i
BONT-ALLERLEI
t
■1
li
SPORT
Vervolg Plaatselijk Nieuws.
DE NAPOLEON VAN
DEN HANDEL.
Eens de vriendin der
Czarina.
Een pirate overvalt een
Chineesche stoomschip.
Redding uit U-booten-
Zal de Sahara
overwinnen.
■mÊm
J
3
DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT
102
WIELRENNEN.
Vlaggetjes op ilo tram.
Van hot bestuur van de Wielerbaan te Heem
stede ontvingen wij de mededeeling, dat op de
wedstrijddagen de tramwagens zullen worden
voorzien van een vlaggetje (rood-geel met wiel).
Tevens zullen op die dagen, evenals tijdens
de voetbalwedstrijden, sportparkretourtjes ver
krijgbaar zijn.
TENNISWEDSTRIJDEN IN GROENEND AAL.
Van 1622 Juli zullen op de tennisbanen
in Groenendaal open tenniswedstrijden (B-
tournooi) worden gehouden, omvattende dames-
en heeren-enkelspel, dames- en heeren-dubbel-
spel en gemengd dubbelspel. Deelnemers moeten
zijn algemeen lid van den N. L. T. B. of werkend
lid van een der bij dezen bond aangesloten
vereenigingen.
De wedstrijden vangen aan Maandag 16 Juli
om 6 uur, Zaterdag 21 Juli om 2 uur, Zondag
22 Ju'i om 10 uur en de overige dagen om 6 uur.
DUIVENSPORT.
Gevleugelde Vrienden (Heemstede).
Wedvlucht van Almelo, 170 K.M.
Los 8 uur.
Eerstgetoonde duif om 12 uur, 34 min. 36 sec.
Laatste prijswinnaar om 4 uur, 42 min. 14 sec.
Uitslag:
1, 12. N. Leuven; 2, 5, 10, 1 IA. Eveleens;
3, 14. P. v. Egmond; 4. 8, 13. L. de Winter;
6, 9. P. de Jong; 7. L. Kramer.
Uitslag Wedvlucht van Limoges 768 K.M.
van 30 Juni.
Eerstgetoonde duif: Zondag 1 Juli, 6 uur.
Laatste prijswinnaar: Zaterdag 7 Juli, 5 uur,
38 min. 29 sec.
1. A. v. Zadel.
2. P. v. Egmond.
3. 4. E. D. des Bouvries.
A.s. Zaterdag wedvlucht van Bordeaux.
Zondag jonge duivenvlucht van Gouda.
UITSTAPJE VOOR OUDEN VAN DAGEN.
Vrijdagmiddag half twee. Een ongekende
drukte van auto's in alle deelen der gemeente,
geposteerd voor de huisjes der minst met
aardsche goederen bedeelden, van oudjes soms,
die anders alleen een auto voor hun deur zien
als zij doktershulp noodig hebben.
Vele van die oudjes komen soms het heele
jaar niet verder dan in de straat waarin zij
wonen, of hoogstens in de dichtstbij zijnde kerk.
Maar vandaag staat de auto voor om eens
een uitstapje te maken naar buiten, om een
kijkje te gaan nemen in plaatsen die zij nog
kennen uit oude herinneringen.
Het verzamelpunt is weer de Kerklaan,
eerstens omdat dit een geschikte laan is om een
grooten stoet te formeeren, maar ook omdat
huize St. Bavo een groot kwantum passagiers
voor dezen rit levert.
Voor huize St. Bavo is het dan ook een groote
bedrijvigheid. Zustertjes brengen maar steeds
nieuwe passagiers aan, die door de goede zorgen
van Mevr. Quarles van UffordDolleman en
Zr. Derks van een goed plaatsje worden voor
zien.
Tegen half 3 is de stoet van een 40-tal luxe
wagens, allen door de eigenaars voor dit doel
belangeloos beschikbaar gesteld, geformeerd, de
motorpolitie gaat aan den kop en nagewuifd
door vele vrienden trekken de oudjes er op uit
naar... ja, dat weten zij zelf niet. Wei heeft
iedere chauffeur een briefje gekregen van de
wegroute en is dan wel zoo welwillend deze
aan de passagiers bekend te maken.
