millioen francs zal noodig zijn, dat is
ongeveer de helft van eene vroegere
raming.
Een nader bericht van Lombok
deelde mede, dat kapitein Lindgreen
met de zijnen, hoeveel werd niet ge
meld, was ingesloten in een Hindoesch
bedehuis en deze mannen zich dus in
's vijands handen bevonden. Het was niet
te denken, dat men zou overgaan tot
het ontruimen van Lombok na hetgeen
had plaats gehad, teneinde deze ge
vangenen vrij te koopen, wel dat men
alle krachten zou inspannen oln de ge
vangenen te bevrijden, doch het gevoe
len bestond, dat de vorst van Lombok
den gevangenen geene slechte behan
deling zou doen ondergaan, wat zeker
zijne positie tegenover de Nederlandsche
regeering nog ongunstiger zou doen
worden.
In Nederland beginnen reeds stemmen i
op te gaan voor het stichten van fond
sen voor de nagelaten betrekkingen, of
liever ter aanvulling van de bij over-
lijden toegestane Rijkspensioenen en
van het oprichten van een monument
voor de gevallenen.
Mataram, de hoofdplaats van het ver
zet op Lombok, werd door de marine
gebombardeerd en is plat geschoten;
de bevolking is gevlucht. Schepen wer
den aangevraagd om het eiland te blok-
keeren en er is dus een begin gemaakt
met het uitwisschen van den geleden
nederlaag.
Een telegram deelde nog mede, dat
Donderdag te Ampenan onder vrijgelei
de van den Radja zijn aangekomen ka
pitein Lindgreen en nog twee officieren
met zestig soldaten, dat de behandeling
goed geweest was en de lijken ongeschon
den ter aarde waren besteld.
Nader wordt in zake Lombok mede
gedeeld, dat kapitein Lindgreen kapi-
tuleerde wegens gebrek aan vivres en
wegens de gewonden, en zulks tegen
overgave van de wapens. Van Lom-
boksche zijde scheen men de vrijlating
als een bewijs van vriendschap aange
merkt te zien.
Inmiddels is door eenige officieren
geantwoord aan den oproep van het
Departement van Koloniën om voor vijf
jaar bij het Indische leger gedetacheerd
te worden en een aanzienlijk getal jonge
mannen heeft reeds dienst genomen naar
Indië. Onder hen zijn vele manschappen
van het regement grenadiers en jagers.
Verschillende gepensioneerde officie
ren van het Indische leger hebben zich
opnieuw ter beschikking gesteld.
Bij het beschieten van Mataram werd
de kroonprins gewond. Hiermede wordt
bedoeld de echte zoon van den Radja en
waarschijnlijk heeft dit tot de terugzen
ding aanleiding gegeven.
Verder wordt medegedeeld, dat een
verlaten stelling, 1 -100 meter van Ma
taram weder door de onzen werd be
zet en de Baliërs zich naar het gebergte
terug trokken.
Een en ander houdt men voor gunstige
verschijnselen ten opzichte van den
verderen loop der zaken.
Niettegenstaande eene zeer sterke
politiemacht schijnt in de hoofdstad het
dievengilde nog niet geheel onderdrukt;
men steelt er van alles wat te grijpen
of te vangen is; alles kan gebruikt,
worden, alles is geld waard. Zoo werd
dezer dagen gestolen een stoompijp, een
stalen bel, een kar met vijftien brooden,
twee en veertig kistjes suikerwerk en
eenige lappen zink.
Menschen wier broodwinning diefstal
is, houden in den regel niet van wer
ken de gestolen zaken worden dus niet
door hen verwerkt, doch worden omgezet
in geldhet goed wordt verkocht. Ie
mand koopt het. Wie het koopt geeft
er niet véél voor. In den regel weet
hij, dat het van diefstal afkomstig is,
maar hij koopt, en profiteert dus van
den diefstal in hooger mate, dan de dief.
Bestonden zulke helers niet, dan zou
de diefstal al heel weinig profijtelijk zqn
en 't misdrijf in zekeren zin onmoge
lijk gemaakt zijn. Daarom moet er,
meènt men, aan de dieven heel weinig,
aan de helers in 't geheel geen pardon
verleend worden. Maar, vindt ze maar
De mazen van het net waarin ze té
vangen zijn, lijken sommigen wat te wijd.
Er wordt, werpt men tegen, in onzen
tijd niet méér gestolen dan vroeger, maar
die op nieuws azende kranten, zij zor
gen, dat het publiek de dingen onmid
dellijk verneemt en elke diefstal wordt
publiek gemaakt, wat vroeger niet het
geval was.
