woordigende. De 2e pr. voor degen is
uitgeloofd door den heer Mr. W. Jager
Gerlings, waarn. comm. der dd. schutterij
alhier, de 2e prijs voor sabel door den
heer J. Gr. Koning.
Voorts werd gehouden een eerewedstrijd
op degen tusschen de directeuren der
deelnemende Vereenigingen of hunne plaats
vervangers. De prijs, een prachtige eere
degen, uitgeloofd door den heer J. de
Jager, alhier, is behaald door den heer
J. Muller, Minerva, Amsterdam, terwijl
de heer H. Koopman Jr., Hercules, den
Haag, de premie, zilveren medaille, ver
wierf. Daarna volgde ten slotte de
strijd op den sabel om 3 medailles, uit
geloofd door de heeren J. de Jager en
J. G. Martin Jr., directeur van Sparta,
voor de mededingers uit het Nederlandsche
leger. De eerste pr., zilveren medaille,
werd behaald door J. G. de Vries, 3e
reg. huzaren Den Haag, de 2e pr. verguld
bronzen medaille door J. M. Petri, Onder-
officiersvereeniging, regiment grenadiers
en jagers, Den Haag, en de 3e pr. bronz.
med. door A. Kom, van laatstgenoemde
Vereeniging. Behalve door het le reg.
hnzaren te Haarlemhet 3e reg. huz. te
's-Hage, en het 4e reg. inf. te Haarlem
werd aan dezen wedstrijd, die persoonlijk
was, door nog 22 Vereenigingen deelge
nomen. Mocht het aantal deelnemers talrijk
zijn geweest, hunne geoefendheid is de
schnld van dezen langdurigen strijd.
De gymnastiek wedstrijd, waaraan 23
Vereenigingen deelnamen, was mede te 4
uur afgeloopen. De uitslag daarvan was
als volgt:
Eereprijs (gonden medaille) Rotterdam-
sche Gymnastiekvereniging te Rotterdam
le prijs (verguld zilv. med.) „Olympia,"
te Amsterdam2e prijs (verguld zilv. med.)
Sparta," te Amsterdam; 3e prijs
(zilveren med.) „Uitspanning door In
spanning," te 's-Gravenhage4e prijs
(vergr-bronzen med.) „Germanicus," te
Amsterdam; 5e prijs (bronzen med.)
„Kracht en Vriendschap," te Amsterdam.
Des avonds ten 8 uur had de uitreiking
van de prijzen aan de overwinnaars en
de herinneringsmedailles plaats en de
Eere-voorzitter sprak daarbij eenige toe
passelijke woorden. Door luide toejuichin
gen en herhaalde fanfares gaven de aan
wezigen hun bijval te kennenwaarna
de Heer Lieftinck weder het woord nam.
Tot laat in den nacht hield vervolgens
een zeer geanimeerd bal de feestvierenden
bpeen.
„WETEN en WERKEN".
„Wanneer men in het leven," zoo sprak
de Heer Slangen Maandag avond in W.
en W., „den blik laat ronddwalen,
„dan doen zich somtijds vragen voor,
„die men meent gemakkelijk te kunnen
„beantwoorden terwijl de moeielykheid er
„van biykt uit het verschil in de beant-
„woording. Zoo zullen de vragenWat
„is geluk en wie is gelukkig, verschillend
„beantwoord worden, evenals de vragen
„Wat is groot en wat is klein."
