Een miljoen pond sterling.
loo«hetwelk eenigen tijd te Brussel is
tentoongesteld geweest.
Met de plaatsing werd belast de Heer
F. Wouters, schilder te Brussel.
Op een schilderijenverkooping te
Londenheeft dezer dagen Lanseer's „Mo
narch of the Glen" een som van 77.500
opgebracht.
De oud-Romeinsche feestendie in de
opgegraven stad Pompeji gegeven werden
ten voordeele van Casamicciolahebben
plaats gehad en algemeen voldaan.
De optocht van Keizer Vespasianus en
de feesten in het circus waren schitterend
en zooveel mogelijk getrouw aan de histori
sche overleveringen, alleen bedierf het
den indruk een weinigdat de herstelde
oude herbergenwaar men ververschingen
kon gebruiken,bediend werden door knechts
in oud-Romeinsche en in moderne kleeder
dracht. De bruidstoet was minder geluk
kig, maar over het geheel kan men de
klassieke feesten welgeslaagd noemen.
Het onlangs door een Belgisch blad
medegedeelde bericht, dat de gebroeders
Peltzer onschuldig veroordeeld zouden zijn
iszooals men toen al wel verwachtte
niets dan een onwaar sensatie-bericht
gebleken. De persoon, die hun onschuld
betuigde, heeft bij een verhoor door den
procureur-generaal geen enkel bewijs voor
zijn beweren kunnen aanvoeren.
Reeds sedert geruimen tgd is er
sprake van geweest, den eenen keer iets
luider en bepaalder dan den anderenom
een openlijke herdenking op 't getouw
te zetten van den dag waarop Prins Willem
I vermoord werd, en hoewel de lust daartoe
geenszins algemeen bleek te zijn, schijnt
het er toch van te zullen komen. In Delft
stelt men zich vooreen volledig »feest«
te houden met een beschermheerfeestrede
naar enz. Inmiddels heeft Prins Alexander
bedankt voor het beschermheerschap en
verder voor alle andere soort van medewer
king. De Minister Heenskerk bedankte
eveneens voor de vervolgens hem aangebo
den eerebetrekking, en of Prof. De Vries
de functie van feestredenaar zal willen
vervullen, is nog onzeker.
Verleden Zondag, voormiddag te tien
urenwerd door het ambtenaarspersoneel
der afd. Weg en Werken en enkele andere
ambtenaren van de Holl. IJz. Spoorw.-maat-
schappij een proefrit naar Helder gemaakt
met een nieuw model salonwaggonz. g.
Pullman's-carwaarvan er op 20 dezer in
locaal verkeer op de Hollandsche en
Oosterspoor een vijftal in dienst zullen
worden gesteld.
Verraadt het tamelijk bontemet verguld
en kleuren uitgedoste uiterlijk den Ameri-
kaanschen oorsprongen zouden wij ze in
dat opzicht liever wat stemmiger en
smaakvoller wenschen beschilderd te zien,
het inwendige doet daarentegen den ver
vaardiger alle eer aan. De lengte van het
rijtuig18.50 M.is voor ongeveer tweeder
den ingenomen door een smaakvol salon,
langs welks wanden ter weerszijden acht
zitplaatsen zijn aangebrachtbestaande uit
op een spil draaiende fauteuilszoodat men
zonder op te staan zich in alle richtingen
bewegen kan. Voor eiken fauteuil bevindt
zich een vaststaand tafeltje. Tusschen de
fauteuils loopt een vrij breed pad, dat
het rijtuig in zijn geheele lengte doorsnijdt,
en waardoor men van uit het salon toegang
heeft tot het er achter gelegen rookvertrek
waar de zitplaatsen meer in overeenstem
ming zijn met de gewone le klasse waggons.
Voor aan den waggon is een buffet, en
aan beide einden bevinden zich gemakken.
De zitplaatsen zijn alle met rood fluweel
bekleed en de vloer met een smaakvol
tapijt belegd. De verwarming geschiedt
's winters door buizen langs de wandendie
door stoom worden verhit. Voor ventilatie
is voldoende gezorgd; ter wij 1 buitendien
de balcons aan de beide uiteinden gelegen
heid geven om van tgd tot tijd wat versche
lucht te «happen».
Men zalom van den waggon gebruik te
makeneen zeker bedrag boven den prijs
le kl. moeten betalen. Voor gezelschappen
die in het schoone seizoen een uitstapje
gaan maken, biedt dit nieuwe vervoermiddel
al het comfort aan wat men verlangen kan
om zich vrij en gezellig onder elkaar op
reis te begeven.
