HAARLEMSCH Eerste Blad. ISo. 88 Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 80. Negende Jaargang, van WOENSDAG 2 November 1887. ABONNEMENTSPRIJS Per drie maandenf ,25. franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk. Pry's per Advertentie van 1 tot 5 regels 25 cents, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. VERSCHIJNT: Dinsdag- en Vrijdagavond. Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Het Gemeenteverslag. Gemeente-eigendommen, wer ken en inrichtingen: De gemeente heeft in 1886 geen gebouwen aangekocht tot vermeerdering van hare eigendommen. De verschillende onderhoudswerken zyn aanbesteed voor 6900 'sjaars en de gebouwen van het voormalige Oudeman nenhuis voor 615 's jaars. Enkele ge deelten van gebouwen werden voor lan ger of korter tijd verhuurd. De kiosken Nos. 1 en 3 werden verhuurd tegen 61 en ƒ32 per jaar. De vleeschhal werd aan haar oorspronkelyke bedoeling teruggeven. Om het gebouw hiervoor ge schikt te maken, werd eene som van f 2500 toegestaan. Het restaureeren van den raadhuisgevel was aangenomen voor 3825. Het onderhoud der torens, dat in eigen beheer plaats heeft, eischte f 1193.50. Het torenuurwerk in den Grootekerks-toren is in goeden staat ge- braoht. 2900 was hiervoor toegestaan. Het orgel in de Groote Kerk was op gelijke wijze als vroeger in onderhoud. Tot organist werd, na het overlijden van den heer Bastiaans, benoemd de heer R. Hol, doch dear deze de betrekking niet kon aannemen, werd als zoodanig benoemd de heer W. Ezerman. De schoolgebouwen in gebruik bij het hooger- en middelbaar onderwijs zijn voor drie jaar in onderhoud voor f 2460, de schoolgebouwen en daarbij behoorende wo ningen bp het lager onderwijs voor 2650, de schoolmeubelen voor lager- en gymna siaal Onderwys resp. voor ƒ475 en f 135. De nieuw opgerichte burgerschool voor jongens en meisjes werd gevestigd in de schoollokalen op het Klein Heiligland. Deze eischten voor dit doel evenwel be- langrijke verbouwingen en verbetering; ƒ5810 stelde de raad beschikbaar tot dit werk met inbegrip van meubilair en school- behoeften, waarna nog f 2760 bepaald werd tot het in goeden staat brengen van de onderwyzerswoning, tot deze school behoorende. Ten opzichte van School Lr C, in de Jansstraat werd eerst besloten de lokalen te doen veranderen en verbouwen, waarvoor 6600 werd aangewezen. Op voorstel van een raadslid kwam de raad op dit besluit terug en het toen voorgestelde plan om die gebouwen voor afbraak te verkoopen, op een gedeelte van het terrein een geheel nieuwe school te bouwen en de rest van den grond voor bouwterrein te verkoopen, kwam niet tot rypheid, aange zien de minister van justitie aanbood het geheele terrein, onder nadere goedkeuring der wetgevende macht voor 24000 te koopen. De raad sloeg toe, de bedoelde goedkeuring werd verleend en men is tot den afbraak overgegaan. De kazernen met bijbehoorende gebou wen zyn; zoover zij gemeente-eigendom zyn, by het Ryk in onderhoud. De gebouwen en werken buiten de gemeente gelegen, eischten 2749 aan onderhoudskosten. Van deze eigendommen zyn verschillende gedeeltelijk verhuurd. Op den weg langs het Noorder Spaarne, in 1884 opgeleverd was het verkeer toe nemende. De grond-eigendommen der gemeente werden in 1886 vermeerderd met den aankoop van een perceel weiland onder de gemeente Schoten voor ƒ13000, tot vergrooting van de algemeene begraaf plaats, terwyl door ruiling en schenking de gemeente nog in het bezit gekomen is van gronden, welke noodig waren tot verbetering van de rooilyn af tot aanleg van straten. Aan de Maatschappy „de Nassaubouw" is een stuk grond verkocht voor 32295 zynde of 15 per centiare, en aan een andere combinatie een stuk voor ƒ6975. Deze gronden behooren tot het terrein van de vroegere kavalerie-stallen. Van de be schikbare gronden in de Barrevoetesteeg werd een perceel afgestaan voor ƒ1200, een voor 1335 en drie te zamen voor 7410, terwyl een stuk grond aan de Prins Hendrikstraat voor 9220.25 werd verkocht. Verder ontdeed de gemeente zich van twee perceelen bouwterrein aan de Mauritsstraat. Bovendien werden nog eenige kleinere stukjes grond verkocht, en andere in huur gegeven. De opbrengst op den post „Opbrengst van