Eerste Blad.
No. 55
Twaalfde Jaargang.
144. XI «rL Xv Xj Sh ix.L O \J XX met AMSTERDAM.
N ieixwsberichten.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 8(1
TELEPHOONNUMMER TT A A I T "|Uf OjS TT TELEPHONISCHE VERBINDING
iraTDrnju)
ABONNEMENTSPRIJS: urArvpnAn on a -i 1 onn
Per drie maanden25. van W OENSDAG 30 April 1890. VERSCHIJNT:
franco p. post ,40. Prijs per Advertentie van 1 tot 5 regels 35 cents, elke regel Dinsdag- en Vrijdagavond
Afzonderlijke nommers 3 centen per stak.meer 5 cents, groote letters naar plaatsrnimte.
Advertentiën worden aangemmen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 13 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
bracht het konflikt tusschen den Gouver
neur en de Koloniale Staten van Suriname
ter sprake. Hij noemde dat diep betreu
renswaardig, omdat zoowel het gezag als
de vrijheid zijn aangerand. Krachtig ver
dedigde hij het recht van de Provinciale
Staten om inlichtingen te vragen, en scherp
kritizeerde hij de houding van den Goe-
verneur en de inlichtingen der Ministers.
Spreker vroeg, wat de Reg. gedaan heeft
of denkt te doen, om het nadeel te her
stellen, dat in Suriname aan het gezag en
de vrijheid is toegebracht. De heer Smidt
drong ook aan op een krachtig optreden der
Regeering opdat niet aan Suriname een
onherstelbare schade worde toegebracht.
Spreker noemde de opvolgende handelingen
van den Goeverneur de Savornin Lohman
onverdedigbaar, maar hij wilde niet in dé
tails treden, om geen pressie op de Reg.
uit te oefenen, geen eenzijdige kritiek uit te
spreken, ook met het oog op het Neder-
landsch gezag, daar er wel het een en an
der is, dat het gebeurde verklaart. De toe
stand in Suriname laat te wenschen over.
Al wat Nederlandsch is en niet met par
ticuliere Surinaamsche belangen samengaat,
wordt in de persorganen van het minste
soort aangerand en belasterd. Van daar dat
veel uitmuntende ambtenaren beengaan.
Het Bestuur wordt in de Koloniale Staten
gediskrediteerddat misbruik van het
reoht der Staten keurde Spreker ten sterk
ste af, en een krachtig optreden daartegen
noemde hij gerechtvaardigdde Goeverneur
echter had verkeerd gehandeld, en had de
noodige gematigdheid uit het oog verloren.
De heer Veegens vroeg naar den stand
van de kwestie der grensscheiding tusschen
Nederlandsch en Fransch Guyana. Hij
wenscht te weten, of de arbiter kon ge
noemd worden. De heer Schimmelpenninck
v. d. Oye trachtte den Gouverneur van
Suriname te verdedigen, en achtte wijzi
ging van het Regeeringsreglement noodza
kelijk. De heer van Bijlandt sloot zich
daarbij aan, en zou het hoogst onvoorzichtig
vinden het gezag van den Goeverneur niet
te handhaven volgens dezen Spreker is,
behalve de kliek der Koloniale Staten, de
geheele bevolking vóór den Goeverneur. De
heer Zaayer stelde tegenover die verde
diging de afkeuring van de Standaard en
de Tijd van den toon in den brief van
den Goeverneur., Spreker las eenige cita
ten voor .uit verhooren, en wees er op, hoe
deze beleedigend waren, en getuigden van
een inkonstitutioneele pressie van de zijde
des Goeverneurs op de gehoorde ambte
naren.
In deze zitting heeft de heer Heldt ver
lof gevraagd en bekomen, om den Min. van
Justitie te interpelleeren over het gebeurde
te Hoogeveen op 14 April (het optreden
der Justitie bij de werkstakingen in de
veenderijen.)
