j
fen.
WEBER,
mmm,
HAARLEMSCH
RPILLEN.
3RTEN TIJD
dZAAG'HOUT
andschoenen.
De Zielverkooper.
'SCHAPPIJ
ftscho Brood* en
olfabriek,
I
de
eding te profiteeren.
Turfmarkt
99.
Liigstraat 10.
ekaartjes!
VAN SOEST,
Linolenm-Tapjjten,
's Magazijn.
No. 33.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 86.
Vierde Jaargang.
van WOENSDAG 26 April 1882.
Per drie maanden f— ,25.
fr. p. p.// ,40. Prijs per Advertentie van 1 tot 5 regels 25 cents, elke regel
Op den avond der uitgave kosteloos verkrijgbaar. meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
TE HUUR.
Een volksconcert te Haarlem,
Van alles wat.
Nieuwsberichten.
tDPRIJZEN.
webrood p.
Kgr. 20 Ct.
scb Krop
15
17
11
11%
12
13
l
55
25
i in pakjes
van Kgr. 12
kadetjes, Bollen,
pjes en gewone
per stuk 2
brood en fijne
iperstnk 2%
huit(ENKEL
per 10 stuks 10
lUit 20 10
i uitsluitend verkrijgbaar
pots waar steeds schalen
handen zijn om de koopers
jewicht te overtuigen.
April 1882. (662)
•v
<9.
Opticus
aliteit van BRILLEN
FACES a MAIN,
ZEN, LOUPEN, BARO-
en THERMOMETERS,
KIJKERS enz. (671)
Billijke grijzen.
BELMAKER,
tIJNHOF 24.
;n en politoeren van
EUBELEN.
He afmetingen. (677)
!0 paar, (uitsluitend kleine
ct. 't paar.
Ted. KESLER,
'.at over 't Hotel Funckler.
ivoor karton0.50.
ipostformaat0.60.
'fijn dubb. glacé. 0.60.
Lithographie 0.90.
:ten
0.60.
AMSTERDAM.
leeren P. van Cittert Zonen.
tekaartjes wordend A 5
elling gezonden, aan mijne
r ze alsdan afgehaald
(679)
bereid, gezuiverd en ge-
flacons van 80 stuks, met
zing 45 cents,
n verkrijgbaar bij J. VAN
SMITS. (680)
geschikt voor Huis-, Slaap-
(681)
Dienstregeling van het Postkantoor.
15 Ootober 1881.
Openstelling van het kantoor:
Dagelüks van 8 's morgens tot 9% uur's avonds.
Voor de storting en uit betaling van postwissels
en de invordering van gelden op kwitantiën
alleen op werkdagenvan 9 uur 's morgens
tot 3 uur 's avonds.
Aanvang der bestellingen:
Op werkdagen: 7.—, 10.'s morgens, 1.30,
3.30, 6.30, 9.'s avonds.
Op Zon- en algemeene erkende Christelijke
feestdagen: 7.'smorg., 1.30, 6.30 'sav
Lichting der hulpbrievenbussen in de stad
7.—*, 10.—*, 'sa, 2.30, 6.—*, 8.30'sav.
Hazepaterslaan6.45, 10.'s morgens, 3.
8.'s avonds.
De met geteekende worden op Zon- en
Feestdagen gelicht.
Lichting aan het Station:
Richting Amsterdam 8.55, 11.35 's morgens
2.35, 5.50, 7.30 's avonds.
Richting Rotterdam 7.44, 9.'s morgens
12.10, 4.15, 5.25, 9.55 's avonds.
Richting den Helder 6.45, 10.'s morgens,
4.55, 8.45 's avonds.
ABONNEMENTSPRIJS
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Noord- en Znldhollandsche Stoomtramweg-
Maatschappij Haarlem -Lolden.
15 Oct. 1881.
Haarlem, Hillegom en Leiden 9.15, 11.15
'smorgens, 12.30, 3.15, 5.35 'savonds.
HaarlemHillegom 4.15, 7.55, 9.10 's avonds.
Haarlemsclie Trainway-Maatscliappij.
Eerste wagen 7.40 's morgens.
Laatste 10.30 's avonds.
Vertrekuren der spoortreinen van het
Station Haarlem.
