HAARLEMSCH
Ho.
Wereldkroniek,
Eerste Biad.
No. 10. Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 84 Negentiende Jaargang.
144
van ZATERDAG 22 Mei 1897.
Mei Vereen. tot bevordering
van Zondagsrust.
Doet Uwe inkoopen liefst niet
■p Zondag. Waarom zoudt gij
geheel onnoodig de Zondagsrust
van anderen storen?
E E 0 Tiï I E E.
Nieuwsberichten.
TILEPHOONNUMMEK
TELEPHON1SCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maandenf —,25.
s franco p. post —,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk
Prijs per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 uredie alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Het Bestuur der Afdeeling.
VAN DE
is direct na uitgave voorhanden in den
Boekhandel van DE ERVEN LOOSJES.
Prijs 10 Cents.
In de vergadering van den Raad,
Woensdag gehouden, waren twee heeren
afwezig met kennisgeving.
Na lezing der notulen volgden de
mededeelingen waarvan genoteerd be
hoord, dat eervol ontslag wordt verleend
tegen 1 Juni aan den Heer J. Schouten,
hoofdcommies, chef ter Gemeente-secre
tarie. Een woord van welverdiende hul
de bracht de Voorzitter dezen aftreden
den ambtenaar.
De Voorzitter deelde mede, dal een
schrijven was ingekomen van den minis
ter van Binnenlandsche zaken en van
Justitie, meldende, dat niet het voor
nemen bestaat om veranderingen te
brengen in zake de Zondagswet, en dat
deze zaak heeft aanleiding gegeven tot
een verzoek om zich te onthouden van
verdere uitvoering der Zondagswet.
De Voorzitter zette zijn ingenomen
standpunt in deze nader uiteen. Hij
blëef van meening, dat de uitvoering
dezer wet bij den Burgemeester berust.
Hij zal zich onderwerpen, maar blijft
het betreuren, dat zijne bemoeiingen
niet tot andere uitkomsten geleid hebben.
De Heer H. de Heer, onderwijzer 2e
klasse, verzocht en verkreeg eervol
ontslag uit zijne betrekking aan school
Ltr. B.
Vastgesteld werd het primitief kohier
der plaatselijke directe belasting dienst
1897. Het bedrag der gezamenlijke
aanslagen is 299566.21s, of ongeveer
achttienduizend gulden lager dan het
vorige jaar. Het aantal aanslagen was
in '96 8281, thans 8939. De te heffen
percentage is 3.7 tegen 3.9 in 1896.
De Heer Macaré vraagt het woord in
deze en wijst er op, dat de draagkracht
der gemeentenaren volgens het kohier
is achteruitgegaan sedert 1894 en dat
dus nu eene wijziging noodig is, aan
gezien de gegevens, aan B. en W. ver
strekt, niet voldoende zijn, waardoor
ontevredenheid ontstaat. Noodig zou zijn
eigen aangifte; deze wijze van heffing
voldoet niet.
De Heer de Kanter antwoordt en
licht de oorzaak van het verschil in
draagkracht toe. Eigen aangifte is in
meeste gevallen onjuist, niet door zucht
tot ontduiking, maar wegens onbekend
heid. De Heer Macaré repliceert.
Men herinnert zich het indertijd be
sprokene in den Raad omtrent minimum
loon en maximum arbeidsduur. De Raad
kon zich toen, in 1895, niet vereenigen
met het denkbeeld om de hiertoe ver-
eischte maatregelen, ook zelfs maar als
proefneming, te nemen en zulks niet
tegenstaande het gunstig advies van den
Burgemeester en dat van den particu
lieren arbeidsraad.
Inmiddels zij n twee jaren voorbijgegaan
en heeft de ondervinding bewezen, dat
de maatregelen uitvoerbaar zijn en gun
stig werken.
Thans wenden zich de besturen van
tien Haarlemsche Vereenigingen opnieuw
tot den Raad om thans tot het daar-
stellen van bepalingen in deze over te
gaan. Het desbetreffend verzoek werd
ondersteund door den Particulieren
Arbeidsraad en elf andere Vereenigingen
hier ter stede, de anti-revolutionaire
kiesvereeniging Nederland en Oranje,
de Roomseh Katholieke kiesvereeniging.
Nog was een aanvraag tot het nemen
van een proef ingekomen van het Be
stuur der kiesvereeniging Vooruitgang.
