HAARLEMSCH Adresboek Van Haarlem Eerste Blad, No. 8 Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Twintigste Jaargang. 144 abonnementsprijs van WOENSDAG 26 Januari verschijnt: Dinsdag- en Vrijdagavond. Het 1897. Prijs ing. 1.75, geb. 2.—, DE ERVEN LOOSJES. N ieuwsberichten. TI1EPHOONNUMMEK TELEPHON1SCHE VERBINDING met AMSTERDAM. Per drie maandent —,25. a franco p. post —,40. Afzonderlijke nommers 8 centen per stuk Prijs per Advertentie van 1—5 regelB f 0.25, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. Advertentien worden aangenomen tot dinsdag en vrijdag des middags Jen 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. is voorhanden in den Boekhandel van Weten en Werken. De voordracht van Maandagavond had plaats door Dr. Bleekrode met het onder werp: Het oor en de telefoon. Spreker gaf eerst een overzicht van het oor de oorschelp of het uitwendig oor met zijne plooien en rimpels, allen dienende om het geluid naar den gehoor gang te leiden. De deelen van het ge hoororgaan benoemde de Spreker als het klankopnemende, het klankgeleiden- de en het klankwaarnemende. In natura zijn de beide laatste deelen zeer klein, en hebben te zamen de dikte van een potlood. Om al de deelen duidelijk aan te toonen, stelde Dr. Bleekrode ons in de gelegenheid een zeer vergroot kunst oor te bezien. Een geluid door de oorschelp opge nomen, vindt zijn weg door den inwen- digen gehoorgang, daar stoot het op het gehoorvlies, dat sterk gespannen is en tamelijk hecht. De verschillende stootjes werken op een prachtig samenstel van beentjes en komen ten laatste in eene vloeistof vanwaar de indruk door bemid deling van ongeveer drieduizend zenuw haartjes tot de hersenen gebracht wordt, waardoor het tot ons begrip komt. Een en ander te zamen genomen, doet ge makkelijk inzien, dat aan zoo'n samen gesteld werktuig als het oor niet veel behoort te geschieden of er ontstaat doofheid, een gebrek, dat van wege de kleinheid der deeltjes en hun onbereik baarheid meestal niet te verhelpen is. Tot voortplanting van het geluid zijn noodig geleidersdoor eenige eenvoudi ge proeven toonde Spreker goede en minder goede geleiders. Hout en metaal zijn goede, vezelstoffen slechte geleiders van het geluid. Op de werking van het oor berust de inrichting van de telefoon of verre spreker. In haar oudsten vorm vindt men de toestel als twee doozen waar van de eene open zijde bespannen is met een veerkrachtig vlies. Verbindt men deze vliezen door een koord, dan brengt het in de eene doos gesproken woord trillingen te weeg op het vlies en deze worden dan door het koord geluid naar de tweede doos, waar het geleid door den waarnemer wordt opge vangen. In de praktijk kan zoo'n toe stelletje niet dienen, ook omdat het geen signaal bevat. Ook de telefoon bezit zulk een vlies, het is echter van uiterst dun geplet ijzer en daarachter bevindt zich een zeer kleine electro-magneet, waarvan Spreker een zeer helder begrip gaf, door aan te toonen dat een hoef van week ijzer, omgeven van draadwindingen, on der de werking van eene galvanisch element magnetisch wordt. Wordt nu in de spreekplaats iets ge zegd, dan geraakt dit in trilling en brengt onder dien invloed deze trillingen 1 langs den geleidenden draad naar het te lefoon plaatje, dat naar gelang van deze beurtelings wordt aangetrokken of af- gestootenons zeer merkwaardig oor is instaat op de vroeger gezegde manier deze trillingen in al haar verschillende wijzigingen op te nemen. Als signaal wordt hierbij gebruik gemaakt van de electrische schel. De telefoon is uitgevonden door den geneesheer Bell te Philadelfia, doch zijne bedoeling was een werktuig te vinden, dienstig om de kinderen van het doof stommen-instituut, waarvan hij directeur was, het leeren spreken gemakkelijk te maken. Gedurende de laatste twintig jaren is de telefoon meer en meer in gebruik gekomen. Eene statistiek, door den Spreker voorgelezen, toonde aan, dat Nederland in het gebruik