Tot voorzitters der nieuw gekozen af-
deelingen zijn gekozen de heeren Halfmans
Mees, Gleichman, Keuchenius en Schaep-
man. Bij het regelen der werkzaamheden
werd bepaald, dat Donderdag het afdee-
lingsonderzoek in zake de splitsing der
meervoudige kiesdistricten zal plaats heb
ben. Een voorstel van den heer Viruly
Verbrugge over de interpellatie van den heer
Guyot over de surcéance van betaling der
Koninklijke Fabriek voor Stoomwerktui
gen werd bestreden door de Regeering op
grond van het hangend overleg, doch aan
genomen met 38 tegen 37 stemmen.
den eener groote menigte opstijgenalles
was klaar, eu uit den mond van Cassoura
klonk het bevel„alles los!" tot de twaalf
lieden, die de touwen van den ballon vast
hielden. Deze lieten ook los, maar een der
kabels slingerde om het been van zekeren
Lebrére die dus met het hoofd omlaag in
het luchtruim opsteeg. De verschrikte toe
schouwers wachtten in angstige spanning
het oogenblik af, dat de ongelukkige ver
pletterd ter aarde zou vallen. Doch opeens
zien zij Lebrére de armen uitstrekken, het
touw machtig worden en met de kracht van
een Hercules zich opgeven en, geholpen
door den aëronaut, in bet schuitje bij dezen
klimmen. Onder een donderenden jubelkreet
van allen, die beneden stonden, verdween
de ballon in het luchtruim, en daalde met de
beide reizigers onverlet een half uur later in
een naburige weide neder.
In de nabijheid van een stadje in
Mecklenburg, zou dezer dagen op het land
goed van een rijk grondeigenaar een jacht
op wilde zwijnen plaats vinden, en twee
burgers, een bakker en een kastenmaker,
beiden heel zwaarlij vige heeren, besloten om
naar buiten te wandelen en eens een kijkje
by bet zelden voorkomend geval te nemen.
Zy kwamen op de plaats, waar de jacht
plaats vond, maar stonden op zeker oogen
blik eensklaps tegenover een reusachtig
wyfjes-varken met 6 jongen, die in storm
pas op hen afkwamen.
Er was enkel een stevige beukenboom
in de buurt. De beangste mannen klommen
er, zoo goed en zoo kwaad het ging, in, en
juist toen zg boven waren, rende de zwg-
nenfamilie onder hen door, de brave bakker
had zich echter wat ver op een tak gewaagd,
die zgn gewicht niet kon torsohen de tak
brak en onze bakker viel precies op een der
jonge varkens, dat onder zijn gewicht werd
doodgedrukt. Het doode varkentje was het
eenige stuk wild, dat men machtig werd,
en de bakker werd op plechtatige wgze tot
jachtkoning benoemd.
De heer Tindal vindt, zooals te ver
wachtten was, nogal bestrgding omtrent
de voorstelling welke hg zich maakt van
de beschieting van den Haag in geval van
oorlog. In het Dagblad van Zuidholland
en 's-Gravenhage stelt thans een officier
zgne medeburgers op dit punt volkomen
gerust. Hg toont aan, dat voor eene lan
ding van de noodige troepen en het materieel
eener beschieting als bedoeld is weken
verloopen moeten, in welken tgd de zetel
van het krggsbestuur allang naar Amster
dam zal zgn verplaatst. Daar het om het
legerbestuur toch eigenlgk maar te doen
zou zgn en buiten dat een bombardement
van den Haag volstrekt geen voordeel zou
opleveren, en slechts leiden zou tot tgd-
verspilling. Ook nog voor 't geval dat men
geheel noodeloos er toe mocht willen over
gaan zou toch het terrein geene waarborgen
opleveren voor een gunstig resultaat.
De nog steeds werkstakende kolenwer-
kers te Amsterdam beginnen in de laatste
dagen rumoeriger te worden. Zoo namen zg
dezer dagen een dreigende houding aan te
genovereen scheepsbevrachter, die weigerde
in te gaan op een voorstel tegen een kleine
verhooging het werk te hervatten. Ook
werd een minder goede stemming bemerkt
tegenover de Oostzaansche werklieden, die
een schip losten. De politie moest Maandag
tussohenbeide komen om den vrede te her
stellen.
