HAARLEMSCH No 13 Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 84 Achttiende Jaargang. 144 Nieuwsberichten. TELEPHOONNUMMER TELEPHON1SCHE VERBINDING met AMSTERDAM, f-, 25. franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 3 centen per stub. Prijs per Advertentie van 1—5 regels 1 0.25, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. VERSCHIJNT: Dinsdag- en Vrijdagavond. Advertmtim worden aangenomen tot DINSDAG m VRIJDAG des middags tm 12 ure, dis alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Weten en Werken. De Heer Goteling Vinnis trad Maandag avond in onzen kring op met het on derwerp Pour la Couronne van Fran cois Coppée, waardoor wij in de gele genheid gesteld waren kennis te maken met een kunstwerk van dien dichter, in mooie Nederlandsche verzen overge bracht door den Spreker. De Heer Goteling Vinnis kiest voor zijn immer boeiende voordrachten meestal den verhalenden vorm. Hij zet het werk uiteen en lascht de schoonste fragmenten hier en daar tusschen, zoodat met den inhoud van het stuk tevens de dichterlijke schoonheden den toe hoorder bereiken. De handeling van „Aan wie de kroon", zooals Spreker het in onze taal betitelt, heeft plaats in een der Balkanstaten in de 15e eeuw, toen de immer voorttrek kende Turken Europa zouden over stroomd hebben, ware het niet, dat daar in den Balkan wonderen van dapperheid hun paal en perk gesteld hadden. Prins Michael Brancomir voerde daar het opperbevel over eene legerafdeeling. Zij n wapenroem wordt verkondigd door twee soldaten aan Benko, een on bekende, die de vesting is binnen komen vallen en zich door vleierij heeft weten te dringen in de gunst van Brancomir en zijne tweede gemalin Basilide, die het karakter van haren echtgenoot volkomen beheerscht en den zoon uit het eerste huwelijk van Michael geen goed hart toedraagt. Dat het haar gelukt is's vaders wantrouwen op te wekken tegen den zoon, Constantijn, blijkt op het oogen- blik, dat de laatste met twee gevange nen optreedt op het Turksche leger bemachtigd. Eene ervan is eene vrouw, Militza. De oude koning des lands was over leden, een nieuwe moest gekozen. Michael had zich voorgesteld gekozen te zullen wordenmen verkoos een priester. Basilide had zich reeds de koninginne- kroon gedroomd. Toen trad Benco hande lend op. Hij zegde haar de kroon toe, indien zij haren echtgenoot wist te overhalen tot verraad aan zijn vaderland. Terwille van de liefde welke hij haar toedroeg liet hij zich van den rechten weg afleiden. De gevangene Militza had inmiddels in Benco den Turk Ibrahim EfTendi ontdekt en zijne plannen weten uit te vorschen, welke zij aan haren redder Constantijn mededeelde. „Er is gevaar" fluistert zij den jongen man toe. Let op Uwe stiefmoeder, wantrouw zelfs Uw vader". Constantijn verneemt den toeleg van zijn vader om door ver raad het vaderland te geven in de macht der Turken en dit behoort hij te ver hoeden. In den nacht vinden wij Michael op een der meest bedreigde punten, op de plaats van waar de alarm vuren zullen ontstoken worden, welker vlam men de Balkan-bewoners zullen oproepen tot den strijd. Constantijn bezweert zijn vader zijn opzet te laten varen, wijst hem op ïecht en plicht, doet een beroep op Michaels eervol verleden, tracht ten laatste 's vaders geweten wakker te schudden te vergeefsch, zoolang hij leeft zal hij niet dulden, dat het alarm-vuur ontstoken wordt. Constantijn, door het noodlot bestemd zijns vaders rechter en beul te zijn, kruist met hem den degen. Michael valt, zijn moordenaar vloekende. Slechts de sterren, die ook op meerder plaatsen van het stuk worden aangeroerd, zijn getuigen van het feit. Konstantijn roept ze op om het oordeel te vellen tusschen hem en zijn vader. Door het gedrag van Konstantijn is de aanslag der Turken afgeslagen en hij in 's vaders plaats tot bevelhebber benoemd. Geheel vervuld met den moord, begaat hij misslag op misslag, wat het volk in hem een verrader doet zien. Dit vermoeden wordt aangewakkerd door Basilide. Zij keert de rollen om en be schuldigt haar stiefzoon van hetgeen haren echtgenoot mislukt is. Konstan tijn, ter verantwoording geroepen, zwijgt rn wordt veroordeeld om levenslang vastgeklonken te worden aan het ruiter standbeeld, dat men