15 Oet. 1881.
Naar Amsterdam: 6.55, 8.34, 9.1, 9,35*,
11.23, 11.41f, 12.1 's morgens, 1.16,
2.41-f-, 3.58, 4.14*, 4.44, 5.54, 6.40.'7.19,
7.36*, 9.32, 10.37*, ll.Sf 'savonds.
Naar Rotterdam: 7.49f, 8.39', 9.4, 10.17*,
's morgens, 12.15f 12.39, 3.29*, 4.19
5.29f, 5.39, 8.2, 10.1* 's avonds.
Naar den Helder: 6.50, 10.7 'smorgens;
1.30 tot Alkm. 5.8.49 'savonds.
Voorjaarsdienst van af 1 April 1882.
Naar Zandvoort: (H. S.) 8.37, 10.18's morg.
12.37, 1.33, 3.27*, 4.54, 5.53, 8.—'sav.
Van Zandvoort: 9.9, 11.35, 's morgens, 1.4
2.14*, 4.18 5.21, 6.53, 9.6 'avonds.
De met gemerkte treinen alleen op Zon
en Feestdagen.
Advertentien worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Anegang
No. 34. Gem. kam. /36 p.m. terst.
Anthoniestraat
No21Bovenhuis/250 pwterst
Bakenessergracht
No. 54rood. 2 gem. kam. /12 p.m. terst.
No. 100. Bovenh. ƒ3 p.w. terst.
Bakkerstraat
No. 32. Huis 2.80 p.w. terst.
Barendstraat
No. 7. Huis/3.50p.w. Mei.
Botermarkt
No. 21. Gem. voork. /12 p.m. terst.
Br ouwers v aart:
No. 144rood. Bovenh. /150 p.j. terst.
Burgwal
No. 87. Gem. voork. m. alk. 8 p.m. terst.
Damstraat
No. 12rood. Bovenh/300p.jMei.
Doelstraat
No. 26zw.Benedenh./2.50p.w. terst.
Florapark
No. 17. Huis ƒ700 p.j. terst.
Ged. Oude Gracht:
No. 150. Bovenh. ƒ250p.j. Mei.
Gierstraat:
No. 31. Gem. kam. ƒ18 p. m. Mei.
No. 32. Gem. voor-enachterk./20p.m.terst.
No. 51. Gem. voork. 16 p.m. terst.
Groote Houtstraat:
No. 10. Gem. zit- en slaapk ƒ25 a ƒ30
p.m. Mei.
No. 85. Bovenh. ƒ250 p.j. terst.
No. 103. Huis ƒ600 p.j. Mei of Aug.
No. 122. 2 Benedenk. en suite 350 p.j. Mei.
No. 150. Gem. kam. ƒ35 p.m. Mei.
Groot Heiligland:
No. 4. Kamer ƒ1 p.w. terst.
No. 33. Beneden achterk. ƒ1 p.w. terst.
Heerensingel
No. 43. Koffieh. ƒ22 p.m. terst.
No. 44. Wagenh. ƒ6 p.m. terst.
Jansweg
No. 2. Huis en tuin ƒ1000 p.j. terst.
No. 23. Bovenhuis ƒ250p.jterst.
Kamperlaan
No. 16. Spaarnzicht ƒ300 p.j. terst.
Keizerstraat:
No. 7. Bovenw. f2 p.w. Mei.
Klein Heiligland
No. 19r. Gem. zit- en slaapk. 116 p.m. terst.
Kleine Houtstraat:
No. 28. Bovenvoork. ƒ8 p.m. terst.
Korte Jansstraat:
No. 3. Kamer ƒ2 p.w. terst.
No. 6. Gem. benedenk. en slaapk. /20p.m.
terst.
No. 8. Benedenh. ƒ250 p.j. Mei.
No. 8rood. Gem. kam. ƒ12 p.m. terst.
Koudenhorn
No. 1. Huis ƒ3 p.w. Mei.
No. 40. Benedenh. /250 p.j. Mei,
Kruisstraat
No. 13. Gem. kam. /30 p.m. Mei.
Kruisweg
No. 40. Huis met tuin ƒ500 p.jMei.
Lange Veerstraat:
No. 10. 3 Ongem. bovenk. ƒ200p.j. terst.
Molensteeg;
No. 6. Benedenh. 4 p.w. terst.
No. 6. Bovenh. ƒ4 p.w. terst.
Nieuw Heiligland:
No. 7. Bovenwoning /1.50 p.w. terst.
