HAARLEMSGH
Afabogk Van Haarlem
Eerste Blad.
No. 7
Twintigste Jaargang,
144
met AMSTERDAM.
abonnementsprijs
van ZATERDAG 22 Januari 1898.
verschijnt
Dinsdag- en Vrijdagavond.
M Vereen, tot bevordering
van Zendagsimi
Deet Uws inkoopen liefst niet
§p Zondag. Waarom zoudt gij
gehesl onnoodig de Zondagsrust
van anderen storen?
■Het
1897.
Pijjs ing. 1.75, gefc. ƒ:2.—,
DE ERVEN LOOSJES.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88
TILEPHOONNTJMMEK
TELEPHON1SCHE VERBINDING
Per drie maandenf —,25.
franco p. pest ,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk
Pr^s per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
Advertmtiën worden aangenomen tot dinsdag en vrijdag des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Het Bestuur der Afdoeling.
is voorhanden in den Boekhandel van
IDE NUTSLEZING.
In de groote zaal der Sociëteit „De
Kroon" had Dinsdag de 'buitengewone
Vergadering plaats van het Departement
Haarlem der Maatschappij tot Nut van
't 'Algemeen, met voordrachten van den
Heer L. Jansen'Fzn.
Ket programma opende met De
Piiesterzegen van E. Hertzveld. De hoog
begaafde .dichteres geeft twee beelden,
den priester van, het oude Israël, toen
het leefde in eigeti land, inden tempel
den zegen uitsprekende over het ver
zamelde valk en den priester van de
.verstrooide natie, zegenend ihet wolk
uit alle hoeken van het Ghetto saamge-
troomd in hei bedehuis der ballingschap.
En dan doet de dichteres uitkomen, dat
het volk zich in beide gevallen gesterkt
en getroost gevoelt. Met fijn gevoel .en
■waarheid wondt de toestand van den
Jood uit Ihet Ghetto geschetst, maar aij
gevoelen -rich „Toch dragers der waar
heid, toGh kindren van God."
De uiterst fraaie poezië, ademt Oos-
tersche kalmte en berusting.
Wegens den eigenaardigen vormeischt
het gedicht van den vertolker eene meer i
■dan gewone vaardigheid. De wiegende
trippelmaat «loet den daklamator ge-
makkelijk in het eentonige vallen
tracht hjj die klip te ontzeilen dan
heeft hij kans rijm en maat als bijza
ken te be&andden. In dit laatste gevai
verkeerde ie Heer Jaasen. Van cadans
en rijm, van den zoetweemoedigen toon,
geen spoor. Het innig diepgevoelde, de
wijding, ontbrak. Nu moet onmiddellijk
hieraan toegevoegd, dat de omstandig
heden den deklamator niet gunstig wa
ren de te bespreken ruimte was te groot
en dan is waarschijnlijk de Heer Jansen
niet gewoon op den katheder te spreken.
De overige nummers konden beter
boeien. Enkele passages van Van Mauriks
St. Nicolaasavond werden treffend mooi
weergegeven. Cremers Beis van Gerrit
Meeusen, met het niet zeer handelbare
Betuwsch mocht veel bijval verwerven
en „de Vertrapte pier" van Henny, werd
door den Spreker fraai voorgedragen,
beter zelfs dan de dichter zelf het in
dertijd in eene Nutsbijeenkomst hier
ter stede gaf. In het algemeen kan men
vaststellen, dat het humoristische genre
beter door den Heer Jansen wordt be
oefend dan het ernstige; hij bezit hier-1
voor eenige zeldzaam goede gegevens.
Dat dit werkelijk de algemeene meening
was, mocht blijken uit de herhaalde
teekenen van bijval.
Weten en Werken.
Dinsdagavond hadden wij in Weten
en Werken den heer P. M. Keiler van
Hoorn, van Dordrechteen oude bekende.
Dientengevolge het applaus bij zijn
binnentreden, dat natuurlijk wil zeggen
oude bekenden zijn ons welkom. En 't
genoegen waswederkeerig, wantSpreker
begon zijn voordracht met op te merken,
dat hij veel sympathie had voor den
kring, waarin hij reeds zoo tal van jaren
optreedt, en waar hij altijd een aan
dachtig gehoor vindt, want de mannen
stellen belang in alles wat'kan strekken
tot ontwikkeling en beschaving en tot
vermeerdering van kermis.
'.De menschen in 't aangezicht teprij zen
staat nu eenmaal niet heel bescheiden
en 'kiesch. Daarom kwam het Spreker
zeer te stade, dat de sckoone sexe niet
was vertegenwoordigd onder zijn gehoor,
want hij zou het hebben over de vrouw
en dearbijnniet karig zijn met lof.
