,,'T RAEDTHUIJS"
Accountantskantoor TH. W. BLIKSLAGER ZOON
De Algemene Vereniging voor
Bloembollencultuur herdenkt
haar 75-Jarig Bestaan
BLOEMVAZEN
De Internationale Bloemententoonstelling
„Flora" geopend
Prima' Oude Schiedammer Jenever
DE WERELDREIS VAN PIETJE PLUIS EN JANTJE JOPPE
„Heemsteedsche Tip-Top"
TRUUS HELMICH
Accountancy Belastingzaken
2
DE EERSTE 11EEMSTEKI'SCI 1K COURANT
No. 11.
Feestelijke bijeenkomst in het Krelagehuis.
Grote belangstelling van autoriteiten en
bevriende verenigingen.
Donderdag heeft de Algemene Vereniging voor
Bloembollencultuur haar 75-jarig bestaan her
dacht in een plechtige bijeenkomst in het
Krelagehuis, gevolgd door een Receptie, waarbij
velen de gelegenheid te baat hebben genomen
het Bestuur de gelukwensen over te brengen bij
dit wel zeei bijzondere feest.
De herdenking van het 75-jarig bestaan is
door deze herdenkingsbijeenkomst op sobere,
doch treffende wijze geschied en waar had men
voor dit doel beter kunnen samenkomen dan in
het eigen beursgebouw, gesticht ter ere van en
genoemd naar den oprichter en eersten voor
zitter der Vereniging.
Zoals reeds gezegd, waren velen opgekomen
om hun belangstelling in dit jubileum te tonen
en tegen het uur, dat de Spaernesangers zich
opstelden, om onder leiding van Lieven Duvosel
met ons indrukwekkende Wilhelmus de bijeen
komst te openen, zagen wij vele autoriteiten in
de grote beurszaal bijeen. Namens den Minister
van Economische Zaken, die door ambtsbezig
heden verhinderd was, zagen wij Ir. Roebroek,
den Directeur-Oeneraal van de Landbouw,
terwijl mede aanwezig waren Jhr. Mr. Dr. A.
Röell, de Commissaris der Koningin in Noord-
Holland, Burgemeester Maarschalk, Jhr. J. P. W.
v. Doorn, burgemeester van Heemstede, alsmede
tal van Burgemeesters van andere Gemeenten,
waar de Algemene Vereniging haar afdelingen
heeft, verschillende gemeenteraadsleden van
Haarlem en verder tal van vooraanstaande per
sonen uit de kringen van handel en nijverheid.
Na het Wilhelmus brachten de Spaerne-
zangers met het Haarlems Vrouwenkoor nog
„O, Meimaand" van Lieven Duvosel ten gehore,
waarna de voorzitter, de heer Ernst H. Krelage
het spreekgestoelte betrad voor het uitspreken
van zijn herdenkingsrede, waaraan wij het
volgende ontlenen:
„Bij de herdenking van het merkwaardig
jubileum onzer vereniging dat haar stempelt
tot een der oudste, zo niet de oudste organisatie
op tuinbouwgebied in den lande, gaan onze
gedachten voor enige ogenblikken uit naar het
vroegste verleden van onze instelling; maar zij
behoeven daar niet lang te verwijlen.
Toen in 1910 het halve eeuwfeest der vereni
ging werd gevierd, is in een Gedenkboek de
geschiedenis dier eerste vijftig jaar voor het
nageslacht vastgelegd. Zowel ter gelegenheid
van de laatste grote tentoonstelling in 1925
als bij de viering van het eeuwfeest zijner
geboorte (1924), is hulde gebracht aan den
stichter der Algemene Vereniging voor Bloem
bollencultuur en is zijn leven en streven uit
voerig herdacht.
Heden kan dus ons uitgangspunt zijn het.
jaar 1910, dat met de zowel geslaagde Jubileums-
tentoonstelling de eerste halve eeuw der ver
eniging afsloot en een nieuw tijdvak opende.
Wat waren dat schone jaren en gelukkige
tijden: die periode van rustige groei en voor
spoed in vrede, 1910 tot 1914. Het bloembollen-
bedrijf-bloeide door de gestadig \toenemende
exfcuv tt wal, in die/dagt^i, dat. -1» moor-*"
"npT't ikj oihsciui iiL..iU ge., _-irreir wer
en zelfs de Engelsche verscheidenheden
te Londen versloegen, het was de tijd der
eerste nieuwe Nederlandse tulpen-aanwinsten,
die tot op deze dag een zoo belangrijke stimulans
voor de handel zijn geweest, en dor schitterende
Aziat ische tulpenspecies, toen voor het eerst hier
aan de markt gebracht.
