HAARLEMSCH
Eerste Blad.
1896.
No. I.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 84
Negentiende Jaargang.
144
met AMSTERDAM.
WOENSDAG 6 Januari
XILEPHOONNUMXBK
TïLEPHONISCHE VEKBINDIN8
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenf —,25.
franco p. post —,40.
jLfimnderiyke
commers
3 centen per stuk,
PrQ e per Advertentie van 1-5 regels f 0.25, eikeregel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag-? en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen, tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
De denkende mensch waagt zich soms
met zjjne gedachten terug naar het
verleden. Is dit omdat het heden ver
band houdt met hetgeen achter ons
ligt, en hij zich van dit verband reken
schap wenscht te geven, of bestaat het
feit, zooals zoo vele andere, om zich
door het verledene te wapenen voor
de toekomst; misschien is er ook ver
band tusschen beide opvattingen.
Als gewoonlijk brengen wij eenige
feiten betreffende 1896 in herinnering.
Het jaar 1896 had, evenals zjjne voor
gangers, een zeer gemengd karakter,
veel goeds tegenover andere zaken, die
minder aanlokkelijk schijnen, doch mis
schien in zich bevatten een kern, welke
later als rijpe vrucht zal te voorschijn
treden.
Voor onze gemeente was 1896 geen
ongelukkig jaar. Verschillende nieuwe
straten werden volbouwd, aan het Oos
ten, Zuiden en Westen der Gemeente,
het Noorden deelde aanzienlijk minder
in dezen aanwas, een gevolg van de
slechte communicatie tusschen de beide
deelen der gemeente, gescheiden dooi
den spoorweg. Ieder kent den toestand,
ieder wenscht verbetering. De Raad,
evenzoo, bracht eeu offer uit de ge
meentekas om eenigermate aan de be
zwaren tegemoet te komen, doch een
afdoend middel was het niet. 1897 zal
ons in dezen wel niet dichter tot den
idéalen toestand voeren.
De tweede hoofdkwestie, het water,
is in staat van wjjzen.
De gasverlichting zal nog menig woord
kosten, nog heel wat hartstochten in
beweging brengen, heel wat staatsmans-
wijsheid vereischen en rekening moeten
houden met hen die meenen, dat het
beter is de gans die de gouden eieren
legt, te slachten, dan het beestje door be
hoorlijke voeding in staat te stellen het
volkomen ei van zuiver goud ter rechter
tijd te laten werpen.
Van een bevolkingscijfer groot 23.000
zielen, dat Haarlem telde in 1845 heeft
het thans bereikt de 60.000. Dit behoort
in het oog gehouden bij alles wat be
treft de inkomsten en uitgaven der ge
meente, terwijl de gemeente hierdoor
tevens gekomen is tot de steden, welke
zeker fatsoen hebben op te houden.
Haarlem bezit in zjjne omstreken veel
natuurschoon. Het wijst met rechtma-
tigen trots den vreemde zjjn eenigen
Haarlemmerhout, binnen de stad, zjjn
wel onderhouden parken en daarbuiten
de heerljjke duinstreek met hare lief
lijke dorpen, zelfs bij een groot getal
Haarlemmers onbekend, maar des te
heter bjj hem, die het schoone aiet
uitsluitend zoekt in den vreemde en
die weet te waardeeren het vele goede,
dat Haarlem biedt en waardoor het zich
in menig opzicht gunstig van menige
stad onderscheidt. De vreemde weet dan
ook Haarlem als in vele opzichten be
langrijk, maar't kost offers om
dien goeden naam te behouden. Ons
jaarljjksch budget weet er van tespre
kenHet zeer opgewekt muzikaal leven
eischt een gemeentelijk muziekcorps.
De groote vraag omtrent zijn zijn of
niet zijn werd het afgeloopen jaar in
bevestigenden zin beslist en het voort
bestaan althans voorloopig verzekerd,
't Is f 10000 om ons fatsoen op te
houden, maar rentegevend belegd.
Gaat Haarlem een schoone toekomst
tegemoet, als het zich uitbreid, als het
voor den binnenkomende scholen bouwt,
telkens en telkens weer, als het dui
zenden en nog eens duizenden uitgeeft
om het vervoer te water mogelijk te
maken, als de schuldenlast toeneemt
met het vooruitzicht ook de boorden
van het Spaarne dienstbaar te maken
aan de industrie. Wij meenen, ja, en
tevens, dat met volle recht financieele
dadingen worden aangegaan, welke ons
drukken, doch rijke vruchten beloven
voor onze opvolgers.
„De toestand onzer geldmiddelen is
niet rooskleurig," wordt soms beweerd
en die uitdrukking moet wel eens dienst
doen in de meest tegenstrijdige gevallen.
