ADAM GRAINGER, V VAN Miss H. WOOD. Uit het Engehch. 15) „Ik kan mijne betrekking niet be houden, daar ik in betrekking sta tot de mijnen. Hebt ge mg dan niet begrepen „Maar zijt ge wel zeker van de opbrengst dier mgnen?" „Ik ben zoo zeker van die op brengst, als had ik ze op dit oogen- blik reeds in handen. Zij zal spoe dig komen ook, Margaret Nog bleef Mrs. Grainger zitten mgmeren. Duizend pond 's jaars twaalfhonderd moogt ge nu zeggen ik vind, dat zij zeer roiaal zijn is eene som van te groote beteeke- nis, om er zoo afstand van te doen, zonder dat men er iets voor in de plaats krggt. Bedenk wel, Adam, dat we vier kinderen hebben 1" „Zonder dat we er iets voor in de plaats krijgenherhaalde hg, terwgl hg met bevreemding de oogen opsloeg. „Wel, Margaret, ik geloof, dat ge aangestoken zgt door de be krompen denkbeelden van Gatherby en Phelps. Wat we er voor in de plaats krijgen zal vier of vgfmaal zooveel bedragen." „Ik bedoelde: zonder dat we er onmiddellijk iets voor in de plaats krggen." „Zou iemand onnoozel genoeg zgn om van eene goede betrekking af stand te doen, zonder er iets voor in de plaats te krggen Ik niet, dat kan ik je verzekeren; en 't zal nu ook niet lang meer duren, Mar garet, of onze inkomsten van de mg nen nemen een aanvang." „Nu gg hebt meer verstand van zaken dan ik," gaf Mrs. Grainger toe. „Maar ik wenschte wel, dat ge je betrekking kondt behouden, tot dat ge zeker waart van de schatten, die je verwacht." „Ik heb je opgehelderd, waarom ik dat niet kan. De trage oude direc teuren willen me dat niet veroorlo ven. En ge zoudt me toch zeker niet willen aanraden, afstand te doen van mgn aandeel in de mgnenmgn hoop te laten varen, en mgn geld, en al de schitterende vooruitzichten, welke zich voor ons geopend hebben 1 Dat kunt ge toch niet verlangen, is het wel?" „Neen, zekerlijk niet. Dat zou al te jammer zgn." „Ge moet niet zoo somber kgken, Margaret I" „Keek ik somber 1 Ik wist het niet Ik peinsde slechts." „Waarover peinsdet gg?" „Adam, laat me openhartig zeg gen, wat ik meenIk weet, hoe ge van natuur zoo uiterst luchthartig zgt, dat aan je oog de dingen zich in een veel schitterender licht ver- toonen, dan aan het oog der meeste mannen. Yan Little moet hetzelfde getuigd worden. Ik dacht aan de mogelgkheid, dat de exploitatie der Trebeddon mgnen eens niet zoo goed besloeg, als gg verwachtals het er eens meê misliep wat zal er dan van ons worden?" „Op mgn woord en mgn eer, Mar garet, ge maakt me daar een aller liefst kompliment! Sedert hoe lang beschouwt ge me als een onnoozele Meent ge, dat ik geen beter inzicht in de zaken heb dan dat Het brengt waarlgk hoegenaamd niets op, met vrouwen over zaken te spreken," vervolgde hg, blgkbaar boos wor dend; „zg begrgpen er toch niets van." „Beste man, uwe belangen en de mgne zgn dezelfde," sprak zg op min- zamen toon. „Als ik je smeek voor zichtig te zgn, dan is dat evenzeer in je eigen belang als in het mgne. Denk om de kinderen!" „Ik denk om hen, en om mgne vrouw ook. 't Is juist met het oog op hunne toekomst, dat ik er op uit ben rijkdom te vergaderen. Ware ik een eenloopend man, en had ik al leen voor me zei ven te zorgen, dan kon ik even goed den ouden saaien weg blgven bewandelen. Twaalfhon derd pbnd 's jaars zou voor mg wel voldoende wezen." Adam Grainger sprak ongetwijfeld zooals hg dacht: dat, zoo hij voor niemand anders te zorgen had dan voor zich zeiven, hij tevreden zou zgn met zgn salaris. Hg was er zich niet van bewust, dat de razerng der spekulatie hem aangetast had, en dat de macht, die hem dreef, niet het toekomstige belang van zgn ge zin was, maar de koorts van den waanzin. Daarvoor is geene gene zing; eerst moet die koorts haar beloop hebben. Dan moet er gewoon- lgk eene zeer pgnlgke kuur onder gaan worden. We schrijven van dagen, die tot het verleden behooren van eene pe riode, toen mannen van zaken niet verwachtten, een kolossaal fortuin te maken, zonder dat er tgd voor noo- dig was, gelgk tegenwoordig vele mannen van zaken schgnen te ver wachten. Toen waren ze tevreden, als zij, na tot bgna op hun ouden dag gezwoegd en gesloofd te hebben, zich met een behoorlgk inkomen aan de zaken konden