B. en W. wenschen zich te onthouden
van prae-advies en doen, met het oog
op de vroegere beslissing van den Raad,
geen voorstel, hoewel de meerderheid
van het College het gevoelen is toegedaan
dat het wenschelijk is een proef te
nemen.
De Voorzitter brengt nog een en ander
in herinnering betreffende de vroegere
beslissing en verklaarde, dat hij in zijn
vroegere meening omtrent de kwestie
versterkt is.
De Heer Willink heeft zich afgevraagd
hoe ontloopen wij de eindelooze discus
sies in deze.
Hij wenscht niet, dat men zich te
veel verdiepe in de aangegeven bijzaken.
De opgeworpen bezwaren en gevaren
zijn gebleken niet te bestaan. Bovendien
neemt de aandrang tot het maken van
bepalingen toe, er heerscht dus een
groote overeenstemming in deze en ge
looft thans den tijd gekomen tot het
volgende voorstel
De Raad gezien enz.
besluit B. en W. uittenoodigen tot het
nemen van proef betredende bepalin
gen van loon en arbeidsduur in ge
meentebestekken die daarvoor vatbaar
zijn, en binnen drie jaar denuitslag
dezer proefnemingen aan den Raad
mede te deelen.
De Heer Schürmann wenscht den tijd
te brengen op een jaar en in de bestekken
te vragen naar inschrijvingen met en
zonder maximumtijd en minimumloon.
Verder gelooft dit Raadslid, dat het nuttig
zal zijn het advies van den Arbeidsraad
af te wachten.
De Heer Willink wil de drie jaren
behouden zien en verder de zaak over
te laten aan B. en W. In stemming
wordt het voorstel aangenomen met
negen stemmen tegen.
De Heer G. C. van Meeuwen verzocht
eene wijziging van de projectstraat, aan
gegeven op het plan ter bebouwing van
gronden tusschen Leidsche Vaart en
Wagenweg. B. en W. stellen bovendien
nog eene wijziging voor van den loop van
een gedeelte van den Koninginneweg.
Voorgesteld werd gunstig te beschikken
en dit werd aangenomen.
Door W. F. Bremer en Zoon wordt
te huur verlangd een gedeelte walgrond
tegenover hun perceel aan de Friesche
Varkenmarkt.
Onder zekere bepalingen stellen B. en
W. voor dat de Raad het verzoek toe
staat en den prijs te bepalen op dertig
cents per ML De Raad vereenigt zich
hiermede.
In het belang van algemeene gezond
heid en zedelijkheid wenscht de Heer
F. W. J. de Wilde, eigenaar en bewoner
van het perceel Kennemerplein No. 2,
afstand van een gedeelte der achter zijn
tuin gelegen Varkenmarksteeg.
B. en W. stellen voor gezegden grond
te verhuren en alzoo dat gedeelte aan
den publieken dienst te onttrekken.
De Commissie van financiën zou gaarne
de geheele steeg buiten den dienst
stellen.
Het voorstel van B. en W. wordt
aangenomen.
Als tusschenhedrijf wordt een Commis
sie benoemd tot het onderzoek van de
geloofsbrieven van het nieuwgekozen
Raadslid den Heer J. Nieuwenhuijzen
Kruseman. Deze commissie adviseert tot
goedkeuring en de Raad besluit alzoo.
Opnieuw bereikte den Raad een re-
rekwest van den architect Doeglas,
verzoekende om, na wijziging van het
vroeger ingediende plan, alsnog toe te
staan de verbouwing van het perceel
L. Veerstraat 35.
De raad had het vroeger verzoek in
deze afgewezen op grond van het be
paalde omtrent de hoogte. Het thans
ingediende plan kwam in behandeling
met een gunstig voorstel van B. en W.
De Heer Roog heeft even het woord
omtrent de bedoeling van „hoogte" van
een gebouw. In den zin van B. en W.
wordt besloten.
Tot het doen van herstellingen aan
de woning van het hoofd der kostelooze
school Lr. B vragen B. en W. een
crediet van ƒ203.80. De Raad staat dit
crediet toe.
In behandeling kwam een voorstel
van B. en W. tot het verleenen van
eene gratificatie aan het hoofd van
school C, den heer C. de Vries Hz. en
aan den eersten onderwijzer den heer
G. te Napel, voor elk f 250.zulks
voor hunne bemoeiingen in zake de
tijdelijke school Witte Heerensteeg.
De heer Schürmann wenscht ophelde
ring, welke door den heer Waller ver
strekt wordt.