De Tweede Kamer, een paar dagen te
voren weder bgeeogekomen, heeft Don
derdag de door Minister Mackay aange
boden begrooting voor Koloniën in behan
deling genomen. De heer W. K. van Dedem
opende het debat en besprak de Atjeh-kwes-
tie. Hg wees op de noodzakelgkheid om
de orde en veiligheid aan de kust te waar
borgen, teneinde den in-en uitvoer in
handen te hebben, en vooral dringt hg aan
op het maken eener scheepvaartregeling.
Wordt blokkade noodig geacht, men neme
dan vooral geen halve maatregelen. De
heer Levyssohn Norman hoopte, dat de
Min. zich niet zou laten ontmoedigen, om-
iets goeds voor Indië te doenvooral op
financieel gebied moeten maatregelen ge
nomen worden, en is versterking der mid
delen noodig. Leening is noodig voor spoor
wegen, niet voor irrigatiewerken. Spreker
keurde krachtig af het stilzitten in de
Biliton -kwestie, als mede de zending van
het lid van den Raad van Indië, den heer
Groeneveldt, naar Cochin-China. Hg drong
aan op de de invoering eener opium regie,
en wenschte te hooren verklaren, dat de
Indische muntregeling onveranderd zal
blgven. De heer van Nunen vond 's Mi
nisters fiuancieele inzichten veel te opti
mistisch. Men kan niet op een overschot
dit jaar rekenen tegenover een te kort in
1891 dat Spreker op 35 milioen raamt.
Versterking van inkomsten is noodig uit
zout, koffie, Biliton en Ombiliënvelden.
Aan den Goeverneur van Atjeh moest
volkomen vrgheid gelaten worden betref
fende de inrichting eener blokkade en de
invoering eener scheepvaartregeling. De
heer Guyot achtte een afdoende blokkade
in Atjeh nootzakelgk, mits met behoorlgk
materieel en personeel. De heer Geertse-
ma vroeg den Minister, of eene mgn wet
te wachten is De heer Hintzen drong er op
aan, dat het Indiescb Bestuur zou uitge-
noodigd worden, zgn eigen oordeel over
het koffie-rapport. mede te deelen, opdat
de Kamer in het najaar mocht knnnen
beslissen. De heer van Honten bestreed
de tegenwoordige blokkade, als mede de
bedoeling om het vroegere Sultanaat in
Atjeh weder te herstellen. Ook deze Spre
ker kwam op tegen het optimisme van
den Minister in zake Koffiekultnur. De
Min. van Kol. verklaarde, dat hg geen
vgand was van scheepvaartregeling in
Atjeh, maar hg achtte een voorafgaand
nauwkeurig onderzoek wenschelgk. In za
ke koffie-kultuur zou hg grondige adviezen
van het Indiesch Bestuur vragen teneinde
de Kamer tot oordeelen in staat te stellen.
Den financieelen toestand achtte de Min.
niet zoo zorgbarend :1888 en 1889 sluiten
met een overschot. Naar bezuiniging zou
hg evenwel streven. Hg verdedigde de
uitzending van den heer Groenevelt naar
Cochin-China; de Koning was bevoegd
daartoe te machtigen. Eene regeling der
koncessieën met rente garantie was in over
weging.
In de zitting van Vrgdag werd, na on
derzoek der geloofsbrieven, het nieuw ge
kozen lid voor Delft, Mr. H. A. van de
Velde, toegelaten. Een onregelmatigheid die
had plaats gehad, doch geen invloed had
kunnen uitoefenen op den uitslag der ver
kiezing, gaf aanleiding tot aanmerkingen.
Het debat over de begrooting voor Kolo
niën werd voortgezet. De heer E. Cremers
Een luchtreis tegen wil en dank
maakte verleden Zondag een boer te Clai-
rac. De luchtschipper Cassoura zou te mid
Tot predikant bg de Herv. gem. te
Hoofddorp (Haarlemmermeer) is beroepen
Ds. IJ. J. Bootsma, te zoetermeer.