onttrekken, en zich paard en rijtuig konden aanschaffen. In dien tgd werd een vast salaris van duizend of twaalfhonderd pond '8 jaars indedaad beschouwd als eene voortreffelgke pozitie, als een inko men, waarvan een man in alle op zichten op goeden voet kon leven, aan zijne kinderen een goede opvoe ding kon geven, en bovendien nog wat kon opsparen voor den ouden dag. Daarom was het geen wonder, dat Adam Grainger's vrouw eenigen twg- fel in haar binnenste voelde opko men, en zich in stilte soms afvroeg, of het wel verstandig mocht heeten, eene zoo begeerlgke pozitie op te geven voor iets onzekers, hoe schit terend het vooruitzicht zich ook voor deed. De wereld is tegenwoordig ge heel anders geworden verbeterd zeggen sommigen. En de zonen dier behoedzame oude mannen van zaken leggen het er nu op toe, in eenige weinige jaren tgds een paar miljoen te verdienen, en dat te doen, al rg- dende in hunne broughams. Maar de Groote Trebeddon kreeg naam in de wereld, en de ondernemers hadden ze niet willen verruilen voor de mgnen van Golconda. HOOFDSTUK VI. Uitkomsten. 't Was herfst geworden, ofliever gezegd het begin van den winter was ophanden. Er had nog geen op- merkelgke verandering plaats gegre pen ten aanzien van de vrienden, wier lotgevallen in ons verhaal be schreven wordenbehalve misschien in de stemming van Adam Grainger. Ongerustheid, teleurstelling en voor- loopig" vergdelde hoop hadden zijn van nature zacht humeur in een prik kelbaar veranderd. Het kon niet gezegd worden, dat het met de Groote Trebeddon Mgnen was mis geloopen, en er kon even min gezegd worden, dat het er fleurig meê stond; zg dobberden tusschen die twee uitersten. Een der ongeluk kige speculanten, die een aandeel er in gekocht had, was gewoon ze te ver- gelgken bg den bloedzuiger, daar zg al het geld, dat er te krggen was, uitzogen, en voordurend om meer vroegen. Geef, geef! Geef, geef! Zoo riepen ze onophoudelgkmaar zg schenen besloten te hebben niets daar voor terug te geven. In allen gevalle, zg waren wat dat betreft zeer traag. Mr. Grainger, die nu, zooals hij zich eens in een gesprek met zgne vrouw uitgedrukt had, in alle opzich ten een heer was, had een uitstapjen naar de mgnen gemaakt, om daar alles in oogenschouw te nemen. Nu hg van zgne betrekking ontheven was, kon hij al zgn tgd er aan wg- den, en behoefde hij niet op te zien tegen eene reis naar Cornwallis. De eerste maal had hg daar een veertien dagen doorgebracht, en toen was hg in verrukking teruggekomende tweede maal was hg daar drie weken ge bleven, en was toen in nog grooter verrukking thuis gekomenmaar de derde maal was de verrukking niet zoo groot geweest. Want het was indedaad, om er het minst van te zeg gen, eene kwelling des geestes, zoo, week in en week uit, de eene maand voor en de andere na te moeten uit zien en wachten op de resultaten der onderneming. Voor het nog niet te voorschgn komen van erts werd nu de eene, dan de andere reden opge geven 't was eene vreeselgke be proeving voor het geduld der aan deelhouders. Wg hebben slechts te doen met een dezer goed vertrouwende heeren en dat is Adam Grainger. Voor hem was dit voortdurende uitstel niet al leen vervelend, maar ook een bron van groote ongelegenheid. Hg had zich aan een onloochenbare onvoorzich tigheid schuldig gemaakt. Zoo dik- wgls hem zgn salaris van wege de Assurentie-Maatschappg was uitbe taald, was hij het bedrag dadelgk gaan storten in de schatkist van de Groote Trebeddon, en had hg zich aldus beroofd van de noodige kon tanten, terwgl de mgn nog steeds uitbleef iets op te brengen. Het on- vermgdelgk gevolg was, dat zgne beurs nagenoeg geheel ledig was, en die van zgne vrouw evenzeer. Zg woonden nog steeds in hetzelfde huis, en hadden nog geen gevolg gegeven aan hun verlangen om eene fraaiere woning te betrekken. Hg zat op een winterachtigen dag bg het vuur in den salon, terwgl de wolken met eene sneeuwbui sche nen te dreigen, in ernstig gepeins verdiept over de vraag, wat ter we reld hg doen kon, om voor het te genwoordige aan kontanten te komen, toen zgne vrouw binnenkwam, en een stoel schoof bg de tafel, waarop eenig licht werk lag. „Adam," zoo ving zg