6de Jaargang 20 September 1929. Tweede Blad. N°. 38 LOSSE BLAADJES. Vijf jaren. BROKJES LEVENSWIJSHEID. SCHAAKRUBRIEK. VOOR DE VROUW. s pr J)T Ifll .1 Ij 1 III 1 III II Uil Ut SPOKT. (Nadruk verboden.) Een „steenen doodkist" was 't, Die beiden hield geketend. Zij zaten vijf jaar „vast", Zich gansch onschuldig wetend; Gevangen in het net Van meineed en van logen, Als „moordenaars" gestraft, Door 't „recht" terneergebogen! Vijf jaren zijn voorbij Nog tien staan hun te wachten... Daar komt een blijde maar' Hun treurig lot verzachten: Want ivaarheidsliefde brengt De zaak opnieuw aan 't rollen, Door 't onrecht zwaar gekrenkt, En laat niet met zich sollen. Justitia was blind En had zichzelf bedrogen, Maar Mr. Jolles trok Den blinddoek van haar oogen; En bloot en open lag De rechterlijke blunder! De helden van den dag Zijn Tennissen en Klwnder! 't Gemis der vrijheid kan Hen thans niet meer bezwaren, Maar wie geeft hun terug Die vijf verloren jaren? Zaterdag 21 September 1929. STERREN EN STREPEN (Nadruk verboden) De meeste waarheden worden schertsend ge zegd. Zoo hoorde ik, toen ergens de Amerikaan- sche vlag uithing en iemand vroeg naar de beteekenis van haar emblemen, de volgende op- merking: „Sterren en strepen behooren bijeen. Er is geen ster, of er loopt wel een streep door." Het was het oude gezegde, dat genie en waan zin elkander verwant zijn, in nieuwen vorm. Ik heb sindsdien bjj het aanschouwen van de Amerikaansche vlag telkens aan de zonderling klinkende opmerking moeten denken. De Ameri kanen zijn praktische menschen, die het leven nemen, zooals het nu eenmaal is. Zij verlangen het onmogelijke niet. Zjj weten, dat elke licht zijde haar schaduwzij heeft. Zij aanvaarden de consequenties daarvan. Er zijn in Amerika vele sterren. Men zou kun nen zeggen, dat het het land van de sterren is. Filmsterren, sportsterren, beurssterren. Amerika is het land van helden en wonder- menschen. En het is trotsch op zijn verdienste lijke burgers. Het vereert Edison, Rockefeller, Lindsey en Valentino. En 't zou geen onmoge lijkheid wezen, zoo het deze heldenvereering tot uitdrukking had willen brengen in zijne vlag. De Amerikaansche vlag: een veld vol sterren. Maar dit veld is in een veld vol strepen gevat. Bij de sterren hooren noodwendig de strepen. Amerika aanvaardt deze noodwendigheid en brengt ook deze tot uitdrukking in zijne vlag. Er loopt een streep door die sterren. Ze hebben alle maal iets vreemds. De Hollander zou zeggenze zijn allemaal min of meer gek. De Hollander zou de streep niet in zijn vlag zetten. De Hollander duldt het buitengewone niet, laat staan dat hij het zou vereeren. Hij ergert zich er aan, wordt er boos om of lacht het uit. De lichtzijde van het buitengewone be wondert hij, maar van de schaduwzijde wil hij niet weten. Hij heeft een spreekwoord, dat op het samengaan van het dwaze met het geniale duidt. Hoe grooter geest, zegt hij, hoe grooter beest. Wjj willen het liefst alle menschen meten naar één maat van fatsoen en deugd. Wjj scheren alle schapen over één kam. En deze nivel- leerende neiging is prijzenswaardig, voorzoover zjj samenhangt met ons democratisch karakter en onze burgerlijke degelijkheid. Maar wjj ver geten, dat wij, met onze zucht naar rechtvaar digheid, onrecht begaan. Immers, wanneer wij het buitengewone wel willen aanvaarden, voorzoover het ons nut brengt, moeten wij het ook accepteeren, wan neer het ons last of verdriet bezorgt. Het ééne kan niet zonder het andere. Door de sterren loopt nu eenmaal een streep, en, als we ons over de ster verheugen, mogen we ons niet aan de streep ergeren. De Romeinen waren het volk van het recht. Nog steeds is hun rechtvaardigheidsgevoel grondslag van onze rechtspleging en hun burger schapsbesef grondslag van onze democratie. Ook zij hadden een spreekwoord, dat