Noorder-Schoolsteeg
No. 1 en 3. 2 pakhuizen 10 p.w. terst.
Parklaan
No. 68. Huis en tuin ƒ450 p.j. Mei.
No. 96. Huis met tuin ƒ450 p.j. terstond.
Popelingstraat
No. 7. Bovenh ƒ2.25 p.w. terst.
Baamvest
Villa Marie, 650 pjMei
N0.21. Huis m. tuin/350 p.j. Mei.
N0. 37. Benedenh. m. tuintje 300 p.j. Mei.
Bustenhurgerlaan
No. 13. Woonh. 225 p.j. terst.
Sohootersingel:
No. 5. Gem. bovenvoork. ƒ10 p.m. terst.
No. 62. Huis m. tuin /600 p.j. Mei.
Schooterweg
No. 4, 8. Huizen m.tuin. ƒ600p.jMei.
Spaarne
No. 93. Huis ƒ700 p.j. Mei.
No. 105. Huis met tuin /600 p.j. terst.
Tuchthuisstraat:
No. 18. Boven voork. /1.50 p.w. terst.
Turfmarkt
No. 32. Benedenh. m. bovenk. ƒ225 p j. terst.
Wilhelminastraat
Huis en tuin ƒ600 p.j. terst.
Zuider Buiten-Spaarne
No. 8. Buitenverbl. Spaarnes Rust/500 p. j.
No. 8. Gem. Bovenvoork. ƒ20p.m. terst.
Zijlstraat
No. 23. Gem. voork. ƒ12p.m. terst.
No. 56. Huis ƒ800 p.j. Mei.
No. 41. Bovenh. /300 p.j. Mei.
Zijlvest:
No. 13. Bovenh. ƒ350 p.j. terst.
Onder de middelen, die de Vereeniging
„Weten en Werken" aanwendt om haar
doelhet verspreiden van kennis en be
schaving onder den handwerksstandte be
reiken, bekleeden de „voordrachten", naast
de bibliotheek en de goedkoope lessen in
teekenenboetseerenvreemde talen etc.,
een voorname plaats.
Zoo ge 's winters op een maandag-avond,
precies om half 9 het gebouw der Vereeni
ging op de Gedempte Oudegracht binnen
treedt hebt ge groote kans omzoodra
gij de glazen tochtdeur van het nette voor
portaal achter u hebt laten toevallenaan
uw rechterhand den «spreker" die tot klok
slag op een der bovenkamers gewacht heeft
in gezelschap van enkele bestuursleden de
trap te zien afdalen.
Indien ge hem volgen wilt, laat u dan
bij het binnentreden van de gehoorzaal niet
afschrikken door den tabaksdampdie door
een paar honderd monden uitgeblazen alles
in nevelen hult: zoodra de spreker zich
vertoont, is het met het rooken gedaan
en vijf minuten later is door de uitstekende
ventileer-inrichting het geheele-lokaalzon
der dat de minste tocht gevoeld wordt,
met frissclie lucht gevuld en ge ziet u in
de eenvoudige en helder verlichte zaal te
midden van ik zou haast zeggen: van
de aristokratie der Haarlemsche werk
lieden. Ge vindt er niet vele van dat groote
deel der arbeidersklassedat zich bij ieder
eendie er mede in aanraking komttegen
woordig helaas maar al te zeer gehaat
maakt door zijn luiheid, onverschilligheid
en baldadigheid; het meerendeel behoort
juist tot die, welke in meerdere of in min
dere mate het voorrecht bezitten van be?
lang te stellen in alles wat belangstelling
waardig is, en welke, hoe ook overigens
in denkwijze verschillend, overtuigd zijn
dat er iets edelers en beters bestaat dan te
leven alleen om aan zinnelijke behoeften
te voldoen.