aan, en ang stige bezorgdheid stond op haar ge laat te lezen, „ik moet waarlgk wat geld hebben, om de huishouding aan den gang te houden. Weet ge wel, dat de winkeliers beginnen te weigeren ons langer krediet te geven „Wie der winkeliers doen dat?" „Zg zgn geen van allen zoo voor komend meer als zg vroeger waren, en niemand toont zich meer zoo be- geerig om bestellingen van ons te krijgen. Maar vooral de slachter be gint lastig te worden." „Wat een ondankbare hondriep Mr. Grainger uit. „Zeven jaar lang zgn we altgd goede kalanten van em geweest, en hebben we hem we kelijks betaald. Wat denkt de kerel wel?" „Adam, maak je nu niet boosDaar zullen de zaken niet beter van wor den." Hg kon het waarlgk niet helpen, dat hij zich boos maakte. De positie, waarin hg zich gebracht had, de kleine onaangenaamheden, die daar uit aanhoudend voor hem voortvloei den, zouden den zachtzinnigsten man uit zgn humeur gebracht hebben. Mrs. Grainger hernam: „We moeten ons eens in de plaats stellen van deze menschen, alvorens we hen beschuldigen, 't Is zes maan den ja bgna acht geleden, dat zg eenig geld ontvangen hebbenen zg weten ook, dat gg niet meer in betrekking zgt bg de Assurantie- Maatschappij. Het verwondert me waarlgk, dat zg ons nog zoolang kre diet gegeven hebben. En ik ik zou wel gaarne „Wat zoudt ge gaarne?" „Als ge er niets op tegen hebt, ons van twee onzer dienstboden ont doen," vervolgde zg op smeekenden toon, daar zg wel wist, hoe licht ge raakt hg tegenwoordig was. „We kunnen ons heel goed iedden met degenen, die we dan nog overhouden." „Margaret, ge zult me waarlgk ra zend maken! Waar ter wereld is het goed voor, den toestand zoo donker in te zien? Op deze wgze te spre ken, is goed om iemand voor alles den moed te ontnemen, 't Kan thans onmogelgk lang meer aanhouden, dat onze onderneming begint op te bren gen het erts is in de mgnen, en het moet ten gelde gemaakt worden. We zullen spoedig overvloed van geld hebben." „Zoo hebben we er nu al zes maan den lang over gedacht," waagde zg het te zeggen„en nog altijd wachten we er te vergeefs op. Door ons van twee onzer dienstboden te ontdoen, zouden we onze uitgaven altgd eenigzins verminderen. Ik geloof, dat het raad zaam is, daartoe over te gaan." „JaEn zoo op eens een einde te maken aan ons kredriet, door het aan de buurt als het ware bekend te maken, dat we genoodzaakt zgn, onze huishouding te bekrimpenGe ziet ook niet verder dan je neus lang is, Margaret Mrs. Grainger was van oordeel, dat zg veel verder zag, maar begeerde over dit punt niet te redetwisten. „Zg vragen om haar loon," zeide zg. „Zg moeten wachten," antwoordde hg op een toon van gezag. „En dan is er nog iets anders, waarom we gemaand worden. Maar waarlgk, Adam, ik zie er tegen op, over deze dingen te spreken, daar ge zoo kwalgknemend tegen over me zgt!" „U neem ik niets kwalgk, Mar garet," zeide hg op wat zachter toon „dat weet ge ook wel. Maar die stommelingen van kerels plagen me met hunne dwaasheid. Wat is dat andere, waarom we gemaand wor den?" „De huur," antwoordde zg, half fluisterend. „De huur! Hoe, door den ouden Barker?" „Hg is hier geweest, terwgl gg gisteren naar de City waart. Het deed hem leed, zeide hg, dat hg ons om betaling moest aanmanen, maar hg vreesde, dat gij in een warboel geraakt waart, waar ge niet licht weder uit zoudt kunnen raken, en natuurlgk moest hg zgn eigen be lang in 't oog houden. Hg sprak zeer beleefd." „Noemt ge dat beleefd?" brulde Mr. Grainger, en zou zich in staat gevoeld hebben, den ouden Barker de hersens in te slaan. Wat zeide hg dat ik in een warboel geraakt was „In een warboel of in een strik; ik verstond hem niet goed, en wilde hem er ook niet naar vragen. Ik ver moed, dat hg niet gezind is, ons langer uitstel te verleenen, Adam We zgn hem nu drie kwartalen schul dig." „Zoo'n onbeschaamde oude vrek! Zich ongerust te maken over drie kwartalen huishuur en dat van mg! Hij heeft zeker zgn verstand verloren. Heb ik hem niet altgd geregeld betaald? Nu, hg moet in allen gevalle nog een weinig geduld hebben." (Wordt vervolgd). Gedrukt bg DE EB VEN LOOSJES. te Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1893 | | pagina 6