Eerst gaat het door „Nieuw Heemstede", n.l.
langs Raadhuisstraat en Camplaan naar de
Heemsteedsche Dreef en door Bronsteepark.
Voor de meesten is dit „vreemd terrein". „Ik
dacht dat het hier nog weiland was", of „hier
was toch het land van de boerderij van
Meiman?" Ja, voorheen! Maar thans alles villa
wijken.
In een kalm gangetje ook nu weer is de
heer Tromp voorrijder gaat het dan door het
Haarlemmerhoutpark, langs het Spaarne en
Hertenkamp, door Haarlem tot de Velserpont.
Enkele die vroeger „Schoten" kenden, waren er
nu al lang voorbij eer zij het wisten. Dan ging
het door het Velserbeekpark in de richting
Bloemendaal, over het „Kopje" en zoo naar
„Kraantje Lek", waar als gebruikelijk thee werd
gedronken, sigaren en versnaperingen werden
uitgereikt. Hier viel Mevr. Quarles van Ufford
een bijzondere verrassing ten deel.
Wij, die al eens meer in de gelegenheid waren
kennis te nemen van de voorbereidingen van
dezen jaarlijks terugkeerenden tocht, wisten wel
dat het vooral Mevr. Quarles v. Ufford .was, die
vrijwel de geheele organisatie voor haar rekening
had, ook al mocht zij steeds een grooten steun
ondervinden van Zuster Derks en den heer
Tromp. Maar nu was bekend geworden dat zij
spoedig Heemstede verlaat om zich elders te
vestigen. Het plan om Mevr. Quarles bij deze
laatste maal een aandenken te schenken vond
bij allen bijval.
En tijdens de thee werd haar namens de ouden
van dagen een fraai bloemstuk in oud-koperen
emmer aangeboden door een der aanwezigen,
die haar zeide, dat zij zich nu eens niet zou
kunnen onttrekken aan den dank der ouden
van dagen voor alles wat zij in die jaren voor
hen heeft gedaan.
De feeststemming was er. De oudjes voelden
zich weer jong. Zelfs een 85-jarige klauterde
tegen „de Blinkert" op. Van den schommel werd
een druk gebruik gemaakt, ook al ging het dan
niet bijzonder hoog. Een oude baas van 65 jaar
wist nog „een vogelnestje" te maken in de
ringen
Het instappen vorderde nog eenigen tijd,
waarna over den Zeeweg naar Zandvoort werd
gereden, om dan over de Zandvoortschelaan en
door Aerdenhout den terugtocht te aanvaarden,
waar de auto's met de circa 135 passagiers om
ruim half 7 in Heemstede arriveerden.
In Huize „St. Bavo" heerschte nog eenigen
tijd een feeststemming. Mevr. Quarles en Zuster
Derks moesten nog even in den kring en het
„Lang zullen zij leven" daverde over de Kerk
laan.
Rest ons nog een woord van dank te brengen
naast Mevr. Quarles, die zeker de ziel is van de
organisatie, aan Zr. Derks en den heer Tromp
voor de groote hulpvaardigheid, aan de eigenaars
der auto's voor het geheel belangeloos beschik
baar stellen der wagens, aan de firma's Tum-
mers, Franken en Habermehl voor de geschonken
gebakfes en andere versnaperingen, aan Br.
Vermeer voor de keurige programma's en de
vele geldelijke bijdragen van regenten van huize
,,St. Bavo" en particulieren, ter bekostiging der
versnaperingen.
Men kan er van verzekerd zijn, dat de oudjes
een genoeglijken dag gehad hebben.
John Davison Rockefeller.
Vijf-en-negentig jaar oud!
Zijn leven een aaneenschakeling
van sprookjesachige successen!