luidde: Wat Jupiter vrijstaat, is het rund niet geoorloofd. Jupiter, het goddelijk wezen op den Olympus, had dus een streepje voor. Ook in dezen zin, dat er door hem een streep mocht loopen, omdat hij een godheid was. Het gewone rund van de kudde diende zich volgens Romeinsch recht naar den kudderegel te gedragen, maar deze gold niet voor het genie. Wanneer dit aan de ééne zijde boven de massa uitstak, mocht dit ook aan de andere zjjde beneden de massa uitsteken. Het genie heeft zijn eigen wetten, welke anders zijn dan de wetten der kudde. Kunstenaars, geleerden en helden hebben dik wijls iets raars. Verstrooide professoren, artis- ten met lang haar, profeten met sandalen en Schiller-kragen trekken de aandacht van onze Hollandsche straatjongens. En niet van de straatjongens alleen. Terwijl deze hen openlijk uitjouwen, zitten de ouders en grootouders ach ter hun horretjes de wijze hoofden te schudden over den gek, die voorbij loopt. In onze kleinburgerlijke benepenheid ver langen wjj, dat ieder zich zal kleeden en ge dragen als wij. Wee de uitzondering op den regelExcentriciteit is in de oogen van het pu bliek grooter zonde dan misdaad. Zoolang de misdadiger slechts zijn fatsoen houdt en geen openbare aanstoot geeft, ziet men veel door de vingers. De Amerikaan is een praktisch man. Hij ver eert in zijn vlag de sterren, maar neemt de strepen, die er door loopen, op den koop toe. Dat moeten ook wij in ons onpraktisch fatsoens begrip leeren. Als wij dan maar niet in de fout vervallen, dat wjj de streep op zichzelf vereerenswaardig gaan achten. Er zijn nullen, die zich een ge leerde, een artist of een held wanen, louter om dat er een streep door hen loopt. Zij meenen met excentriciteit hun gemis aan genie te kunnen vergoeden. Maar er is niets belachelijker en verachtelijker dan een rund, dat zich Jupiter's manieren aanmatigt. H. G. Cannegieter. Oplossingen, bijdragen, enz. te zenden aan den Schaakredacteur, Ged. Oude Gracht 88, Haarlem. Probleem No. 224 J. LEPPING (München). Mat in drie zetten, j Een pittig miniatuurtje. Stand der stukken: Wit: Kdö. Ld4, Pf4, Pg2, h2, h3. Zwart: Kf5. Partij No. 95. Gespeeld in het toumooi te Boedapest. 7 Sept. 1929. WitZwart K. HAVASI J. R. CAPABLANCA (Boedapest). (Havana). Half-Indische verdediging. d2d4 1. Pg8—f6 c2c4 2. e7e6 Pblc3 3. Lf8b4 Ddlc2 4. d7d5 Pglf3 5. c7cö c4xd5 6. Dd8xdö a2a3 7. Lb4xc3f b2xc3 8. Pb8c6 e2e3' 9. 0—0 Lfle2 10. c5xd4 c3xd4 11. Het beloop van deze partij doet ons denken aan de 6e matchpartij Dr. EuweDr. Aljechin (30. 12. 1926), welke partij remise werd na 41 zétten. Echter speelde Aljechin na den ruil op c3 direct de korte rochade en Pb8c6 eerst vijf zetten later. Doordat hij na Euwe's,9. e2ell ook op (14 ruilde, kon deze daardoor 11. Lflc4 spelen, hetgeen Havasi thans niet kon doen. 11. b7bö Pf3d2 12. Lc8b7 Le2f3 13. Dd5d7 0—0 5 14. Ta8c8 Dc2bl 15. Pe6a5 Lf3xb7 16. Dd7xb7 Lel—b2 17. Db7a6 Tfl—el 18. Pf6—d5 Tala2 19. Tc8—c6 e3e4 20. Pd5c3 Lb2 x c3 21. Tc6xc3 Pd2—f3 22. Tf8c8 h2—h3 23. Paöc4 a3a4 24. Pc4a3 Nu is de a-pion toch verloren en daarmede feitelijk de partij want de verbonden vrijpionnen op Zwart's Damevleugel zijn geweldig sterk. Dbl—b2 2ö. Da6xa4 Tel—e2 26. b6bö (14dö 27. e6xdö e4 x dö 28. böb4 Db2d2 29. b4b3 Ta 2b2 30. Tc3c2 Dd2e3 31. Tc2 x b2 Te2 x b2 32. Pa 3c4 De3—cl 33. Da 4a3 Opgegeven. Want op Tb2 bl volgt Da3xclf, Tblxcl de zwarte vrijpionnen winnen glansrijk. Oplossing Probleem No. 220. (Dr. E. ZEPLER). Stand der stukken: Wit: Kc4, Lf2, Pc5, Pg8, a6, e6, f7, h6. Zwart: Kf8, Tc8, Ld2. Pbl, a3, b2, f4. 