HAARLEMSCH
Wo10*2
Uitgave van ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 84
Zeventiende Jaargang.
144.
van WOENSDAG 25 December lbtï5.
ÏELEPHOONNUMMER
TELEPHON1SCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenf ,25.
franco p. post —,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stnk.
Prijs per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
CRESCENDO.
Met eene goed geslaagde uitvoering
besloot de Mannen-Zangvereeniging Cres
cendo Vrijdagavond op kunstgebied het
jaar, dat na enkele dagen weder achter
ons ligt.
Behalve het flink geoefende Koor, on
der de beproefde leiding van den heer
N. H. Andriessen, gaven daarbij als
solisten, de dames Anna Blaauw (zang)
uit den Haag en onze stadgenoote Nel
ly Veldheer (piano), benevens de heeren
J. Trijtel (viool) en Joh. C. Hoek, (cello)
leden van het orkest uit het Concert
gebouw te Amsterdam, uitnemende
proeven van hunne muzikale gaven ten
beste.
Het laastgenoemde drietal had een
Trio van Gade Op42, F gr. t.) op het
programma gebracht en was in de uit
voering daarvan zeer gelukkig. Onge
twijfeld hebben de beminnaars van Ka
mermuziek recht veel genoten bij de
duidelijke en klare vertolking van dit
werk. Dank zij de frissche opvatting, de
rijke klankschakeering mej. Veldheer
bespeelde eene bij uitstek mooie vleugel
piano en vooral de eenheid in muzikale
behandeling, hadden de uitvoerenden
het voorrecht, de onverdeelde aandacht
voor zich te winnen.
Mejuffrouw Veldheer maakt blijkbaar
met ernst werk van hare voortgezette
studie. De vruchten daarvan, bij dit
concert op even bescheidene als aantrek
kelijke wijze aangeboden, werden als
eene goede belofte voor de toekomst
aanvaard.
De heer Trijtel deed zich in het Trio
en niet minder in de twee solo nummers
na de pauze, Romance van Beethoven
en Perpetuum Mobile van Ries, kennen
als een knap violist. Hij speelt gemak
kelijk en met routine en is door deug
delijke hoedanigheden eene plaats als
solo violist ten volle waard. Concert-
besturen, die den heer Trijtel als zoo
danig engageeren, zullen niet bedrogen
uitkomen.
't Was jammer, dat in deJisvanhet
werkje van Ries de eendracht tusschen
viool en piano voor eenige maten ver
broken werd.
Mejuffrouw Blaauw behoefde ten on
zent haar entree niet meer te maken
van vorige uitvoeringen waren de her
inneringen aan hare mooie slem en ex
pressieve voordracht nog levendig. Haar
optreden vraagt steeds opnieuw de zeilde
belangstelling en zal overal aanspraak
kunnen maken op warme sympathie.
De keuze van nommers, air de Vopéra
Herodiade (Massenet), An die Musik
(Schubert), Ich liebe dich (Grieg) en
Vergebliclies Standchen van Brahms, duidt
aan, dat mej. Blaauw zich bij een dege
lijk repertoire bepaalt.
De nazale klanken in het eerste num
mer werden een beetje overdreven
nazaal uitgesproken.
Over den zang van het Koor mag
ten slotte met ingenomenheid worden
gesproken. De Psalm van Holeen werk
dat wij steeds gaarne van Crescendo
hooren, klonk zeer mooiLes Esprits
de la Nuit van Riga gaf vele effectvolle
momenten en ook van Super Flumina
Babylonis kan dit worden gezegdals
geheel slaagde het echter minder goed,
dan de eerstgenoemde.
Wiegenlied van Brahms wordt inden
regel vlugger en lichter gezongen. Post
nubila lux, een goed gevoelde compositie
van den heer Andriessen, sloot het
concert, dat door de talrijke aanwezigen
onder blijken van groote waardeering
werd bijgewoond, op waardige wijze.
Summa summarum mogen al de uitvoeren
den met voldoening aan deze uitvoering
terugdenken.
B.
Weten en Werken.
De Heer Chappuis vervulde Maandag
de spreekbeurt en de zaal was dicht
bezet.
Het drama speelde te Rozendaal en
de hoofdpersonen waren Bos, meester
knecht op de ijzergieterij de Gier, zijne
vrouw en zijne dochter Mina. Een ge
lukkig gezinde man geacht, de vrouw
min of meer gevreesd, de dochter bemind.
En dat duurde tot op zekeren dag de
booze genius van Bos opdaagde in de
gestalte van Lebrun, Franschman, ma
chinist aan de spoorwegmaatschappij.