Rockefeller, een der rijkste man
nen ter wereld, beroemd door zijn
stichting der Standard Oil Com
pany, een koopman en organisator
als de wereld zelden aanschouwde,
bereikte dezer dagen de fantastische
ouderdom van 95 jaar! Zijn leven
was een echt-Amerikaansche op
eenvolging van brillante successen...
John Davison Rockefeller 95 jaar oud! Wij
kennen hem allen uit de geïllustreerde bladeren
en uit de ontelbare anecdoten, dezen kalmen,
ouden man, die ter ontspanning het liefste golf
speeltZijn gezicht, met de honderden fijne
rimpeltjes "en vouwtjes, met de dunne, opeen-
geperste lippen en de rustige, ondoorgrondelijke
oogen, het is ons allen bekend en vertrouwd!
Men heeft reeds dikwijls erover gepeinsd of deze
Rockefeller nu de rijkste man ter wereld is. De
meest-uiteenloopende geruchten over zijn per
soon doen de ronde! In den loop der tijd groeide
hij uit tot een soort mythos. Succes, rijkdom en
speculatie waren in hem belichaamd! De
meeningen omtrent waarde en beteekenis van
zijn persoonlijkheid wijken sterk van elkaar af:
sommigen zien in hem een der grootste en on-
baatzuchtigste weldoeners der Menscliheid,
anderen slechts den onbarmhartigen rekenaar,
die slechts één hartstocht kent: die van de
speculatie!
Rockefeller is overstroomd met een vloed van
haat en naijver, hij werd gesmaad en vervolgd,
terwijl anderen om het hardst zijn eenvoud, zijn
goedheid, zijn medelijden en zijn idealistische
wereldbeschouwing roemden!
Wie liegt wie heeft gelijk?
Hoe is de werkelijkheid? Heeft deze Rocke
feller een gewoon hart, zooals alle stervelingen,
of is hij het type van den demonischen koopman,
den Napoleon van den handel, zooais hij vaak
genoemd wordt? Onmogelijk, dit geweldige
leven in de kleinste kleinigheden na te gaan.
Slechts enkele der meest-markante scènes
daaruit kunnen we hier weergeven!
Vampier of fijnbesnaard mensch?
Rockefeller heeft in zijn leven fantastisch
hooge sommen besteed aan het oprichten van
instituten, waar de Menschheid van haar lijden
bevrijd wordt. Ziekenhuizen, sanatoria, en ook
tal van wetenschappelijke instellingen verrezen
in zijn naam, voor zijn rekening gebouwd! Op
vele wijzen heeft hij getracht het sociale leed
te helpen verzachten. Op dezelfde wijze, waarop
hij de geweldige Standard Oil Company grond
vestte, schiep hij een voortreffelijke steun-
1 organisatie, die een voorbeeld is van organisatie-
talent! Een speciaal bureau heeft niets anders te
doen, dan alle verzoekbrieven te lezen en te
j ziften, welke iederen dag binnenkomen. Vier-
vijfde van deze brieven zijn, zooals Rockefeller
zélf in zijn memoires schrijft, in den regel ver
zoeken van particulieren aard.
Iemand noemde hem bijvoorbeeld eens „de
wolf in het schaapsvel". Ook de brief van een
oude dame, welke enkele jaren geleden door
de Amerikaansche bladen circuleerde, was
typisch. Deze dame had ééns pertinent verklaard,
dat zij het geld van dezen smerigen vampier
niet zou aannemen, al zou zij daarmee een kind
j van den hongerdood kunnen redden! Eater nam
zij dit harde oordeel terug en bekende ruiterlijk
het volgende: „ik sloeg Rockefeller dagen
achtereen gade, in de hoop, een handeling, een
woord te ontdekken, dat verried, dat in die
schaapshuid de wolf stak! Maar tevergeefs; deze
oude, beleefde, fijnbesnaarde heer was steeds de
goedheid zélve, steeds bereid te lachen en te
helpen en zijn blauwe oogen straalden van
medelijden, als hem iets trof. Met volmaakte
openhartigheid sprak hij over zijn verleden, zijn
heden en over zijn plannen en op alles ant
woordde hij zonder omwegen, zonder ver
sierselen
Een reclameplaat verovert de wereld!