1. Kc4 -b3 (dreigt Pcöd7 mat), Tc8b8f; 2. Kb3c2, Tb8—c8; 3. Lf2—(14, Ld2—c3; 4. Pcö(17 mat. of eerder mat. Goede oplossing ontvangen van BH. W. v. Dort, te Haarlem; J. v. Gulik, te Overveen; P. Mars, te Santpoort. Correspondentie. Door een misverstand geraakte een briefkaart met oplossingen tussehen onze kopij, tengevolge waarvan die ontijdig werden gepubliceerd. OCHTENDJAPONNEN. Ja, er helpt nu geen ontkennen meer aan. Het najaar mag nog zoo mooi zijn, 'de koude dagen naderen langzaam maar zeker. En alle mode- gesprekken loopen over winter-mode, winter stoffen, wintermantels enzoovoort. Een goed ding voor het koude jaargetijde is ook een fijne, warme ochtendjapon, waarin men 's morgens behaaglijk kan glippen, zóó uit het warme bed, om melkboer of bakker of een anderen vroegen ochtendbezoeker open te doen. En die ook uit stekende diensten bewijst, wanneer men thuis het zich eens heel gemakkelijk wil maken, zonder zich te behoeven kleeden. We kunnen de ochtend- (of kamer-) japonnen dan ook zoo Mm eenvoudig of zoo fraai maken, als we maar willen. Wat zegt U bijvoorbeeld van deze, links op de teekening, van bedrukt velours, op zij gesloten met drie knoopen De kraag en de open mouwen zijn afgezet met een geplisseerd lintje. Er is totaal 41/2 meter stof van 80 c.M. breedte voor noodig. In het midden een ochtendjapon van kastanjebruin velours, die op zij gesloten wordt met een gesp. De kraag, manchetten en onderkant zijn bewerkt met elkaar kruisende stiksels. Men heeft hiervoor 4Yo meter velours van 1 meter breedte noodig. Ten slotte een heel eenvoudige japon van helblauwe stof. Een breede band van dezelfde stof, in het lichtblauw, zet de mouwen af, en loopt langs den hals tot onderaan door. De sluiting is middels een smal bandje van hetzelfde lichtblauwe goed. Hiervoor is eveneens 41/2 meter stof van 1 meter breedte toereikend. In plaats van het bandje, kan men ook een dik lichtblauw zijden koord om het middel knoopen. Loes. RECEPT. Tapioca met bessensap is een heel smakelijk schoteltje. Op 1 kan bessensap neemt men V2 kan water, iets minder dan een ons tapioca en een stukje citroenschil (of pijpkaneel). De tapioca wascht men en weekt ze gedurende 3 uur in het water met het bessensap. Dan brengt men ze met het smaakje erin aan de kook en laat ze op een zacht vuur, terwijl men af en toe roert, gaar koken, wat ongeveer 1 V2 uur duurt. Dan neemt men het smaakje er uit en presenteert er suiker apart bij. Of als men het koud opdient, dan roert men de suiker er door, als het nog warm is. Ongeveer een goed ons op de boven genoemde hoeveelheid. Vervolg Plaatselijk Nieuws. NOG EENS: BRANDALARM. Onvoorzichtigheid van een dienstbode. De heer A. G. Blankenberg, Pieter de Hoogh- straat 32, zendt ons de volgende rectificatie, resp. aanvulling van ons bericht onder 't hoofd „Brandalarm" in het nummer van 13 Sept. j.l. „Het door U gereleveerde feit," aldus schrijft de heer Blankenberg, „vond niet plaats in mijn woning, Pieter de Hooghstraat 32, maar bij mijn buurman op No. 30. Ik stel er zeer veel prijs op, dat genoemde wijziging wordt aange bracht, daai' mijn ega een te vriendelijke en verstandige hulp in haar huishouding heeft, dan dat ik op haar de blaam mag laten rusten van zulk een hoogst onvoorzichtige daad, als waar van in meergenoemd stukje sprake is. Er is echter nog iets anders waarop ik de aandacht zou willen vestigen. Het bedoelde meisje, dat suiker heeft willen smelten en daarna zoo zorgeloos geweest is zich van 't vuur te verwijderen, heeft, blijkens haar ontwijkend en onvriendelijk antwoord aan haar collage op No. 32, die haar waarschuwde, dat er iets in haai- keuken aan 't handje was, haar roekeloos heid willen verbergen. Wel begrijpelijk, maar toch niet verstandig, want de uit haar keuken opstijgende rookwolken en doordringende brand lucht. die ook aan goed-branden deden denken, waren allerminst geruststellend. Een mijner andere buren, waar een zieke dame verpleegd wordt, vond 't dan ook raadzaam de brandweer te waarschuwen. Ons onvoorzichtige buurmeisje op No. 30 ging nu zelfs