid
dit gedenkteeken. Wij beloven, het in eere te
zullen houden. Ook ben ik blij, dat wij dit van
den heer Hoekendijk mogen ontvangen, want
deze heeft wel het meeste aan den heer Zegers
te danken gehad. Ik hoop, dat het gedenkteeken
een sieraad van deze stichting mag blijven. Hier
is een man van beteekenis geweest, die niet
zichzelf gezocht heeft, maar dien wij gezocht
hebben en lief kregen. Moge Gods zegen rusten
op dit huis, het personeel en de patiënten."
Hierna werd het gedenkteeken bezichtigd.
Elders op het terrein werden versnaperingen
gepresenteerd, waarbij nog vele toespraken,
meest alle betrekking hebbende op het leven en
werken van den heer Zegers, werden gehouden.
CHR. GEM. KOOR „SURSUM CORDA".
Op het Nationaal concours, dat den 2en
Pinksterdag te Zeist werd gehouden, behaalde
het Heemsteedsch Chr. Gemengd Koor „Sursum
Corda", directeur de heer A. Bak, den 2en prijs
met 294 punten in de 3de Afd. Gem. Koren.
VEREENIGING VAN PLUIMVEEHOUDERS
„DE EENDRACHT".
Maandagavond hield de Pluimvee-vereeniging
„De Eendracht" een vrij druk bezochte leden
vergadering in de bovenzaal van het R.K.
Vereenigingsgebouw aan den Heeren weg.
Het jaarverslag van den raad van beheer
wordt voor kennisgeving aangenomen.
Uit het verslag van den penningmeester bleek,
dat het nadeelig saldo in totaal, als gevolg der
geldleening voor de eigen tentoonstellingskooien,
731.741/2 bedroeg.
Als leden van de controle-commissie worden
wederom benoemd de heeren Ides en v. Wamel.
Nog steeds is bij de Tweede Kamer aanhangig
een wetsontwerp, dat is aangekondigd als een
technische herziening van de Drankwet. Nu
spreekt men tegenwoordig veelal van een „tech
nische" herziening, omdat die er veel gladder
in gaat. Zoo blijkt ook hier alras, dat deze z.g.
technische herziening veel verder gaat: zij stelt
zich op een totaal anderen grondslag dan de
bestaande wet en houdt zelfs in de plaatselijke
keuze, welke reeds twee malen door de Eerste
Kamer verworpen werd. Daardoor is deze her
ziening geworden een wetsontwerp van dwang
en onvrijheid, waardoor de eene burger weer in
staat gesteld zal worden over den ander te bazen,
en hem de gelegenheid te ontnemen om iets te
genieten wat toch in den regel als geoorloofd
en gepast is te beschouwen. De Minister heeft
geen cijfers en feiten aangevoerd om zijn stel
ling waar te maken, dat men hier te doen heeft
met een ernstig kwaad, dat bezig is voort te
woekeren tot een volkszonde. Waarom het ge
bruik van bier en wijn een kwaad is, wordt ons
niet medegedeeld. Is dit „kwaad" een volkszonde
ge'worden, of is het nog pas bezig „voort te
woekeren"? Indien het bier- en wijngebruik
inderdaad nooit zulk een groot volkskwaad ge
worden is, waarom is dan thans plotseling in
grijpen van den wetgever noodig, die toch, naai
de Minister zelf erkent, een volk niet braver of
zedelijker kan maken? Men moest nu maar eens
meer vertrouwen stellen in wat uit ons volk
opkomt en reeds opgekomen is. De matigheids-
en"" geheelonthoudersvereenigingen hebben te
dezen opzichte zulk nuttig werk verricht, dat
gebruik en misbruik telkens meer afnamen, en
ook de sport heeft er het hare toe bijgedragen.
Dit ontwerp zet koers in een richting, die ten
slotte naar de algeheele drooglegging moet
voeren en wij weten uit andere landen, in de
eerste plaats uit Amerika, tot welk een demora
lisatie dit leidt. Zoo ooit dan is daar wel be
wezen, dat een verbod nog niet uitroeiing van
het kwaad beteekent, wel verre vandaar.
Trouwens, wat zou regeeren dan'gemakkelijk
zijn! Het herinnert ons aan het wijze woord van
wijlen De Savornin Lohman, dat de Overheid
niet bij machte is ook maar één zedelijk mensch
te maken. Daarom moet men de bestrijding van
het drankmisbruik overlaten aan de daarvoor
aangewezen vereenigingen, die in deze zooveel
goeds hebben bereikt en die met het individu
zelf beginnen. Ingrijpen van de Overheid kan
dit heilzame werk slechts verstoren en be
lemmeren. De wetgever poogt hier te doen wat
hij niet in staat is te bereiken, wanneer hij zich
begeeft op het terrein van de volkszede.