Men mag de veel aangevochten persoonlijkheid
van Rockefeller beoordeelen, zooals men wil: in
ieder geval was hij een organisatorisch genie,
een reclamevakman van het grootste formaat,
een enorme psycholoog, die wist, hoe hij door
buitengewoon handig ingekleede propaganda-
veldtochten de belangstelling der massa moest
wekken en wakker houden! Maar ook van
zuiver-commercieel standpunt uit bezien, was hij
een der beste kooplieden ter wereld!
Zeer interessant en belangwekkend was de
wijze, waarop het reusachtige land China voor
de petroleum der Standard Oil Company werd
gewonnen. Een gigantische veroveringsveldtocht
werd tot in de kleinste détails uitgewerkt; de
strijd om de Chineesche markt scheen echter in
den beginne hopeloos. De Chineesche priesters
en de hoogere handelsmagnaten verweerden
zich uit alle macht tegen de Amerikaansche
petroleum. De priesters deden iedereen in den
ban, die het waagde petroleum te branden en
de groote handelsgilden in China boycotten
iedereen, die petroleum durfde te verkoopen!
Rockefeller was echter slimmer dan alle koop
lieden van China tezamen! Daar de lampen der
Chineezen stinkende, rookende dingen waren,
die weinig licht, maar des te meer walm en
roet verspreidden, construeerde hij een goed-
koope, doelmatige lamp, die hij de Chineesche
bevolking in een psychologisch uiterst geraffi
neerde reclameveldtocht opvergde. In honderde
dorpen van Centraal-China werd een reclame
plaat aangeplakt, zoo vertelt Rockefeller zélf,
waarop de afbeelding van zoo'n lamp voor
kwam! De tekst luidde als volgt, neergeschreven
in Chineesche karakters, door iemand, die de
Chineesche volksziel door en door kende: I
„Geluk, lang leven, troost en vrede! Als Gij
geluk, lang leven, troost, gezondheid en vrede j
wenscht te bezitten, moet Ge U omgeven door
licht! Licht bij dag en... licht bij nacht. En om I
in dit licht te kunnen leven, moet ge een „Mei-
Fu-Hong-Lanip" laten branden, die volgens
wetenschappelijke proefnemingen is vervaardigd
en échte Mei-Fu-olie branden, want als men
deze kleine lamp en deze olie laat branden, is
het licht, dat ge verkrijgt, als het daglicht zoo
heerlijk!" Van alle kanten stroomden nu de
nieuwsgierigen aan, om deze plaat te lezen:
Rockefeller had over de geheele linie ge
zegevierd!
Op zijn zevende jaar de eerste handelszaak!
Toen de millionnair Rockefeller nog een
kleine rakker van een jongen was, had hij reeds
een zakboekje, waarin hij alle uitgaven en in
komsten noteerde. Op zijn zevende jaar sloot
hij, onder leiding van zijn moeder zijn eerste
handelszaak af. Deze zaak was het begin van
zijn bijna sprookjesachtige carrière! De kleine
Rockefeller bezat enkele kalkoensche hanen, hij
mestte die dieren zelf en verkocht ze ook per
soonlijk met een overeenkomstige winst. Zijn
bezit groeide aan, hij bezocht later een handels
cursus en liep dagen en weken achtereen alle
mogelijke zaken af om te vragen, of men niet
een leerling kon gebruiken. Op 27 September
1855 begon de groote Rockefeller zijn triomf
tocht als leerling van de firma „Hewitt <5
Tuttle". Eenigen tijd later begon hij voor zich
zelf! Met een som van 2000 Dollars nam hij
aandeel in een onderneming. Zijn eigen vader
leende hem nog 1000 Dollars, onder voorwaarde,
dat hij tot zijn 21ste jaar rente zou betalen
daarop. Dat was 10% en de jonge Rockefeller
was overgelukkig; als de jongere compagnon
van een nieuwe firma, die zich „Clark <S Rocke
feller" noemde, begon hij thans eigen zaken
te doen!
