Een wonderlijke zaak, zoo'n tweege vecht. Wie 't best zijn wapen meester en het koelbloedigst is, wint het. De uitkomst bewijst dus niets. Of zou men hier werkelijk nog denken het duel als een godsoordeel té beschouwen als voor eenige eeuwen. Maar wij zijn misschien niet genoeg mannen van eer, om zulke dingen volkomen recht te doen weder varen en misschien denken wij nog te veel aan een versje van Hierominus Alphen dat zóó begint: Laat ons dezen twist beslechten. Door eens moedig saam te vechten. Dat men ook in het praktische Enge land wonderlijk kan doen en dat kan ieder die een voorschrift naar den letter opvat mocht dezer dagen blij ken. Een sergeant, Walker, was door de Afridis krijgsgevangen gemaakt doch na zes weken weer vrijgelaten. De krijgs raad veroordeelde den man tot inhouding van die zes weken soldij wegens afwezig heid zonder verlof. Op denzelfden grond kan ook iemand een vonnis krijgen, die Donderdag niet als getuige in een rechtszaak optreedt, omdat hy Woens dag overleden is. Een geheimzinnige geschiedenis zal misschien eerlang te Londen voor het ge recht komen. Zekere Mevr. Anna Druce, eene weduwe, heeft namelijk vergunning aangevraagd tot het openen van het graf van haren schoonvader, Thomas Ctiarles Druce. Deze wordt aangenomen in Dec. 1864 te zijn begraven op het Highgate kerkhof te Londen maar Mrs. Druce beweert, dat haar schoonvader toen nog leefde en alleen als overleden werd aangegeven door belanghebbenden, die zijn geld machtig wilden worden. Het schijnt een zeer ingewikkelde en geheimzinnige geschiedenis te zullen worden. Maar als eerste begin zal, wan neer de vergunning tot het openen van het graf, na de noodige formaliteiten, is verkregen, positief moeten blijken, of de kist van Thomas Charles Druce op het Highgate kerkhof al dan niet men- schelijke overblijfselen bevat. Een achtvoudige bruiloft is dezer dagen te Quebec, in Canada, gevierd. Twee buren, Morin en Rheaume ge naamd, hadden ieder acht kinderen: vier zoons en vier dochters, en door een zeldzame gril van Cupido werden die allen op elkaar verliefd; de zoons van Rheaume op de dochters van Morin en omgekeerd. Die acht paren zijn nu tegelijk ge trouwd, onder een grooten toeloop van belangstellenden. Emile Zola's advocaat by het Hof van Cassatie, de Heer Morlard Mr. Labori is daar niet als advocaat ingeschreven heeft bij de griffie zijne conclusiën tot cassatie ingediend. Zij betreffen niet minder dan een halt dozijn punten, waarop verzuim of gebruikschennis zou gepleegd zijn. Zooals men weet heeft Picquart gewei gerd met Esterhazy te duelleeren, omdat hij hem voor eerloos houdt. Thans zou een raad van eer beslissen. Het is nog niet bekend wanneer de zaak Zola by het hof van Cassatie in behandeling komt. De procureur-gene raal zelf zal het openbaar ministerie waarnemen. Omtrent Dreyfus wordt in zeker Fransch blad de meening uitgesproken, dat zijne zaak spoedig tot het verleden zal behooren, aangezien het gestel van den veroordeelde al zeer ondermijnd moet zijn. Het wetsontwerp ter invoering van leerplicht is bij de Tweede Kamer in gediend. Woensdag hebben te Haarlem de verkiezingen plaats gehad in de besturen van de Haarlemmermeer- en Vijfhuizen- polders. Voor den Haarlemmermeer polder werden de heeren Jhr. J. B. van Merlen te Heemstede en Jhr. P. M. G. von Fisenne te 's Gravenhage als hoofd ingelanden herkozen, terwijl in plaats van den heer A. Wijnands, die niet meer in aanmerking wenschte te komen, werd gekozen de heer G. B. 