HAARLEMSCH Eerste Blad. Adresboek Van Haarlem No. 13. Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Twintigste Jaargang. 144 abonnementsprijs van ZATERDAG 12 Februari verschijnt: Dinsdag- en Vrijdagavond. Nerf. Vereen, tet bevordering van Zondagsrust. Doet Uwe inkoopen liefst niet ip Zondag. Waarom zoudt gij geheel onnoodig de Zondagsrust van anderen storen? Het 1897. DE ERVEN LOOSJES. T1LEPHOONNÜMMEK TELEPHON1SCHE VERBINDING met AMSTERDAM. Per drie maandent —,25. franco p. post —,40. iftsonderlijke nommers 3 centen per stuk PrQa per Advertentie van 1-5 regels f 0.25, elke regel meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden aangenomen tot dinsdag en vrijdag des middags ten 13 uredie alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst. Het Bestuur der Afdeeling. Prijs ing. 1.75, geb. 2.—, is voorhanden in den Boekhandel van KRONIEK De Raadsvergadering van Woensdag had te bespreken een agenda van vijf tien punten. Na de gewone notulen- lezing eene lange lijst van mededee- lingen, waaruit wij noemen, die betreffende het inkomen van het rapport der Gascommissie, zoodat nu zeker de openbare behandeling van deze kwestie niet lang meer zal uitblijven. De heer Scholten, voor de som van ƒ300 huurder van stukken gemeente grond, gelegen bij zijn hótel, Haarlem merhout, verzoekt die gronden tegen billijken prijs te mogen koopen, aan gezien door concurrentie van het Bron gebouw de huurprijs te bezwarend is. B. en W. deden in deze geen voor stel, doch wenschen, dat de Raad be sluite den grond niet te verkoopen, waar toe de Raad besluit. In behandeling kwam de Gasthuis kwestie. In herinnering wordt gebracht, dat ongeveer een jaar geleden de Heer Sneltjes eene motie indiende waarbij de Raad besloot, toen geen beslissing te nemen, maar aan B. en W. te ver zoeken in overweging te nemen, of niet het gemeentebelang vordert, de ver houding met het Gasthuis te wijzigen, maar veel eer medebrengt met de be sturen der reeds bestaande of op te richten gestichten voor ziekenverpleging te onderhandelen over de voorwaarden, waarop zij stadspatiënten willen verple gen. In het laatst van 1897 diende het Dagelijksch Bestuur een uitvoerig raadsstuk in, waarin de tegenwoordige toestand van de gemeente tegenover het Gasthuis werd uiteengezet waarbij werd aangetoond, dat het Gasthuis is eene gemeente instelling, van gemeentewege beheerd. 2 Vordert het gemeentebelang, dat die verhouding gewijzigd worde, en zoo ja, op welke wijze. Aangetoond wordt, dat dit zou moeten leiden tot herziening van de verordening en tevens in welke richting die herziening zou moeten plaats hebben. Doch wijzigen zou de goede zaak benadeelen, alleen zou de Raad strenger toezicht kunnen houden op de behoeftigen die in het Gasthuis worden opgenomen, namelijk dat alleen zij gratis zullen verpleegd worden, die voorzien zijn van een bewijs van het Armbestuur. Om verschillende redenen zouden echter B. en W. verandering in deze niet wenschelijk achten. Nu zijn, volgens genoemd Raadsstuk onderhandelingen gevoerd met eenige inrichtingen van Ziekenverpleging, doch steeds zal de uitgaaf voor het plaatsen van zieken in deze duurder komen dan thans, want het Gasthuis bezit belang rijke middelen; zelfs als tot uitbreiding wordt besloten, blijft er nog een aan zienlijke som beschikbaar, waardoor de verpleegkosten lager kunnen zijn, maar toch iets hooger dan andere inrichtingen eischen. Er staat echter tegenover het belang, dat de verpleging der armen blijve opgedragen aan een gesticht van gemeentewege beheerd. Daarbij neemt het Gasthuis alle zieken op, de andere ge stichten niet. Het sluiten van overeen komsten met partikuliere instellingen zal volgens B. en W. niet in het ge meentebelang zijn. De meerderheid van het college B. en W. stelt ten slotte voor de eerste suppletoire begrooting van het Gasthuis voor den dienst 1898, tot een bedrag van ƒ168.000 goed te keuren en Re genten uit te noodigen de uitgewerkte plannen voor aan- en verbouw