Het zal het erfdeel van een lateren tijd zijn,
het leven en den gedachtengang van den olie
magnaat en trustkoning Rockefeller te beoor
deelen. Over den nieuwen vorm van economie,
die hij in 't leven had geroepen, zijn de meeningen
zeer verdeeld. Hier zou men op het gebied der
philosophic komenOf hij de menschelijke
arbeidskracht verhoogd of verlaagd heeft, of de
vertrusting van het wereldhuishouden onder
gang, dan wel succes beteekent, dat kan en
mag thans niet onderzocht worden! Vast staat
slechts, dat dit fenomenale leven een der
nuchtersten en tegelijk raadselachtigsten, een der
zakelijksten en consequentsten was, die ooit
geleefd werden!
Rusland's schoonste vrouw
sterft in ellende.
In een stil paleis te Madrid hangt een schil
derij, dat een groot kunstenaar heeft gemaakt
van een wondermooie vrouw. Diezelfde vrouw
is enkele dagen geleden in de grootste armoede,
verlaten en ongemerkt in een Londensche kliniek
gestorven. Zij heette Marja Taberkoff en was
eenmaal aan het hof van den Tsaar een der
meest geziene personen, tevens een der schoon
ste verschijningen. Zij werd de „Russische Juno"
genoemd. In haar vroegste jeugd was zij danse
res in het keizerlijk ballet; op haar zeventiende
jaar trad zij in het huwelijk met den schatrijken
hofjuwelier Taberkoff. Ondanks den grooten
rijkdom, die haar ten deel viel, behield de jonge
vrouw haar frissche natuurlijkheid. Zij was al
spoedig zeer bemind aan het hof en behoorde
na korten tijd tot degenen, waar de Tsarina
dagelijks mee omging. Aan haar voorspraak was
het ook te danken, dat een pijnlijk incident ten
gunste van het echtpaar Taberkoff kon worden
bijgelegd. Bij een hoffeest veroorloofde een
grootvorst, die nauw verwant was aan de keizer
lijke familie, zich vrijheden tegenover de jonge
vrouw, wier schoonheid grooten indruk op hem
had gemaakt. In haar verontwaardiging gaf
Madame Taberkoff hem een klinkende oorvijg
en het had weinig gescheeld, of de hofjuwelier
was hierdoor in ongenade gevallen.
De stormen van de Russische revolutie ver
nietigden ook het ongestoorde geluk van Marja
Taberkoff. Haar man werd doodgeschoten door
bolsjewisten, die zijn zaak wilden plunderen.
Zijzelf slaagde erin, te vluchten en zich eenigen
tijd in Rusland verborgen te houden. Toen kon
zij naar Engeland vluchten op het schip van een
Engelsch kapitein, die haar door zijn handigheid
het ontkomen mogelijk maakte, maar daarvoor
ook al het geld vroeg, dat zij nog bezat. In
Engeland trachtte zij met ongebroken moed een
hieuw leven te beginnen als taalleerares en als
keukenmeisje in groote hotels, doch al haar
pogingen mislukten. Zoo was zij nog dankbaar,
toen een kleine gemeente op de verre Orkney-
eilanden haar de slecht betaalde betrekking van
herderin aanbood. Jarenlang deed zij met ijver
haar werk, doch op den duur was zij niet be
stand tegen dit ruwe leven. Doodziek keerde zij
naar Londen terug, waar een toeval haar in
aanraking bracht met den arts, die haar ook in
Rusland had behandeld. Hij herkende de vroe
gere schoonheid en ontfermde zich over haar;
hij kon de verzwakte vrouw echter niet meer in
het leven behouden en zoo is zij dan enkele
dagen geleden in zijn kliniek gestorven.
Een dolle bandietenstreek in Oost-Azië.