ter nagedachtenis zijns vaders heeft opgericht. Daar zal het ieder vrijstaan den ongelukkige te smaden totdat de dood hem uit zijn "j ellende komt verlossen. Door ieder ver laten is ten laatste de slavin Militza gekomen. Slechts zij heeft hem lief en zij brengt hem den dood, waarna zij ook zichzelf van het leven berooft. Slechts een is er bij wien een ver moeden omtrent de waarheid oprijst; het is de priesterkoning. Het stuk eindigt hier omdat de vraag wie de kroon toekomt voor den toeschouwer volkomen is opgelost. Met immer klimmende belangstelling was Spreker gevolgd. Zijn schoone voor- drachtswijze had ons opnieuw ingepakt en het dankbaar gehoor moest zich uiten in een geestdriftvol applaus. Hoewel het reeds lattr was dan ge woonlijk, besloot de Heer Goteling Vi- nuis den avond met Laurillards novelle Kent gij hem. De gemoedelijke humor van dien schrijver stemde tot vroolijk- heid. Dankbaar en voldaan toog men daarna huiswaarts. Eerste Kamer. In de zitting van Woens dag werd eerst het debat over Hoofdst. V der Staatsbegrooting BinnenlZaken) voortgezet. De heer van Nispen tot Pannerden keurde de houding van den Min. af in zake de Kweekschool van Onderwijzeressen en het subsidie voor de Kweekschool van bewaarschoolonder- wijzeressen, daardoor was de begrooting voor hem onaannemelijk geworden. Daar hij evenwel door afstemming de Kieswet niet wilde belemmeren, zou hij zich bij de stemming verwijderen. De Min. van Binnen). Zaken ontkende, dat de bedoelde posten aanleiding kunnen geven tot strijd met het geweten, en hij had nooit verwacht, dat zijne voor stellen zulk een politieken strijd zouden hebben uitgelokt. De post „Kweekschool voor Bewaarschoolhouderessen" heeft vroeger jarenlang op de begrooting ge staan zonder tot eenig gewetensbezwaar aanleiding te hebben gegeven en zorg voor eene Kweekschool voor Onderwij zeressen is hem door de Wet opgelegd. Hoeveel eerbied hij heeft voor gewetens vrijheid, zijne vrijheid om zaken voor te stellen, die hij wenschelijk acht, wil hij ook zien geëerbiedigd. De schets door den heer Godin de Beaufort gege ven betreflende de verhouding van de Reg. tot de politieke partijen noemde de Min. een karikatuur. Deze Reg. heeft wel rekening te houden met haar oor sprong, den kiesrechtstrijd, maar zij mag daarom niet nalaten haar grondwettelijke plcht op onderwijsgebied te blijven vervullen. De pacifikatie heeft de Min. volstrekt niet geschondenware er eene liberale meerderheid, men zou andere voorstellen kunnen verwachten. De Min. is voornemens de kwestie van een nieuw krankzinnigengesticht bij afzonderlijk ontwerp te regelen en overweegt of dit ook zal kunnen geschieden voor een ethnographiesch muzeüm. Hij verklaarde zich tegen verlaging van de voorwaarden tot toelating van Zuid-Afrikanen tot onze Universiteiten, maar overweegt een andere regeling voor juristen in het algemeen. In 't belang van den veestapel zal worden gedaan wat mogelijk is. De heer Verheijen betwijfelde de uitvoer baarheid van eene Kweekschool voor meisjes zonder internaat. De heer Godin de Beaufort hield vol, dat, indien de Min. het noodig achtte voor de opleiding van onderwijzeressen te zorgen, hij dan eene konciliante richting had moeten volgen en niet enkel moest zorgen voor neutrale onderwijzeressen. De heer Wertheim daarentegen was van oordeel dat de gedane vooretellen volkomen voortvloeien uit de schoolwetpacifikatie en den plicht der Regeering. Hij ried aan de rechten uit die pacificatie voort vloeiend voor het openbaar onderwijs te handhaven. De heer van Tienhoven konstateerde met genoegen, dat de Min. voornemens is de opleiding voor toekom stige juristen te verbeteren. De heer Alberda van Ekenstein verdedigde het neutrale karakter der Rijkskweekscholen. De Minister bleef zijn onderwijspolitiek handhaven als volkomen in overeenstem ming met de pacifikatie. Hoofdst. V werd daarna zonder stemming aangeno men. Aan de orde was toen Hoofdst. VI (Marine). De heer van Alphen, die zijn instemming betuigde met het alge meen beleid des Ministers en met diens mededeelingen in de stukken, besprak enkele punten, waarop de Minister ant woordde, waarna de begrooting voor Marine zonder hoofdelijke stemming werd aangenomen. Donderdag was