2 Augustus 1914; na een week van angstige
geruchten en geldpaniek de oorlogsverklaring.
Velen in de bollenstreek zullen zich nog die
beursdag op Maandag 3 Augustus herinneren,
vol spanning en onrust en zorgen over het
exportseizoen, dat onmiddellijk voor de deur
stond.
Hot grootse plan van T. van Waveren, om
met. een bankierscrediet van 10 millioen de
bollenstreek te steunen, hield er de moed in
maar bleek weldra overbodig, want merk
waardigerwijze leed het bedrijf nog weinig
onder dat eerste oorlogsjaar. En ondanks
allerlei belemmeringen en gevaren hij het reizen
en bij de verzending bleef de toestand voor tiet.
bloembollenvak nog vrij gunstig in de twee
volgende jaren. Verbood Engeland de invoer,
met des te meer energie werd de export op
Amerika en Zweden ter hand genomen. Het
vak wist zich er door te slaan.
Beroemde economen hadden tijdens de oorlog
met grote stelligheid o. a. de ondergang van
het bloembollenbedrijf voorspeld. Gelukkig bleek
deze voorspelling onjuist.. Het bedrijf herstelde
zich zelfs met onverwachte, snelheid.
Evenwel waren de internationale verhoudin
gen in 1920 nog niet. van die aard, dat het
houden der tweede grote tienjaarlijkse tentoon
stelling vanwege de vereniging verantwoord
zou zijn, eri van het plan om hiervoor het jaar
1921 te kiezen moest, worden afgezien, ofschoon
de Regering reeds een waarborgsubsidie van
50.000.had toegezegd.
Er werd besloten tot uitstel tot 1925. Inmid
dels was de toestand van de schatkist aan
merkelijk achteruitgegaan. Met een breed gebaar
deed de vereniging afstand van het regerings
subsidie. Ook zonder die steun bleek het
mogelijk, evenals in 1910, de tentoonstelling
zonder nadelig saldo te doen sluiten. Deze
werd een gebeurtenis van betekenis op tuin,
bouwgebied, waaraan de heugenis na tien jaar
nog nauwelijks is verzwakt.
De vereniging zag het aantal harer afdelingen
stijgen tot 65, haar ledental tot bijna 6000.
Zij heeft zich over die tijdelijke aanwas niet
bovenmate verheugd en er zich niet door laten
verblinden. Toen het getij verliep en haar
ledental weer afnam, bleef haar financiële
toestand ongeschokt.
Dit was van te meer betekenis, daar het
jaarlijks budget der vereniging ingrijpende
wijzigingen had ondergaan tengevolge van de
stichting van het eigen gebouw, waarin wij
heden samenzijn. Meer dan een kwarteeuw
heeft het geduurd, eer het denkbeeld om, als
hulde aan de nagedachtenis van den oprichter
en eersten voorzitter der vereniging gedurende
40 jaar, een eigen verenigingsgebouw te stichten,
is verwezenlijkt. Dit uitstel, hoezeer ook voor
kritiek vatbaar, heeft zijn goede zijde gehad.
Ware het gebouw betrekkelijk spoedig na 1901
tot stand gekomen, het zou zonder eenige
twijfel na enkele jaren volkomen onvoldoende
zijn gebleken voor de behoefte en het is de
vraag, of uitbreiding of verandering dan ge
makkelijk uitvoerbaar waren geweest.
Nadat op 31 Maart 1928 de plechtige inwij
ding had plaats gehad door Minister Kan.
waaraan de Kon. liedertafel Zang en Vriend
schap door haren zang luister bijzette, bleek
terstond, dat het aan de veelzijdige behoeften
van het verenigingsleven ten volle kon voldoen.
In het menselijk leven betekent de vijfen
zeventigjarige leeftijd een waarschijnlijk vrij
spoedig einde. Een vereniging vail die leeftijd
behoeft zich daarover niet bezorgd te maken.
Mits zij zich steeds weet te verjongen, en de
tekenen des tijds begrijpt, zal zij haar taak
vol levenslust en geestdrift kunnen voortzetten.