De invloed van de vrouw is ontzachlijk
groot. Dit weten allen, die eene teedere,
liefhebbende moeder hebben gehad, wier
woorden van vroomheid, liefde-en edelen
zin natrillen -in 't harte, voor immer.
Op -elk gebied van kansit en weten
schap hebben vrouwen uitgemunt.
Denk b.v. aan de Koningin van Bu-
menië,die haar wonderzoete, teereliedjes
öingt; aan oitze Elise vsm Calcar, die
zoo ontzettend veel heeft gedaan voor de
•opvoeding van kksderen (bewaarscholen)
aan onze Hélène Mercier, die zoo moedig
streed voor verbetering van arbeiders
woningen; aan Miss Nightingale, die
hare omgeving twist te bezielen van
mededoogen voor .de ongelukkige slaeht-
offese van den Tisrksch-Griekschen oor
log, -an aan wier streven het te danken is,
dat ook daar het „jBoode Kruis" gezien
werd.op 't. msorddaiiig slagveld en lijden
den en stervenden haar zegenende hulp
bracht; aan Mevr. Seecher Stowe, die
stil en'beschekïsn, in de eenvoudige pasto
rie tiaar »Hut van oom Tom" schreef en
op 't papier bracht wat haar hart haar
ingaf -en-(bezield met dec geest Gods, den
.geest der Liefde- de geheele wereld
•met walging en afschuw vervulde van
.den slavenhandel en de grootste stoot
gaf aan de afschaffing vaa die onmen-
soiielijke bartxaarsehhetd, waartegen ede
le predikers als Wilberfortk en anderen
machteloos «tonden.
Hoe ben ik ér nu toe gekomen, vroeg
de Heer van Hoorn, dit onderwerp van
bespreking te kiezen Wel, eenigen tijd
geleden hield pa-of. Kuno Fischer te
Weimar, in de Sophia-Stichting een rede
over prinses Sophie, onze prinses Sophie,
groothertogin van Saksea-Weimar-Eise
nach. Hoewel Duitseher, klopt 's profes
sors hart warm voor ons Oranje-huis.
Want hij is een groot geschiedkundige
en weet dus, wat dat Huis gedaan heeft
voor ons land, en hoe ons land door dat
Huis zijn glorierijkste dagen heeft ge
kend. 't Was met te verwonderen, zei
Prof. Fischer, dat de edele vrouw in
vijftig jaar zooveel had tot stand ge
bracht, want zij stamde uit het merk
waardig geslacht, dat in vier generaties
vijf groote mannen heeft voortgebracht.
Die mannen waren Willem I, Mau
rits, Frederik Hendrik en Willem II.
Boor hen, door hun moed, hun geloof,
bun liefde voor de vrijheid is Nederland,
dat kleine landje in die dagen, gewor
den het meest beschaafde, het meest
vrije en machtigste van alle Europeesche
-Staten, met zijn wereldheerschappij op
zee en met zijn koloniën-wereld.
Willem I was de zoon van graaf Jan
van Nassau-Dillenburg en Juliana van
Stolberg. Zijn ouders waren beide
Luthersch. Willem echter, die werd
opgevoed aan 't hof van Karei V werd
Boomsch, voornamelijk door den invloed
van Karel's zuster.
Maar de dwang, waarmede de Ka
tholieke Kerk haar macht wilde vestigen,
de onmenschelijke wreedheid, waarmede
zij andersdenkenden vervolgde, waren
hem een gruwel. En deze zin tot ver
draagzaamheid had hij van zijne moeder
Juliana. Aan Neerland's vrijheid, aan
vrijheid van Godsvereering, ieder naar
zpjn eigen overtuiging, zou hij zijn leven
wijden. En dat heeft hij gedaan, tot
een sluipmoordenaar Nederland van
dat dierbare leven beroofde.
Maurits was metdenzelfden heldenmoed
bezield. Maurits, de groote veldheer, de
dappere van Nieuwpoort. Maar Maurits
was ook streng, en hard en bitter; ook
hij vervolgde andersdenkenden, getuige
Oldenbarneveld's onthoofding en Loeve-
stein.
Anders» was 't met Frederik Hendrik.
De onverschrokkenheid van Maurits
deelde hij en ook zijn krijgskundige
talenten. Maar hij [was zacht van in
borst en vergevensgezind. Onder zijn
regeering keerden de edelen zonen weder
in 't vaderland terug, die door Maurits'
hardheid in ballingschap zwierven.
En vanwaar dit verschil?
Willem I was viermaal gehuwd
geweest. De mosder van Maurits
was Aaua van Saksen een kwaad,
lastig wijf, zij Spreker terwijl de
zachtzinnige, liefderijke Louise de Collig-
ny aan Frederik Hendrik 't leven schonk.
