Weten en Werken Van alles wat. .Nieuws berichten. Maandag 22 December 1884. Bravo, mijnheer Tideman! Dat was juist gezien en goed gedacht om voor de mannen, die Welen en Werken bezoeken de vraag te beantwoorden: „Wat willen de socialisten?" en hoewel aangenomen kan worden, dat op enkele uitzonde ringen na, geen Weten en Weten bezoeker zal dwepen met socialistische denkbeeldenwas het toch noodigook die werklieden te waarschuwen voor het zoet gelluit van sommige dagblad artikelen of heethoofdige redenaars. Als Nederlander veroordeelde spreker met recht het straatschandaal van Juni 1.1. dat toen binnen Haarlem heeft plaats gehadin Nederland waar ieder geluk kig de vrijheid bezit zijne meeningen uit "te spreken, mogen zoodanige hande lingen niet plaats vindenonderwijzend waren de gronden waarom die hande lingen werden veroordeeld. Laat hen spreken en anderen denken, laten zij den weg wijzen en anderen dien weg onderzoeken, laat hen beloven en zweven en anderen volbrengen en vastgrijpen, maar afgekeurd wat inbreuk maakt op de uiting van iemands gedachten. De Heer Tideman stelde het dwaze van het socialis me met straatschandalen te bestrijden zeer helder in het licht en ging toen overjom de verschillende eischen van het socialisme aan zijne hoorders mede tedeelen. Gelijke verdeeling van goed, van stand, van rang, werden daarop denkbeeldig gesteld en met nadruk bestreden. De dood aan het kapitaal! Deze zoo dikwijls aangeheven uitroep van heftige voorstanders, werd op treffende wijze tot zwijgen gebracht, door de geschie denis te verhalen van zakendie hadden plaats gehad in twee der grootste inrichtingen binnen deze stad, die van de Heeren Beynes en Gebr. Figee, en prijzenswaardig is het, dat de spreker staande tegenover ongeveer vierhonderd werklieden in kernachtige taaldie mannen aanbeveelt het kapitaal te steu nen, omdat zij daardoor zelve blijven staan. Algemeene dienstplicht werd rid derlijk goedgekeurd, en evenals de wet op den kinderarbeid een uitvloeisel was der openbare meeningverwachtte spre ker ookdat diezelfde hefboom ons tot dien eisch van het socialisme zal brengen. Algemeen stemrecht werd stilzwijgend voorbij gegaan omdat W. en W. niet toelaat politiek in hare lezingen te behandelen. Spreker schetste daarna den toestand van een socialistischen staat, zooals die in hunne organen in Duitschland wordt beschreven en verlangdwaarbij telkens werd aangetoond het onuitvoerbare of onhoudbare van 'de door hen gestelde eischen, en eindigde met een ernstig en krachtig woord tot opwekking om zooveel in ons is mede te werken tot verbetering van wat bestaat, en elk schepsel,in welken rang of stand geplaatst, geroepen is te werkent zij tot opbouw van de maatschappijof tot het bestaan van eigen kring en leven. Neen: geen dood aan het Kapitaalmaar dood aan de luiaardsde nietsdoenersde kanker en pest der Maatschappij. "Wij eindigen met het begin. Bravo, mijnheer Tideman! dat was juist gezien en goed gedacht. A. s. Maandag zal do'or den Heer Dr. J. Nieuwenhuijzen Kruseman uit Gorcum de spreekbeurt worden vervuld. Mijn waarde heer, het spijt me inder daad dat onze kennismaking niet iets intiemer is geweest, doch we hadden ook slechts een half nortje den tijd om met elkander te praten, niet waar? Dit ter opheldering aan sommige lezersdie een enkele uitdrukking in ons vorig geschrijf niet goed schijnen gevat te hebben. Franjois Coppée, in ons land het meest bekend door zijne tooneelwerken De viool van Cremona, Severo Torelli en de Werkstaking, nam verleden week zitting als Benjamin in de Academie Frangaise en werd aldaar toe gesproken door Cherbuliet, den gees- tigen schrijver van l'Idée de Jean Tcterol waarvoor als Nederl. titel zoo 'tniet al te plat klonk zou kunnen dienen Wat Jan Stijf hoofd in zijn kop had. Van de Lantaarn, een blad dat om de veertien dagen uitkomt bij A. Róssing te 's Gravenhageis thans het eerste nummer verschenen. Dat het blad niet zachtjes en zoetjes wenscht te oordeelenbewijst een lang en scherp artikel tegen de Tooneel- school te Amsterdam. Bij bovenge- noemden uitgever verscheen ook een boek van de zich noemende mevr. Quarles getiteld: de Ruiter met