De vereniging heeft zich niet te schamen
over haar verleden. Dank zij de verjonging,
die het hoofdbestuur jaarlijks ondergaat,, heeft
de vereniging de welkome gelegenheid gevonden
om steeds die krachten aandeel in de leiding
te geven, welke het ogenblik eiste. In deze
regeling bezit de vereniging een voorbehoed
middel tegen verstarring in haar leiding.
Het ligt voor de hand, dat een vereniging, die
opgericht werd met de bedoeling'om een ruime
plaats in haar werkplan te geven aan periodieke
tentoonstellingen, aan hare lustra luister tracht
bij te zetten door een bloemenfeest.
De gouden jubileumtentoonstelling van 1910
was de eerste van een nieuwe reeks, waarbij
gebroken werd met het tot 1905 gevolgde stelsel
van een zaaltentoonstelling -van enkele dagen
in Maart en voor 't eerst een uitgebreide volle-
grondstentoonstelling gedurende 2 maanden,
met daaraan verbonden kortere speciale tentoon
stellingen in gebouwen, gehouden werd.
Na een kwart eeuw volgt als derde manifes
tatie van hetzelfde karakter, maar op veel
groter schaal, de „Flora", die de herinnering
aan het vijfenzeventigjarig bestaan der ver
eniging lange tijd levendig zal houden.
De gehele bloembollenstreek in al zijn onder
delen van plaatselijke aard, met al zijn onder
scheidene teelten, heeft spontaan en geest
driftig haar medewerking verleend. Het terrein,
hoewel weer aanmerkelijk groter dan dat van
1925, kon nauwelijks alle aangemelde inzen
dingen opnemen en ook de tiendaagse binnen-
tentoonstellingen, evenals het warenhuis, waren
reeds vroegtijdig vrijwel volgeboekt. De Kon.
Ned. Maatschappij van Tuinbouw en Plant
kunde, de bevriende tuinbouwcentra Aalsmeer
en Boskoop stelden er, evenals in 1925, prijs
op haar krachtige medewerking te verlenen.
Overal in ons land zagen de tuinbouwvereni-
gingen af van het houden van eigen tentoon
stellingen, om alle krachten op de „Flora" te
kunnen concentreren, waarmede zij een sym
pathiek bewijs gaven van gezonde samen
werking en eenheid. Het buitenland gaf. ondanks
de moeilijke tijdsomstandigheden, blijk van
medeleven door inzending van speciale kuituren,
en door het afvaardigen van deputaties en leden
der internationale Jury.
Hare Majesteit de Koningin heeft de kroon
op het werk gelieven te zetten, door de „Flora"
te stellen onder Hare hoge bescherming.
Zo wordt het laatste vierdedeel der eerste
eeuw in liet bestaan der vereniging ingezet op
een wijze, haar roemrijk verleden waardig en
vol van beloften voor de toekomst. Moge het
de vereniging gegeven zijn, zich steecls een
leiding te verzekeren, die deze beloften in
V( /-vulling weet te doen gaan en ten volle
..h «rokprid.is vgcurfin mociUik<?,jn8ïuyr ejantrekke-,
lijke 'taak om tg waken 'voor do algemene
belangen van het gehele bloembollenvak.
RAADHUISSTRAAT 90
HANDBOENDERS 4 cant - PRACHT GUMMi
SPONS 10 cent ZAKKAMMEN 7 cent -r-
ZAKKAM IN ZIJDEN ETUI 11 cent, enz., enz., enz
ZIET ONZE ETALAGE'S
dat de grote productie-vermeerdering tot 1930
door het buitenland niet dadelijk blijvend kon
worden opgenomen. De vraag liep terug, zodat
het bloembollen-productie-appaniat niet meer
aansloot op de afzetmogelijkheid Het bedrijf
leed aan overproductie, waardoor lage prijzen
ontstonden.
Van groot belang is het dus voor heel het
land dat een flinke organisatie hier leiding kan
geven En deze organisatie heeft haar zegenrijke
arbeid gedurende 75 jaar verriert.
Spr schetste dan de ontwikkeling van de jubi
lerende vereniging en somde op wat zij, zij het
met veel strijd tot stand heeft gebracht.