Wiens finantieele toestand is voldoende
Wie de teering naar de neering zet en
dat dit geschiedt, blijkt. Wjj leenen niet
voor gewone uitgaven, voor buitenge
wone; in den regel zijn deze op den
duur winstgevend. De rente en aflossing
worden op tijd betaald, de gemeente
eigendommen nemen toe in waarde, de
draagkracht der ingezetenen is niet ach
teruitgaande. Waarom staan wij dan vol
gens sommiger meening ongeveer aan
lager wal! Alleen, er moet als in elke
huishouding op de kleintjes gepast.
De gemeenteraad leed een gevoelig
verlies door het bedanken van Mr. W.
A. 't Hooft. Zjjn bondige, soms geestige
redeneertrant, bjj een helder inzicht
waren van invloed op den gang van
zaken, hij was de rechte man op de
rechte plaats.
De dood ontnam der gemeente in Mr.
A. J. Enschedé een even kundig en
werkzaam, als onbaatzuchtig ambtenaar.
Van zijne vrijgevigheid getuigen de
gemeente bibliotheek, het archief, het
museum, de gemeentekas; van zijne
humaniteit ieder, die met hem in aan
raking kwam.
Ook onze afgevaardigde naar 's Lands
Vergaderzaal, Mr. Farncombe Sanders,
bezweek voor den onverbiddelijken dood.
Zjjn naam zal genoemd blijven worden
zoolang er sprake is van trouwhartige
Nederlanders, die de belangen van het
algemeen welzijn met oprecht gemoed
weten te dienen.
Een der punten van algemeen belang
was voor Nederland de aanneming van
de nieuwe Kieswet, waardoor een veel
grooter getal Nederlanders dan vroeger
hun invloed kunnen uitoefenen op 's
Lands Regeering.
Of hierdoor de stand der partijen
verandert, of de meerderheid verplaatst
wordt naar rechts of naar links, wij
hebben daar geen rekening mee te
houden. De hoofdzaak is, of de Grond
wet de uitbreiding van het kiesperso-
neel toelaat; zoo ja, dan is die uitbrei
ding een plicht en waar de plicht spreekt
moet men de gevolgen niet in de eerste
plaats berekenen.
De zestiende verjaardag van onze
Koningin werd op vele plaatsen met
luister gevierd. Haarlem deed in 1896
in deze van zich spreken. De gedachte
aan een nationalen feestdag is hierdoor,
althans voor een deel verwezenlijkt. Wij
juichten de feestelijke stemming toe,
omdat de grondslag, liefde tot het Oranje
huis, daarin zoo schoon naar voren trad
Nog in de laatste maand des jaars,
werd de hoog gewaardeerde Commis
saris der Koningin in deze provincie
tot een anderen werkkring geroepen.
De provincie verliest in den aftredende
een man van merkwaardige werkkracht,
die tevens door zijn eenvoud en huma
niteit bij allen die met hem in aanra
king kwamen hoog staat aangeschreven.
Europa verkeerde in 1896 in vrede,
althans geen wapengekletter in ons
werelddeel.
Spanje moest gewapenderhand Cuba
en de Filippijnen tot rede trachten te
brengen, wat tot heden nog niet gelukt
is. Menschenlevens en aanzienlijke schat
ten kostte dit, het een en ander werkte
nadeelig op Spanjes geldmiddelen en
de mannen van de beurs zagen den
toestand donker in. Of het Spanje ge
lukken zal zijn prestige in genoemde
koloniën te handhaven, wie zal 't zeggen?
De Italiaansche nederlagen in Abes-
synië liggen nog versch in 't geheugen.
De naam Adoua zal nog lang den
Italiaan een spookbeeld te voorschijn
roepen, zelfs nu in 't laatst van November
de vrede gesloten en de honderden krijgs
gevangenen de terugreis naar het
vaderland aanvaard hebben, doch niet
als verwinnaars.
Frankrijk had mede een oorlogstaak
af te doen, op Madagascar en thans
dreigt ook een geest van opstand in
enkele deelen van Britsch Indië.
Turkije was in 1896 voor velen een
steen des aanstoots door zjjn wanbeheer,
dat tot zulk eene hoogte geklommen is,
dat de Europeesche mogendheden zich
in de zaak moesten mengen, hiertoe
bovendien nog gedreven door den af
schuwelijken moord op Armeniërs te
Konstantinopel. Een schok ging door
het verontwaardigd Europa en nog is
men doende, zulke harhaarschheden
voor 't vervolg onmogelijk te maken.