Invoering van de plaatselijke keuze zou on
vermijdelijk leiden tot feilen strijd en groote
beroering. Van beide kanten, door voor- en
tegenstanders, zouden de kiezers worden opge
zweept, en vooral in de kleine steden en in de
dorpen, waar men toch veel meer op elkander
aangewezen is dan in de groote centra, zou een
onrust ontstaan, welke door de zaak waarom het
gaat absoluut niet zou worden gemotiveerd.
Toch houdt de Minister vast aan de stemming
door de kiezers, omdat deze meer kans biedt
op een zuivere uitspraak dan stemmingen in
gemeenteraden, die meer en meer politieke
lichamen worden en door politieke overwegingen
worden beïnvloed. Dit nu lijkt een ongeoorloofde
poging om de gemeenteraadsleden te ontheffen
van een op hun schouders gelegde wettelijke
verantwoordelijkheid; zij dienen den moed van
hun overtuiging op dit stuk te toonen, los van
politieke overwegingen en zonder kiezersvrees.
Geen wonder, dat reeds van vele zijden stel
ling is genomen tegen dit ontwerp, dat zich niet
bepaalt tot bestrijding van openlijk drank
misbruik gelijk de bestaande wet doet, doch
zich in wezen richt tegen de verleiding tot mis
bruik, dat het gebruik, ook het matige gebruik,
van alcoholhoudende dranken (daaronder be
grepen bier en wijn) oplevert. Het tracht ons
volk, dat in zijn groote meerderheid in matig
gebruik van alcohol geen maatschappelijk gevaar
ziet, te dwingen in de richting, die tot algeheele
drooglegging moet leiden, met alle zeden
bedervende gevolgen van dien. Het verzet daar
tegen heeft gelukkig ook in de Tweede Kamer
veel weerklank gevonden, en zoo het ontwerp
daar toch nog een meerderheid mocht vinden,
in de Eerste Kamer lijkt dit vrijwel buiten
gesloten.
De heer P. Wildschut hield hierna een inlei
ding over „Voedering bij kunstlicht".
De rondvraag leverde, als altijd, nog veel stof
tot bespreking. O.a. een voorstel tot het houden
van 'n excursie, waardoor het bestuur opdracht
kreeg te trachten eene exursie te organiseeren.
Nadat een beroep gedaan was op de leden,
om reeds nu te ijveren voor een groot aantal
eereprijzen voor de a.s. tentoonstelling, sloot de
voorzitter met 'n dankwoord voor den leerzamen
avond de vergadering.
VERKEERSONGEVALLEN.
Op den Heerenweg heeft een aanrijding plaats
gehad tusschen twee auto's welke zich als volgt
heeft toegedragen. De bestuurder van de eene
auto wilde een erf oprijden en stak daartoe zijn
richtingaanwijzer uit, waarbij hij meteen naar
die zijde omzwenkte. De bestuurder van de
andere auto, die hem achterop reed heeft waar
schijnlijk het uitsteken van die richtingaanwijzer
niet gezien en reed het eerste motorrijtuig
dwars aan, met het gevolg dat beide auto's
werden beschadigd. Persoonlijke ongevallen
hadden hierbij niet plaats.
Op den Meerweg liep een 5-jarig jongentje bij
het oversteken van den weg tegen een pas-
seerende auto, met het gevolg dat het op zij
werd geworpen. Door den bestuurder van die
auto is dat jongentje naar de Mariastichting te
Haarlem vervoerd, alwaar bleek dat het zijn
beentje had gebroken. Van schuld van de zijde
van den autobestuurder is niets kunnen blijken.
Dinsdagmorgen had op de Raadhuisstraat een
ongeval plaats. De heer O., wonende te Haar
lemmermeer, wide na een auto met hooi beladen
voorbij te hebben laten gaan, van rechts naar
links de straat oversteken. Hij deed zulks zonder
op het verkeer te letten met het gevolg dat hij
tegen een uit de tegenovergestelde richting
komende auto liep, waardoor hij op de straat
werd geworpen en bloedend aan het hoofd werd
verwond. Na in de garage van den heer v. Lent
te zijn binnengedragen en aldaar voorloopig te
zijn verbonden, is hij op advies van Dr. D. per
auto naar zijn woning vervoerd. De bestuurder
van de aanrijdende auto had O. niet gezien, daar
deze plotseling van achter de met hooi beladen
auto te voorschijn kwam.
GEVESTIGDE GEZINSHOOFDEN
TE HEEMSTEDE.
Opgave van 21 Mei 1929.
P. C. van der Meulen, Camphuysenlaan 12.
J. P. Rosier, Bosboom Toussaintstraat 53.
C. Hoogland, Havenstraat 11. B. Miedema,
Schouwbroekerstraat 3. R. G. M. Lohle, Jan
van Goyenstraat 28. Th. A. Smit, Zand-
voortschelaan 95. C. A. Polak, Glipperweg 108.
FABRIEK:
WINKEL: BINNENWEG 189.
HERINGA tWUTHR'cH
„Uitzending; van Diners aan huis"
IORDENS8TBAAT 74, HAARLEM - TEL. 1«18£
Prijscourant wordt op aanvrage toegezonden.