De heer Slangen bepaalde zijn gehoor,
in verband met de laatste vraag, tot de
beteekenis van het kleine, het schijnbaar
nietige, in de natuur, het leven en
de geschiedenis. In den duidelijken
en kalmen betoogtrant, dien men in den
spreker zoo weet te waardeeren, werden
de hoorders gewezen op het mosterdzaadje
dat een krachtige plant wordt, maar ook
op de losse sneeuwvlok, die, stuivende van
de berghelling, een lawine wordt, op den
droppel uit het moeraswater die, hoe klein,
het tooneel is van leven en strijd, op de
hand van den mensch, die zooveel schoons
wrocht, maar ook zooveel geluk kan
vernietigen, op de spaarzame huismoeder,
die de macht van het kleine weet te
schatten, op de kleine zonden en gebreken
van het kroost, op den weldadigen invloed
van de kleine liefdeblijken en zoo kwam
spreker tot de kracht en beteekenis van
het kleine in de geschiedenis, waaruit
spreker in herinnering bracht, hoe een
enkele molshoop de oorzaak was van den
dood van onzen stadhouder-koning Prins
Willem III en hoe die aanleiding gaf
dat, toen men in 1713 te Utrecht vrede
sloot met Frankrijk,onze vertegenwoordiger
aldaar op de grievendste wijze beleedigd
werd, iets wat niet zou gebeurd zijn, als
de groote Willem de ziel had kunnen
blijven van het verbond, gesloten tot
fnniking van de veroveringzucht des
Eranschen konings Dodewyk XIV. Nog
verhaalde spreker hoe een kleinigheid
oorzaak was, dat Napoleon Bonaparte een
Eranschman en geen Gennees was en een
andere kleinigheid, een geweerschot waar
van niemand de herkomst wist op le geven,
het sein gaf tot de omwenteling in Frank
rijk, waarbij Koning Lodewijk Eilips zijn
kroon verloor.
Dat óók een enkel, soms onbedacht
daarheen geworpen woord soms een be-
denkelyke afmeting kan verkrygen, hoe
een gerucht door praatzucht en door
achterklap der menschen den schijn van
waarheid kan aannemen, hiervan bracht
spreker een passend voorbeeld by, door
de voordracht van een sprookje van den
Deenschen Andersen. Hoe zelfs een schoone,
op zich zelf goede, gedachte van een
Spaansch priester, den edelen Las Cazas,
oorzaak is geweest van den menschontee-
renden slavenhandel in Amerika, hoe uit
vindingen vaak te danken zijn aan nietig
heden en in het algemeen, hoe vooral de
macht van het kleine, het eenvoudige
vaak de grondgedachte van veel schoons,
veel nuttigs was, dit alles wist de heer
Slangen op boeiende wijze onder woorden
te brengen.
Ten slotte droeg de spreker nog een
paar gedichten voor, een van Beets, ge
titeld Jan Jansen, en een van
Potgieter, Eerlijke armoede. Datde
keus van die twee gelukkig was en dat
de bezoekers van „Weten en Werken"
ook ooren hebben voor goede verzen, op
een waardige wyze ten gehoore gebracht,
bewees de dankbare toejuiching van het
zeer talrijk opgekomen publiek.
De volgende spreekbeurt zal vervuld
worden door den heer W. C. Goteling
Vinnis.
N ieu wsberichten
In de zitting der Eerste Kamer van
Donderdag was het nieuwe lidde hoog
bejaarde heer Elout van Soeterwoudede
eerste spreker bij hst algemeen debat over
de Staatsbegrooting. De tegenwoordige
toestand hier en elders was volgens hem
een gevolg van ongerechtigheden in het
Staatsbestuur. Hij bestreed het spekuleeren
hier en in Indië op volkszondenop
opium en jenever, en niet minder de
ongodsdienstige opvoeding der jeugd tegen
den zin van de helft der natie. De
heer Naamen van Eemnes keurde het
standpunt der Regeering in de tariefkwestie
afen wilde eenvoudig alle handelstrak
taten opgezegd hebben. Ook protesteerde
deze spreker tegen de scheiding van bui
tengewone en gewone uitgaven. De heer
de Bruyn was wat dit laatste betreft
van een tegenovergesteld gevoelen. De
heer Pijnappel drong aan op niet loslating
der bronnen van inkomsten by leening
op korte aflossing termijnen. De heer
Regout bestreed de handelspolitiek der
Reg., en drong aan op invoering van het
reciprociteitsstelselvooral voor de kleine
industrie. De heer Muller verdedigde
het vry handelsstelselmaar vond het
tooh niet kwaadeen inkomend recht op
Duitsche steenkool te heffen om alzoo
Duitschland koncessies af te dwingen en
onze turfindustrie krachtig te bevorderen.