het rosse paard. Die roman is niets anders dan eene vertaling van Robespierre door den duitschen schrijver Wartenburg, met eenige bekortingen en wordt nu als oor spronkelijk werk verkocht, zegt de Portefeuille, die er alles behalve zoet- sappig bijvoegt: „Aldoende leert men: Eerst wordt door haar (de zich noemende mevr. Quarles) een zelfde manuscript onder twee titels aan twee verschillende redactiën verkocht; daarop verschijnt een bundel „oorspronkelijke" verhaaltjes, die blijken uit de Fliegende Blatter en derg. vertaald te zijn en thans wordt een heele roman gestolen." De betrokken auteur kan 't voorloopig daarmee doendunkt me. De zeventigste geboortedag van den Amsterdamschen geschiedschrijver J. t e r Gouw werd dezer dagen feestelijk gevierd, terwijl door B. en W. van Amsterdam is voorgesteld hem een eerepensioen van f800 te geven. De 18 of 19 jarige Christine van Eyken werd kort na haar vertrek van de Tooneelschool door den Koning een gouden medaille vereerd, de 72 jarige mevr. Bosboom Toussainten de 70 jarige Ter Gouw ontvingen er geen. In den loop des jaars zijn ridderorden verleend aan personen binnen- en buitens lands, hoevelen van hen hebben veertig jaar voor de glorie van hun land of hun geboortestad gewerkt? Het vraagstuk van waar toch de taal moge gekomen zijn, werd door een schooljongen opgelost in een antwoord aan zijn zusje. Deze was met hare leesles bezig en vroeg half schreiendPaulwaar komen toch al die woorden vandaan Van het twisten der menschenzeide hij; dan haalt het eene woord het andere uit. In de zitting van Donderdag zette de Tweede Kamer het algemeen debat over de Indiesche Begrooting voort. De heer Keuchenius kwam op tegen de cirkulaire omtrent de helling der landrente, vroeg inlichting omtrent de overbrenging der Algemeene Sekretarie naar Buitenzorg, en verlangde te hooren verzekerendat door vermindering van vele posten niet zou worden geanticipeerd op bestuurs or- ganizatieën, door latere krediet opnemingen in Indië.De heer van Gennep keurde de jongste benoemingen in den Raad van Indië af, waardoor deze te zeer een werk tuig dreigde te worden van het gezag. De Min. verdedigde zich tegen de ge maakte opmerkingen, en gaf o. a. als zijne meening te kennen, dat het wonen van ambtenaren der Sekretarie te Bui tenzorg geen bezwaar kon opleveren. De heeren Keuchenius en Roëll zagen in deze opmerking des Ministers eene geneigdheid, om den Gouv. Generaal vrij te laten in de overbrenging der Sekretarie, wat zij afkeurden. De Min. verzekerde echter daarop, dat slechts een gedeelte van de Algem. Sekretarie, als het kabinet van den Gouv. Generaalnaar Buitenzorg zou worden overgebracht, en dat omtrent een eventueele geheele overbrenging de Kamer zou worden gehoord. Aan den he»r van Kerkwijk beloofde de Min. alles te zullen doenom een voldoenden termijn te stellen bij de aanbesteding eener pakketvaart in Indië, met het oog op de afloopende koncessie der Ned. Indiesche Stoomvaart- Maatschappij. De onderwijs-aangelegen- heden lokten een uitvoerige diskussie uit. De heer Lieftinck keurde ten zeerste de opheffing der Kweekschool af, terwijl de heeren de Savornin Lohman en Keuchenius het wenschelijk achtten, dat partikulie- re krachten werden gesteund, om in het gemis van Kweekscholen te voorzien. De Min. verzekerde, dat hoewel de op heffing van enkele Kweekscholen wen schelijk was, de opheffing van alle Kweek scholen niet bedoeld wordt. Op de vraag van den heer Kielfstra het nieuwe lid uit Dockum verklaarde de Min., dat de Indische Regeering is aangeschreven, voorwaarden vast te stellen voor de publieke aanbesteding der Ombiliën-steenkolenvel- den. De afdoening van de Billiton-zaak, waarop krachtig werd aangedrongen door de heeren Verniers van de Loeff, Wintgens en Keuchenius, kon in de eerste helft van het volgende jaar worden verwacht. In de zitting van Vrijdag verdedigde de Min. krachtig de reorganizatie van het personeel bij de burgelij ke openbare wer ken, tegenover de heeren Kielstra, van der Kaay en van Gennep. Betreffende ongezonde gevangenissen zoo beloofde de Min. den heer van Gennep zouden voorzieningen getroffen worden. Al de artiekelen der