Het aantal van deze neemt langzamer
hand meer en meer toe; verscheidene,die
vroeger als knecht werkzaam een toegangs
kaart van hun patroon ontvingen, behooren,
nu zij reeds iets van hun eigen verdienste
voor „Weten en Werken" kunnen afzon
deren tot de contribueerende leden en
helpen zoo een inrichting in stand houden,
waaraan ze, zij het ook indirekt, althans
eenigermate hun vooruitgang hebben te
danken. Niet dit zou ik willen beweren,
dat men bij die voordrachten, al zijn de
meeste nog zoo interessant en doelmatig,
zóóveel wetenschappelijke kennis kan ver
zamelen of zóóveel mededeelingen omtrent
ieder ambachtsvak kan vernemendat men
aan die vak-kennis fmantieele vooruitgang
zou te danken hebben; maar dit is mijn
overtuiging dat geregelde bijwoning van
die voordrachten, waarbij het opmerken
en begrijpen nog meer dan het weten op
den voorgrond gesteld wordt, opwekt tot
nadenken over oorzaak en gevolg en den
hoorder meer en meer gewent om zich
bij al zijn waarnemen en bij al zijn doen
de vraag te stellen «waardoor?" en «waar
om?" en zich rekenschap te geven van al
wat om en in hem voorvalt.
Dat het aantal bezoekers meer en meer
toeneemt en dat zijdie éénen winter de
bijeenkomsten bezochtenhet volgend jaar
er weder gevonden worden, zou niemand
verwonderen, indien hij eens getuige ware
geweest van de aangename en leerrijke
wijze, waarop de meeste sprekers hun toe
hoorders belangstelling weten in te boe
zemen voor belangrijke onderwerpen van
den meest uiteenloopenden aard.
Ik wenschte wel, lezer of vriendelijke
lezeres, en ook gij mocht het wel willen
dat ge lest heugt best eens gelios-
piteerd had bij onzen laatsten voordracht.
Niet voor uw dorst naar streng weten
schappelijke kennis zoudt ge toen voldoe
ning hebben gevondenmaar hoogstwaar
schijnlijk zou de talentvolle spreker ook
bij u tot ontwikkeling van nog edeler aard
hebben meegewerkt als hij door zijn geestige
voordracht zijn gehoor nu eens deed uit
barsten in gullen lachdan weder als tot
tranen toe bewoog door zijn diepgevoelde
en aangrijpende, ik durf zeggen: verede
lende schetsen. Bij die kortswijl en ernst
heeft menigeen tot zich zeiven moeten in-
keeren en velenwier beeld werd geschetst
verlieten ongetwijfeld, dankbaar voor het
ontvangen lesje, die laatste bijeenkomst
met goede voornemens voor hun volgend
leven.
Werd tot viering van het 25 jarig be
staan der Vereeniging op 22 October 11.
in de Doopsgezinde kerk een feestelijke
vergadering van de contribueerende leden
belegd, ook met zijn gewone maandagavond
bezoekers, wenschte Weten en Werken
feestelijk het voorrecht te gedenken dat
het hen 25 winters achtereen iederen
Maandag mocht bijeenzien. Daartoe werd
het in de gelegenheid gesteld door de bij
zondere welwillendheid van den Heer Ernest
Appy, die even als de twee vorige jaren,
ook nu weder geheel belangelooszijn
medewerking tot een volksconcert aanbood.
Ditmaal kon zulk een muziekuitvoering
op uitgebreider schaal plaats hebbendoor
dat ook de liedertafel «Zang- en Vriend
schap", die reeds het bovengenoemde feest
in de Doopsgezinde kerk door haar gezang
had opgeluisterd, zich bereid verklaarde
om onder leiding van haren ijverigen direc
teur W. H. C. Schmölling tot een volks-
concert mede te werken.
Doordat bovendien het bestuur der «Ver
eeniging" de beleefdheid had de groote zaal
dier sociëteit voor deze muziekuitvoering
beschikbaar te stellen, was het mogelijk
door samenwerking en goeden wil aan een
duizendtal personen uit den handwerksstand,
de bezoekers van W. en W. met hunne
vrouwenlaatstleden Zondag een waarlijk
genotvollen avond te verschaffen.
De waardeering van alle zorg en moeite,
die zulk een concert vereischtbleek uit
de orde en netheiddie bij de bezoekers
was optemerken.
Het eerste nummer voor instrumentaal
muziekeen concertstuk voor 3 violoncel
len van Batta, werd voorgedragen door
den meester, den Heer Appy, met twee
zijner leerlingen, den Hr. J. Mulder en
den jongenheer K. Leydswelke laatste
zijne toehoorders in staat stelde hun aan
dacht meer onverdeeld aan zijn talent te
wijden door het voordragen van een solo
stuk: een hongaarsche dans van Fischer.
