dat ook, ofschoon hij toch altijd zul
ke arme schepsels heel vriendelijk be
jegent. Maar ik ben er zeker van, dat
Brian Walford er een gevoelig hart
op nahoudt, omdat hij zooveel van
jonge katjens houdt.
„Ik wilde volstrekt niet beweren,
dat hij een soort van modernen Do-
mitianus zou zijn," antwoordde Ida,
glimlachend om Bessie's kinderlijken
ernst. »Wat ik bedoel, het is, dat er
geen diepte is in zijne natuur, niet
iets edels in zijn karakter. Hij is op
pervlakkig, en ik vrees ook, zelfzuch
tig. Maar, mijn allerliefste Bessie, ik
wil je om een gunst vragen."
„Ga gerust je gang," antwoordde
Bessie, blijkbaar zich verheugend in
't vooruitzicht, dat zij in de gelegen
heid zou worden gesteld, om hare
vriendin eenig genoegen aan te doen.
sDe maan kan ik je niet geven, maar
al wat ik bezit, stel ik dadelijk tot je
beschikking."
„Laat ons nooit weêr spreken over
Brian Walford. Ik zal me nooit over
het gevoel van vernedering kunnen
heenzetten, dat Miss Rylance's zooge
naamde grap bij me heeft doen ont
staan, en de eenige kans om hel te
vergeten, bestaal voor mij hierin, dat
ik je neef vergeet."
„O, maar hij komt, wil ik hopen,
tegen Kerstmis op De Heuvel, en dan
zult ge wel gunstiger over hem gaan
denken."
„Mocht hij komen, dan hoop ik,
dal ik hem niet zal ontmoeten."
„Heeft hij je danzooergbeleedigd?"
„Spreken we niet meer over hem,
Bess. Vertel me liever eens alles van
de triumfen, die ge te Bournemouth
hebt behaald. Ik heb gehoord, dat
gij daar de belle van de plaats ge
weest zijl."
„Dan hebt ge eene kolossale leugen
gehoord. Er waren daar dozijnen meis-
jens met middeltjens als een wesp,
vergeleken met welke ik me een
monster van plompheid voelde. Maar
ik heb het er best gehad. Ik zal vol
strekt niet beweren dat ik in het
dansen uitmunt, maar ik kan me er
over 't algemeen zeer goed naar
schikken, als zij, met wie ik dans,
verkeerde passen maken, en dat zegt
ook wat."
En nu alle pijnlijke onderwerpen
aan kant geschoven waren, rammelde
Bessie ongestoord voort; zij gaf be
schrijvingen van meisjens en japon
nen, van dansers, van heldenstukken
bij het balspel, en van uitstapjens
met een jacht, alles in één adem,
terwijl zij daar vóór den haard hare
thee zat te lepperen, en een stuksken
nuttigde van een eigenaardig soort
van tulband, voor 't welk Miss Wen-
dover's keukenmeid beroemd was.
„Tante Betsy's theetafel wint hel
altijd van elke andere, en haar tul
band, of eigentlijk alles hier in huis,
is lekkerderdan wal men elders krijgt,"
merkte Bessie op, terwijl zij zich ver
diepte in herinneringen. Ge zijt hier
in eene vette klaverweide terecht ge
komen, Ida."
„Dat heb ik aan uwe goedheid te
danken, Bess."
„Aan de mijne? Maar ik verzeker
je, dat ik er niets mede heb uit te
staan."
„Wel zeker hebt ge er iets meê
uit te staan. Aan Miss Wendover's
verlangen om haar hartelijk nichtjen
genoegen te doen, heb ik het te danken,
dat zij zoo goed voor mij geweest
is."
„Maar indien gij leelijk of dom ge
weest waart, zou zjj voor u alleen
maar welwillend en op een afstand
geweest zijn. Tante Betsy heeft haar
eigenaardigheden, en eene daarvan
is, dat zij veel opheeft met schoon
heid zoowel in personen als i" stoelen
en tafels, en in kopjens en schotel-
tjens. Ge zult zien, dal al hare dienst
boden een knap uiterlijk hebben; zij
zoekt ze, geloof ik, uit, omdat zij er
goed uitzien, en als zij ze eenmaal in
haar dienst heeft, dan begint zij ze
tot goede dienstboden op te leiden.
