CUCEJ/vAESAVCMDBABBEL 1934 1935 Bont-Al Ier lei No. 52. 28 DECEMBER 1934. DE EERSTE HEEMSTEEDSCHE COURANT 5 Dramatis personae: de Raadhuis leeuwen. Plaats van handeling: het balcon boven de ingang. Tijd: Oudejaarsavond 23.30 uur. De Raadhuisklok slaat half twaalf. Felix en Felice laten hun starre on beweeglijkheid varen, om hun jaarlijks praat-halfuurtje te houden. Felix. (Rekt zich uit en kijkt op de klok): Half twaalf! Het oude jaar loopt op zijn laatste benen. Fn 't duurt niet lang meer, of het nieuwe is verschenen. Wat is het stil op straat! geen mens, die ons bespiedt. Felice, zeg eens wat! komaan, geneer je niet! Felice. Wel, ik ben waarlijk om een praatje niet verlegen. Heel 't afgelopen jaar heb ik versteend gezwegen. Felix. Het is een lange tijd en toch, wat gaat het snel! 't Is omgevlogen, niet? 'k herinner mij nog wel Hoe in 't begin van 't jaar het Gasbedrijf jub'leerde; Dat was een reuzefeest! daarbij organiseerde Men 'n expositie, die je weet, dat ik niet jok De aandacht van 't publiek zelfs buiten Heemsteê trok! Feijce. De School- en Werktuin heeft ook laatst gejubileerd, De kind'ren hebben zich toen extra goed geweerd- Tien jaren is een tijd, die mag je wel herdenken. Dit feest mocht iedereen ook veel voldoening schenken. Het is een prachtig werk van de vereniging: De kind'ren van de straat, dat is een nuttig ding! Felix. Ken pretje hoort er bij! 't verzet nog eens de zinnen. Het geeft je frisse moed, Wanneer j' iets wilt beginnen. Maar och, bij menigeen staat 't hoofd er heel niet naar. Erg gunstig was het niet, het afgelopen jaar. Felice. Nee, 't is een slechte tijd; je ziet zo velen lopen Met veters, postpapier en vrijgezellenknopen, Met koffie en met thee, met garen en met band Dat lijkt me wel een schd voor Heemsteê's winkelstand: Vuur, licht en personeel plus extra zware lasten En dan beconcurreerd door ongenode gasten, Zodat de winkelier tot razernij geraakt! Felix. Ja, daarom heeft men ook een ventverbod gemaakt. Felice. Ook voor de huisvrouw was zo iets niet overbodig; Een beetje toezicht is in deze tijd wel nodig! 't Voortdurende gebèl en 't lopen naar de deur Brengt zelfs de liefste vrouw per slot uit haar humeur. 't Verplicht haar dubbel hard te draven en te zwoegen. Felix. Nu ja, de mensen doen het niet voor hun genoegen! Felice. Och nee, dat is wel waar; 't is niet voor hun plezier. Felix. Het gaat zo overal en heus niet enkel hier. Maar nu wat anders, hoor! hou op nu over 't venten. Felice. We hadden vroeger hier zó'n kranig corps agenten, Zo keurig, sjiek en net; maar in de laatste tijd Zit hun de uniform een beetje al te wijd. Felix. Ja, die dateert nog uit de vroeg're vette jaren. Toen in dit achtbaar corps nog vele dikkerds waren. Maar overal gaan toch de lonen naar omlaag: Dat voel je in je beurs en soms ook in je maag! Zo ook bij Hermandad: de buikjes zijn verdwenen, De wangen worden hol en magertjes de benen, 't Gemeentepersoneel zover daar dikkerds zijn! Heeft aanstonds ook de leus: verplichte slanke lijn! Felice. Nu ja, die mensen kan ik waarlijk niet beklagen! Want velen hebben nog wel zwaarder lot te dragen: De werkloosheid is groot; dat is een hoop'loos iets, Want in het hele land vermindert die maar niets. Men doet wel heel veel goeds voor onze werkelozen: De mensen kunnen zich ontwikk'len en verpozen, Maar ja, zij komen toch van allerlei tekort, wanneer geen lonend werk hun toegewezen wordt. Felix. Jawel, wat je niet hebt, dat kun je ook niet geven! Felice. Precies maar van de steun daar kun je niet van leven! Jij praat