De uitvoering van de schoone ouverture
Egmond, van Beethoven, voor piano a
quatre-mainsdoor de HH. Schmölling en
Bastiaans is boven onzen lof verheven.
Ook het vierde nummer voor instrumen
taal muziekhet bekende aria uit de opera
Jerusalem van Verdi voor cornet-a-pistons
voorgedragen door den Heer Torchiana
wekte blijkbaar de sympathie der aanwe
zigen.
En wat zal ik vertellen van de uitge
voerde kooren? Hun zou geen beter hulde
passen dan die, welke zij zeiven in poëti
sche woorden en welluidende melodiën toe
brachten aan den zang van Cona Ossian.
Hoe rein en schoon was uw lied!
Toch wil ik met een enkel woord af
zonderlijk vermelden het koor „Arbeid
adelt" waarvan de muziek bij gelegenheid
van het 25jarig bestaan van W en W door
den talentvollen Schmölling werd gecom
poneerd; en het Oud-Nederlandsch lied
van Kremser, dat de aanwezigen zoozeer
in vervoering bracht dat aan het applaus
geen einde kwam, alvorens dit lied voor
de tweede maal werd aangeheven.
Maar niets sleepte het publiek zoozeer
mede als het slotnummer: het Volkslied,
voor koor, strijkorkest, piano en orgel ge
arrangeerd door den directeur der lieder
tafel en waarlijkeen hart van steen moest
hij wel hebben gehaddie het niet voelde
kloppen toen het „Bescherm, o God, be
waak den grond! uit volle borst door de
liedertafel werd aangeheven.
Het nederlandsch bloeddat vaak maar
al te langzaam door de aders vloeit, stroomde
sneller bij den aanhef van die bede en al
moge het muziekale gevoel der liedertafel
er minder aangenaam door zijn aangedaan,
schooner hulde kon haar voorzeker niet
gebracht worden dan toen de duizend aan
wezigen als één man opstonden en hun
ongeoefende kelen paarden aan die der
talentvolle zangers. Van die opgewekte
stemming der toehoorders getuigde ook
het driewerf herhaald hoeradat op voor
stel van den Voorzitter door allen als
uiting van dankbaarheid werd aangeheven
ter eere van ieder die medegewerkt had
om dit feest te doen slagenen dat van
af het orkest werd beantwoord met een
Vivat! voor Weten en Werken.
Mogen de wenschen van beide partijen
vervuld worden! Het welzijn! dat wen
schen we Appy met de zijnen, die deze
stad wel gaat verlatenmaar die haar
daarom evenmin zal vergeten als hij hier
zal vergeten worden; en de gelukwensch
door de liedertafel uitgebracht op Weten
en Werken zal te eer vervuld worden,
indien deze vereeniging zich in den welwil-
lenden steun van „Zang en Vriendschap"
en in de uwegeachte lezers zal
mogen blijven verheugen.
Onze reporter zat dan bij Kras zijn
pannekoek te eten om zich te troosten
over de weigering van 't Bestuur der
Kweekschool voor Zeevaart bij gelegen
heid van 's Konings bezoek. En als hij
eenigzins weemoedig en nit het veld. ge
slagen door de beleediging aan de „Pers" in
zijn persoon toegediend, zat na te peinzen
en na te mijmerentrokken zijne aandacht
de gesprekken aan eene tafel naast hem van
twee heeren, eenen dikken en eenen dunnen,
van welke laatstgenoemde zeide»Ik ver
moei er mij niet meê om Sire na te loopen;
al wat er gedaan, gesproken, vertoond,
ja zelfs gedacht wordt leest ge toch van
avond in de bladen." Onze reporter achtte
zich verplicht den dwaalzieke op 't rechte
spoor te brengen en deelde zijne treurige
ondervinding meê. Daarop zei de dikke
('t was blijkbaar een Directeur van een
doofstommen-instituutlandbouwschool of
zoo een van die dingen, die als padde
stoelen tegenwoordig uit den grond oprij
zen) „Jijlui (heusehdat zei hij tegen
een der afgezanten van de koningin niet
der Nederlandennoch van Zweden, noch
van Engelandmaar der Aarde) bent ook
zoo bl(hij vloekte waarlijk en't
was anders een deftig heer) brutaal en in
dringerig! Toen de Koning eens bij mij
kwamwas het gênant voor Z. M. en voor
mij om te sprekeneen van uw volk
drong zoo door, dat hij letterlijk tusschen
Sire en mij stond en ons de woorden uit
den mond keek. En als jijlui (alweer dat
leelijke woord) reis op een tochtje meê
gaat uit naam van jullies Koningindan
mag de gastheer wel op het dubbel van
brood en vooral van wijn, liefst van
champagne, en van fijne sigaren, voor
eiken reporter rekenen. Waar zou dat heen,
als wij alle reporters van alle bladen en
blaadjes moesten toelaten en meênemen?