van de telefoon, althans niet onderaan staat. Ten slotte werd er op gewezen, dat ook deze fraaie uitvinding aan duizen den, in de nijverheid werkzaam, brood verschaft. De belangrijke voordracht werd, als steeds, met veel attentie gevolgd en een hartelijk applaus dankte Spreker voor de glasheldere uiteenzetting der feiten aangetoond door uitstekend geslaagde proeven. Aanstaanden Maandag treedt de Heer W. Otto op. Men schrijft aan het U. D. In de heidestreken van Friesland, voornamelijk in de gemeente Tietjerkster- adeel, krijgen de armvoogden het weer druk. Groote scharen volks van allerlei leeftijd en kunne, trekken naar het armbestuur, om ondersteuning te vragen, nu gebrek aan werk hen niet meer in staat stelt het eigen brood Ie verdienen. En onder die scharen zijn velen in de kracht huns levens, mannen en vrouwen, reeds vroeg in het huwelijk getreden en gezegend in den regel met een vrjj talrijk kroost. De mannen kunnen niet anders dan aardewerk verrichten, arbei den op veld en akker en zoodra dit werk is afgeloopen, houdt hun bron van ver dienste op, terwijl niet zooveel is over- verdiend om daarvan den winter te teren. Als de man het brood alleen voor een gezin moet verdienen als arbeider is dit zoo goed als onmogelijk. Men moet dus wil men het armbestuur ontlas ten omzien om aan die tot werken bekwame mannen en vrouwen in den winter werk te verschaffen. Finantieel en moreel van het allergrootste belang. Echter, tal van proefnemingen zijn op dat gebied gedaan, doch de meeste zijn mislukt. De werkverschaffing op zich zelve werkte heel goed, maardefinan- tieele uitkomsten waren altijd van dien aard, dat men de zaak hoe nuttig ook ten slotte moest laten varen. Altijd met verlies werken - gaat niet, al bereikt men ook moreel zijn doel. Zoo ging het met het mattenweven, vlasbewerken, klompenmaken, keien- kloppen enz. Er dient naar wat anders te worden omgezien en naar ons oordeel is het middel reeds gevonden, nl. grond- ontginning. Dat is pioductieve werkver schaffing en de arbeiders kennen dat werk. Maar de finantieele resultaten? Welnu de stichting van den heer P. W. Janssen te Jubhega bewijst nu reeds, dat moge geene hooge rente gemaakt worden in elk geval niet steeds met verlies behoeft gewerkt te worden. Op het eiland Texel werd reeds Woens dag een troep kievitten waargenomen, die over zee naar het eiland kwam vlie gen. De troep bevatte zeker ruim dertig van deze vogels. Gewoonlijk worden vóór einde Februari hoogstzelden troepen kievitten op het eiland gezien. Van groote beteekenis is op Texel nog altijd de lammerhandel. Gedurende het jaar 1897 werden 21.746 lammeren van het eiland naar elders uitgevoerd Men schrijft uit Oost-Zeeuwsch Vlaan deren. Uit de grensstreken worden dagelijks verscheidene wagens met ongedorschte haver België binnengevoerd. De reden hiervan is dat het Belgische gouverne ment op gedorschte haver 3 fr. per 100 K. G. invoerrecht heft, terwijl ze in het stroo vrij 'tan worden ingevoerd. Zoo kunnen de boeren toch hun granen onbelast en voor goede prijs van de hand doen, zoodat zij er geen schade bij lijden. Alleen valt het te betreuren dat een groot aantal arbeiders nu werkeloos zijn die anders met dorschen een daggeld zouden kunnen verdienen. Door de duisternis misleid, is de echt- genoote van den timmerman P. Mantel in de Kruisvaart te Haarlemmermeer gevallen en daaruit levenloos opgehaald. Door eene onbekende oorzaak is in de Lisserbroek te Haarlemmermeer, een huis door 5 gezinnen bewoond afgebrand. Van 't roerend goed is veel gered. Het vaste goed was tegen brandschade verzekerd, het roerende niet. HAARLEM 25 Jannari 1898. De eerste Feestelijke Bijeenkomst in dit seizoen van den Volksbond had plaats Vrijdag 21 Januari in de Sociëteit Vereeniging. Deze feestavonden ver heugen zich steeds in groote opkomst van belangstellenden, hieraan toe te schrijven, dat het Bestuur der Afdeeling er altijd in mag slagen elk wat wils te geven. Ook