Burgemeester Maarschalk, die daarna het
podium betrad, zeide, dat hij zeer verheugd was
namens de Raad en het dagelijks Bestuur de
gelukwensen aan de Algemene Vereniging voor
Bloembollencultuur te kunnen aanbieden, maar
zeide zich zeker de tolk te weten van de gehele
Haarlemse bevolking, wanneer hij dit ook
namens haar deed.
Gaarne had de Burgemeester aan de Vereni
ging de benodigde gronden beschikbaar gesteld,
opdat de Flora binnen de muren van Haarlem
had kunnen plaats vinden. Maar Haarlem heeft
helaas niet veel meer te vergeven en waar niet
is, verliest zelfs de Keizer zijn recht. Het ver
heugde den Burgemeester derhalve, dat de
tentoonstelling, evenals in 1925, weder in de
bevriende naburige gemeente Heemstede kon
plaats vinden.
De heer G. W. Leak bracht de gelukwensen
over namens de Royal Horticultural Society of
London, waarna als laatste spreker de heer J.
C. M. Mensing, voorzitter van de Nederlandse
Tuinbouwraad, het spreekgestoelte betrad. De
heer Mensing wenste de Algemene Vereniging
voor Bloembollencultuur geluk namens de ge
hele Nederlandse Tuinbouw. Hij bewonderde de
durf en energie van de leiders, die het 75-jarig
bestaan in een tijd van depressie als nooit te
voren, wilden vieren door een grote Internatio
nale Bloemententoonstelling. Hij hoopte echter,
dat de Regering deze geweldige durf niét zou
beschouwen als een bewijs dat de Bloembollen
streek rijk is en geen financiële hulp meer nodig
heeft. Rijk is de streek wel; niet echter aan geld,
doch aan energie, werklust en werkkracht.
Hiermede waren de officiële redevoeringen
ten einde en velen hebben gebruik gemaakt van
de gelegenheid om het Bestuur van de jubile
rende vereniging te complimenteren. Tijdens
I deze receptie is door de Directie van de N.V.
Drukkerij voorh. De Erven Loosjes aan de be
stuursleden een in leer gebonden exemplaar
overhandigd van de door haar uitgegeven offi
ciële catalogus van de „Flora", een lijvig boek
deel van niet minder dan 224 pagina's druks.
Wij mogen niet onvermeld laten, dat op voor
stel van den heer Krelage, staande de bijeen
komst, een telegram van hulde is verzonden aan
H. M. de Koningin, de Hoge Beschermvrouwe
der Vereniging, terwijl Ir. Roebroek de prettige
mededeling deed van de benoeming tot Ridder
in de Orde van Oranje Nassau Van den heer
J. Valkering Tzn. te Limmen, vice-voorzitter van
de Algemene Vereniging voor Bloembollencultuur.
Rest nog te vermelden, dat de bij een jubi
leum onmisbare bloemstukken vanzelfsprekend
ook hier niet ontbraken en de jubilerende
Vereniging in ruime mate waren toegezonden.
1 Van een bij uitstek prachtige uitvoering en on
gekende "grootte was het bioemsüik dat" net"
Bestuur was aangeboden door de N.V. Drukkerij
JULIANALAAN 6 TELEFOON 29 55 0
TOONKAMER BINNENWEG 79
Nadat de heer Krelage zijn rede beëindigd
had, trad Ir. Roebroek naar voren om de Alge
mene Vereniging namens Minister Steenberghe
geluk te wensen met het 75-jarig feest. Hij sprak -
hierbij een rede uit, waaraan wij o.m. het
volgende ontlenen:
Ir. Roebroek, directeur-generaal van de
landbouw zeide, dat zijn eerste woord tot de
Land- en Tuinbouw in zijn ambt van directeur-
generaal gericht wordt tot de Algemene Ver
eniging voor Bloembollencultuur, waarin hij zich
verheugt, omdat hij weet te spreken tot beoefe
naars van een tak van de Nederlandse Tuin
bouw, die door hun energie voor de land- en
tuinbouw veel hebben gedaan. De belangstelling
der Overheid in het bollenbedrijf, dat met ere
de Nederlandse naam in vele landen bracht, is
wel verdiend. Hier zit een grote economische be
tekenis aan vast.
Dat de bloembollencultuur toch in grote moei
lijkheden is geraakt, is o.a. te wijten aan het feit,
v.h. De Erven Loosjes, de uitgeefster van het
Weekblad voor Bloembollencultuur.