Zij zou zelfs geen staljongen willen
hebben, die er onoogelijk uitzag."
„'t Is vooi' hen, die leelijk zijn,
wel hard, buiten dit paradijs gesloten
te worden," zeide Ida.
„Ja, maar zij weet wel plaats te
vinden voor de leelijke jongens en
meisjens bij menschen, die het daar-
raeê niet zoo nauw nemen, zegt zij
zelve. En nu moet ik me verwijderen,
om me voor het middagmaal te klee-
den. Ge kent den achterweg naar De
Heuvel, over het bouwland, naar de
kleine deur van den moestuin. Daar
zult ge natuurlijk altijd langs komen.
Wanneer komt ge ons bezoeken?
Morgen
„Ge vergeet, dat ik niet de vrije
beschikking over mijn tijd heb. Ik
beloof u te zullen komen, wanneer
Miss Wendover mij het best missen
kan."
iO, ge zult overvloed van vrijen
lijd hebben, dat weet ik zeker."
„Niet al te veel, hoop ik, anders
zou ik op al te scherpe wijze er aan
herinnerd worden, dat Miss Wendo
ver me uil medelijden bij zich in huis
genomen heeft."
„Uit medelijden! Onzin! Een meis-
jen als u, dat de hoogste prijzen be
haald heeft! En nu, vaarwel, lieve;
ik moet weg, anders kom ik te laat
voor het middagmaal, en daarover er
gert de Kolonel zich altijd verschrik
kelijk."
Bessie verwijderde zich met haas
tige schreden. Ida volgde haar tol
aan de glazen deur, waar zij haar op
een draljen kon zien wegloopen. 't
Was een van Bessie's eigenaardighe
den, dal zij alles altijd op het uiterste
oogenblik liet aankomen.
HOOFDSTUK XII.
Huiselijk leven.
En nu ving voor Ida een leven aan
van ongestoorden vrede. In al hare
behoeften werd ruim voorzienen zij
voelde zich zelfs gelukkig, want hoe
kon een meisjen zich ongelukkig ge
voelen onder menschen, die zoo vrien
delijk en welwillend waren, die haar
zoo in alle opzichten hoogschatten,
en haar met warmte bewonderden
om gaven, die ten eenenmale onafhan
kelijk waren van fortuin die nooit,
door woord of blik, haar deden ge
voelen, dat zij op een of andere wijze
minder te beduiden had dan zij zei
ven
Ook behoefde het meisjen in 't
minst niet te vreezen, dat zij een nut
teloos lid was van Miss Wendover's
huishouding, Deze dame wist tal van be
zigheden te vinden voor hare jeugdige
gezelschapsjuffer afwisselende en
aangename bezigheden, die maakten,
dat de dagen haar te kort schenen,
en veroorzaakten, dat de vrije tijd van
de lange winteravonden een aange
name verademing opleverde van de
werkzaamheden des daags.
De uitnemende netheid en keurig
heid, die zooveel bekoorlijks bijzetten
aan Miss Wendover's huis, konden
niet anders dan de vrucht zijn van
vrij wat arbeid. De gepolijste opper
vlakte der ouderwetsche Chippendale
buroos, der ingelegde stoelen en tafels,
kon slechts in stand gehouden worden
door dagelijksche zorg. liet vluchtige
stof-afnemen door hel kamermeisjen
was hier niet voldoende; en MissWendo-
ver, met handschoenen aan en een boe
zelaar voor, en gewapend melzeemlee-
ren lappen en borstels, besteedde op
zijn minst een hall uur eiken morgen
aan de verzorging van haar oude
meubels. Aan het porselein werd ook
een half uur besteed; en de verzor
ging van de bloemen in de kamer
vereischte, zelfs in dit winlerige seizoen,
evenzeer een half uur. Dit alles gaf
vrij wat bezigheid, waaraan tante Bet
sy en Ida zich met lust wijdden
onder het wrijven en afstoffen praat
ten zij druk met elkander over alle
mogelijke onderwerpen, want Miss
Wendover's eenzame avonden hadden
haar in staat gesteld om bijna even
veel te lezen als Sohthey, en zij mocht
gaarne aan Ida de wonderlijke, bui
tengewone histories verhalen, die in
haar geheugen als opgestapeld waren.