En die Lebrun had door een noodlottig
geheim zooveel invloed op Bos, dat deze
zijne dochter dwong tot een huwelijk
met Lebrun, dien zij niet beminde. En de
arme Mina beleefde kwade huwelijks
dagen bij Lebrun, die in een aanval van
haat zijne vrouw mishandelde en haar
in den overmaat van leedvermaak mede
deelde het noodlottige geheim. Toen
werd het nog erger; Mina poogde zich
te verdrinken, maar Jan Zwart, stoker
op eene locomotief, een jonkman, die
aan de familie Bos veel verplichting had,
redde haar en aan hem deelde de wan
hopige vrouw het geheim van Lebruti
mede, als volgt.
Ook Bos was een Franschman. In een
bui van jaloezie had hij, 't was nu dertig
jaar geleden, iemand gedood. Zoo kwam
hij in de gevangenis terwijl daar Lebrun
ook vertoefde, wegens vervalsching.
Maar Bos, toen Dubois, gedroeg zich goed
en Lebrun misdroeg zich daar. De eerste
bracht de slechte praktijken van Lebrun
aan het licht, de laatste zwoer wraak.
Dertig jaar was het geleden, maar daar
voert zijn kwaad gestarnte hem naar
Rozendaal. Hier begon zijne wraak; zij
eindigde onder de wielen van een lokaal
trein tusschen Rozendaal en Brugge,
waar Jan Zwart hem wierp na een
gevecht tusschen beide mannen, geleverd
op het platform der locomotief, maar
dat heeft niemand ooit geweten.
Lebrun dood, Jan Zwart krankzinnig,
doch het geheim van den ongelukkige
Bos-Dubois bleef bewaard, de jonge
weduwe trouwde met den man harer
eerste liefde.
Dit stuk menschenleven, rijk aan goed
gekozen tafereelen en voorgedragen op
eene wijze die zeer zeker boven onzen
lof verheven is, hield ons een uurtje
prettig bijeen en in spanning, en een
welgemeend, hartelijk applaus bracht
den Spreker dank. Wij zijn den Heer
Chappuis reeds tot de onzen gaan re
kenen na zijn herhaald optreden in onzen
kring.
De verslaggever was de vorige maal
zoo vrij een toegangkaart te verzoeken
hij ontving er van Mevrouw V. L.,
Mevrouw V. P., de Heeren V. d. S., J.
W. V., V.,T. M. en van nog een heer
wiens naam hem niet bekend is. Harte
lijk dank voor de toezending
Koloniaal Museum te Haarlem.
Tot den Raad van Bestuur van het
Koloniaal Museum zijn toegetreden, de
heer W. P. Groeneveldt te 's Graven-
hage, laatselijk Vice President van den
Raad van Ned. Indië, de heer W. Geert-
sema te Amsterdam, en de Tabak Maat
schappij „Arendsburg" te Rotterdam.
In de laatste maanden werden weder
belangrijke bijdragen voor het Museum
ontvangen. Onze groote collecte Indische
geneesmiddelen werd nog aangevuld
door eene nieuwe zending van den Heer
A. G. Vorderman te Batavia, Inspecteur
van den Geneeskundigen dienst, die op
dit gebied bij voortduring werkzaam is
en zijne nieuwe vondsten steeds aan het
Museum afstaat.
De heer C. J. de Vogel, Hoffveland
Kandangan (Madioen), heeft in aanslui
ting met vroegere zendingen, van de
verschillende op genoemd land voorko
mende koffievarieteiten, eene verzameling
bessen, boonen, bloemen en bladeren ge
zonden, zoodat in het Museum een leer
zaam herbarium kon geplaatst worden
van de volgende koffiesoortenJava,
Djamboe, Klein Mokka, Groot Mokka,
Maragogijpe, Liberia en Hij bride koffie.
Van dezelfde zijde werden ook Keibaria
ollivangen van alle op de koffielanden
gebruikte schaduwboomen, alsmede van
koffie-onkruiden.
Het Kaiserliche Gesundheits Amt te
Berlijn zond ons een standaard collectie
peper-soorten waaronder vele intressante
monsters uit den Duitschen handel. Van
deze instelling ontving het Museum ook
een merkwaardig product van verval
sching, namelijk nagebootste muskaatnoot
bestaande uit fijngestampte notemus-
kaat afval (29 rompen) en boonenmeel,
welk mengsel in den vorm van mus
kaatnoot, van de allerbeste kwaliteit
natuurlijk, wordt geperst. Het schijnt
dat deze valsche muskaatnoot tegen
woordig op groot schaal vervaardigd
wordt, waarschijnlijk te Londen. De
winst er mede te behalen is niet gering
en de nabootsing werkelijk voortreffelijk.
In Duitschland is deze nagemaakte
noot in den kleinhandel aangetroffen
het is echter nog niet gelukt haar hier
te lande op het spoor te komen. Als
vermeld, is de vervalsching niet door
vorm, reuk of smaak te ontdekken,
maar wel als men de noot doorsnijdt,
daar zij niet gemarmerd is als de echte.