Bijna tegelijk met het bericht, dat Chineesche
zeeroovers het Engelschc stoomschip „Shuntien"
hebben overvallen en de passagiers hebben ont
voerd, ontvangen wij bericht omtrent een soort
gelijk staaltje van zeerooverij in de Chineesche
wateren, waarvan het Chineesche stoomschip
„Tai Yi" het slachtoffer is geworden. In tegen
stelling met het andere bevond het zich niet
dicht bij de kust, doch in volle zee, ter hoogte
van Hongkong. Op een donkeren nacht hadden
de bandieten zich met hun jonken gewaagd in
wateren, waar tot dusver een dergelijk misdrijf
nog niet was voorgevallen. Hoewel het schip,
behalve zijn bemanning, ais voorzorgsmaatregel
nog een speciaal wachtscommando van oud
gediende Chineesche soldaten aan boord had,
slaagde de overval volkomen. Plotseling waren
de roovers verschenen. Zij bonden hun jonken
aan de varende stoomboot vast, sprongen van
alle kanten op het dek en begonnen een wilde
schietpartij. De soldaten werden gedood, evenals
een stuurman, die het waagde om tegenstand te
bieden. Toen drongen de roovers de hutten der
passagiers binnen. Deze waren volkomen ver
rast. Zoo juist uit hun slaap gewekt, werden zij
bijeen gedreven op het dek, waar zij de lijken
van hun verdedigers zagen liggen. Wie zich ver
zette, kreeg eveneens een kogel.
Nu begon de plundering. Volgens een schijn
baar vooraf nauwkeurig vastgestelde regeling
werd de lading van het schip bijeengebracht en
overgeladen in de jonken. De passagiers werden
beroofd en de kapitein zoolang gemarteld, tot
dat hij vertelde, waar de scheepskas verborgen
was. Dit alles ging zoo snel in zijn werk, dat de
autoriteiten in Hongkong, welke thans het geval
onderzoeken, overhellen tot de meening, dat er
bij dit kwade zaakje verraad in het spel is ge
weest. Waarschijnlijk was een lid der bemanning
een handlanger van de roovers.
Tenslotte hebben de zeeroovers nog de voor
zorgsmaatregelen genomen om de passagiers
lijsten te vernietigen, zoodat thans moeilijk meer
kan worden nagegaan, hoeveel menschen er bij
den overval zijn gedood en hoeveel er wellicht in
hun angst overboord gesprongen en verdron
ken zijn.
In de kustwateren wordt thans koortsachtig
gezocht naar het hoofd van de zeeroovers. Het
is een vrouw; men zag haar tijdens den overval
op het dek van de „Tai Yi" staan en met luide
stem bevelen uitdeelen, die onmiddellijk werden
opgevolgd. Er zijn op het oogenblik nog twee
andere vrouwen, die eveneens aan het hoofd
staan van zeerooversbenden. Deze stellen zich
echter tevreden met den kleineren buit, dien zij
dicht bij de kust kunnen behalen. Er zijn hooge
prijzen op de hoofden van de aanvoerders en aan-
voerdsters dezer zeerooversbenden gezet, doch
tot dusverre is men er niet in geslaagd om één
hunner in handen te krijgen.
Opzienbare uitvinding van een
Italiaansch ingenieur.
Sinds de uitvinding van de onderzeeboot hou
den zich de ingenieurs en constructeurs van alle
zeevarende landen bezig met de oplossing van
het probleem, hoe het mogelijk gemaakt kan
worden, de bemanning van gezonken onderzeeërs
te redden. We herinneren ons allemaal een groot
aantal U-boot-catastrophen, die de laatste jaren
plaatsvonden en waarbij de bemanning den ver
stikkingsdood sterven moest, wijl hen van buiten
af niet tijdig genoeg hulp geboden kon worden.
Nog in dit voorjaar v/as het, dat de Eerste Lord
in het Engelsche Lagerhuis er met nadruk op
wees, dat men de gedachte om U-boot-beman-
ningen te helpen door middel van hefschepen
maar moest laten varen. Een oplossing van het
probleem zou alleen gevonden kunnen worden in
de richting van zelfhulp der bezetting.