't Hooft te Haar lemmermeer. De heer Jh. W. Ph. Teding van Berkhout te Haarlem werd herhozen als voorzitter van het bestuur van den Vijfhuizenpolder en als bestuurslid werd herkozen de heer J. P. Dijkzeul aldaar. In de gunstig staande karweivelden in IJ- en Haarlemmermeerpolders is met den veldarbeid begonnenreeds nu loopen vele Belgische arbeiders den boer af tegen zeer laag loon hunne diensten aanbiedende, terwijl in de streken zelf nog vele arbeiders zonder werk zijn; ook uit den polders zijn met het oog op de langdurige werkeloosheid velen tijde lijk naar Duitschland gegaan. HAARLEM 18 Maart 1898. Aan een talrijk publiek schonk het Nederlandsch Opera Gezelschap onder leiding van den Heer C. v. d. Linden gisterenavond het genot eener goed ver zorgde voorstelling van Beethovens Fide- lio. Goed verzorgd, vooral in de indruk- wekkende2deacte, waarin, flink gesteund door het orkest, Mejuffrouw van Gelder (Fidelio) en de heer Urles (Florestan) een uitbundig succes behaalden. Treedt het geheele werk door de schoonheid van Beethovens muziek aan het licht, in deze 2de acte dringt zij naar voren met overweldigende macht. Hier en daar was voor de Solisten en het Koor wat toegeeflijkheid noodig, wat niemand verwonderen zal, die weet, hoezeer in de FidelioFlorestanen Pizarropartij naast de koren tal van onoverkomelijke moeielijkheden voorko men. Beethoven bekommerde zich niet om de stemmen; de verwezenlijking zijner grootsche bedoelingen hield hem slechts bezig, met ter zqde stelling van meer praktische eischen. Daarom mag met lof gesproken wor den over deze voorstelling, die in menig onderdeel zooveel te genieten gaf. Tot die genotvolle onderdeelen be hoorde ook de uitvoering der Leonore ouverture {No 3) die als Einlage voor de 2de ac te gegeven werd en hooger stond als proeve van vertolking dan de Fidelio- Ouverture, waarmede het orkest aanving. Of er ook onder het publiek waren, even dom als Marzelline, die niet merkte dat Fidelio geen man is? Men mag er zich over verwonderen, dat Beethoven zich deze vreemdsoortige situatie in den tekst liet welgevallen. Mogelijk liet hem heel den inhoud van het libretto onver schillig en moet zijn lidelio meer be schouwd worden als een sinfonisch dan als een dramatisch werk. Morgenavond komt in den Schouwburg Emma Nevada, Men ga haar hooren. In den Schouwburg is men aan staanden Zaterdag 19 Maart in de ge legenheid kennis te maken of de kennismaking te hernieuwen met de be roemde zangeres Emma Nevada, die als dan een concert geeft met medewerking van Mejuffrouw Annie de Jong, Violiste, Elève van de Kon. Muziekschool te 's-Hage en den Heer Barend Kwast, Pianist. Zondagavond treedt in den Schouw burg op het Specialiteiten en Pantomime gezelschap van het Paleis van Volks vlijt te Amsterdam, waarbij o.a. zal optreden de Hollandsche Karakterko miek Henri Strous. Tot slot wordt gegeven het Melo-drama Blauwbaard. Aanstaanden Donderdag gaat in den Schouwburg de klucht in drie be drijven „Broeders Vrijmetselaars", ge geven door de Vereenigde Tooneelisten van den grooten Schouwburg te Rot terdam, firma Le Gras en Haspels. Eene eigenaardige aantrekkelijkheid tot deze voorstelling levert daarbij het optreden van den heer Willem van Zuijlen. Door Burg. en Weth. zijn aan het bureau der gemeentelijke water leiding benoemd tot boekhouder G. Spaan, tot le klerk W. Bouman, tot 2e klerk J. Verkoren en tot leden BJ. Leeuwendal en H. Hamer, allen alhier. Op het Museum van Kunstnijver heid zullen aanstaanden Zondag de tee- keningen en photographien van de tempels van Tjandi Parambonan voor het laatst tentoongesteld zijn. Zondag is de toegang vrij. Dinsdagavond bij het Concert van het Haarlemsch Muziekkorps, trad in on ze Concertzaal een violist op wiens naam in de muziekwereld minder bekend is, dan met het oog op de beteekenis van zijn spel verwacht mocht worden. Wij bedoelen den heer Jan Striening, solo-violist uit Leiden. Wat deze te hooren gaf in het 8s" Concert van Spohr en later in een Con certstuk van eigen Compositie, mocht aanspraak maken op onverdeelde belang stelling en gaf een goeden dunk van des heeren Strienings muzikale Talenten. De voordracht openbaart een muzikale