Nu moge daar wat van aan zijn, maar
er is toch een groote schare, die meent,
dat de wereld er, trots verbeterd onder
wijs, trots wetten op kinderarbeid, trots
kindervoeding en kinderkleeding, niet
op vooruitgaat. Wie zich echter aan
de wetten der samenleving het meest
vergrjjpen, met oordeel des onderscheids
vergrijpen, zijn niet in de eerste plaats
de kinderen; het zijn zij, die niet zijn
opgevoed onder de pas genoemde zege
ningen van onzen tijd. Om met reden
te kunnen klagen over achteruitgang,
zon men dus behooren at te wachten,
hoe de tegenwoordige jeugd zich zal
gedragen in den volwassen leeftijd. Laat
ons inmiddels voortgaan, te doen wat
goed is, gedachtig aan de spreukWerp
Uw brood op het water en het vischje
dankt er U voor!
Onze jeugd, roept men, is ook zoo diep
verdorvenNiet waar. Een jongen wil
b.v.b. gooien, dat zit hem in 't bloed. Een
jongen wil soms schreeuwen, hij kan
niet anders. Ge neemt het hem kwalijk,
als bij ongeluk Uw hoofd zich bevindt
tusschen zijn doel en de hand,die zijn
projectiel drijft. Ja, pleizierig is het niet,
maar zijt ge zelf een jongen geweest
en kwam er dan ook soms niet bij on
geluk een ongeluk? En als ge dan een
echte jongen waart, hebt ge U ooit
in Uw hart verheugd, als een streek,
die werkelijk zoo kwaad niet gemeend
was; verkeerd afliep, en hebt ge U dan
niet diep gegriefd gevoeld als de ouderen
aan Uwe slechtheid toeschreven, wat zóó
erg niet bedoeld was. Maar dat zijt ge
waarschijnlijk al jaren vergeten, en dan is
't niet kwaad, dat het in herinnering
gebracht wordt. Nu is de ondervinding
van menschen, die een paar geslachten
hebben helpen opvoeden en daarbij hun
ne frischheid van geest behouden heb
ben, dat de jongens en de meisjes van
dezen tijd nog net precies dezelfde
goede, zoowel als minder goede eigen
schappen vertoonen als vroeger, alleen
zijn ze wat vrijpostiger, doch weten
meer en zijn minder gemakkelijk
onder tucht te houden, omdat dit weten
nog niet door een passende bescheiden
heid veredeld is. Een en ander is waar
schijnlijk ook wel oorzaak dat de
jongens-straffen, waar de jongens van
eene vroegere generatie voor sidderden,
thans te minder doel treffen, naarmate
zij met de levensopvattingen van de
tegenwoordige jongenswereld, gegrond
vest op gezond verstand en humaniteit,
verschillen. II
Wie een lans breekt voor den jongen I
behoort tot zijn tijd: met een beetje
goeden wil en takt om het jongensge
moed te begrijpen, zal men ondervinden,
dat de jeugd nog zoo slecht niet is als
men zegt en mocht de klacht omtrent
ontaarding werkelijk gegrond zijn, dan
.ja, dan moeten wij toch bekennen
dat we geen goede opvoeders zijn, en
zelfs al gelooft men aan erfelijk kwaad
reikt men zich dan een brevet van onbe
kwaamheid uit.
Den vorigen Zondag is te Murnau,
in Beieren, een borstbeeld onthuld voor
wijlen Koning Ludwig II, die op zoo
tragische wijze den dood vond in het
Sternberger meer.
Deze gelegenheid hebben sentimen-
teele personen, maar vooral Beiersche
particularisten te baat genomen tot
anti-Pruisische een soortgelijke mani
festation niet alleen, maar ook tot be
treurenswaardige ongeregeldheden. Te
Garmisch b. v. heeft de fanatieke be
volking (die veel aan Z. M's kostbare gril
len verdiende, en zich niet uit het hoofd
laat praten, dat Koning Ludwig altijd
goed bjj zijn verstand is geweest en
op schandelijke wijze uit den weg ge
ruimd) het standbeeld van den Prins-
Regent omvergeworpen en er het hoofd
af geslagen. Te Partenkirchen heeft
men het borstbeeld van den Prins-Re
gent in de rivier geworpen.
De Oranjebond van orde ontving
op den 30sten Augustus voor zijne
stichting van bescheiden Heidegeluk van
eene familie, bestaande uit vader, moe
der en zoon van ieder f 1000. Door
deze bijdragen is de bouw van het vijf
en twintigste huis verzekerd.
Het hoofdbestuur roept in „Sta Pal 1"
mannen op, die bereid zijn ook elders
in ons land, naar Apeldoornschen trant
de heide aan bescheiden heidegeluk
dienstbaar te maken. Men kan zich
daartoe wenden tot de Heeren Jac. Joh
Deetman en J. D. C. van Dokkutn, bei
den te Utrecht."