'tWerd eene kostbare Geschichte." Wij,
dit van onzen reporter vernomen hebbende,
vermanen onze broeders, dienstknechten
van de Koningin der Aardedat zij wat
bescheidener zich mogen gedragen en ver
schillen geheel van opinie met den ver
dienstelijken medewerker aan ons blad,
die door onze redactie met de Nieuwsbe
richten belast is en die zeer hard over de
weigering oordeelde. „Maar lieve hemel
roept iemand nu uit „het Haarlemsch
Advertentieblad zegt ja en neen't is
kleurloos." Weet ge wat dit ons blij kens
de niet-grensverlegging zeer invloedrijk
blad wil: alle dingen van twee kanten
bekijken, dan zullen wij zeker het meest
aan de zelfstandige ontwikkeling onzer le
zers d. i. der natie in dienst van onze
hooggeloofde Koningin arbeiden. Nu de
drankhandel gaat kwijnen gaat de teen-
nijverheid bloeien. Geschilde teen is hoo-
ger in prijs dan sinds 3 a 4 jaar en de
teenschilperiode zal eene maand langer
aanhouden. Het is gevaarlijk bij de
akte-examens voor 't onderwijs zich heime
lijk in de hand te laten stoppen briefjes
waarop de oplossing der opgegeven vraag
stukken te lezen staat. Te Maastricht
is dit duidelijk gebleken. Men is
in de hofstad zeer ontevreden 1° over
de kraaien; 2° over de officieren. De
kraaien verstoren er op jammerlijke
wij ze de rust, vooral van zieken en
reconvalescenten en doen den baron Sloet
van Toutenburg in toorn ontsteken, 't
welk zeer ongezond is. B. en W. bereiden
zieh ter uitroeiing, trots alle aanmerkingen
van dierenbeschermers. De officieren bren
gen ontzettende schade toe aan de haltoilet
ten der dames door de sporendie zij zelfs
op de hals moeten dragen. In deze
hoogst moeielijke zaak zal 't niet zoo
gemakkelijk zijn te voorzien als in die
der kraaienwant Z. M. is op een
krijgshaftig voorkomen zijner officieren
te zeer gesteld. Misschien zal de Haagsche
gemeenteraad over dit belang der vrou
welijke ingezetenen nog weer eens in
comité vergaderen't is te hopen met
gunstiger gevolg dan in zake der bouw
plannen van het geëerbiedigd Hoofd van
den Staat. Te Durtal in Frankrijk
is een dubbel kind geboren, met vier
beenen en vier armen en een enkel hoofd
van voren en van achteren met een aan
gezicht. 't Heeft slechts eenige uren geleefd
en Prof. Koster te Utrecht kan het niet
gebruiken van wege de gebrekkigheid van
het zonderlinge schepsel. Hebt ge nog
Vrbanuspillen noodig of moeder Seigelstroop
of moeder Seigelpillen haast u dan,
want de oflficiëele wetenschap is met be
hulp der rechtbanken geweldig aan 't
woeden. De opvolger van den beroemden
Cléban zal terechtstaan en de policie te
Dordrecht heeft procesverbaal opgemaakt
tegen den Heer en Mevrouw H. A. G., die
zonder dat er een bevoegd geneesheer bij
was, de zegeningen van het magnetisme
aan patiënten wilden verzekeren. De be
roemde Drentsche wonderdoctor heeft om
de hem opgelegde straf te ontgaan de wijk
naar Amerika genomen. Volgens de
Köln. Zeitung heeft Leon Peltzer volledige
bekentenis afgelegd, 't Schijnt dat zelfs de
Kölnische 't fijne van de zaak nog niet
weet. Na het lezen van zooveel be
richten over proces-verbalenarrestatiën
vonnissenenz. is het verkwikkelijk te
vernemen, dat te Velp ruim twintigdui
zend eenjarige zalmen zijn vrijgelaten.