Twee ingenieurs der Italiaansche Monfalcone-
scheepswerven zijn er nu, volgens hun meening
in geslaagd dit probleem tot een goede oplossing
te brengen en weliswaar zóó, dat door deze uit
vinding de veiligheid der bemanning in vollen
omvang gewaarborgd is.
De uitvinding bestaat uit een stalen cylinder,
die als een torpedo uit een der zijkamers van het
gezonken schip door middel van samengeperste
lucht weggeschoten wordt, maar door een stalen
tros met de boot verbonden blijft, zoodat hij, na
de oppervlakte bereikt te hebben weer naar den
onderzeeër toegehaald kan worden. De „red
dingstorpedo" kan eiken keer één man der bezet
ting herbergen, die uit het inwendige van het
schip door middel van waterdichte deuren toe
gang tot den cylinder krijgt. Bevindt hij zich in
den cylinder, dan sluit zich achter hem de water
dichte ,deur en opent zich de bovendeur der
persluchtkamer. Het „reddingsgeschut" stijgt
zeer snel naar de oppervlakte.
De inzittende van den cylinder kan het op
stijgen, dat door den bouw van den cylinder
teweeggebracht wordt, precies controleeren.
Boven aangekomen, opent hij den cylinder en
vertrouwt zich, uitgerust met reddingsapparaten,
aan het water toe, terwijl op een gegeven signaal
de torpedo weer naar beneden gehaald wordt,
om daar een nieuwen man op te nemen. Op deze
wijze is het mogelijk de leden der bemanning
één voor één aan de oppervlakte te brengen!
Zoodra de cylinder opnieuw de U-boot bereikt,
perst hij het in de zijkamer gedrongen water
weer naar buiten. De buitenste waterdichte deur
sluit zich en de torpedo is weer klaar om opnieuw
te starten. De Italiaansche uitvinders zijn over
de reeds genomen proeven zeer tevreden, maar
ze zullen er toch nog mee doorgaan.
Bij de Engelsche marine neemt men op het
oogenblik proeven met een ander systeem. Het
gaat nier namelijk om het zoogenaamde „Davis-
Reddingstoestel". Dit is in principe een soort
duiker-reddingspak, waarmee ieder lid der be
manning is toegerust en dat in een oogenblik
van gevaar gauw genoeg aangetrokken kan
worden. Ook hier komen de reddingzoekenden
uit de boot in het water. Het toestel werkt onge
veer als de zooeven beschreven Italiaansche
inrichting. Alleen met dit verschil, dat het loozen
van het binnengestroomde water steeds in de
U-boot moet plaats vinden. Men zal met belang
stelling de ontwikkeling van deze reddings
systemen tegemoet zien.
Bouwland door de groeiende
woestijn bedreigd
De nomaden op den vlucht.
Uit Midden-Afrika komen verontrustende be
richten: de moeizaam in cultuur gebrachte
streken van de Fransche en Engelsche bezittin
gen in de Soedan en in Nigerië worden ten
zeerste bedreigd door het steeds verder voort-
schuiven van de zandmassa's der Sahara. Reeds
tientallen jaren lang heeft men zich ongerust
gemaakt over de geleidelijke uitbreiding van de
groote Afrikaansche woestijn. Zorgvuldige
metingen hebben het vermoeden bevestigd, dat
de zandgordel elk jaar bijna een kilometer in
omvang toeneemt. Sedert er een geregeld auto
verkeer dwars door de Sahara is ontstaan, heeft
men deze waarnemingen met meer practische
gegevens kunnen aanvullen. Landstreken, waar
men enkele jaren geleden nog weiden of althans
met hoornen begroeide steppen vond, zijn thans
geheel verzand. Aan de hand van oude land
kaarten, waar oasen op staan, die thans geheel
onbekend zijn, heeft mer; kunnen vaststellen, dat
de woestijnzóne tusschen het Tsjad Meer en Gao
de laatste 300 jaar minstens 250 K.M. breeder is
geworden. Op die kaarten staan vele bewoonde
en vruchtbare plaatsen aangegeven, die thans
j alleen nog maar in de overleveringen der
nomaden voortleven, omdat zij reeds lang diep
j in het zand begraven liggen.