Eenige dagen geleden deed een be
richt in verschillende bladen de ronde,
dat er aan den Leidschendam vier schil
derijtjes zouden verkocht zijn voor een
rijksdaalder; dat de gelukkige kooper er
weer f 300 voor zou ontvangen hebbenen
dat ze in andere handen zouden zijn over
gegaan voor 1500. Wat is geschied Men
heeft uit den mond van den gelukkigen
koopereen slagersknechtopgevangen
dat hij werkelijk van eene oude vrouw
vier schilderijtjesmet het gedrukte onder
schrift „Episodes uit het leven van Huig
de Groot" gekocht heeft voor een rijks
daalder en een pot kluifjes, om soep van
te koken. Later is hem evenwel gebleken
dat ze volstrekt geene waarde haddenen
zelfs te slecht waren, om in eene woon
kamer te worden opgehangen. Toen heeft
echter een grappenmaker die oude vrouw I
wijs gemaakt, dat ze eerst voor 300en
later voor f 1500 verkocht waren. Gevol
gen bezoek van 't vrouwtje bij den Bur
gemeester ten einde door diens tussehen-
komst een gedeelte van de aanzienlijke
winst machtig te worden. Toen haar dit
natuurlijk niet gelukte, heeft ze, met 't
zelfde doel, pogingen aangewend om een
verzoekschrift te richten tot Z. M.en
toen men zei„daar kan de Koning niets
aan doen"meende zijdat de Koning
er wel wat aan doen kon, want dat zij
genoeg van de wetten wist, daar haar
grootvader politie-agent was geweest.
Het kostte heel wat moeitehaar van
haar plan af te brengen.
Een persoon te Leeuwarden woon
achtig, en niet gunstig bekend, was
te Groningen gekomen ten huize van
zijn hoogbejaarden vader, den heer W.
in de Oude Ebbingstraat, waar hij weldra
zoo lastig werd dat de hulp van de politie
moest worden ingeroepen. Yoordat deze
kwam, viel de woestaard in wilde drift
op zijn vader aan en bracht dezen met
eene groote schaar, bij het bedrijf gebruikt,
ernstige wonden toe aan 't hoofd. Met moeite
werd hij gevat.
De vadereen achtenswaardig grijsaard,
verkeert in een toestanddie voor 't oogen-
blik niet direct gevaarlijk, maar op zijn
hoogen leeftijd niettemin bedenkelijk is.
De ontaarde zoon is een man van 54 jaar.
Na gebruik van het middagmaal
werden alle leden van een gezin (man,
vrouw en drie kinderen) nabij Deventer
woonachter, ernstig ongesteld. Er werd
spoedig geneeskundige hulp ingeroepen,
en toen bleek het dat de ongesteldheid
veroorzaakt was, doordien de huisvrouw
azijn had heet gemaakt in een koperen
pan diehoewel vertindtoch met koper
gesoldeerd was. Die azijn was over de sla
gebruikt. Gelukkig zgn allen hersteld.
De Staat Florida is het tooneel
van reusachtige ondernemingen. Terwijl
men bezig is met de drooglegging van de
moerassen en van het meer Okeechobee,
waardoor eene landstreek van 200 mijlen
lang en 80 mijlen breed in cultuur zal
komen, heeft de Staat vóór eenigen tijd
weer een perceel van twee milloen bunders
verkocht aan den heer Disston, den groot-
sten houthandelaar der wereld. Wat zulk
een koop beteekent, zal men inzien als
men nagaat dat Nederland in 't geheel
31/2 miloen bunders oppervlakte heeft, en
dat meer dan het vierde deel van het nu
verkochte terrein begroeid is met prachtige
woudenwaarin de gele pijnboomdie
de bekende Amerik. pitch-pine levert, het
rijkst vertegenwoordigd is. Het terrein
zal worden doorsneden door vijf nieuwe
spoorwegen. De heer Disston heeft zich
bij dezen koop het recht bedongen van
voorkeur op alle staatslanderijendie in
veiling zullen worden gebracht in perceelen
van vijf duizend bunders ieder.
Te Wildervank heeft de Wed. J.
Smit dezer dagen haar lOOen verjaardag
gevierdzonder nog de gebreken des
ouderdoms te gevoelen.
Bij de Wed. Heijdendaalte Spijk
bij Lobit, werden in een paar nachten
ongeveer 60 kippenganzen en kalkoenen
ontvreemd, zonder dat de dief of dieven
waren te ontdekken. Thans is gebleken,
dat de dieven niets anders geweest zijn
dan vossen die in een naburig kreupelhout
verblijf houden en des nachts op roof
uitgaan. Er zijn reeds eenigen door jagers
gedood.