Waarom de vreugde van vijfduizend ver
gald door het afknippen van den vetvin?
Bezorgers van begrafenissenaansprekers,
bidders of hoe gij deze heeren anders
noemen wilt, overigens nog al leepe en
op hun zak passende lieden, laten zich
tegenwoordig herhaaldelijk in Gelderland
beet nemen door bij de aanbieding van
een voordeelig lijkiezeker verblind dooi
de eer en de hoop op gewin, geld voor
te schieten. Komen zij dan ter plaatse
zoo vinden zij noch sterf huisnoch
doode. Op den Rhijnspoor isvolgens
't zeggen van een conducteur „de boel
verroest". 'tMoge waar zijn van de por
tieren, van de aandeelen en obligatiën
geldt het nog niet. Charles Robert
Darwin is gestorven.
Morgen Woensdag vertrek
ken HH. MM. de Koning en Koningin
met gevolg des namiddags te 3 uur, per
extra-trein van den Holl. Spoorwegnaar
Vlissingen, om per raderstoomschip „de
Valk," dat vooraf door den minister van
marine is geïnspekteerinaar Engeland
te worden overgebracht.
Z. M. de Koning, die hij gele
genheid van zijn bezoek aan Engeland
in de orde van den Kousenhand zal worden
opgenomen, zal de 4de Oranjevorst zijn,
aan wien die eer te beurt valt. De stad
houder Willem III was als Koning van
Engeland zelf Grootmeester dezer orde
later werd zij verleend aan Willem V
en in Augustus 1814 werd zij door Lord
Castelreagh te Brussel aan den Souverei-
nen Vorst, later Koning Willem I, uit
gereikt.
De Koning van het nieuwe konink
rijk Servië heeft aan onzen Koning het
grootkruis der orde van Takovo laten over
handigen.
De Haagsche dames klagen vol
gens den berichtgever der Frov. Gron. Ct
vreeselijk over de schade, die de spo
ren der officieren aan hare baltoiletten
toebrengen. Hoe gaarne zij ook met de
mannen van het zwaard rondfladderen,
wordt het toch op den duur te kostbaar
voor haar, als een enkele wals of polka
met een officier op een nieuwe haljapon
te staan komt. De dames in de rezidentie
hebben daarom met dansstaking gedreigd,
indien de officieren gelaarsd en gespoord
op de bals blijven komen. Maar hoe tegen
het koninklijk bevel te handelen? De eeni
ge weg zou wezen den Koning te ver
zoeken, dat zij op bals en partijen de
sporen van hunne laarzen mogen schroeven,
teneinde in 't vervolg het kleed der dan
seressen niet te bederven. Nog dezer
dagen vond ik, zegt de schrijver, een
officier van administratie met een paar
laarzen van f 32 voor zijn lesenaar, kla-
(Naar het Hoogduitsch van O. MyLlus.)
1)
De volgende geschiedenis is eene
ware, en voor elk woord er van sta
ik borg. Ik ben een arme, door het
Noodlot vervolgde vrouwen in 't oog
der menschen zal wellicht mijn woord
weinig te beduiden hebben, wantik
heb zelve onder hen nooit veel te
beduiden gehad. Maar ik ben oud en
ziek, en ik lig hier in het ziekenhuis,
en daar dit misschien mijn sterfbed
zijn zal, zal men mij mogelijk eer geloo-
ven, want wie den dood in t aan
gezicht ziet, zal zeker niet gaarne
met een leugen op de lippen deze
wereld verlaten. Doch ol men mij
gelooven wil of niet, 't kan me
bij slot van rekening onverschillig zijn,
want wat ik verhaal, 'tis eigentlijk
niet mijn eigen geschiedenismaai
de geschiedenis der levensomstandig
heden en verzoekingen van anderen
en ik verhaal ze slechts, omdat ze
mij als lood op de ziel drukken, en
omdat ik behoefte gevoel ze aan an
deren mede te deelen. Wilde ik mijn
eigen levensgeschiedenis verhalenik
zou veel merkwaardigs kunnen mede-
deelen, waaruit voor jongelui veelte
leeren ware, maar 't zou eene lange
en weinig verkwikkelijke geschiedenis
worden.