maar makk'lijk, zeg, jij zijt hier hoog en droog! Felix. Maar vrouwtje, hou je kalm en matig je betoog! Hou toch je wapen vast: straks iaat je het nog vallen Felice. O nee, 'k ben niet van plan mijn avond te vergallen. Wees maar niet ongerust; ik maak m' alleen maar kwaad Als 'k zie hoe langzaam 't in de goede richting gaat. De huurverlaging laat nog altijd op zich wachten; Werd die nu maar een feit, dat zou ik beter achten. Het zou zo erg niet zijn als 't loon aanmerk'lijk daalt, Wanneer aan huur en zo veel minder werd betaald. Felix. De gasprijs is omlaag Felice. nu ja, een heel klein beetje! Dat moest wel door de druk van de petroleum, weet-je? Hoewel daar dan direct weer tegenover staat, Dat de belasting heel wat in de hoogte gaat.... Felix. Daar kan men niets aan doen. Daar zou 'k maar niet om treuren! Dat doet het Landsbestuur; 't zou anders niet gebeuren. Felice. ....Zodat het gas aanstonds een dubbel werk verricht, Daar 't de belastingdruk en ook je huis verlicht! Felix. Ondanks de slechte tijd verzorgt men goed de wegen. Felice. We hebben er hier weer een aantal bij gekregen. Felix. En kijk eens naar de Dreef is die 'niet flink en ruim? De weggebruikers zijn daar steeds in goede luim. Door 't links en rechts verkeer vermijdt men ongelukken. Hoé druk 't soms is, men rijdt elkander niet aan stukken. Zo rustig glijd je voort op 't asfalt, vlak en breed. Je bent al aan het eind voordat je 't zelf goed weet. Felice. Maar 't is een stille weg! Felix. Vrouw, zit je nu te dromen? je weet niet wat je zegt. Dan moet j'er 's Zondags komen als 't Sportpark leegloopt wel, Je weet niet, wat je ziet! Felice. 't Is waar, aan druk verkeer ontbreekt het daar dan niet. Felix. En was de Dreef er niet, dan zouden al die mensen De smalle Binnenweg hartgrondig wel verwensen! Ja, heus, men geeft hier van vooruitzien dikwijls blijk En heeft op velerlei een frisse brede kijk. Het rioleringsplan dat vordert ook al aardig. Dat 's een belangrijk werk, een flinke plaats wel waardig. Felice. Ja, maar het Grondbedrijf dat doet toch roekeloos. Daarover maak ik mij inwendig wel eens boos. Hoe durft men nu twee ton in een stuk grond te steken Van Bronsteê? Felix. We!, dat is Toch juist heel goed bekeken! Felice. Het is een heel bedrag en dat in deze tijd! Felix. Nu redeneer je toch met een kortzichtigheid Die waarlijk me verbaast! Die gelden komen later Er weer gemakk'lijk uit. Dat zul je zien! Felice. Je praat er Zo zeker over, of je in de toekomst leest! Felix. De aankoop van wat grond is nooit een strop geweest. Zo heeft men 't in de hand een mooi geheel te maken. Genoeg hierover. Nu iets over and're zaken. Felice. De nieuwe Qrucquiusweg dat is gewoon een pracht! Felix. Dat 's waar, hij is alleen wat donker in de nacht. Dat is gevaarlijk hoor! Felice. 'k Las in de nieuwsberichten: ze gaan hem nu modern Met radium verlichten net als de Heerenweg. Felix. Dat is van veel belang! Want wie die weg bereed Werd voor z'n leven bang! Felice. Ja, aan de ene kant staat 't rijwielpad vol bomen, En moet je daar voorbij wel mag het je bekomen! Zo'n ding gaat niet op zij, en rij j' er tegen aan Dan is je fiets kapot, en kun je verder gaan Met een gezwollen wang. een bloedneus en twee builen, Zodat een elk, die 't ziet uit meelij staat te huilen! Dan hink je maar weer voort, al gaat het ook niet vlug, Met 't overschotje van je rijwiel op je rug! Felix. Dat wordt met 't nieuwe licht natuurlijk wel wat beter; Je ziet die bomen ai op twintig kilometer. Dat is voldoende, niet? Felice. het is merkwaardig