Des avonds heeft het bestuur de autoriteiten
en andere genodigden verenigd aan een feest
maaltijd in Hotel Flora, waarna de aanwezigen
hebben kunnen genieten van de schitterende
avondverlichting van het feestterrein; een waar
dig slot van een grote dag in de geschiedenis
van de Algemene Vereniging voor Bloembollen
cultuur.
CONCERTEN OP ZATERDAG EN ZONDAG
16 EN 17 MAART.
In de muziekkoepel op de Flora zal op Zater
dagmiddag de Harmonie Eensgezindheid te
Heemstede te half drie een concert geven, en
op Zondagmiddag de Harmonie St. Michaël,
eveneens te Heemstede.
LEDEN VAN HET NEDERLANDSCH INSTITUUT VAN ACCOUNTANTS
ucruoTCnc I 22 LANDZICHTLAAN TELEF. 28046
KANTOOR HEEMSTEDE |0 posTLAAN 28439
Openingsrede van den Minister van Econom'sche Zaken
De Heer Tom M. H. van Waveren, Voorzitter v.h. Uitvoerend
Comité, geridderd
Wanneer het schitterende lenteweer, waar
mede moeder Natuur ons heden na de koude
en gure winterse dagen heeft willen verrassen
als een gunstig voorteken mag worden be
schouwd voor het welslagen van de zo juist
geopende Flora, welnu dan mogen wij het Uit
voerend Comité wel bij voorbaat met het succes
gelukwensen. En dat deze show een uitbundig
succes zal hebben staat reeds voor ons bij
voorbaat vast. Nu werkte het heerlijke lente
zonnetje wel erg mee, maar zoals het terrein
daar in de ochtenduren, door de gouden voor
jaarszon overgoten, lag te blakeren, de prachtige
witte gebouwen, de vijvers, fonteinen en last
not least de uitgestrekte grasvelden met perken,
waarvan de crocussen bijna alle reeds in volle
bloei stonden, volop door de heerlijke zon be
schenen, dan is het een intens genot om in dit
prachtige milieu enige tijd te vertoeven.
Velen hadden aan de uitnodiging van het Uit
voerend Comité gehoor gegeven om de officiële
opening der tentoonstelling bij te wonen. Onder
de velen die gekomen waren merkten wij o.a.
Z.Exc. Minister Steenberghe, Jhr. Mr. Dr. Röell,
Commissaris der Koningin in Noord-Holland,
de Zweedse Gezant, Burgemeester en Wet
houders van Heemstede met vele raadsleden,
het Gemeentebestuur van Haarlem, verder nog
vele andere autoriteiten, Bestuursleden en leden
van de Algemene Vereniging voor Bloembollen
cultuur,
Om half elf betrad de heer Tom M. H. v.
Waveren, voorzitter van het Uitvoerend Comité,
het spreekgestoelte tot het uitspreken van een
rede, waaraan wij o.m. net volgende ontlenen:
Namens het Uitvoerend Comité heet ik U zeer
hartelijk welkom.
Het is ons na de lange tijd van voorberei
ding een ware voldoening U hier te mogen ont
vangen.
Monsieur ie Ministre de Suède. Je salue votre
Excellence comme doyen du corps diplomatique,
et je Lui remercie d'etre venue comme représen
tant non seulement de son pays, mais aussi des
autres Ministres accrédités a la Haye. Nous
sommes fiers de l'entérêt que les hautes autorités
a l'étranger veulent bien témoigner a votre
manifestation et nous tacherons de nous en
montrer dignes.
Vooral U, Excellentie, wij stellen het op hoge
de oproep van het Uitvoerend Comité en op de
meest enthousiaste manier samengewerkt om de
tentoonstelling te doen slapen.
Excellentie weest U ervan overtuigd, dat deze
dag voor het bloembollenvak een belangrijke
dag is, niet alleen omdat zijn grote tentoon
stelling geopend wordt, maar ook, omdat het
bij zijn pogingen om door deze tentoonstelling
verbetering in het bedrijf te brengen, éen gunstig
voorteken ziet in het feit, dat juist U het zijt,
die zo nauw bij onze saneringsmaatregelen be
trokken is, die haar opent. Het hoopt te mogen
rekenen, naast zijn eigen pogingen, op Uw
medewerking, om, dit levensvatbaar en econo
misch belangrijk bedrijf voor Nederland, na de
geweldige sanering, die het ondergaan heeft,
nu nog door de moeilijkheden van heden heen
te helpen. Dan zullen wij, indien de buitenlandse
afzetmogelijkheden niet slechter worden, zeer
spoedig, niettegenstaande de moeilijke tijden,
weer op eigen benen kunnen staan.