Soms werd er een uur of zoo gewijd
aan zaken, de keuken betreffende
nieuwe soorten van gerechten, nieuwe
liflaljens, hors d'oeuvres, lekkernijen,
waarvan de bereiding geleerd moest
worden aan de jeugdige, leerzame
keukenmeid; want zoo vaak Miss Wen-
dover aanzat aan een groot dinee,
was haar arendsoog er op uit, orn
elke nieuwe verbetering ten opzichte
van gerechten en de aanrichting der
tafel op te merken.
Daar kwam bij de zorg van den
tuin, die bij mooi weêr vrij wat tijd
in beslag nam; want bij tante Betsy
stond hel vast, dat geen tuinman,
hoe flink ook anders, veel belang
stelling kon blijven voelen voor een
tuin, welks eigenaar onverschillig was.
Miss Wendover kende elke bloem, die
daar groeidekon stekken en planten,
en alles doen wat haar jeugdige tuin
knechts doen konden, behalve, dat zij
oneindig meer bedreven was in de
wetenschap van de tuinierderij.
Verder moest er ook toezicht ge
houden worden op de varkens en op
het hoenderpark; er moesten medicij
nen en bizondere soorten van voed
sel gereed gemaakt worden voor hel
gevogelteer moesten hokken ge
maakt worden voor zieke kippen, en
nauwlettend zorg gedragen worden
voor de aankweeking van de beste
soorten.
Op regenachtige dagen hielden zij
zich bezig met borduren en ander
kunstwerk met de naald, waaryoor
Miss Wendover een scherp oog had,
zonder dat zij nu juist in de uitvoe
ring zoo bizonder bedreven was. Onder
hare leiding begon Ida aan het bor
duren van een rand voor een bruingeel
pluche gordijn, dat, wanneer liet af
was, een triumf der kunst beloofde
te zullen zijn, en waaraan met veel
belangstelling gewerkt werd. Daaraan
werkte zij des avonds, terwijl Miss
Wendover, die eene mooie, volle stem
en eene volmaakte voordracht had,
haar voorlas. En wanneer Miss Wen
dover vermoeid was van het lezen,
ging Ida voor de piano zitten, en
speelde dan een uur of' langer, ter
wijl de oudere dame al mijmerend er
naar zat te luisteren.
Dit waren alleen maar de bezighe
den, die aan hel eigentlijke huiselijke
leven verbonden waren. De twee da
mes hadden ook nog bezigheden bui-
ten's huis, waaraan meer vast was.
Miss Wendover had tot nu toe twee
uur 's weeks les gegeven in de kruid
kunde, en één uur les in de natuur
kunde op de dorpsschool. De les in
de botanie droeg zij nu over aan Ida,
die zij daartoe op de hoogte bracht.
Des zomeis en des winters werden
deze lessen gegeven buiten's huis,
gedurende een uurtjen wandelens over
't veld, door de lanen en in het bosch.
Buitendien gaf Miss Wendover iedere
week een avond les in de huishoud
kunde, welke werd bijgewoond door
al de meestbelovende meisjens van
dertien jaar en ouder, vijf mijlen in
den omtrek. Deze les werd gegeven
in de keuken, of in de kamer dei-
huishoudster, op de Hoeve, en talrijk
waren de schoteltjens smakelijke brood
pudding of soep, goedkoope ragouts
of vleeschpudding, en de geleien en
taarten, welke bij gelegenheid van
deze lessen werden klaargemaakt, en
die den volgenden dag bezorgd moes
ten worden bij de kranke behoeftigen,
die op Miss Wendover's lijst stonden.