zoo ver, dat zij, toen de brandweer voor de deur stond, zeide: „O, nee, neeer is niets bij mij gebeurddan moet U zeker bij de buren zijn." Naar ik meen te weten heeft de brandmeester haar wel op 't on gepaste van zulk een gedrag gewezen, maar toch dunkt mij een woord van afkeuring en waar schuwing hier op z'n plaats, 't Betreft een Duitsch meisje (evenals 't mijne Duitsch- sprekend is) en vooropgesteld, dat onze Holland sche huishoudens dikwijls zeer gebaat zijn bij de hulp ons op die wijze door onze Oostelijke buren verleend, zal zij ons 't best begrijpen als we zulk een handelwijze als „Grober Unfug" kwalifiseerende eigen woning en die van haar buren roekeloos in gevaar brengen, door haar gedraging de brandweer laten alarmeeren, d.w.z. die menschen uit hun werk laten halen en ze ten slotte een opzettelijk misleidend antwoord te geven, 't Leek mij wenschelijk 't boven staande even onder uw aandacht te brengen, opdat niet dit stoute stukje, mogelijk met eenig bravour, onder haar landgenootjes worde verder verteld." VOETBAL. Uit het H.B.C.-kamp. Zoodra de maand September in het land kómt, doet Koning Voetbal mede zijn intrede. Ook bij H.B.C. is alles in actie om het nieuwe seizoen in te zetten. Proef- en oefenwedstrijden zijn achter den rug, meer nog, er is den geheelen zomer flink getraind, zelfs onder een bekend voetballer, n.1. Peer Krom, die onze jongens geen rust gegund heeft en waar-van de resultaten in de oefen wedstrijden wel merkbaar waren. De bedoeling is dit jaar met 6 elftallen uit te j komen, n.l. het le in de R.K.F., het 2e en 3e j in de D.H.V.B. en de 3 overige in de junioren- af deeling. Natuurlijk vraagt het le elftal de grootste belangstelling. Een zwaar programma staat hen te wachten. Uitkomende in de le kl. E der R.K.F. zullen zij den strijd moeten voeren tegen V.V.Z., Graaf Willem, D.H.L., T.Y.B.B., G.D.A., L. en S„ Lisse en D.E.M., dus staan er 16 wedstrijden voor den boeg. Het le elftal is als volgt saamgesteld: P. Kobus, J. v. Bakel, T. v. Deurzen, C. Duinhoven, Jac. Duinhoven, W. Juffermans, A. Martin, H. Juffermans, J. Warmerdam, W. Toledo, A. Timmers. Ook het 2e elftal vraagt grooten zorg. Het wordt nu eens meer dan tijd dat dit elftal zich eens in de R.K.F. weet te plaatsen. De afstand tussehen le en 2e elftal is nu veel te groot. Competitiewedstrijden zijn voor Zondag nog niet vastgesteld. Vermoedelijk zal het le elftal Zondag een toertje maken naar R.K.A.V. in Amsterdam. H.B.C. II speelt Zondag thuis voor de 2e ronde van de Lustrumbeker tegen'R.K.A.V. II, aan vang half 3. Daar H.B.C. II ook over een uitstekende ploeg beschikt, zal de kans voor de 3e ronde wel voor de H.B.C.-reserves zijn. DUIVENSPORT. „De Gevleugelde Vrienden". Zondag werd deelgenomen aan de Wedvlucht vanaf Hal, België, afstand 185 K.M. In concours vlogen 41 duiven. Eerstgetoonde duif om 2 uur 47 min. 43 sec. Laatste prijs winnaar 2 uur 54 min. 51 sec. De prijzen werden als volgt gewonnen: 1, 2, 10, 11 A. v. Zadel; 3, 4 H. Vellinga; 5 J. G. v. d. Meer; 6, 13 N. Leuven; 7, 8, 12 E. D. du Bouvrie; 9 A. Eveleens. A.s. Zondag de laatste vlucht, n.l. van Soignes, België, waarmede het seizoen 1929 gesloten wordt. DAMMEN. Damclub „St. Bavo". Stand op de helft der onderlinge competitie: gesp. gew. rem. verl. pnt. 1. B. H. M. Stevens9 7 1 1 15 2. J. Warmendam 9 6 2 1 14 3. P. Veen 9 7 0 2 14 4. J. v. d. Zwan 9 5 2 2 12 5. F. Broekman 9 6 0 3 12 6. J. A. Stevens 9 5 1 3 11 7. A. Broekman 9 3 0 6 6 8. H. v. d. Erf9 2 0 7 4 9. B. Willemse 9 1 0 8 2 10. Th. Veenings 9 0 0 9 0 Een feilen strijd om de bovenste plaats, die, gezien de kracht dezer drie spelers, zeker tot het eind zal duren. CORRESPONDENTIE. Den heer C. G. H. Tot onzen spijt kunnen wij uw bijdrage niet opnemen. -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1929 | | pagina 5