thans was de groote zaal geheel gevuld. Behalve een Orkest bestonden de medewerkenden uit een Dameskoor, den Heer A. M. Vrugt, het kwartet der fa milie Strating uit Breda, den Heer Ch. Blazer van het Haarlemsch Muziekkorps, Mejuffrouw A. Elink Sterk en de Onder officiers-Vereeniging Mars, aldus aange geven naarmate de volgorde van het programma. Het Dameskoor werd aangevoerd door den Heer Jenny Weijerman. Als wij ons niet vergissen is dit kringetje, 't zullen een goede dertig meisjes zijn, in hoofdzaak samengesteld uit oudleer lingen der Volkszangschool van het Nut en ook al wêer als we 't niet mis hebben, trad dit sympathieke groepje althans hier te Haarlem voor 't eerst op. Frissche, jonge geluiden, geschikte lie deren in gezonden zin en dan onder: goede leiding kloek voorgedragen. Het publiek had er schik in. Vooral de Can tate werd meer dan gewoon toegejuicht en een paar coupletten van het „Wilhel mus" vonden als altijd weerklank. De Heer Vrugt is ons bekend van den feestavond op Koninginnedag, 't Was ons aangenaam hem ook eens in den Volksbond aan te treffen. Uit zijn reper toire had hij een goede keus gedaan. Hij beweegt zich bij voorkeur op komisch terrein, en dat dit hem goed afgaat, mocht blijken uit den welverdienden bijval. De muzikale familie Strating gaf op eene wijze, welke haar artistiek gevoel alle eer aandeed kwartet van Meijerbeer en Chopin, beiden voor piano, fluit, viool en cel. Het was een genot er naar te luisteren. De Heer Blazer gaf een solo voor cel. Deze zeer begaafde musicus deed dit zeer verdienstelijk. Dat de toehoorders goede kunst weten te waardeeren, mocht blijken uit de sympathie waarmede men de piano-voor drachten van Mejuffrouw Elink Sterk be groette. De jonge dame paart aan een fraai - en aanslag veel uitdrukking, veel gevoel. Flinke borsten, de Marsleden. Getrouwe deelnemers aan de feestavonden van den Volksbond, verheugt men zich steeds in hun steun en gaarne ontmoet men deze Veeeeniging, 't zij zij optreedt met wapenoefeningen van hoogere orde, 't zij zij, als heden, een Chineeschen dansten beste geeft. Het was dol grappig wat de Vereeni ging in deze te zien gaf; allen in 't Chineesche kostuum, de aanvoerder met de onvermijdelijke Chineesche emblemen op 't gewaad. Mooie bewegingen werden uitgevoerd met een orde en regelmaat, die aanduidden dat men kranig wilde uitkomen. Nu, dit is volkomen bereikt. Het meermalen aangeheven applaus toonde dit voldoende aan. Tegen half twaalf verliet het publiek onder de tonen van een marsch de zaal. De orde in de zaal liet niets te wen- schen over. Aan het verzoek om het rooken te laten was gereedelijk gevolg gegeven, waardoor het in het volle lokaal wel warm, doch niet onaangenaam was. Het Afdeelingsbestuur mag weer op een welgeslaagden feestavond terug zien. Wanneer de zaak Dreyfus Zon dagavond berecht had kunnen worden in den Haarlemschen Schouwburg, dan zou de gewezen Fransche kapitein geen drie dagen meer op het Duivelseiland behoeven te blijven; met algemeene stemmen ware hij dan door het dicht opeengepakte publiek vrij gesproken. En dat wel naar aanleiding van alles wat op het tooneel, betreffende het ge val te aanschouwen werd gegeven en dat vooral gericht was op het mede lijden van de toeschouwers. Het be faamde borderel, waarop de kapitein werd veroordeeld, zag men er door graaf Esterhazy ontwerpen en afschrij ven, bundels banknoten van de eene hand in de andere overgaan, de arrestatie van kapitein Dreyfus, zijn verblijf in de gevangenis, de veroordeeling voor den krijgsraad, de onteerende straf op een der pleinen van Parijs, het gezin Dreyfus in diepen rouw gedompeld, ja zelfs de aanschouwing van het eiland waar de ongelukkige thans verblijf houdt, mocht niet ontbreken. Daar waren er onder de toeschou wers die wezenlijk vergaten, dat ze in den Schouwburg waren en dat mijn heer Springhuizen, een der leden van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1898 | | pagina 1