den verkoop van gemeente-eigendom men, boomen enz. bedraagt ƒ78767.55. De inkomsten door de gemeente genoten wegens verhuurde gebouwen en gronden enz. hebben over 1886 ƒ17198.415 be dragen. De wandelplaatsen en plantsoenen wer den door de gemeente in eigen beheer onderhouden. De vischwateren waren tot 31 December 1890 verpacht voor ƒ771. Straten, pleinen, riolen en waterleidingen, omtrent het veor- stel om twee perceelen aan den ingang van de Barrevoetesteeg aan te koopen voor ƒ18000 meende de Baad afwyzend te moeten beschikken. Met het maken van trottoirs in de straten daarvoor door den Baad aangewezen, is men ge leidelijk voortgegaan en deze verbeteringen kostten der gemeente ƒ446.05', ongere kend de hardsteenen bauden,die reeds vroe ger waren aangeschaft. De bestratingen zyn by de gemeente in onderhoud, doch by wyze van proef zyn een paar perceelen publiek aanbesteed. Wordt vervolgd. Het Vliegend Wiel Zaterdag avond gaf de Bedery kerska mer „Het Vliegend Wiel" haar eerste uitvoering in dit seizoen in de groote zaal van de Sociëteit „de Kroon" met medewerking van het Kwartet „Loreley." Het programma vermeldde vyf nummers en werd geopend met „Ik trouw met myn dochter," van A. J. Grosz van Trockan, vertaald door Juliano. Een aar dig stukje. De opvoering gaf veel genoe gen en wy sluiten ons aan by hen die meenen, dat het daar ook eigenlyk om te doen was; een paar bedenkingen van technischen aard laten wy dus in de pen. De Alice-rol werd flink losweg afge speeld. De dame, die haar voorstelde, ver dient werkelyk den dank der Vereeniging. Het tweede blyspel was „Daar is Myn heer" van Gillessen. Men kan er uit leeren, als men 't soms niet weet, hoe dienstboden hun heer bedotten kunnen, of de strekking moest zyn den ouden ryken heer, die drie bedienden den kost geeft, aan de kaak te stellen, omdat hy niet graag bestolen wordt. Maar er kan by gelachen worden vooral als Jan, de huisknecht, met het leukste gezicht van de wereld zyn heer zoo een rad voor de oogen draait, dat hy zyn eigen oogen niet meer gelooft. De rol van Kaatje deed door de goede opvatting het stukje veel goed. De zang by dit blyspelletje was niet erg muziekaal. De voordracht van den Vogelkoopman beviel goed. Het was een variant op het spreekwoord Elk meent zyn uil een valk te zyn. Kunstgenot smaakt men by de schoone voordracht van Nicolai's „Myn lisfken is myn Somer" voor Tenor-solo, dat met piano-begeleiding van den heer Schmölling innig lief vertolkt werd. De zanger her haalde op vereerend verzoek het lied. Het kwartet „Loreley, het pas met goud bekroonde Haarlemsche viertal, besloot den avond met een drietal liederen. Het be hoeft niet gezegd te worden, dat men ge noot. De vier stemmen toch zyn door langdurige studie zóó volkomen iri over eenstemming als men wenschen kan en in kracht of weekheid, in forto of piano, in goed bestudeerde uitdrukking, steeds moet men gevoelen dat deze zangers den indruk weten te geven van het geen een schoon lied vermag. Het is, zou men zeggen, byna heiligschennis, als de laatste tonen van het lied zyn weggestorven, men tot de werkelijkheid wordt terug geroepen door een welgemeend handge klap, hoe harder, hoe mooier. De indruk verdwijnt dan zoo spoedig en toch allen klapten en trapten meê, niemand uitge zonderd. Nu ik tot dit chapitre genaderd ben, heb ik meteen een voorstel dat ik bescheiden aan het rijpe oordeel van de kunstbeminnaren onderwerp. Het luidt als volgt: Bij elke uiting op kunst gebied is het onbetamelijk door handgeklap of ander ge luid zijne goedkeuring aan den kunstenaar te schenken. Men geeftdie voortaandoor opstaan van zijne plaats. Wie zioh aan deze bepaling niet onderwerpt, wordt zonder nader advies buiten de deur gezet. Vindt mijn voorstel ondersteuning, dan stelle men het met of zonder amen dement als artikel 1 in het reglement van orde voor elke uitvoering. Natuur lijk vraag ik beleefd verschooning, voor het geval men liever wil voortgaan met levenmaken. Eerste Matineé Musicals van Joh. STEENMAN. De Heer Joh. Steenman opende Zondag middag met zijne eerste matineé in de bovenzaal van de sociëteit „Vereeniging" op aangename en vooral op degelijke wyze het concertseizoen, 't Waren inder daad een paar