De heer Klein vraagt, of de Raad niet
van zijne ambtenaren iets meerder werk
mag verwachten, vindt het een treurig
verschijnsel dat zulke kleine diensten
nu dadelijk beloond moeten worden.
Ook de heer Tjeenk Willink vindt
die extra-betalingen niet goed. De heer
Van der Mersch vraagt of deze gratifica
ties verband houden met vroeger ver
leende. De heer Waller licht de zaak
nader toe en vindt de gratificatie niets
te hoog, waarna het voorstel gesplitst
wordt in gratificatie de Vries dat wordt
aangenomen met 7 stemmen tegen;
en gratificatie te Napel dat goedgekeurd
wordt met een stem tegen.
Vastgesteld werd een lijst van inge
zetenen ten einde daaruit een keuze te
doen voor leden en plaatsvervangende
leden van de stembureaux, ingeval eene
stemming moet plaats hebben vooreen
lid van de Tweede der Staten Generaal.
De stembureaux voor de eventueele
stemming en herstemming voor een lid
van de Tweede Kamer der Staten
Generaal, te houden op 15 en 25 Juni
1897 zijn samengesteld als volgt:
le Stemdistrict (School Beeksteeg).
Mr. Th. de Haan Hugenholtz, Voorzitter,
te lid J. Leupen, 2e lid G. P. J. Beccari.
Plaatsvervangende leden P. F. de Bordes,
H. van Breemeu Hz. en W. F. Bremer Sr.
'ie Stemdistrict (School D, Oude Gracht).
Johs. de Breuk, Voorzitter, le lid J. J.
F. Beijnes, 2e lid M. N. Beets.
Plaatsvervangende leden H. J. Bronk-
horst, Mr. F. A. Bijvoet en L. Cohen.
3e Stemdistrict (le Burgerschool, Klein
Heiligland).
Mr. N. G. Cnoop Koopmans, Voorzitter,
le lid C. G. Loomijer Jr., 2 lid J. C.
van Bemmelen Jr.
Plaatsvervangende leden L. de Breuk,
P. H. Craandijk en Mr. L. C. Kronenberg.
4e Stemdistrict (Gasthuisstraat 32,
„de Stads Doelen").
Mr. A. A. van der Mersch, Voorzitter,
le lid J. Krol Kz., 2e lid H. Bernelot
Moens.
Plaatsvervangende leden Mr. G. C.
Ever wijn Lange, C. J. Gonnet en F. A.
Grijseels.
5e Stemdistrict HoofdbureauRaadhuis,
(waarvan de Burgemeester Voorzitter is),
M. O. de Kanter, plaatsvervanger van
den Burgemeester, le lid Dr. H. D.
Kruseman, 2e lid A. Bertling.
Plaatsvervangende leden J. H. van Hees,
Mr. H. P.'t Hooft en A. P. Hoogwinkel.
6e Stemdistrict (le Tusschenschool,
Friesche Varkensmarkt).
Jhr. Mr. F. W. van Styrum, Voor
zitter, le lid J. A. Lodewijks, 2e lid
S. O. J. Bertram.
Plaatsvervangende leden H. L. Jansen
van Raaij, J. C. Joekes en Johs. de Jongh.
7e Stemdistrict 2e (Tusschenschool,
Wijde Geldeloozepad).
W. Stolp Voorzitter, le lid Johan Wink
ler, 2e lid G. C. W. Bohnensieg.
Plaatsvervangende leden J. H. Kersten,
Mr. A. Kist en P. Kleiweg Dyserinck.
Benoemd wordt de Commissie voor de
bezwaarschriften personeele belasting.
Verder had de benoeming plaats van
de Commissiën tot de loting en van
onderzoek der Schutterij.
Het gasverslag over Maart werd aan
genomen voor kennisgeving en ging de
Raad over in eene zitting met gesloten
deuren.
Eerste Kamer. In een Dinsdag gehouden
avondzitting is mededeeling gedaan van
een aantal ingekomen stukken, en is
den heer Bergsma verlof gegeven op een
nader te bepalen dag tot de Reg, de vraag
te mogen richten, welke hare plannen zijn
betreffende het wetsontwerp tot aanvul
ling en wijzing van eenige artikelen der
wet van 1889, houdende bepalingen tot
voorkoming van bedrog in den boterhan-
del.
Het schip Marie Hackveldt, dat dezer
dagen uit San Francisco naar Londen
vertrok, heeft een reusachtig houtblok
aan boord, bestemd voor William Wal-