afdeelingen werden aan genomen. Bij afdeeling Oorlog richtte de heer Kielstra verschillende vragen tot den Min. betreffende het legerbestuur. De heer Rutgers van Rozenburg vroeg pu- blikatie der debatten van het Atjeh-komi- j tee, en ook hij laakte de proklamatie. Ook wilde hij weten, of omtrent de concen tratie in Atjeh deskundigen waren gehoord. De Heer Keuchenius keurde de opening der Tenom-havens en de sluiting van andere havens van niet vijandige Staten af. De Minister verdedigde de koncentratie in Atjeh en trachtte duidelijk te maken dat deze niet met terugtrekken gelijk te stellen is. Z. E. zou de publiceering van het debat van het Atjeh-Komitie in over weging nemen, en ontkende dat er iets onwettigs gebeurd zou zijn in zake de sluiting der Atjeh-havens.Hoofdstuk II uitgaven in Indië) werd aangenomen met 69 tegen 5 stemmentegen hebben gestemd de heeren v. Gennep, Kielstra, Cremer, de Ranitz en W. v. Dedem. Bij Hoofdst.I uitgavenin Nederland)bracht de heer Pompe v. Meerdervoort de kwestie ter sprake, of het niet wenschelijker ware voor de kwaliteit en voordeeliger voor de schatkist, de koffie uit Indië naar Nederland per zeil- in plaats van per stoomschip over te brengenen de heer Oorver Hooft scheen ook van dat gevoelen te zijnen de Min. beloofde een onder zoek te zullen instellen. De heer Kielstra richtte bij de afdeeling Oorlog nog eenige vragen tot den Min., waarop deze in de avondzitting antwoordde. Alvorens de Kamer eene beslissing nam ten aanzien van de nog overige Hoofdstukken der Begrootingdie later werden aangenomen had een zeer uitvoerig debat plaats over eene door den heer de Savornin Lohman voorgestelde motie, luidende: „DeKamer, vooral nog niet overtuigd, dat de door de Regeering voor Nedl. Indië beoogde belastinghervorming, voor zooveel daar van blijkt uit de door haar overgelegde ontwerpen en medegedeelde plannen doel treffend zijn zoude, gaat over tot de orde van den dag." Deze motie werd krach tig bestreden, ook door de Regeering, die er een kwestie van vertrouwen van j maakte. In stemming gebracht werdde motie verworpen met 54 tegen 22 stem men, de tegenstemmers waren de anti- revolutionnaire leden. De Middelen wet werd daarna aangenomen met 68 tegen 5 stemmen. In de Zitting van Zaterdag is de begroo ting voor Suriname met eenparige stem men aangenomen. De heer Gildemeester drong aan op meer steun voor Suriname. De heer des Amorie v. d. Hoeven gunde Suriname wat het indedaad behoefde, maar niet meer. De Min. van Kol. verklaarde, dat, alvorens steun werd gegeven, de bevolking van energie moest doen blijken. Bij de begrooting voor Ommerschans Veenhuizen beloofde de Min. van Justitie, de wenschen van den heer Goeman Bor- gesius tot verbetering der gestichten in overweging te zullen nemen. Een amen dement van den heer v. d. Kaay, om in afwachting van nader onderzoek den eersten termijn der kosten voor verbouwing der gestichten te schrappenwerd aangenomen met 47 tegen 26 stemmen. Verder werden nog eenige kleine ontwerpen aan genomen, en de diskussie over de Spoor- wegbegrooting aangevangen. Gisteren namiddag is tusschen Bocholt en Winterwijk op den openbaren weg een afgesneden manshoofd gevonden terwijl in eene sloot het verminkte lichaam werd ontdekt. De Duitsche en Nederland- sche politie is ijverig aan het opsporen van de boosdoeners. Als het volgende niet medegedeeld werd door personen als de secretaris van het betrokken ziekenhuis, mr. Arthur Rea- deen de dokter van het gestichtzou men wellicht bezwaar maken het te gelooven. Jl. Dinsdag avond vóór 8 dagen kwam in het Charig-Cross-hospitaal te Londen een kleine hond die zijnen ge- kwesten voorsten poot ophief, blijkbaar verzoekend in het huis toegelaten te wor den. Toen men het dier in de zaal had toegelatensprong het op eene stoel en hield den behandelenden geneesheer zijnen poot voor. Nadat de dokter het verwonde deel verbonden hadlikte het dier zijnen weldoener de handen en gaf door blaffen zijne dankbaarheid voor den bewezen dienst te kennenen wel zóó Bterkdat men genoodzaakt was den hond weg te jagen. Den volgenden dag vertoonde zich de hond-patient weder aan de deur van het ziekenhuis, en