licht! Het geeft zo'n rare kleur an 't lieflijkst aangezicht, Zo groez'lig groen, alsof je nooit meer kan genezen. Felix. Ja, voor een balzaal is dit licht niet aangewezen! Maar zeg, we dwalen af heb jij al eens aanschouwd Hoe mooi de laatste tijd in Heemsteê wordt gebouwd? Zo kloek van lijn en bij een kruising mooie hoeken! Felice. Zo komt 't, dat velen hier een woning willen zoeken. Felix. Het Raadhuisplein is aan de aandacht niet ontsnapt, Hier aan de overkant is 't aardig opgeknapt! Daar stond, dat weet je wel, zo'n oud, bouwvallig rijtje Dat is verdwenen; en nu bouwt men al een tijdje Aan nieuwe huizen, die een sieraad zijn voor 't plein. Die ouwe ik ben blij dat ze verdwenen zijn! We hebben jarenlang er tegenaan gekeken; Nu zijn ze eind'lijk weg, en over weinig weken, Dan ken je 't Raadhuisplein beslist niet meer terug. Felice. Ja, die verandering ging wel bijzonder vlug. Felix. Op sportgebied is hier ook weer iets nieuws verrezen. Met trots kan op de mooie wielerbaan gewezen. De renners tollen op hun wieltjes in het rond, En 't is maar zelden, dat Er eentje wordt gewond. Felice. Maar laatst was 't een lawaai, 'k dacht: wat gaat nu gebeuren? Ik snap niet, dat daar nog geen- trommelvliezen scheuren! Felix. Dat kwam door de muziek: die klonk wat extra hard!!! Feijce. Een beetje minder kon het ook wel voor mijn part! Felix. 'k Stap van dit onderwerp eens over op een ander: Ik meen de huldiging van dokter Colenbrander. De wijkverpleging heeft hij meer dan dertig jaar Geleid met vaste hand, Felice. Een hele tijd, dat 's waar! de concurrentiegeest Is hier ook doorgedrongen. Felix. 'k Weet niet, wat je bedoelt. Felice. 't Wit-Gele Kruis, m'n jongen! Felix. Uch kom, dat kun je toch geen concurrentie heten! Dat is de geest des tijds, dat moest je nu toch weten. En ziekenzorg welnu daarin steekt toch geen kwaad? Hoe groter hulp, hoe meer de zieken zijn gebaat! Felice. Nu 't over zieken gaat, straks schoot mij iets te binnen - Daarover kan ik nu wel eventjes beginnen. Dit jaar werd Meer-en-Bosch belangrijk uitgebreid. Hoe krijgt men 't voor elkaar en dat in deze tijd? Felix. Ja vrouw, zo zie je weer: dat is de macht van 't kleine, Waardoor nu die kliniek hier zo maar kon verschijnen. Met heel veel moeite bracht men 't kapitaal tezaam. D'ontslapen Koningin gaf aan 't gebouw haar naam Felice. Ja, bij die woorden moet 'k onwillekeurig denken, Hoe tijd'lijk alles is wat 't leven ons wil schenken. Bij 't overpeinzen wat het oude jaar ons bracht Wordt leven, groei en bloei, maar ook.... de dood herdacht, 'k Denk eerst aan 't Vorstenhuis dit jaar door wrede slagen Getroffen, want het moest twee leden grafwaarts dragen. In 't Koninklijk gezin en heel het land was rouw De dood ziet niemand aan Felix. Denk ook a„n Heemsteê, vrouw. Felice. Jonkheer van Lennep Felix. Juist! De vroeg're burgervader. Wat hij voor Heemsteê deed Bespreek ik hier niet nader, dat is genoeg bekend. Hij gaf de eerste stoot tot d'opbloei van ons dorp. Felice. Wel wreed is soms de dood! 'k Gedenk nu speciaal De mannen van de Uiver. Fraai was die grote vlucht Wat was die landing zuiver, en nu terneergestort En brandende vergaan....! Felix. Wèl was een ieder van dit droef bericht ontdaan Het leven snelt weer voort maar 't blijft maar al te waar: Het was voor velen weer een echt verdrietig jaar. Felice. Ja, 't leven snelt weer voort dit kan zo wreed soms lijken, Maar toch, men moet vooruit! Men kan niet blijven kijken Naar het verleden. Felix. Neen, De toekomst lokt ons aan. Men voedt zo graag de hoop, Dat 't beter