De heer de Sitter drong aan op voorbe
reiding eener inkomstenbelasting, opdat
deze gereed zijals de Grondwetsherzie
ning zal zyn afgeloopen. De heer
Blydenstein bestreed het statistiek recht
en de invoerrechten op bewerkt hout,
zuidvruchten en petroleum. De Min. van
Binnnenl. Zaken was van meeningdat
er geen reden bestond om den tegenwoor-
digen toestand van het volk zooveel min
der te noemen dan tijdens de Republiek
integendeel de algemeene toestand wijst
op vooruitgang. Hy handhaafde de onder
scheiding tusschen gewone en buitenge
wone uitgaven. By gemis aan overeen
stemming over de wyze van heffing eener
inkomstenbelastingmeent de Reg., dat
men zich tot andere middelen ter verster
king van inkomsten moet bepalen. De
Min. van Kol. verklaardedat de Reg.
alles doetom het opium-misbruik te
keeren. De Min. van Fin. verdedigde
nader zyn beleid, en verklaarde zich krachtig
voor vrijhandel. Nadat nog eenige der
genoemde sprekers hadden gerepliceerd
werd het algemeen debat gesloten.
Nadat de heer Fransen v. d. Putte de
Reg. had aangeradenby Grondwetsher
ziening niet te transigeeren ten aanzien
van het Kiesrecht werden de Hoofdstukken
II Booge Kollegiën van Staat en Kabinet
des Konings) III BinnenlZaken) en VI
{Justitie) aangenomen, nadat bij het laatst
genoemde hoofdstuk de Min. van Just,
beloofd had eene wijziging van de Vo-
gelenwet in overweging te zullen nemen.
Vrijdag werd Hoofst. V {Binnenl. Zaken)
aangenomen met algemeene stemmenna
een kort debat van de heeren de Sitter
van Naamen van Eemnes en den Minister
over de normaallessen, de gymnasia, het
hoofdonderwijzers-examen en het zeevaart
kundig onderwijs. By Hoofdst, VI
{Marine) verklaarde de heer Sitter tegen
te zullen stemmenomdat de Minister
niet duidelijk uitgesproken had, wat eigen
lijk zijne plannen zyn. Ook de heer
Fransen v. d. Putte verkeerde dienaan
gaande in 't onzekere. Deze spreker drong
ook aan op bezuinigingen door inkrimping
van de militaire marineen op het tot
stand brengen eener telegrafiefcche verbin
ding van de buitenbezittingen met Java.
Eene kleinemaar goede zeemacht in
Indië achtte hy onmisbaar, ook met het
oog op eventueele vreemde inmenging.
De heeren Regout en Stork bestreden het
behoud van de werven van aanbouw.
De Min. van Marine verdedigde zyne
voorstellen, en noemde het aangeven van
een bepaald plan een onmogelijkheid. Het
behoud der werven verdedigde de Min.,
vooral met het oog op de herstellingen
in oologstijd. De heer Stork stelde
eene motie voor om de wenschelykheid
uittespreken van nadere overwegingen
by de Regeering omtrent het voort
bestaan der Rijkswerf van aanbouw te
Amsterdam. Nadat eenige leden zich er
tegen hadden verklaarddat nu eene be
slissing werd genomenwerd aangenomen
een voorstel van den heer Sickesz, om
de behandeling der motie uittestellen.
Hoofdstuk VI werd aangenomen met 22
tegen 14 stemmen.
Zaterdag werd Hoofdst. VII {Financiën)
aangenomen met 29 tegen 1 stem. De
Min., gesteund door den heer Moolenburgh,
verdedigde de Kommissiën van taxatie voor
ongebouwde eigendommen. Tegenover
den heer Pické hield de Min. vol, dat de
financieele toestand niet toeliet, thans eene
regeling te ontwerpen voor de weduwen-
en weezenpensioenen van Rijksambtenaren
zoodra het oogenblik geschikt is, zal de
Min. gaarne een voorstel doen, maar dan
ook gegrond op degelijke berekeningen.