vooraf aan de goedkeuring van den Raad te onderwerpen. De minderheid daaren tegen stelde voor de beslissing omtrent de begrooting aan te houden; voor- loopige overeenkomsten te sluiten met partikuliere gestichten gedurende drie jaren en na afloop van den proef tijd zoodanige voorstellen in den Raad te brengen als wenschelijk zul len zijn in het belang der gemeente. De heer Sneltjes dankt B. en W. voor de uitnemende wijze waarop zij in deze zijn werkzaam geweest, merkt op dat volgens de meerderheid verbou wing gewenscht is, doch hoe grooter Gasthuis, hoe grooter wanverhouding; zet nu den toestand uiteen betreffende verbouwing, waardoor de kosten belang rijk zouden verhoogen en stelt voor het voorstel der minderheid aan te nemen. De heer de Kanter behoort tot de meerderheid en is later nog versterkt in zijn overtuiging dat dit goed is. De proefneming door de minderheid gewenscht, zal nooit voldoenwij behoo- ren als 't noodig is, het bestaande te verbeteren. En ook het beginsel is af te wijzen. Misschien zou alleen op enkele punten het reglement moeten gewijzigd, maar blijft er by, dat het gemeente-beginsel het voorstel der meerderheid medebrengt. De heer Stolp verklaart zich op ver schillende gronden voor het denkbeeld der meerdeiheid. De heer Cnoop Koopmans merkt op, dat alles wat in het Gasthuis geschiedt, door den Raad is vastgesteld. Wil de Heer Stolp alleen onvermogenden toela ten, dan moet het reglement gewijzigd. Wachten en proefnemen zal slechts den toestand van het Gasthuis meer onhoud baar maken. Nu reeds telt men per jaar 324 verpleegden per bed. Er kan vast gesteld worden, dat het getal patiënten geen vermindering zal ondergaan, zoodat reeds hieruit vermeerdering van 't getal bedden noodig is. Een proefneming wenscht Spreker niet; liever definitieve regeling. Behalve de verbouwing is ook de aanstelling van een tweeden assistent noodig, ook dit wordt uiteengezet, dat wanneer aan de plannen der verbouwing wordt gevolg gegeven, wij dan hebben een goed ingericht Gasthuis. Volgens de minderheid zouden con tracten gesloten moeten worden omtrent personen die niet in't Gasthuis kunnen opgenomen, en dit punt zal een bron van moeielijkheden worden. De Heer Speelman meent dat de vraag behoort gesteldworden de armlastige zieken goed verpleegd; dit zal niet te wenschen overlaten. Hij meent zich te moeten aansluiten bij de meening der minderheid, doch verbetering en verbou wing zal toch noodig blijken. Wanneer wij uitstellen zal de belasting niet hooger worden en dat is een zeer belangrijk punt. De Heer Bijvoet wijst er op, dat toch belangrijke kosten moeten plaats hebben aan het Gasthuis. Gelooft dat als de plannen niet worden opgevolgd, dit niet in 't belang der zieken zou zijn. De Heer Macaré gaat na, dat bij de uitgaven voor 't Gasthuis nu nog onge veer twee ton komt. Zou het niet goed zijn het Gasthuis te verplaatsen naar een geheel nieuw gebouw? Ja, beant woordt spreker, en zet dit uiteen. Wenscht in deze richting eenige gege vens en omtrent de mogelijkheid tot het sluiten van contracten met particulieren. De kosten tot oprichting van een geheel nieuw Gasthuis zouden in het miljoen loopen, dit zal de Raad niet toestaan. Het bestaande Gasthuis is wat ligging betreft uitmuntend geplaatst. De Heer Tjeenk Willink is in beginsel niet voor het stelsel van uitbesteding. Het ligt op den weg der gemeente het Gasthuis te verbeteren. Heeft vrees dat de bouwerij aanleiding zal geven tot nieuwe verbouwing over eenige jaren. Zou hierom wel voor een nieuw gebouw zijn. Vermin dering van 't getal patiënten is niet te wachten, spreker zet uiteen waarom. Ten opzichte van het, gevraagde crediet, dit schrikt hem echter af en zou daarom voor uitbesteding zijn; zou echter den Raad meer invloed willen doen hebben op de Inrichting. De verordening moet echter herzien, opdat het College Regenten ook in het vervolg blijft zoo goed als het nu is. Wenscht tijd van beraad, en uitbe steding zou hierin kunnen behulpzaam