HAARLEM, 29 April 1890.
De Haarlemsche Mannenzangveree-
niging „Crescendo", directeur de Heer
N. H.Andriessen, behaalde verleden Zondag
op den zangwedstrijd te Schagen (N. H.)
den eersten prgs, bestaande in een gouden
medaille. „Wormerveers-Mannenkoor" ver
kreeg den tweeden prgs, terwgl de derde
prgs werd toegekend aan „Ceoilia" van
Amsterdam bg loting met „Kunst na den
Arbeid" van Amsterdam. Van de lieder
tafel „Cecilia" is ook de Heer N. H. An-
driessen directeur. Deze was dus bg den
wedstiijd zeer gelukkig.
De Opera Wilhelm Teil werd Vrg
dag avond alhier opgevoerd door het Hol-
landsch Operagezelschap van den Park
schouwburg te Amsterdam.
De stof is genomen uit de geschiedenis
van Zwitserland en wel uit het gedeelte
dat den worstelstrgd bevat van dat land
met de onderdrukkende Habsburgers, waar
in de half mytische figuur van Willem
Teil, als de ziel van den opstand, de hoofd
persoon is. Natuurlgk heeft ook hier en
daar de phantasie de helpende hand geboden
aan de werkelgkheid en zoo hebben de
beide Franschen Jouy en Bis het libretto
ineengezet. Omtrent de Hollan dsche verta
ling valt alleen dit te zeggen, dat zg met
meer zorg is behandeld dan vroegere ver
talingen en men getracht heeft, zooveel
mogelgk den tekst in overeenstemming te
brengen met de fraaie muziek van Rossini,
terwgl bovendien de artisten zelfdoor
ondervinding wijzer hier en daar niet
onbelangrgke verbeteringen aanbrachten,
waardoor het hoekige menigmaal op ver
rassende wijze wordt afgerond.
De partg van Teil beruste bg den heer
Orelio, wien het gelukt is, «n door zgn
goed gekozen grime én door de goede op
vatting van zgn rol eene type te geven van
hetgeen men zich voorstelt te zien in den
volksheld, hierin loffelgk bijgestaan door
den heer Pauwels als Arnold, Dons als Ges-
Ier, Schmier als Walter Fürst en van Bo-
xem alsRuodi, terwgl de dames Van Zanten,
Albers-Jahn en Erie, met hunne schoone
gaven een groot aandeel hadden in het wel
slagen.
Over 't algemeen werd zeer verdienste
lijk gezongen en ook het spel der verschil
lende partgen viel in vele opzichten te
roemen, een bewgs, dat ook aan dit ge
wichtig onderdeel der Opéra de noodige
aandacht wordt geschonken, daar het spel
hier moet aanvullen wat de tekst onver
meld laat.
De koren zgn goed ingestudeerd. Zoo
was bgzonder mooi het koor der vrouwen
in het eerste bedrgf „O moeder" terwgl
het koor uit het tweede bedrijf, „Zie op de
golfjes heerlgk pralen", door den schoonen
klank zeer de aandacht trok. Het is een
genoegen dit te mogen vermelden, omdat
het wgst op vooruitgang.
Het orkest bad zeer schoone momenten
de uitgebreide Ouverture werd met belang
stelling gevolgd en dankbaar toegejuicht,
het bewgs, dat het den Orkestmeester, den
heer Van der Linden, ten volle is toever
trouwd zgne artisten aan te voeren op eene
wgze die werkelgk bewonderens waardigis.
De groeperingen op het tooneel waren
zeer afwisselend en met zorg voorbereid.
Dat het tooneel in den Schouwburg som»
niet ruim genoeg bleek, viel dezen avond,
bij deze sterk bezette Opera, sterk in het
oog.
De costumes mogen goed geslaagd en
frisch genoemd worden. Een en ander gaf