Uit de veranderingen in den plantengroei van
I de bedreigde zandgebieden kan men conclusies
maken omtrent de snelheid, waarmee de woestijn
zich vergroot. De boomen, die anders elk jaar
door de nomadenvolken werden gesnoeid en het
volgend jaar altijd veel nieuwe loten hadden ge
vormd, kwijnen thans en kunnen geen nieuwe
loten meer voortbrengen. Dat is een duidelijk
bewijs, dat hun wortels door het toenemend uit
drogen van den bodem langzamerhand afsterven.
Zoo verdwijnen eerst de dwerubosschen uit deze
streken en daarna komt het zand zelf hen in
bezit nemen. De veeteelt die er tot nu toe op
bescheiden schaal werd uitgeoefend, is niet
langer loonend. De armzalige akkers leveren
geen oogst meer op. Als het zoover is, verlaten
ook de nomaden het gebied, dat zij tot nu toe
bewoond hadden en vluchten voor het zand naar
vruchtbaarder streken.
in Nigerië heeft men nu getracht om de uit
breiding der Sahara tegen te houden door het
aanplanten van snel en welig groeiende boomen
en struiken. Zoo ontstaat er een groene dam,
die liet binnendringen van de zandstroomen
tegenhoudt. Het is echter duidelijk, dat dit
middel op den duur niet in staat is om de be
dreigde streken te redden, vooral wanneer het
slechts in één provincie wordt toegepast, dan
wel hier en daar verspreid op plaatsen, waar de
betrokken bestuursambtenaar een goed inzicht
op deze zaak heeft. Nu men door het autoverkeer
tot het besef is gekomen, hoe ernstig de uit
breiding in werkelijkheid is, kan men niet langer
onttrekken aan den gebiedenden eiscli, om er
maatregelen op groote schaal tegen te nemen.
Op den duur is slechts succes mogelijk, wanneer
alle mogendheden, die in het randgebied dei-
woestijn bezittingen hebben, samenwerken om
de vruchtbare strook aan den Zuidrand der
groote woestijn, die voor het binnenland van
Afrika zooveel beteekent, te redden. Dit brengt
ook hun eigen belang mee, want tenslotte
hebben zij niets aan woestijngebieden, die
hulpeloos aan het alles vernietigende zand zijn
prijsgegeven. Het zou gevaarlijk zijn, om den
toestand langer werkeloos aan te zien, terwijl
nog de mogelijkheid bestaat om door metischen-
hand de uitbreidingen van het heete, droge
woestijnzand tegen te gaan. Het is een grootsche
strijd, die hier tegen de natuur moet worden
gevoerd.
RIJKSTELEFOONNET.
Opgave van nieuwe aansluitingen te Heem
stede in het tijdvak 3 Juli tot 11 Juli.
Tfnr. Gidsvermelding.
29580. Beudt en Schamhart, A.: Lanckhorst-
Iaan 99.
29575. Botbijl Gillis Atelier „Haemstede", Ge
brand glas in lood-, verf- en glas-
handel etc.: Raadhuisstraat 7.
26084. Capelle, L. H. van: Spiegelenburgh-
laan la, Aerdenhout.
29572. Dijkstra, F.: Fabrikant, Raadhuis
plein 3.
29581. Gaarlandt, H.A.H. W. Mosdaglaan 24.
i 29579. Jong Czn., J. de: Oud-Leeraar H. B. S„
Ritzema Boskade 2.
29576. Post, G. C.: Tooropkade 6.
i 29571. Slot, Klaas Rens: Zuivelproducten, Jan
van Goyenstraat 7.
-i