Na deze rede, die met applaus werd begroet,
was het woord aan den Minister, die allereerst
zijn dank betuigde aan het Bestuur van de Al
gemene Vereniging voor Bloembollencultuur
'.oor het Ere-lidmaatschap, dat de Vereniging
hem gisteren bij de herdenking van het 75-jarig
wel heeft willen aanbieden.
Verder gaande zeide de Minister, dat ofschoon
het ogenblik, waarop de Tentoonstelling is vast
gesteld, inidden in zijn arbeid valt in de Tweede
Kamer oer Staten-Generaal waardoor het
moeilijk is, een lange tijd hier te blijven hij
toch de eenmaal gedane toezegging, om haar
te openen, gestand heeft willen doen.
En zulks om twee redenen.
Voor eerst om de zaak zelf. Het Bloemen- en
bollenbedrijf neemt in ons nationale bedrijfsleven
een geheel eigen plaats in; een plaats, die door
de eeuwen heen, werd behouden, en steeds meer
werd bevestigd. Duizenden vinden in dit bedrijf
een bestaan- en de streek, waar het wordt uitge
oefend, kenmerkte zich steeds door een bij
zondere welvaart, die zich op verschillende wijzen
openbaarde.
Op de tweede plaats ben ik gaarne gekomen,
omdat het voor een Minister van Economische
Zaken een grote voldoening is, wanneer hij mag
constateren, dat ondanks de druk der tijden
ondanks alle tegenslagen toch nog in ons
PER LiTER FLESCH F 3.25
- TELEFOON 28264
Raadhuisstraat 46
prijs, dat U niettegenstaande Uw zeer bezette
tijd, dit ogenblik heeft weten vrij te maken om
persoonlijk onze tentoonstelling te openen.
Het zij mij veroorloofd op deze plaats een
r - ,'anb- namens het Vak uit te
spreken aa.i de deelnemers in ons garantiefonds.
Bij de uitvoering van onze plannen hebben wij
ten eerste de meest mogelijke daadwerkelijke
steun genoten van de Gemeente Heemstede. Was
het een wonder, na de plezierige herinneringen
van samenwerking met de gemeente in 1925, dat
wij bij het zoeken naar een terrein het eerst onze
ogen wendden naar de plek van 1925, waar wij
toen zo'n grote gastvrijheid onderyonden.
Wederom stelde de Gemeente ons belangeloos
een gedeelte van haar kostbaar bezit „üroenen-
daal" ter beschikking; nu een nog groter terrein
dan in 1925. Het is niet alleen daarvoor dat ik
U een woord van dank toeroep, doch in het bij
zonder voor de grote welwillendheid waarmede
U, heren Burgemeester en Wethouders en de
Heren van het Ambtenaarscorps met ons heefl
samengewerkt en medegewerkt en voor de
enthousiaste wijze waarop U met ons mede
geleefd heeft en onze taak hebt verlicht.
Het ligt niet in mijn bedoeling hier alle mede
werkers te memoreren, dat zou zeer veel tijd
vorderen en ik hoop daartoe later ruimschoots
gelegenheid te krijgen, maar gaarne wil ik hier
een uitzondering maken voor de scheppers van
dit schone geheel, t.w. de heren H. J. Voors,
tuinarchitect, Brand, bouwarchitect en Ducha-
teau, lichtarchitect, die tezamen er in geslaagd
zijn dit prachtig geheel te scheppen.
Nu nog een enkel woord over de leiding van
de tentoonstelling.