is sedert dien dag een regelmatige „buitenpatiënt" geworden. De persoondie zich in Delft bij eene familie voor neef uitgaf, heeft ook te Katwijk aan den Rijn zijn pogen, om eenigen op te lichten, bekroond gezien- Hij is geheel op de hoogte der familie banden van het gezin dat hij zich uit kiest. Hier was hij bij een daglooner, dien hij Vrijdagavond f 2.50 afzette van zijn zuur verdiend arbeidsloon. Wederom een kerkdiefstal in Lim burg. In den nacht van Woensdag op Donderdag heeft een brntale kerkdiefstal plaats gehad te Hoensbroek, twee uren van Sittard. De dieven hebben zich ingang tot het gebouw weten te verschaffen door een venster boven den biechtstoel. De zilveren voorwerpen uit een tabernakel zijn ontvreemd en drie offerbussen geledigd. Tengevolge van dit misdrijf kon de vroeg dienst Donderdag morgen niet plaats heb ben. Van de dieven weder geen spoor. Er bestaan talrijke methodes om appelenperen en andere vruchten gedu rende den winter te bewaren. Een zeer beproefd middel is papier dat in eene alcoholische oplossing van salicylzuur ge drenkt is. In dit papierdat eerst gedroogd wordt, worden groote hoeveelheden vruch ten uit Amerika naar Engeland gezonden, en behouden hun smaak geheel. Men wik kelt iedere vruoht afzonderlijk in dit papier en bergt ze dan in kisten of vaten. Een verschrikkelijk ongeluk had Vrijdagochtend plaats te Lutterade- Geleen. De 21jarige doofstomme dochter van den landbouwer Lutendiedaar zij de sluitboomen geopend vond, de spoorbaan nog wilde overstekenjuist op het oogen- blik dat de goederentrein van Venloo op Maastricht in volle vaart aankwam werd door de machine gegrepenmet het ongelukkig gevolg dat hare beide beenen en rechterarm geheel vermorzeld werden,, en zij bovendien eene gapende wonde aan het hoofd bekwam. Er bestaat weinig hoop de ongelukkige in het leven te houden. Figaro gaf onlangs een vrp uitvoerig overzicht van het nieuwe werk van Dumas: Denise, hetwelk in het Odéon in studie is. Dezer dagen wilde een redacteur van dit blad den beroemden schrijver over dit stuk interviewen maar hij had weinig succes. Den volgenden morgen ontving hij een brief van Dumas, waarin deze zich verontschuldigde dat hij den bezoeker heeft moeten teleurstellen. Laat ik duidelijk mogen zijn; zoo heet het aan het slot van dit schrijven wanneer een jour nalist zich het recht toekent om gebruik te maken van een indiscretie van eea acteur of van een copiïst om uit een tooneelstuk vóór de opvoering eenige frag menten aan te halendan zal hij dit zelfde recht zich ook toekennen als het een opera betreft. En wat verhindert hem dan om vóór de eerste voorstelling het duo uit de Hugenooten of het gebed van Mozea publiek te maken? Wat doet de uitgever die de partituur gekocht heeft Hij doet hem een proces aan, dat hij wint.... Zoolang mijn werk niet in het publiek is opgevoerdblijft het mijn eigendom en wanneer men er eenige gedeelten wil uitnemen om daar gebruik van te maken dan is dit het zelfde alsof men het een of ander voorwerp, dat mij toebehoort, van mij afneemt en verkoopt. Bij het rijksgerechtshof te Leipzig is het proces tegen Reinsdorf c. s. begonnen. De beschuldigden zijn Reinsdorf, letterzetter te Pegau, be schuldigd van aansporing tot hoogverraad, tot moord en tot brandstichting; Kuchlerletterzetter te Elberfelden Rupschzadelmakersknecht te Rossbach, wegens hoogverraadbrandstichting en poging tot moord Bachmann, wever te Triptis, wegens poging tot moord en brandstichting; Holzhauer, schoenmaker; Söhngen, verwer; Rheinbachband werkerTollnerknoo- penmaker; allen te Barmen, beschuldigd van deelneming aan hoogverraad, aan poging tot moord en aan brandstichting- Tot de voornaamste punten van beschul diging behoort de aanslag op het leven des Keizers bij de onthulling van het gedenkteeken op den Niederwald. Daar omtrent worden in de acte alle voornaamste bijzonderheden bevestigd, die inmiddels reeds waren hekend geworden. Er wordt onder anderen gemeld, hoe Rupsch reeds spoedig na_ zijn gevangen neming had bekend welk aandeel hij in den aanslag op Niederwald had gehad, maar

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1884 | | pagina 2