Als medewerkster tot ïSta Pal!",
weekblad gewijd aan de toepassing van
de beginselen van den Oranjebond van
Orde, is toegetredenMevr. V. D. Isaack-
sen-Dudok van Heel.
Zaterdag 8 September des mor
gens te tien ure zou per stoomschip
Piinses If ilkelmina een compagnie van
de koloniale reserve van Amsterdam
naar Batavia vertrekken, onder bevel
van den kapitein van het O.-I. leger
Dryber.
Dit vertrek ging met eenige plechtig
heid gepaard. Tegenwoordig waren
de officieren van de Amsterdamsche
dienstd. schutterij, de muziek der schut
terij; de generaal-majoor in de derde
militaire afdeeling, de officieren van het
Indische leger met verlof uit Amsterdam
en andere plaatsen van ons land, en
de officieren van het leger, voor zooverre
zij niet in het kamp zijn.
De troep kwam te Amsterdam aan
uit Nijmegen met een extra-trein, die
tot de Handelskade doorreed. Aan boord
werden de soldaten toegesproken door
den Luit. kolonel van de koloniale re
serve, den Heer Bruinsma welke rede
door den vertrekkenden kapitein Drijber
werd beantwoord. Al de officieren van
de koloniale reserve kwamen mede om
de vertrekkende krijsmakkers uitgeleide
te doen naar IJmuiden.
Verwachtte inen, dat een talrijk pu
bliek zou tegenwoordig zijn, om den sol
dalen, die in het verre Indië voor de
eer onzer vlag zullen strijden, een af
scheidsgroet te brengen, bij het uiteen
gaan bleek, dat duizenden van de ge
legenheid hadden gebruik gemaakt om
van de plechtigheid getuige te zijn.
Even voor het vertrek ontving kapi
tein Drijber een zeer belangstellend
telegram van H. M. de Koningin Re
gentes.
Te Nijmegen was de belangstelling
van het publiek ten opzichte van den
vertrekkenden groot. Ook daar werden
zij door verschillende autoriteiten en
officieren der schutterij uitgeleid, en on
der luid gejuich der aanwezigen zette
de trein zich in beweging.
Aan het Scheveningsche strand
voorbij het Waterververscliings kanaal
is Zondag-ochtend weer een ongeluk
voorgevallen, dat aan twee personen
het leven heeft gekost. Drie Hagenaars
gingen in den vroegen ochtend vissehen
aan zee, door een net een eind in zee
voort te trekken. Waarschijnlijk zijn
zij te ver gegaan. Twee hunner ver
dronken, de derde wist zich te redden.
Bij het nader onderzoek in zake
de beleende valsche obligatiën door den
secretaris en den gemeente ontvanger
van de Bilt, is tot op heden gebleken,
dat ruim 30 valsche effecten zijn opge
spoord, vertegenwoordigende eene waar
de van 14800.
Tevens is geconstateerd dat ook eenige
obligatiën der voorlaatste 4 pCt. leening
zijn vervalscht.
In de jongste raadsvergadering te
Hillegom, herdacht de Voorzitter het
feit, dat de heer Hk. van Waveren,
die wegens aangevraagd ontslag thans
de laatste zitting bijwoonde, 40 jaar de
functie van raadslid en 25 jaar die van
wethouder had bekleed. Met waardee-
rende woorden sprak hij den jubilaris
toe. die met genoegen kon terugzien op
hetgeen in die jaren was tot stand ge
komen.
De Voorzitter en alle leden van den
raad drukten hierop den eerbiedwaar-
digen grijsaard de hand, die diep ge
troffen en overstelpt van aandoening
bedankte voor zooveel belangstelling.
De gemeente was op den gedenkdag
in feestdos; van alle openbare en het
meerendeel der particuliere woningen
wapperde de driekleur.
HAARLEM 11 September 1891.
Heden heeft te Bolsward de groote
kolfwedstrijd plaats van den Ned. Kolf-
bond. De Haarlemsche kolvers schijnen
zich daar bijzonder goed te houden;
gisteren sloegen zjj in de 1ste afdeeling
in den korpswedstrijd het hoogste aan
tal punten nl. 121. (Bolsward 99
Schiedam 102). Daarenboven staan drie
leden van de club Keer nietde heeren
Bronkhorst, Smit en Houbolt, resp. met
49. 44 en 44 punten het hoogst voor
den personeelen prijs. Wanneer in de
2de afdeeling even mooi geslagen wordt,
behalen onze kolvers in het noorden
een prachtig succès.