Hoofdst. VII B (Fi nanciën) aan de orde. De heer Fokker betuigde zijn dank voor de door den Minister gedane opgaven betreflende de grondbelasting, waaruit het betreurens waardig feit bleek, dat het grondbezit van niet-ingezetenen zeer toeneemt. Hij drong aan op maatregelen, om vreem delingen, die grond hier 'te lande be zitten, sterker te treffen, daar zij door de bestaande wetgeving onbillijk be voordeeld worden. Voorts verlangde Spre ker uitstel van herverpachting van per- ceelen mosselkuituur in Zeeland, in af wachting van een nader onderzoek naar schade door die kuituur aan de dijken toe. gebracht. De heer van Tienhoven kwam op tegen de overdreven toepassing van den maatre gel bij de vermogensbelasting tot verhoo ging van aangifte zonder inlichtingen te vragen aan belastingschuldigen. De heer Wertheim drong aan op verlaging ven de Rijkstollen voor stoomtrams. De heer Godin de Beaufort meende, dat inspekteurs der vermogens belasting stelselmatig eigen aangifte tegenwerken en ambtshalven aanslag willen bevorde ren. Spreker drong aan op instruktieën voor de inspekteurs. De heer Sassen hield aoI, dat bij de behandeling der vermo gensbelasting Minister Piersen heeft gezegd, dat regel zal zijn geen verhooging zonder de belastingschuldigen te hooren, en hij beweerde, dat aan die toezegging door de inspekteurs geen gevolg werd gegeven. Het gevolg is, dat het vertrou wen in de inspekteurs verzwakt wordt, wat nadeelig is voor den fiscus. Spreker beweert, dat vele vermogenden op het oogenblik eene proeve te nemen om zich aan vervolgingszucht te onttrekken door zich in het buitenland te vestigen. De heer van Nispen van Pannerden wil de belastingschuldigen in kennis hebben gesteld met de argumenten, van den inspekteur, opdat hij zich voor den Raad van Beroep kunnen verdedigen. De Min. van Fin. kon niet beloven eene ge mengde zakelijke en persoonlijke be lasting als de heer Fokker verlangde. Uit het Voorl. Verslag is hem gebleken, dat een onderzoek zal ingesteld worden naar den invloed der mosselcultuur op de bedijkingen. Niet herverpachting der mosselbanken kon hij niet bevelen met het oog op het belang van honderden huisgezinnen, bij de kuituur betrokken. Eene driejarige verpachting heeft hij bevolen, in afwachting van de resultaten van onderzoek Tolverlaging voor stoom trams zou het groote plan tot af schaffing van tollen in 't algemeen benadeelen. Wat de toepassingvan de vermogensbelasting betreft, men moet wel degelijk onderscheiden tusschen eerlijke en oneerlijke menschendat moet het streven zijn, maar, maar daar voor is ondervinding noodig, die geleerd moet worden. De Min. zal onderzoeken, of werkelijk de inspecteurs er op uit zijn de eigen aangiften tegen te werken, en hij zal dan zeer zeker daartegen waken, want dat zou zijn in strijd met de wet. De heer Wertheim konstateerde, dat de Min. gelukkig niet de billijkheid van zijn opmerking heeft bestreden. De heer Fokker achtte de bewering over dreven, dat honderden gezinnen broode loos zouden worden bij niet verpachting van de mosselbanken in Zeeland. De heer van Tienhoven bleef krachtig be strijden verhooging van den aanslag in de vermogensbelasting zonder belasting schuldigen te hooren, als in strijd met de bedoeling der wet. De Min. herhaalde, dat zijn streven en dat zijner ambtenaren zal zijn, onderscheid te maken tusschen eerlijkeen oneerlijke belastingschuldigen. Hoofdst. VII B is aangenomen, evenals Hoofdst, XI (Onvoorziene Uitgaven). Daar in onze grensplaatsen veel Duitsch geld in omloop is, is het zeker van belang te vernemen, dat aan de Duitsche grenzen veel valsche Duitsche banknoten van 5 Mark in omloop zijn. Zij zijn te herkennen doordien ze niet geperforeerd zijn en 2 millimeter smaller dan de echte banknoten. HAARLEM 11 Februari 1896 De rekening der Hollandsche Maat schappij van Levensverzekering, geves tigd te Haarlem, over het maatschap pelijk jaar 1894/5 (zijnde de twee en dertigste) is door Commissarissen goed gekeurd. Uit de rekening blijkt, dat de som der op uit. October 1895 van kracht zijnde verzekeringen /654.800 bedraagt, dat aan diverse premiën is ontvangen /23.079.14>/3 en aan diverse intresten

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1896 | | pagina 1