De schilder Blommers heeft eene
groote en fraaie aquarel gezonden voor de
verloting die ten bate van den heer Crispijn
zal gehouden worden. Naar wij vernemen
(Naar het Hoogduitsch van L. v. Stür.)
i)
Een stille, vreedzame nacht heeft
zich uitgebreid over het Como-meir.
De maan prijkt niet aan den hemel,
en toch is het niet volslagen duister.
Men ziet duidelijkhoe de kleine golf-
jens zachtkens tegen den oever aan
rollen en daar uiteenspatten. Het zacht
en liefelijk geruisch, daardoor veroor
zaakt, noodigt de fantazie als't ware
tot droomen uit.
Het balkon der villa was ver uitge
bouwd, zoodat het over 't water hing.
Bij de geopende deur stond een beer
te staren op het schoone nachtelijke
tafreel daar vóór hem. Allengs sche
nen zijne gedachten zich los te maken
van de omgeving, zijn oogen sloten
zich; zijn geest had gehoor gegeven
aan de melodieuze uitnoodiging om te
gaan mijmeren en droomen.
„Ik geloof, sir, dat ge weer eens
sentimenteel zijl", liet plotseling eene
welluidende vrouwenstem zich hooren
die hem uit zijn gemijmer deed ont
waken.
De heer wendde zich om en ging
de kamer weder binnen. Ilij wierp een
blik op de slanke vrouwelijke gestalte,
die daar in bevallige houding op de
sofa gezeten was en rustig zich ver
kwikte in de koele avondlucht, die
door de geopende deur het vertrek
binnenstroomde.
„Gelijk u bekend is, Miss Carray,
moet ik morgen vertrekken, en 'l laat
zich dus wel verklaren, dat ik me dit
heerlijke schouwspel nog eens vast
in den geest prenten wil."
Zij haalde de schouders op. »'t Is
eigentlijk alles behalve vleiend voor
mij, dat gij het schouwspel daar bui
ten u in den geest prenten wilt, en
dat hier in huis
Zij bracht den aangevangen volzin
niet ten einde; de hartstochtelijke
gloed, welke in zijn oogen fonkelde,
terwijl hij haar aanzag, had haar ge
troffen. Een oogenblik daarna echter
vervolgde zij op kalmen toon; „ik
kan me evenwel niet begrijpen,
waarom ge vertrekken moet. Ow ver
lof duurt, gelijk ge mij gezegd hebt, nog
verscheidene weken; gij wilt dus
vertrekken."
Onder den koelen toon van dit ge
sprek was ook de heer weder voor
't uiterlijke tenminste volkomen tot
kalmte gekomen.
„Gij vergist u, Miss Carray; ik moet
vertrekken. Nu ik mijn arbeid over
de laatst ontdekte schatten der oud
heid ten einde heb gebracht, moetik
noodzakelijk naar Rome.Wellicht
heb ik me hier reeds le lang opge
houden",liet hij er langzaam op volgen.
Zij wachtte een oogenblikjen, alvo
rens zij weder het woord nam; haar
handen speelden met het kantwerk,
dat haar kleed omzoomde. Er was
echter iets gedwongens in haar
houding.
Evenwel klonk hare stem koel, toen
zij vroeg:
„En wanneer gij uw arbeid geheel
ten einde gebracht hebt?" Zij staarde
hem in 't gelaat, en de uitdrukking,
die in dezen blik lag, was in tegen
spraak met den koelen toon harerstem.
Hij zuchtte en antwoordde langzaam:
„Wanneer mijn arbeid te Rome ten
einde gebracht is, zal het tijd zijn,
dat ik mijne kolleges ga hervatten."
Zij rees met ongewone gejaagdheid
overeind, en een smartelijke uitdruk
king vertoonde zich op haar gelaat.
Dat duurde echter maar een oogen
blik, en toen sprak zij op ijskouden
toon:
»Dan blijft me niets meer over, dan
u mijn dank te betuigen, mijnheer de
Professor, voor de bereidwilligheid,
waarmede gij zooveel van uw onge
twijfeld kostbaren lijd aan mij hebt
willen wijden."
Zij stak hem hare kleine hand toe,
welker vingertoppen hij zachtkens
aanraakte.
Gij zijt mij hoegenaamd geen dank
schuldig. De gastvrijheid, welke gij mij
bewezen hebt, heeft meer dan opge
wogen tegen het verlies van mijn tijd,
zooals gij het noemdet."