De voordracht van de betrekking
van Secretaris van den Haarlemmermeer
polder bestaat uit de Heeren:
P. van Ouwerkerk, te Ouder Amstel,
Mr. A. J. Heshuysen, te Haarlem, en M.
P. Dozy, Burgemeester van Stad Delden.
Door den aanhoudenden regen kon
de Cricket wedstrijd te Heemstede, tus
schen de Plaistowe C. C. en AU-Hol
land Vrijdag bijna niet gespeeld worden.
Zaterdag was de uitslag dat de Engelschen
185 runs maakten voor vijf wickets.
De Hollanders behaalden toen slechts 44.
De loting over de, voor 1 Septem
ber 1894 ingeschrevenen voor de lichting
der nationale militie van 1895, zal in
deze gemeente plaats hebben in den
Stadsdoelen op Woensdag 10 October
en Donderdag 11 October telkens des
voormiddags te 9Vz ure.
Voor de heden gehouden verkie
zing van een lid van den gemeenteraad
ter vervanging van wijlen Jhr. J. W.
M. van de Poll, zijn opgekomen 1235
kiezers. Het getal stemgerechtigden be
draagt 2776.
Voorwerpen, gedeponeerd aan het
Commissariaat van Politie, die da-
«elijks f uitgezonderd des Zondags)
van 's middags 11 tot 1 ure voor ae
eigenaars terug te bekomen zijn.
Eene parasol. Een pet. Een
gouden ring. Een vingerhoed. Een
heerenboord. Een strooien hoed.
Een handwagen. Eene tabaksdoos.
Een zakdoek. Een zakdoek waarin
verschillende artikelen. Een elastie
kenbal. Een wandelstok. Eene kin
derzak met zakdoek en handschoenen.
Een mesje. Eene portemonnaie met
eenig geld. Een dames ceintuur.
Eene jas. Eene zweep. - Een kinder
laarsje. Een paar handschoenen.
Een halsband. Een duimstok. Een
armband. Een heerenboord. Eene
broche. Een damesceintuur. Een
kinderschoentje. Eene jas, broek, vest
en hoed. Een hond. Eene pet.
Een oorbel. Eene sigarenkoker.
Eene rijtuigkruk. Eene rozenkrans.
Een horloge met ketting. Een kip.
Eene gouden broche. Een touwtje
met eenige sleutels. Eenige sleutels.
Markt van 10 Sept. 1804.
Boter. Aangev. 196, verk. 152 KG.
L. pr. 1.00, H. pr. 1.10, p. Kj
Biggen. Aangev. 47, verk. 47 st.
L. pr. 7.H. pr. 13. p st.
Schrammen. Aangev. 94 verk. 94 st.
L. pr. ƒ13.H. pr. ƒ18.p. st.
Aardappelen. Aangev. 335 verk. 335 HL
L. pr. 1.50, H. pr. f 3.50, p. HL.
Appelen. Aangev. 98 verk. 78 HL.
L. pr. ƒ2.H. pr. f 4.00, p. HL.
Peren. Aangev. 311 HL. verk. 284 HL.
L. pr./ 2.—, p. HL. 3.00. p. HL.
GRAAN- ENZAADMARKT.
Marktbericht van 10 Sep. 1894.
Witte tarwe f 4.75. f 5.65.
Rogge 3.85. 4.05
Haver 2.75. 3.
Capucijners 9.50. „16.
Koolzaad 5.60.
Karweizaad 13.30.
Per 50 kilogram.
LAATSTE
MUZIEKUITVOERING
in den Hout, op Woensdag 12 Sept.'s avonds
van 8 tot 10 uur, door het Gemeentelijk
Muziekkorps, onder directie van den Luite
nant-Kapelmeester
C. W. P. KRIENS
1. Priester marsch aus Athaiia... Mendelssohn.
2Fest-ouvertureLeutner.
8Cavatina ,geiustrumenteerd door
Dunckler)Raff.
4. Einleitung und Brautchor a.d.
Oper LohengrinWagner.
5. Ouverture Hans HeiinngMarschner.
6. Wiener Bon Bons, Walser...Strauss.
7. a. Oude WilhelmusAldegonde.
b. Ungarische TanzeBrahms.
(Geïnstrumenteerd door Kriens.)
8. Grande Fantasie sur desTMotifs
de l'opera l'AfricaineMeyerbeer.
ORGELBESPELING
in de Groote- of St. Bavokerk alhier, op
Donderdag 13 September 1894,desnamiddag»
van 23 uur door den Heer W. EZERMAN»
PROGRAMMA.
1. SonateA. G. Ritter.
2. Andante uit de 6e Symphonie. Beethoven.
3. Inleiding en VariationA. Hesse.
4. CavatineA- Raff.
6. MondnachtR- Schumann.