Dan kwam er nog bij het huis aan
huis bezoeken van al de gezinnen in
haar ver uiteenliggend kerspel, hel
te woord staan van arbeiders en ar
beidersvrouwen, waarbij Ida altijd
tegenwoordig was. Zij zou een afkeer
van dit soort van dingen gehad hebben,
ware Miss Wendover iemand van den
stempel der Pardiggles geweest, maar
daar liefde het alles beheerschend
beginsel was bij al wat Tante Betsy
deed, was hare tegenwoordigheid wel
kom als zonneschijn of verkwikkende
zomerwarmte; zóó welkom, dat hare
scherpste berispingen en zij verstond
de kunst van berispen, wanneer- hel
ooodig was aangehoord werden
met zachtmoedigheid, en zelfs met
dankbaarheid. Door haar geraakte Ida
bekend met de eigenaardigheden en
manieren van de armen onder de
landbouwende bevolking, met al de
gebreken en de goede eigenschappen,
die aan deze eigen waren.
lederen Zateidag, wanneer er maar
alleen 'smorgens school was een
gezegende vrije tijd, gedurende wel
ken de met bezigheden overladen
schoolmalres gelegenheid had om hare
kleederen te herstellen en te zorgen,
dat zij des Zondags knap voor den
dag kon koinen, terwijl de meester er
heerlijk gebruik van maken kon voor
een uitstapjen naar Romsey of Win
chester verschafte Miss Wendover
een maaltijd aan al de schoolkinde
ren beneden de twaalf jaar. Zij was
het eens met Victor Hugo's theorie,
dat een stevig maal eten, al is 't ook
maar éénmaal in de week, zeer gun
stig werkt op de ontwikkeling van
jeugdige gestellen, en klierachtige
ongesteldheden kan voorkomen. Ge
dreven door deze overleggingen had
zij eene schuur, die niet in gebruik
was, laten inrichten tot eene lande
lijke eetzaal; de muren had zijlaten
bepleisteren, en de groote balken
donkerrood laten verven, en eene lange,
van planken gemaakte tafel, benevens
eenige banken maakten het eenige
ameublement van het lokaal uit. Hier
verschafte zij eiken Zaterdag, te half
twee, aan het jonge volkjen een sma
kelijk maal, vooral uit vleesch bestaan
de, en zeer groot moest de verzoeking
of de noodzakelijkheid zijn, welkeTante
Betsy kon bewegen, haar plicht als
gastvrouw bij dit wekelijksche feest
te verzaken. Zij was hel, die het gebed
vóór en dankzegging na den maaltijd
uitsprak behalve wanneer soms een
of ander jeugdig geestelijke er bij
tegenwoordig was; zij was het, die
door sarkasliesche toespelingen of
vriendelijke vermaningen toezicht
oefende over de manieren hai er jeug
dige gasten, en daarin verbetering
trachtte te brengen; en zij was het
ook, die hun geestelijk genot verschafte
in den vorm van anekdoten, verhalen
uit de geschiedenis, of moeilijke
raadsels.
Ida mocht bij deze feestmalen te
genwoordig zijn, en in haar genotrijk
nieuw leven was er niets, dat haar
meer genot verschafte dan het schouw
spel van die blijde jeugdige gezicht-
jens rondom de tafel, gepaard met het
vrolijk geluid van het ongekunstelde
gelach dier jonge plattelandsbewoners.
Er waren er natuurlijk onder die ge-
zichtjens, wier uitdrukking dof en
geesteloos was, en waarop zelfs Miss
Wendover geen zweem van geestelijk
leven kon te voorschijn roepen, maar
hel aantal derzulken was gering. Door
elkaêr genomen stonden de kinderen
verre boven het gewone boersche peil,
wat verstandelijke ontwikkeling betrof,
en zonder overdrijven mocht dezg
omstandigheid toegeschreven worden
aan Tante Betsy's invloed.
Veertien dagen vóór Kerstmis Ida
was toen bijna eene maand op de
Hoeve geweest gaf Miss Wendover
haar voornemen te kennen, om naar
Winchester te rijden, en alvorens te
vertrekken, stelde zij aan Ida eene
banknoot van tien pond ter hand.
(Wordt vervolgd).
Gedrukt bjj DE ERVEN LüOSJES te Haarlem.