Het ontwerp op de suikerwet-herziening
was den vorigen dag den Minister in
handen gekomen. Terstond na de aan
neming der begrooting, wilde de Min. er
werk van maken. De Vesting-begrooting
werd aangenomen met 28 tegen 2 stem
men. By Hoofdst. VHI Oortog) werd
het aan Dr. de Hollander op zoo zonder
linge wyze verleende ontslag door den heer j
Verheije nog eens ter sprake gebracht.
Het Hoofdstuk werd aangenomen met 25
tegen 5 stemmen. Met algemeene
stemmen werd de Spoorioeg-begrooting
goedgekeurd. By Hoofdst. IX (Water
staat eni.) drong de heer Tak van Poort
vliet aan op ernstige overweging van 't
geen ons te doen staat, met het oog op
de keus van Antwerpen als aanleghaven
der Duitsche-Transatlantiesche booten en
de samenwerking dier haven met Hamburg
en Bremen, onze twee grootste konkur-
renten. By de Begrooting voor Suri
name verzekerde de Min. van Kol. alle
zelfstandigheid aan den Gouverneur te
gunnen tot doen van voorstellen om den
toestand te verbeteren. Beide begroo
tingen, zoowel als Hoofdst. X {Koloniën)
werden met algemeene stemmen aange
nomen. De Kamer is op reces uiteen
gegaan.
Gedurende de voorstelling van Lucia
di Lammermoor met Adelina Patti te Boe
karest is een man gedurende de groote waan
zinsaria uit een bovengalery achter de
coulissen komen vallen van een hoogte
van 17 meter en heeft in zijn val een vrouw,
een kind en een decoratie omgeworpen.
Toen het publiek leven en kreten hoorde
dacht het niet anders of er was brand
uitgebroken en wilde ontvluchten. Maar
Ad. Patti bleef bedaard, zong zonder een
enkel oogenblik te aarzelen door en gaf
door teekenen aan het publiek te kennen,
dat het geen het minst gevaar liep. De
stem der kunstenares miste haar uitwer
king nietmen bleef bedaard zitten en
biseerde zelfs de aria. Door de tegenwoor
digheid van geest van Patti is men voor groo-
ter ongeval gespaard gebleven, want was de
paniek niet zoo spoedig bedaard zoo ware
het ongeluk niet te overzien geweest
daar alle plaatsen in de zaal bezet waren.
De mandie vieleen koopman die
voor 2frcs van de machinisten vergunning
had gekregen bij hun bezigheden toe te
mogen kijken heeft den hals gebroken.
De vrouw is ernstig ziek tengevolge van
den schrik het kind kreeg slechts lichte
kwetsuren.
Aan de Köln. Ztg wordt uit Bata
via geschreven dat de Franschen op de
westkust van Sombo of Sandalhouteiland
hun vlag hebben geheBchen. Sombo be
hoort tot de kleine Soeda-eilanden en is
een Hollandsche bezitting.
In Obwalden in Zwitserland is een
nieuwe gevangenis gebouwddie het
vorige jaar door 20 gevangenen is betrok
ken. Toen de winter naderde en men
wilde stokenbemerkte men dat de stook
plaatsen bij het bouwen vergeten waren.
Volgens de Gelderlander hebben
opgravingen in den Eversberg onder Mil-
lingen den pastoor de overtuiging geschon
ken, niet slechts dat daar een blokhuis
van de Romeinen moet geweest zijn, door
Drusns gebouwd maar dat ook Claudius
Civilis hier moet begraven zijn. Men twijfelt
niet of de plaats waar deze ligtzal nog
gevonden en zijn asch zal dan naar Leiden
of Nijmegen kunnen overgebracht worden.