Toen het hoofdbestuur deze aan mij opdroeg,
met den heer Krelage als gedelegeerd lid in het
Uitvoerend Comité en den heer Voors als lid
secretaris, was mijn enige angst, dat het bloem
bollenvak, gedrukt door de tijdsomstandigheden,
ons niet zou volgen en voldoende enthousiasme
zou ontbreken om deze geweldige arena met in
zendingen gevuld te krijgen. Het tegenover
gestelde is waar gebleken. Om de redenen,
welke ik bij de aanvang van mijn speech
noemde, heeft het bloembollenvak zowel als
andere sierteeltbranches (om een nieuw woord
te gebruiken) voor 100% gehoor gegeven aan
Nederlands bedrijfsleven voldoende energie aan
wezig is, om terwille van het bedrijf een arbeid
te ondernemen, waarvan de resultaten hier ten
toon worden gesteld. Die arbeid brengt inder
daad zowel in letterlijke als figuurlijke zin bloe
men in deze donkere' tijd. Vanaf de oprichting
der Vereniging zijn onder haar medewerking
periodiek tentoonstellingen gehouden. De schrif
turen op dit gebied tonen mij duidelijk aan dat
er steeds een climax valt waar te nemen. Zijn
mijn inlichtingen juist, dan belooft deze ten
toonstelling een der beste te zijn, die op dit ge-
bid werden gehouden.
Aldus zal deze tentoonstelling niet alleen de
economische weerkracht van het bedrijfsleven,
wier leiders deze arbeid aandurfden, versterken
en daarmede het gehele economisch leven ten,
goede komen, maar zal ook in menig gezin zo
wel in binnen- als buitenland de liefde voor
het schone, dat de natuur ons geeft, of dat
de natuur gedwongen wordt ons te geven,
en dat in de bloemenwereld zo rijk tot uit
drukking komt, worden aangewakkerd. Zo zal
ook deze tentoonstelling, in cultureel opzicht
de mensen ten zegen zijn.
In deze verwachting verklaar ik de Interna
tionale Bloemententoonstelling te Heemstede
voor geopend.
Aan het slot van zijn rede was het den
Minister een genoegen, mededeling te kunnen
doen van de benoeming van den voorzitter van
het Uitvoerend Comité, den heer Tom M. H. van
Waveren, tot Ridder in de Orde van Oranje
Nassau, welke mededeling met applaus werd
ontvangen.
Hierna maakten de Minister en andere ge
nodigden een rondgang over het terrein en langs
de stands in de gebouwen, waarna het publiek
gelegenheid kreeg de tentoonstelling in ogen
schouw te nemen.
Zo is dus eindelijk na maandenlange voor
bereiding werkelijkheid geworden, waarnaar wij
zo lang hebben verlangd. Wij zeiden reeds, dat
naar onze mening het succes volkomen zal zijn.
En dat verdient het Uitvoerend Comité. De
Minister zeide zo terecht, dat naar hem ter ore
was gekomen deze tentoonstelling alles over
treft wat Holland op dit gebied nog heeft ge
presteerd. Wij mogen gerust zeggen dat dit
HWIIilnHIBttita
KINDERVERTELLING
DOOR TH. G. ROTMAN
113. „De sloot over! Jij links en ik rechts!",
fluisterde Pietje snel. En hup! hup! Net op 't
laatste nippertje sprongen ze weg, elk naar een
kant, zodat de politiemannen, die juist toegrepen,
elkaar in de armen vielen en tot een tedere
omhelzing overgingen. Inmiddels lagen Jantje
en Pietje elk in een sloot te spartelen, want in
hun zenuwachtigheid hadden ze hun sprong
slecht berekend.
114. Nu konden ze niet meer ontsnappen! Ze
zaten tot hun knieën in de modder vast en
waren blij, toen de politie hen er uit trok. Nu
was de „wereldreis", die precies drie nachten en
drie dagen geduurd had, ten einde! Na gedroogd
te zijn," werden ze nog dezelfde middag onder
politiegeleide naar huis gebracht, waar ze met
een flink pak voor hun broek ontvangen werden,
precies zoals ze verdiend hadden.
115. Maar de andere morgen werden de
beide vaders met hun lieve zoontjes op het
politiebureau genodigd. Daar werd hun, met
een toespraak, eik een bedrag van 225 gulden
overhandigd: de beloning voor het ontdekken
van 't gestolen goed. Alleen was er een schade
vergoeding afgehouden voor de reizigers van
't pontje, die, nadat het hollende paard ergens
in een afgelegen dorp tot staan gebracht was,
allerlei onkosten hadden gehad om weer thuis
te komen.
116. Eerst keken de twee vaders verbaasd,
ze begrepen niet, waar ze al dat geld aan te
danken hadden. Maar Jantje en Pietje legden
alles uit. Overgelukkig, want 't is tegenwoordig
een rare tijd en ze konden het geld best gebrui
ken, togen de vaders met hun telgen huiswaarts,
waar het buitenkansje met krentenbollen en
limonade gevierd werd.
EINDE.