Beide zonen erfden den moed en het
krijgsbeleid van hun vader maar van
de zoo verschillende moeders erfden zij
de uiteenloopende karaktertrekken, die
hen overigens kenmerken.
Frederik Hendrik huwde op zijn 41ste
jaar de schoone Amalia van Solms, de
vrouw, die ook met eere mag worden
genoemd in de rij van Oranje-vorstin
nen. Zij was in hooge mate weldadig,
Alles was goud om haar heen, met goud
werd zij bediend, en goud ook was haar
hart.
Haar zoon Willem II was een kind
van weelde; en zulke kinderen zijn wel
eens lastige kinderen. Hij heeft hierop
geen uitzondering gemaakt
Wetenschappelijk ontwikkeld, vaar
dig in lichaamoefeningen, wapenhandel,
paardrijden enz., schoon van lichaams
bouw en zeer rijk was hij alom gevierd
en bemind. Maar daardoor juist dreef
hij al te gaarne zijn zin door. Dit kwam
vooral uit in de kwestie van troepen af
danking, en zijn daarop gevolgd beleg
van Amsterdam. Natuurlijk bekoelde
een en ander de liefde aanmerkelijk,
en 't bekende rijmpje bij een gift in den
kerkezak te Amsterdam was wel de
meening van 't grootste deel der bevol
king.
De hoogmachtige Staten van Holland,
wier besluiten zoo goed als wet ook
voor de overige provinciën waren, be
sloten nu geen stadhouder meer aan
te stellen. Maar Amalia van Sulms vatte
het voornemen op alles in 't werk te
zullen stellen om haar kleinzoon met de
traditioneele waardigheden te bekleeden.
In 1672 pakten zich aan Neerland's
horizon sombere wolken samen, en
zooals altijd in moeilijke omstandighe
den, zocht het volk hulp en steun bij
het Oranjehuis.
Willem III was bereid en werd stad
houder. En Willem III, stadhouder der
zeven provinciën, Koning van Engeland,
is een der grootste vorsten geweest uit
't Oranje-huis.
Hij is de roemrijke strijder voor 't
Protestantisme, die den trotschen zonne
koning Lodewijk XIV trotseerde; een
machtige, sterke geest in een zwak
lichaam.
Welk een invloed de vrouw steeds
heeft uitgeoefend, komt ook sterk uit
bij Willemijritje, de gemalin van den
zwakken Willem V. Zij had haar op de
tanden, en dat Koning Willem I de
teugels van 't bestuur greep met zoo
vaste hand, was haar geest, die in hem
leefde.
Willem I was in hooge mate popu
lair en geliefd. Toch is hij plotseling
gedaald in de volksgunst. En waardoor
Wederom door een vrouw. Omdat hij
een morganatisch huwelijk sloot met
gravin d'Oultremont. Hij besloot dan ook
wijselijk de regeering over te dragen
aan zijn zoon Willem II, den ridderlijken
held van Waterloo, Hasselt en Leuven.
De liefde van 't Nederlandsche volk
voor dezen Oranjevorst heeft haar top
punt bereikt toen hij, tegen eigen
meening in, de grondwets herziening van
'48 tot stand hielp brengen, buigend
voor den volkswil. Want, hij besefte,
dat 't volk niet is om den vorst, maar
de vorst om 't volk.
Allen hebben Willem III gekend en
liefgehad. Toen hij na den dood zijner
gemalin Sophie huwde met dejeugdige
prinses van Waldeck-Pyrmont waren
velen in den lande waaronder ook
Spreker die dat huwelijk niet met
vreugde begroetten.
Maar ziet, die vrouw heeft aanspraak
op de dankbaarheid, de eerbiedige hulde
en de liefde van 't geheele Nederlandsche
volk voor de wijze, waarop zij hare
dochter Wilhelmina heeft gevormd tot
eene vrouw, waardig de Kroon te dragen.
En die Wilhelmina, die, naar wij allen
hopen, dit jaar de Kroon op 't hoofd
zal worden gedrukt, wordt bemind met
grenzelooze liefde.
De heer Keller van Hoorn heeft ge
sproken over de moeder, de vrouw, en
het kind als vrouw. En in 't roemruchte
huis van Oranje vooral, zijn edele vrou
wen aan te wijzen. Spreker hoopt dat
allen zijn vervuld met hetsympathetisch
gevoel van liefde voor ons land en dat
huis, dat tot devies heeft: ik zal hand
haven.
Het was geschiedenis, en wel dat uit
de geschiedenis des vaderlands, dat be
kend mag worden verondersteld bij de
meesten. Toch werd de aandacht geeu
oogenblik afgebroken, want Spreker be
zit in hooge mate de gave met geestige