Door de rijkspolitie te Sprundel is
eene goede vangst gedaan. Niet minder
dan 14 zoutsmokkelaarsdie 685 kilogr.
zout met zich voerden, vielen haar in
handen
Een merkwaardig voorbeeld van de
hooggeroemde geestdrift, welke de Serviërs
voor de voortzetting van den oorlog ge
voelen, deelt de K'óln. Ztg. medeEen
deputatie komt naar Nisch die haar ver
klaring in optima forma overhandigt en
krachtdadig uit naam van het volk op
voortzetting van den oorlog aandringt.
Dit afgeloopen zijnde begint de woord
voerder opnieuw te spreken en zegt „Sire,
wij hebben u het voorgaande medegedeeld,
omdat men ons gezegd heeft, dat het
gewenscht werddat het in het buitenland
een goeden indruk maken en het ten nutte
van het land zou zyn. Maar wij, zooals
wij hier voor u staan en allen die ons
gezonden hebben, zijn voor den vrede,
en hopen en wenschen, dat de vrede
spoedig gesloten wordt". Wat hierop ge
antwoord werd, weet men niet.
Van de stoomboot Maassluis I sprong
tusschen Vlaardingen en Schiedameen
passagier genaamd v. d. M.overboord.
De kapitein die het ongeval zag liet ter
stond stoppen en alle pogingen werden aan
gewend om den drenkeling te redden. Toen
dit met veel moeite geschied wasbleek
de drenkeling het bewustzijn verloren te
hebben doch de equipage slaagde er in
door toepassing der voorschriften van de
Maatschappij tot redding van drenkelingen,
het leven weder op te wekkenzoodat
de man behouden te Schiedam aan wal
werd gebracht.
De diepste artesische pnt ter we
reld is geboord te Pesten wel voor
rekening van de stad en ten behoeve van
de publieke wasch- en badinrichtingen
aldaar. De put is niet minder dan 951
meter diep en levert telken dage onge
veer 800 kub. water van 70° C op. Men
wil nu de put nog dieper boren tot dat
men water van 80° C verkrijgt.
De oppasser van den heer C. aan
de Koninginnegracht te 's-Hagezekere
S., heeft zich met een niet onaanzienlijke
geldsomwaarvan hij rekeningen moest
betalen uit de voeten gemaakt.
Een tachtigjarig behoeftig grijsaard
in eene zijgang van de Laurierdwars-
straat te Amsterdam woonachtig, was in
zijn bed eene pijp gaan rooken. Door eene
gevallen vonk ontstond brand, waarop de
onderburen op 's mans hulpgeschrei boven
kwamen en hem in deerniswaardigen toe
stand aantroffen. Zijn kleederen stonden
in brand en hij zelf was ernstig gewond.
De brandweer, te hulp geroepen, bluschte
het vuur en gaf den armen man de eerste
verplegingwaarna zij hem naar het
gasthuis bracht.
Volgens de Amsterdammer kan men
zich aan het Centraal-station te Amster
dam vermaken met de eigenschap van
een hond. Deze hond is een zwerver,
gelijk er zoo velen van dat soort worden
aangetroffen, en Jules Verne zou zeker
dezen zwerver reeds in zijne romans heb
ben opgenomenzoo hij er mee bekend
was geweest.
Wanneer het dier ontdekt dat de portier
aan den ingang der 3e kl. wachtkamer de
stationsnamen afroept, rijst hy onmiddelijk
opplaatst zich voor den portier en
luistert voor welken trein het oogenblik
van vertrek is aangebroken. Terstond be
geeft dan de zwerver zich naar de be-
treffenden treinzoekt den treinsmid op
en gaat met dezen van wagen tot wagen;
hij overtuigt zich als het ware of de boel
in orde is.
Daarna begeeft sinjeur zich naar de
locomotief, en wacht daar, behoorlijk
neergezetenhet oogenblik af dat de trein
wordt afgeluid. Zoodra de machinist de
stoomfluit doet hoorengeeft onze zwer-