Nog gemakkelijker is de „naaldproef'
indien men in een echte noot prikt
komt onmiddellijk een druppeltje glas-
helderè olie voor den dag, des temeer
naarmate de noot beter van quahteit is.
De nagemaakte noot laat echter geen
olie uitvloeien. Mocht men in twijfel
zijn, dan kan het nader onderzoek van
de echtheid aan het Museum kosteloos
worden aangevraagd. Ook eene waarde-
looze onechte foelie komt tegenwoordig
in den handel, en is in het Museum te
bezichtigen.
Aansluitend hieraan, ontvingen wij
van de heeren Cooman en de Roock te
Rotterdam de handelsmonsters (echte)
nootmuskaat van verschillende kwali
teit.
De verzameling mineralen werd ver
rijkt door eene inzending van de Sing-
kep Tin Maatschappij te 's Gravenhage,
bestaande uit monsters tin erts en wolf
ramiet alsmede uit een blok tin, zooals
dit door inzenders in den handel wordt
gebracht.
Van de afdeeling vezelstoffen wer
den door de heeren Gxiswold en Gillett
te Londen bijzonder fraaie monsters Ra-
meh (Chine gras) gezonden, bewerkt en
gekleurd volgens het systeem Forbes.
De Heer Thos Christy te Londen
zond eene nieuwe bereiding van de
Hola-noot, als cacao poeder te gebruiken,
nl. Neo-kolatine, alsmede een extract
van Hola, en Engelsche the'ine (coffëine).
Merkwaardig is de inzending van den
Heer Leon van den Polder, Nederlandsch
Zaakgelastigde te Tokio, bestaande uit
een verzameling verfstoffen en andere
voorwerpen, die in Japan gebruikt wor
den zoowel voor het schilderen met
waterverf als ook van het drukken in
kleur. De inzending verdient de aandacht,
omdat de Japanneezen het in de kunst
van het drukken in kleur met behoud
van de prachtige diepe schitterende tin
ten zeer ver gebracht hebben. De Heer
van de Polder voegen bij deze inzending
een nauwkeurige opgave van den naam
der verschillende artikelen en den prijs
waarvoor zij in Japan te verkrijgen zijn.
Van den heer J. van Dapperen te
Trangkil (Java) werden in bruikleen
ontvangen een van pandan-bladeren ge
vlochten mat en zadelkleed, afkomstig
van Noord-Borneo.
De heer Droogleever Fortuyn zond
o. a. een paar bamboe-vazen met snijwerk
versierd, monsters schildpad enz., af
komstig van Sumatra.
Nog werden bijdragen ontvangen van
Dr. J. C. C. W. van Nooten te Lochem.
Ten dienste der schoolverzamelingen
ontving het Museum nog van den heer
J. van Moll te Soerabaia ruwe suiker.
Met de vroeger voor dit doel door
tusschenkomst der Deli-Maatschappij
ontvangen voorwerpen kunnen thans
weder 25 scholen al is het met nog
onvolledige koloniale verzamelingen voor
zien wordenlater zullen deze gaande
weg worden aangevuld.
In de eerste vestibule van het Museum
bij den ingang, is thans een ruime kast
geplaatst waarin de laatste ingekomen
meest belangrijke geschenken gedurende
eenigen tijd worden tentoongesteld,
alvorens zij worden ingevoegd.
Hierdoor komt het publiek en voorna
melijk zij, die het Museum geregeld
bezoeken, thans dadelijk op de hoogte
van de nieuwste aanwinsten op het
gebied van handel, nijverheid en koloniale
wetenschap, wat minder het geval was,
toen de zaken dadelijk in de verschillende
afdeelingen werden ingedeeld en zij
natuurlijk minder in het oog vielen. De
gang op de eerste verdieping is nu in
gericht tot „Herbarium Gallerij." Een
honderdtal Indische nuttige planten,
grootendeels geschenken uit 's Lands
Plantentuin te Buitenzor zijn achter glas
geëxposeerd, en ook zijn er gekleurde
platen van tropische gewassen geplaatst.
Voor de Koloniale boekverzameling
kwamen ook weder geschenken in, o. a.
het fraaie gedenkboek uitgegeven door
de Zuid Afrikaansche spoorweg Maat
schappij en belangrijk als bewijsstuk
van Nederlandschen arbeid in den vreem
de. De leestafel van het Museum bevat
thans ruim 50 periodieken, hoofdzakelijk
over cultures enz.
Dezer dagen is uitgegeven de tweede,
aflevering van Afbeeldingen betreffende
Koloniale voortbrengselen, ten dienste
van het onderwijs, met 12 fraaie licht
drukken, hoofdzakelijk vervaardigd naar
negatieven, voor het doel welwillend ver-