natuur en een levendig temperament. De technische ontwikkeling slaat hoog genoeg om moeielijkheden in het figu- renspel en in passages met succes te overwinnen. Het geheel getuigt van een kloek durven en van een deugdelijk kunnen. Concertbesturen, die het oog laten vallen op den heer Striening voor hunne uitvoeringen, zullen met dezen vader- landschen kunstenaar niet bedrogen uit komen. Wij waren in de gelegenheid aan het Technisch Bureau van den heer Van Minden een machinetje tot het ontwikkelen van gas voor verlichting en verwarming te bezichtigen. De gasontwikkelingsmachine bestaat in hoofdzaak uit een heete luchtmotor, die een pomp drijft, welke de noodige dampkringslucht aan het gas toevoert. Boven die pomp bevindt zich een car burateur, waarin de gasstof (gazoline) bewaard wordt en vooral geschikt ge maakt wordt voor het doelverlichting en verwarming. Rechts van de pomp is de windketel, die, na de lucht uit de pomp te hebben opgenomen, haar druk reguleert. De motor werkt hoogst re gelmatig en perst door de luchtpomp hoeveelheden lucht in den windketel. Door middel van een veiligheidsklep, die bij de groote spanning van zelf opengaat is er voor gezorgd, dat bij gering gas verbruik de spanning te zeer zou toe nemen. Het gas komt ons voor voldoende warmte te geven voor alle mogelijke industrieele doeleinden, terwijl het fraaie licht ook voor groote ruimten ons zeer aanbevelenswaardig toeschijnt. De toestel neemt slechts geringe plaatsruimte in. De behandeling is ge makkelijk en levert hoegenaamd geen gevaar op. Gaarne stellen de heeren de toestel voor belangstellenden in haar expositie-gebouw Parklaan 39c ter be zichtiging en verstrekken zij inlicht ingen. Gisterenavond trad in eene bijeen-1 komst van de Prov. afdeeling Noord- Holland van den Anti-dienstvervanging- bond, welke door een 25tal dames en heeren werd bijgewoond, als spreker op de heer J. H. Rovers uit Amsterdam. Na een openingswoord van den Voor zitter, den heer F. A. V. W. H. van Tuerenhout, waarin deze meedeelde dat, toen het wetsontwerp tot invoering van den persoonlijken dienstplicht aanhangig werd in de Tweede Kamer, de Bond een brief van adhaesie inzond aan dat Kollege. Vervolgens zette spreker duidelijk uiteen welke veranderingen men in onze militie wet wenscht aan te brengen, teneinde de kans op aanneming van het ontwerp te vergrooten. Spreker uitte de meening, dat aan de hand deze gegevens de kans tot aanneming zeer groot is. Hierna kreeg de spreker van den avond het woord tot het uitspreken zijner rede „De verdedigbaarheid van Nederland en de persoonlijke dienstplicht." Allereerst betoogde de heer Rovers met klem, dat ons land bij goede reor ganisatie wel degelijk machtig is, en den strijd tegen een grooten Staat zou kunnen voeren. Malthus heeft geleerd, dat voor velen geen plaats bereid is aan den maat- schappelijken disch en Darwin bewees, dat de gelukkige, gezonde, krachtige overleeft. Zooals met de individuen, gaat het ook met de volkeren. Het gelukkige, gezonde, krachtige, d. w. z. het goed georganiseerde, goed gedisciplineerde, vaderlands- en vrijheidslievende zal over winnaar blijven in den strijd, zelfs tegen de grootste machten. Uitvoerig trachtte spreker deze stel ling aan de hand der geschiedenis te bewijzen, en stond voornamelijk stil bij de glorierijke 16e en 17 eeuw in onze vaderlandsche historie. Waardoor waren wij toen zoo strijdbaar? Doordat de voor vaderen, de Batavieren, in den staag woe lenden strijd met [de elementen, die zulk een hoogst opvoedende kracht uitoefent, waren gehard en gestaald en daardoor hunne nazaten de mannelijke, fiere zelf bewustheid in eigen kracht hadden ver kregen, die evenmin den strijd opgaf tegen menschelijk despotisme. Onze 16e en 17e eeuw, meende de heer Rovers, zijn eer visioen dan historie. Wanneer maar weer wordt aangekweekt dat ge voel in eigen macht, die zelfbewustheid, wanneer de jongelingen weer worden gehard tegen vermoeienissen en door eenigen tijd onder de wapenen te staan zich leeren schikken in orde en tucht, dan zal dezelfde strijdbaarheid ons volk weer sieren en zullen wij niet ondergaan. Als hoofdvoordeelen uit krijgskundig, maatschappelijk en zedelijk oogpunt, die de invoering van den persoonlijken dienstplicht met zich zal brengen, noemde spreker 1°. Onze verhoogde weerbaarheid door het intellectueel contingent, dat zal wor den aangevoerd. 