Zoolang echter de Turken fanatieke
mohamedanen zijn en de Turksche re
geering in de eene hand vuur en in
de andere water draagt, zal niet kunnen
verhoed worden, dat het tot gruwelda
den opgezweepte volk zich vergrijpt aan
het leven en de bezittingen van degenen,
die met hen in godsdienstige opvatting
verschillen. Vooral in Engeland brak
ten deze een storm los, die nog niet
bedaard is.
Wonderlijke tegenstrijdigheid in den
gedachtengang van het Britsche volk.
Terwijl het den staf breekt over Turkije
wegens het vergieten van Christenbloed
wegens het vermoorden van honderden
christen onderdanen van den sultan,
schijnt het rechtvaardigheidsgevoel er
niet genoeg ontwikkeld, om als één man
op te komen tegen den ongehoorden
inbreuk op het volkenrecht door den
Brit Jameson en zijne rotgenooten ge
pleegd op den Transvaalschen staat.
1 Januari 1896 had zijn inval plaats,
een vol jaar heeft de Engelsche natie
de gelegenheid gehad om over de feiten
na te denken, en nog is het niet tot
de erkentenis gekomen, dat wat ge
schied is, over den Britschen naam
een duistere wolk heeft doen ontstaan,
nog te meer verduisterd door de wijze,
waarop de hoofdaanleggers door bijna
geheel Brittanje in het openbaar of ver
holen zijn toegejuicht, of althans niet
zijn bemoeielijkt zéé dat het billijkheids
gevoel van het overig Europa in 'tal-
gemeen en van den Transvaler in 't
bizonder er door is bevredigd, en waar
door de leer, dat het doel, Engeland
grooter en machtiger te maken, door
alle middelen mag bevorderd worden
natuurlijk dieper wortels schiet.
Rusland vierde de kroningsfeesten
van den czaar. Moskou toonde zich toen
aan het verbaasde Europa van hare
schoonste zijde. Het ontving zijne gasten
uit alle werelddeelen, het spreidde ten
toon een luister overeenkomstig de hooge
positie van den beheerscher. Jammer,
dat de velden van Chodynski, waar hon
derden het leven lieten tijdens de groote
volksfeesten, een droevigen nagalm wek
ten en nog te droeviger, naardien de
treurige feiten het gevolg waren van
de hebzucht der met de regeling belaste
ambtenaren. En zooals het eene kwaad
het andere met zich voert, zuchten thans
honderden in den kerker, die zeer on
langs getracht kebben, de regeering in
deze zijdelings aansprakelijk te stellen.
In het najaar des vorigen jaars was
Europa getuige van een feit eenig in
de geschiedenis.
Lang reeds was sprake va» eene nauwe
verbintenis tusschen Rusland en Frank
rijk, de heide uitersten op het gebied
van regeeringsvorm en van volksbe
schaving.
In October had de czaar Denemarken
en Engeland bezocht. De terugreis zou
plaats hebben over Parijs, en wel als
gast van de Fransche republiek. De
Fransche geestdrift kende geen palende
czaar en zjjne gemalin werden door de
Franschen ontvangen op eene wijze als.
geen ander vorst ooit te voren te beurt
viel. Europa zag het en zweeg. Het
ergerde zich niet aan der Franschen tot
krankzinnigheid opgedreven geestdrift;
het bleef kafan, over de manier waarop
de keizerlijke gasten zich dit alles deden
aanleunenEuropa dacht na en bewaar
de al deze dingen in zjjn hart.
Een Fransch-Russisch bondgenoot
schap, naar het schijnt het hoofddoel
van de Fransche Russenliefde, laat tot
heden op zich wachten, tenzij het reeds
berust in de geheime archieven, waaruit
het ten geschikter tjjd zal te voorschijn
treden, dat is als de nood der tijden
het eischt, of.als een zich verongelijkt
achtend hoogwaardigheidsbekleeder het
licht doet schijnen over het duistere,
doch om zjjn eigen voortreffeljjkheid
aan te toonen, evenals Bismarck deed
nu eenigen tjjd geleden, toen hij, naar
men meent in misplaatste jjverzucht, de
wereld deed begrjjpen, dat Duitschland
indertjjd eene dubbelzinnige rol gespeeld
had in de Europeesche politiek.
Bjj al het goede, dat de tegenwoor
dige samenleving kenmerkt ook op
zedeljjk gebied, bij al hetgeen reeds
gedacht en gewerkt is tot opheffing van
maatschappelijke misstanden, blijft nog
veel, zeer veel te doen, niet alleen om
het goede te bestendigen, maar ook
om verbetering te brengen daar, waar
nog zooveel onontgonnen terrein is;
werkloosheid en hierdoor ontstaande
armoede, drankmisbruik en de schro-