Hij maakte eene buiging en ver
wijderde zich. Met strakken blik staarde
wordt de tentoonstelling van de te verlo
ten kunstwerken aanvankelijk druk be
zocht en zouden velen onder de aquarellen
wel iets van hunne gading vinden.
- Het „Handelsblad van Antwerpen"*
meldt dat de Heer Castan, van het „Pa
nopticum der Muntplaats te Brusselwerkt
aan eene kleine groepwelke hij zal ten
toonstellen ter gelegenheid van het bezoek
van HH. MM. 'tls een strijder van 1830
die den Nederlandschen vorst een bloemtuil
aanbiedt. De persoondie voor den strijder
poseertis de oude Havauxbewaker van
het gedenkteeken der Martelarenplaats.
Uit Kragerö wordt van 6 Mei gemeld r.
Gisteren avond werden door den Deen-
schen schooner Latonakapt. Mikkelsen
aan land gezet 6 man der equipage en de
kapitein van het brikschip Almavan Ul-
devalla, dat den 3den dezer door eene
gasontploffing totaal vernield werd. De
brik was op reis van Dlanelly naar Stock
holm beladen met gewone steenkool. Ge
durende de reis had men zorg gedragen
voor de afleiding van mogelijk zich ont
wikkelend gas, ofschoon er aan de laad
plaats verklaard was, dat er voor ont
ploffing geen gevaar bestond.
Toen de equipage den 3den dezerdes
ochtends te 8 ure, het ontbijt nuttigde
hoorde men op eens een slag als van een
feilen donder. Het dek vloog letterlijk in
stukken de lucht inzoodat de stukken
daarvan in het marszeil bleven vastzitten
de booten op het grootluik werden de lucht
ingeslingerden vielen in stukken neêr;.
de fokkemast werd uit het spoor in het
kolsum gelichtzoodat het tuig aan dien
mast heen en weder slingerde en elk oogen
blik overboord dreigde te gaan.
Het lot der bemanning was nog treuriger.
Een matroos werd in een oogenblik ge
dood zonder eenig teeken van leven meer
te geveneenen lichtmatroos werd 't hoofd
vermorzeld en verbrand, zoodat 't bijna
eene vormlooze massa scheenden tweeden
stuurman werd haar en baard afgebrand
en hij kreeg zware brandwonden aan hoofd,
en handende man aan 't roer werd met het
hoofd tegen het dek geslagen en beet zich
daarbij den tong stukterwijl den stuurman
een vinger bijna werd afgescheurd. Geen
ontkwam er ongedeerd aan de ramp.
Toen mennadat de eerste schrik voorbij
was, eenigzins lot bezinning kwam, vrees
de men dat het schip zou zinkendaar
het telkenswanneer het in hooge zee
overging water schepteen het tuig van
den fokkemast steeds dreigde neer te vallen-
Men hield recht onder den wind, en de
weinige mannendie in zooverre ongedeerd
waren gebleven, zetten noodsignalen op.
Te 12 uren 's namiddags hield de Latona
op de brik af, en door de hnlp van eene
groote boot, die inmiddels van een bark
van Stavanger tot redding was uitgezon
den werd het werk der overbrenging van
de arme verslagenen en der gewonde man
schappen veel vergemakkelijkt.
zij hem namaar de deur viel dicht,
achter hem.
II.
Miss Carray ging dagelijks wande
len, liefst alleendikwijls echter moest
Miss Webster haar begeleiden. Vroeger
had Professor Dornow dat gedaan; al
wandelende hadden zij over allerlei
onderwerpen met elkander gesproken,
en hij had haar opmerkzaam gemaakt
op het schoone van 't geen zij zagen,
en van de dingen waarover hunne
gesprekken liepen.
Zij gevoelde zeer goed, welk eene
leegte zijn vertrek in haar omgeving
had doen ontstaan. Zij was eene zeld
zaam begaafde jonge dame, die voor
alles haar verstand als maatstaf ge
bruikte. Het had dan ook bij haar als
een paal boven water gestaan, dat
toen haar vader overleden was, en zij
moederziel alleen in de wereld achter
gebleven was, al de heeren, die zich
aan haar hadden laten voorstellen, dit
hadden gedaan met het doel om een
miljoen pond sterling le betrouwen.
Maar Miss Lizzy Carray dacht er niet
aan, haar geld en zich zelve aan den
eerste den beste weg te schenken. Zij
wees allen af, en toen desniettemin
de heeren haar met hun aanzoeken
bleven lastig vallen, ging zij op zekeren
schoonen morgen onverwacht op reis,
huurde eene villa aan den oever van
het Como-meir, en leefde daar naar
haar welbehagen.
Wordt vervolgd).