2°. Onze hoogere standen en gegoede burgerij zullen leeren zich opofferingen te getroosten ter wille van 't vaderland. 3°. De heilzame gevolgen voor onze jongelieden op 't gebied hunner lichame lijke en zedelijke ontwikkeling. De heer Rovers gaf dus, in prettigen vorm, de bekende argumenten voor den persoonlijken dienstplicht zonder nieuwe gezichtspunten te openen. Staande de vergadering werd de vol gende motie aangenomen De openbare vergadering van den Anti-Dienstvervangingbond Prov. Afd. Noord-Holland, gehouden te Haarlem op den 17en Maart 1898, spreekt het ver trouwen uit, dat de volksvertegenwoor diging krachtig met de regeering zal medewerken om de wetten tot invoe ring van den onvervreemdbaren, per soonlijken dienstplicht en reorganisatie der levende strijdkrachten ter hand te nemen. In den namiddag van Woensdag is een begin van brand ontstaan in de woning Nassaulaan 8b en in Warmoes straat 26. In beide gevallen werd door buren en voorbijgangers de brand gestuit. Opmerkelijk is binnen welk kort tijds verloop de brandweer, Spuit 10 en daarna de slangenwagen, alsook de nieuwe red dingsladder aanwezig waren. Natuurlijk bewijst ook de telefoon in deze hare goede diensten, maar zoo wel het eene als het andere wijst op eene goede organisatie. Een beschamend besluit en een ernstige vraag aan ieder in 't bijzonder. Zaterdag j.l. zag het wakkere bestuur der vereeniging Weldadigheid naar Ver mogen zich genoopt tot het nemen van een bedroevend en voor Haarlem's inge zetenen beschamend besluit. Gebrek aan middelen dwingt de Vereeniging niet enkel om geen nieuwe gezinnen meer aan te nemen, hoe groot hun nood ook moge wezen, doch om zelfs de noodige hulp, die zij na degelijk onderzoek aan werkelijk hulpbehoevenden verstrekte ten deele te staken, ten deele tot de helft terug te brengen. Het meest zullen daardoor lijden, de 147 weduwen en verlaten vrouwen en de 700, zegge zevenhonderd kinderen, die door de Vereeniging gesteund worden, wier behoefte evenmin als die der zieken en der ouden van dagen, verminderen nu de lente, zoo we hopen zich niet lang meer zal laten wachten. Doch het is niet anders; er is geen geld meer beschikbaar en dit jaar werd door de Vereeniging ruim f 4000, minder ontvangen dan in vorige jaren. "Waaraan mag dit verschijnsel te wij ten zijn? Zeker niet aan het Bestuur der Ver eeniging, dat onder de energieke leiding van den Heer J. Mullemeister er steeds meer op uit is de Vereeniging aan haar doel te doen beantwoorden. Evenmin aan de talrijke huisbezoekers en huisbezoeksters, die zich met zooveel volhardende liefde aan hunne moeilijke taak wijden. Ook niet aan gebrek aan middelen bij de burgerij, want waar nog steeds zooveel geld te vinden is voor uitgaven van twijfelachtig nut, daar het noo dige voor weduwen en weezen, voor zieken en hoogbejaarden zeker nog wel gevonden worden. Waar de schoen dan mag wringen? Zou 't ook kunnen zijn, dat de een te veel op den ander bouwt? Dat ieder 't op zijn buurman laat aankomen en dat daardoor ten slotte allen de beurs gesloten houden. De winter is immers zóó zacht geweest; van 't jaar, zegt misschien menigeen, kon ik wel eens overslaandoch wordt daarbij wel be dacht, hoeveel er bij strenge winters

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1898 | | pagina 2