nren vol van muzikaal genot, welke wij, in gezelschap van eene uitgelezen schare muziekliefhebbers, mochten doorbrengen. Het zeer storm achtige weder scheen geen beletsel te zijn voor eene goede opkomst. Dat deed ons voor den concertgever groot genoegen. Het programma was met zorg samen gesteld, bood de gewenschte afwisseling en werd op hoogst artistieke wijze uit gevoerd. Trouwens de namen der mede werkende solisten en niet minder de naam van den Heer Joh. Steenman strekten ons daartoe ten waarborg. De H. H. Schlegel, Steenman en Bogmans handhaafden op schitterende wijze den goeden naam, welke ieder hunner in de muziekwereld heeft. In de eerste plaats brengen Wij een woord van hnlde en dank aan den Heer Schlegel voor zyn prachtig pianospel. In de „Kreutzer Sonate", voor piano en viool, van Beethoven, schitterde hij. Het tweede deel „Andante con variazioni" werd on vergelijkelijk schoon gespeeld. Wij werden getroffen door het schoone geparelde spel, door de prachtige toonvorming en door den poëtischen glans, welke ons uit dit aandoenlijk Andante tegenstraalde. In de „Finale presto" werden de groote moeielijkheden, in weerwil van het zeer snelle tempo, glansrijk overwonnen. Niet minder schoon was ,de voordracht van No. 3 „Der arme Peter'eene compositie van den Heer Schlegel zeiven, opgedragen aan Clara Sohumann. De componist noemt zyn werk een karakterstuk, wijl hem voor gedachten- gang bij deze compositie gediend heeft het bekende gedicht van Heine „Der arme Peter." Van dit zeer ingewikkelde en moeielijk uit te voeren werk bevielen ons 't best: No. 1 en 2 in walsvorm, No. 4 het „Vivace energico" bij de woor den, „In meiner Brust, da sitztein Weh, Das will die Brnst zersprengen," en No. 6 „Doloroso." De Heer Leander Schlegel heeft ons Zondagmiddag door zijn spel versterkt in onze overtuiging, dat wij in hem bezit ten een der beste pianisten van Nederland. Met niet minder ingenomenheid gewa gen wy van het spel van den Heer Joh. Steenman. Met genoegen merkten wij, dat hy de zomermaanden nuttig heeft ge bruikt voor ernstige studie. Er is groote vooruitgang in zijn spel te bespeuren. De „Kreutzer Sonate" was ook voor hem het glanspunt. Hoe hoog de eischen ook zijn, welke dit werk den vertolker oplegt, de Heer Steenman voldeed aan die eischen met groote rust en zekerheid. Dat deze „Sonate" van Beethoven zeer moeielyk is, kan zeker blijken uit het verhaal dat, Rudolph Kreutzer, een der beroemste Fransche vioolvirtnozen, toen hij het werk en de opdracht van Beethoven ont ving, het in een hoek nederwierp en verklaarde, dat het niet te spelen was. Deze bijzonderheid moge waar of ver dicht zijn, zeker is het een Btout stuk, de „Kreutzer Sonate" op het programma te brengen. Zoöals gezegd is, de Heer Steenman vertolkte het werk uitstekend. Behalve de „Sonate" hoorden wy nog van hem Aria" van Bacb, Romance'' in G. Dur van Beethoven en „üngarischer Tanz" No. 17 van Brahms. De „Aria" van Bach werd op de G. snaar gespeeld. Naar het ons voorkwam'werd hier testerken te aanhoudend gevibreerd. Wy meenen daarvoor te moeten waarschuwen. Waar wij zooveel gezonde en frissche tonen hooren, kunnen effectmiddeltjes gerust achterwege blijven. De Heer Steenman is over deze dingen reeds lang heen. De „Romance'van Beethoven werd ge voelvol gespeeld. De zuiverheid was vol maakt, het dubbelspel bovendien duide lijk en vol. Ten slotte brengen wij een woord van waardeering aan den Heer J. J. Rogmans voor de wijze waarop hij ons weder met zijne heerlyke stemmiddelen verkwikte. Met een gezond geluid en eene natnurlyke, warme voordracht werden door hem ge zongen: „Freiungslied" van Wagner. „Geistesdrang," van Dan. de Lange „Mijn liefken is mijn Somer," van Nicolaï en „Terugkomst" van Joh. Verhulst. Zoowel de Heer Steenman als de Heer Rogmans werden bij hunne voordrachten op verdienstelijke wijze geaccompagneerd door Mej. T. Bastiaans. Met groote zelfvoldoe ning mag de Concertgever terng denken aan deze eerste matinee musicale en wy die trotsch zijn op onzen talentvollen stadl genoot, danken hem voor het muzikale genot en verbeiden met groote belang stelling de tweede matinee. pj.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1887 | | pagina 1