nu zal gaan. Maar kijk eens naar de klok: Je hebt nog tien seconden, dan wordt het oude jaar Voor goed naar huis gezonden. Felice. Dan zal 'k mij haasten, want ik ben nog lang niet klaar, 'k Wens allen veel geluk en vreugd' in 't nieuwe jaar. Gezondheid, voorspoed in de zaken en bedrijven, Dat Heemsteê 't volgend jaar In groei en bloei mag blijven, En voorts Felix. Daar slaat de klok! Het oude jaar is heen. Het niéuwe staat gereed en komt reeds aangetreên. Felice. Dan eindig ik, en wens tot slot aan alle mensen Al wat z'in 't nieuwe jaar zichzelven zullen wensen! Wel hiermee stem ik ook van ganser harte in Een zalig uiteind, lezer, en een goed begin EEN HaNDEL-ANECDOTE. De grote componist Handel was een tijdlang dirigent aan de Londense opera. Hij hield vooral veel van de harp, en ging dan ook dikwijls zelf in het orkest zitten, om dit instrument te be spelen. Op een avond zong een Italiaans tenor in de opera. Handel, die deze avond ook weer in het orkest de harp bespeelde, trok door zijn spel de aandacht van het publiek, zodat men weinig op het toneel lette. Woedend kwam de tenor na afloop van de voorstelling op Handel af, en schreeuwde hem toe: „Als U dat nóg eens uithaalt, dan spring ik van het toneel in het orkest om U tot stilzwijgen te brengen!" „Geen slecht idee," glimlachte Handel. „Maar waarschuwt U mij bijtijds, dan kan ik de pers /an uw voornemen op de hoogte brengen. Ik ben er van overtuigd, dat U met uw sprong op de harp meer geld zult verdienen, dan met uw zang!" DE VADER VAN HET TENNISSPEL. Het woord „Tennis" heeft zich bij ons zo ingeburgerd, dat we er nauwelijks meer aan denken, dat het woord van vreemde oorsprong is. Maar „Tennis" is niet de oorspronkelijke naam van het spel. De uitvinder ervan, de Engelsman Majoor Wingfield, noemde het „Sphairistike". Het dient te worden opgemerkt, dat men een soort tafeltennis reeds eerder speelde. Omdat het woord echter moeilijk uit te spreken was, en het spel al gauw veel aan hangers had, bedacht men een makkelijker naamtennis. De eerste spelregels zijn in de loop der jaren weinig veranderd. Het eerste tennisveld werd in Engeland aangelegd, de eerste tennisclub werd opgericht in het jaar 1888. LIEFDE IS DUURDER DAN POLITIEK. De verkoping van een interessante brieven collectie, die dezer dagen in Parijs plaats vond, geeft een karakteristiek beeld van de belang stelling van het publiek voor deze documenten. Het hoogste bod werd gedaan voor een liefdes brief van Napoleon aan Josephine, uit Casti- glione, voordat zij zijn gemalin werd. Het bod bedroeg 46000 Fr. Twee brieven van Maarschalk Berthier over de slag bij Austerlitz, die dus van veel groter belang zijn, vonden nauwelijks een koper voor 4000 Fr. De brieven van Napoleon aan zijn beide vrouwen zijn naar Amerika ver kocht. De Franse Regering, die aan de ver koping deelnam, kocht brieven van groot histo risch belang voor een naar verhouding matige prijs. EEN WOLSENSATIE. In Engeland heeft men een nieuwe manier om wol te behandelen uitgevonden, welke alle tot nu toe gebezigde wijze van behandeling overtreft. Ten eerste krimpt de wol niet, maar ook heeft men geen last meer van het onaan gename kriebelen. Men heeft deze uitvinding gedaan in het laboratorium van de „Wool Industries Association". Hoe men bij de nieuwe methode te werk moet gaan, wordt geheim ge houden tot na Kerstmis, daar men vreest dat de winkeliers hun waren anders niet kwijt zouden kunnen raken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Eerste Heemsteedsche Courant | 1934 | | pagina 3