zijn. De heer Waller behoort tot de meer derheid, hoezeer hij ook tegen de kosten opzag. Ziet in uitbesteding vermeerde ring van uitgaven, niet vermindering van het getal patiënten. Bovendien kan geen gesticht tegen 1.verplegen. Aan de verbouwing echter kunnen wij niet ontkomen. De heer Klein motiveert zijne stem voor de minderheid. Hij wijst er op, dat op de plaats van het Gasthuis nooit een ander zou kunnen komen, dat aan al de eischen voldoet en de verbouwing zal toch niet voldoende zijneen nieuw gebouw zou hem meer lijken. Thans heeft de Voorzitter het woord zet uiteen om welke redenen hij voor de minderheid is. De minderheid wil ook herziening op enkele punten, zooals die omtrent de opneming. In elke gemeente behoort een goed ingericht Gasthuis, maar ziekenverzor ging is in beginsel eene particuliere aangelegenheid. De hoofdzaak is, dat als wij wisten, dat de uitbreiding voor het vervolg vol doende zou zijn, de uitgaaf meer gemo tiveerd zou zjjn. Er bestaat thans echter geen voldoende harmonie en dit wijst aan, dat er tijd noodig is om de groote som al of niet toe te staan. De heer Bijvoet wederlegde den Voor zitter op enkele punten. Voorstel meerderheid omtrent het toe staan van de ƒ168.000 wordt verwor pen met 17 tegen 10 stemmen. Thans het voorstel der minderheid; het wordt aangenomen. De beslissing omtrent de ƒ168.000 wordt dus aangehouden. Vervolgens het punt betreffende de uitbesteding. Drie jaar als proeftijd vindt de heer de Kanter niet goed, wenscht geen tijdsbepaling de heer Willink wél. De heer Macaré wil hoogstens drie jaar, de heer de Kanter neemt dit over; de wijze van uitbesteding, de prijs, wordt daarna vastgesteld. Omtrent het doen van voorstellen aan den Raad door B. W. tot herziening van het beheer opdat dit meer het karakter eener gemeente-instelling verkrijge; de Heer Cnoop Koopmans wenscht herzie ning op het beheer ten spoedigste. Amendement Sneltjes in stemming verwerpt de Raad. In behandeling kwam een voorstel van B. en W. om ook de kostelooze school Lr. E, Bakkerstraat voortaan als vijfde tus- schenschool, alleen toegankelijk testellen voor betalende leerlingen, behoudens een overgangs maatregel voor de leerlin gen en tevens kostelooze school Lr. C. te vestigen aan de tweede Tusschen- school, Geldeloozepad en deze laatste in het dan vrijkomende lokaal van School C. Leidsche plein. De Heer Tjeenk Willink vraagt of niet de onder vinding leert, dat wij thans ver der behooren te gaan, geelt in overwe ging of het niet mogelijk zou zijn aan een der scholen aan het Leidsche plein een hooger schoolgeld te heffen, maar dan ook de gelegenheid te geven tot het lee- ren van Fransch, doch geeft dit slechts in overweging. Het verdient dit, antwoordt de Heer Waller. Het voorstel werd aan genomen. Goedgekeurd werd het 3e suppl. ko hier over 1897 tot een bedrag van ƒ32.31'. Voorgesteld werd door B. en W. om ter verpleging van arme lijders aan idiotisme, wier toestand soms nauw aan krankzinnigheid grenst en wier opneming in een gesticht ook in het belang der openbare orde wen schelijk en noodig is, de hiertoe noodige kosten te vinden uit den post: Kosten van verpleging van arme krankzinnigen, terwijl dan getracht zal worden hiervoor van Rijk en Provincie eene bijdrage te verkrijgen. De Heer Macaré argumen teert, dat idioten krachtens de Wet reeds onder de krankzinnigenwet vallen. De Heer Speelman is het hiermee niet eens. De voorzitter zet het standpunt uiteen, wat alweer tot verschillende be sprekingen aanleiding geeft. De Heer Macaré wenscht het stuk gesteld in han den der geneeskundige commissie. Dit voorstel in stemming wordt aangenomen. De Belltelefoon-Maatschappij wenscht voorloopig uitstel van het voldoen aan sommige voorwaarden in de concessie. B. en W. stellen voor hieraan te gemoet te komen tot over het nieuwe centraal- bureau kan worden beschikt. Na eenige discussie omtrent den vorm, waarover

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1898 | | pagina 1