Ik ben eene Duitsche van geboor
te de dochter eens met vele kinderen
gezegenden schoolmeesters. Als een
jongonervaren schepseltjen van
nauwlijks achttien jaar, kwam ik als
kindermeisjen in dienst bij een Engel-
sche familie, die destijds te Frankfort
woonde, en ik vergezelde haar later
naar Engeland. De man was een
zwendelaar, en verdween op zekeren
dag met zijne vrouw en zijne beide
oudste kinderenen liet zijne beide
jongste, die aan mijne zorg waren
toevertrouwdhulpeloos achter. Zijne
schuldeischers kwamen en legden be
slag op den achtergelaten inboedel, en
zoo werden mij en het andere dienst-
meisjen, eene Frangaise, onze kleede
ren en ander goed afgenomen, en
ik verloor het weinige, dat ik bezat,
daar niemand voor me in de bres
sprong, terwijl Georgine naar den
Franschen gezant ging, door wiens
tusschenkomst zij alles terug kreeg.
Dat was het begin van mijn rampspoed,
want mijn armoede noodzaakte mij
in het onmetelijke Londen te blijven,
en maakte mij tot een prooi van
allerlei tegenspoedik moest aanhou
dend van dienst verwisselen, ik werd
bedrogenbestolen en mishandeldik
moest al spoedig kennis maken met
armenhuizen en bedelaarsgeslichten,
ja zelfs met de gevangenis maar
ik wil daarover niet verder uitweiden.
Genoegik was al vijfenveertig
jaar en had al sedert lang geen vader
land meer, daar mijn ouders overleden
warenmijn broeders en zusters leef
den over de geheele wereld verstrooid
en ik had kort te voren door een
brand het weinige dat ik nog bezat
verloren, toen ik weder eene dienst
vond hij een jeugdigeerst sedert
drie of vier maanden gehuwd echt
paar. 't Waren goedhartige, maar on
ervaren menschenen dientenge
volge hadden zij, toen nauwlijks
hunne wiltebroods-weken voorbij
warenmet zorg en gebrek te kam
pen. Er zijn menschendie onder
een ongelukkig gesternte schijnen ge
boren te zijn, en mijnheer en mevrouw
Summers behoorden tot deze klasse.
Hij had als agent voor een groot
handelshuis in de City, dat' in wol
handelde, eene goede en winstgeven
de betrekking gehad; zijne vrouw
was met hare moeder uit Australië
naar Engeland teruggekeerd, nadat
haar vader in de kolonie overleden
was. Moeder en dochter hadden een
klein vermogen en wilden een bezoek
brengen aan hare familie in Engeland,
en eenige zaken regelendie met een
erfenis in verband stonden. Arthur
Summers had haar leeren kennen in
een hötel garni, waarin de beide
dames en hij woonden; de jongelie
den waren op elkander verliefd ge
worden, en toen de moeder kwam
te stervenwerd Jessie de vrouw
van den jeugdige handels-agent, die
haar zooveel vriendelijkheid bewezen
had. Ik heb hooren zeggen, dat rae-
jufvrouw Jessie Buxton een kapitaal
van ongeveer vijlduizend pond ster
ling mede ten huwelijk bracht, en
mijnheer Summers stelde aan de hoof
den van het handelshuis voor, hem
als stillen kompagnon iu hunne
zaak op te nemen, en een gedeelte
van het vermogen zijner vrouw in
hunne zaak te nemen. Maar zijn pa
troons waren rijke en hooghartige
groothandelaars, en wezen dit voor
stel van de handwaarover Arthur
Summers zich zoo ergerde, dat hij
zijn ontslag nam uit zijne betrekking
en als jongste stille associé in een
anderen wolhandel trad. Doch weinige
maanden later ging dit handelshuis
bankroet, en dientengevolge onder
gingen de omstandigheden van de
Summersen de treurigste verandering.
Mijnheer Summers verloor zijn geld en
zijne betrekking en moest zich een lijd
lang schuil houden, daar zijne kom-
panjons door hun bankroet een aantel
andere handelshuizen er in hadden
laten loopen, en hij met processen
bedreigd werd. Wij verlieten daarom
dan ook tersluips en bij nacht de
keurige lieve woning, die mijne jeug
dige mijnheer en mevrouw in Isling
ton bewoonden, wij betrokken een
klein nederig huisjen in een afgelegen
gedeelte van Stokewell, waar ik als
eenige dienstbode bij hen bleef.
Wordt vervolgd.)