zorgelijk in, te meer daar Amerika steeds bljjft talmen en Spanje hieronder finan cieel lijdt. Nu de geesdrift ten top is, ■wil ieder zich gaarne eenige offers ge troosten, maar mocht het te lang duren eer er iets beslissends plaats heeft, dan vreest men voor binnenlandsche onlusten. Donderdag wachtte men een ernstig samentreffen der beide smaldeelen ter hoogte van Manilla Spaansche schepen wachten daar de Amerikaansche op, die zich naar de Filippijnen begeven. Vooral tegen eene lading op Cuba schijnt men, en niet zonder reden, nog al op te zien. Voor het klimaat aldaar en de gele koorts heeft men heiligen eerbied. Op het groote gevaar van het Amerika overbrengen dier gevreesde ziekte wordt door het Medical News gewezen. Die ziekte heerschte, gelijk men weet, verleden jaar hevig in de Zuide lijke Staten; zij is daar nu wel bedwon gen, maar zij kon wel in het warme jaargetijde opnieuw uitbreken. Dat ge vaar nu wordt door den oorlog zeer vergroot. Te Havana is de gele koorts een inheemsche ziekte sinds, 1791, en zjj werd tusschen de jaren 1807 en 1894 niet minder dan 87 malen van Cuba naar de Vereenigde Staten overgebracht. En het ligt voor de hand, dat door den oorlog het gevaar wordt vergroot. Een telegram bericht het beschieten van Matanzas op de noordkust van Cuba door een Amerikaansch schip, dus heel iets anders dan ten onderbrengen door den honger. Er schijnen nog veel Span jaarden bij gedood te zijn en geen Amerikanen, maar het bericht komt van de zijde der laatsten. Men heeft bericht, dat een torpedoboot een ongeluk had beloopen dat haar voor den tijd van zes weken buiten dienst zou stellen, dit bericht was ook van Amerikaansche zijde. Het is nu echter gebleken, dat de Amerikaan door eenige Spaansche kogels was getroffen. De opgeroepen Amerikaansche troepen worden met ouderwetsche vuurwapenen geoefend, bij gebrek aan moderne gewe ren, waardoor het leger nog ver van strijdvaardig is en waarover men alge meen zeer ontevreden is. Men schrijft den langzamen gang van zaken toe aan gebrek in overeenstemming bjj de leger hoofden, waarvan elk zijn eigen inzichten schijnt te willen volgen. Er is een wetsontwerp in behandeling, waarbij bepaald wordt, dat het tonnen geld voor alle schepen die Amerikaansche havens binnenloopen gebracht wordt op 2 dollar en 20 cents, eene aanmerkelijke prijsverhooging. Men klaagt in de groote steden ook over de steeds stijgende prij zen der levensmiddelen. Dinsdagnacht is te Schagerbrug brand uitgebroken in eene bakkerij met het gevolg dat dertien perceelen afbrand den, waaronder twee groote koffiehuizen met stalling en een boerenplaats. Zestien gezinnen, uitmakende een en zeventig personen, zijn hierdoor zonder dak. De burgemeesters van Haarlem- merliede c. a. Schoten en Spaarndam hebben vergunning gegeven tot het hou den der jaarljjksche Universiteitsroei- wedstrijd op het Noorder Spaarne, 30 Mei a. s. (2<te Pinksterdag'). HAARLEM 29 April 1898. Gedurende lange jaren is te Haar lem de waterkwestie geweest. Lang, zeer lang had Haarlem den naam gehad van over uitstekend drinkwater te be schikken. Het was in den tjjd toen het zich nog niet buiten de Singels had uitgebreid. Bijna ieder perceel had zijn pomp, zijn regenbak en men was tevre den. Een wetenschappelijk onderzoek toonde echter, nu misschien een veertig jaar geleden aan, hoe het met water te Haarlem stond en dit onderzoek bracht nog al wat aan het licht. Geen wonder; in den loop der tijden was de bodem, die het water oplevert, door allerlei omstan digheden verontreinigd geworden. Dit had tengevolge, dat velen gebruik maak ten van de gelegenheid tot het verkrijgen van water der duinwaterleiding-maat schappij en in de eerste plaats behoor den hiertoe de bewoners van perceelen in de nieuwe wijken. In het zich in middels sterk uitbreidende Amsterdam werd het watergebruik grooter en op een gegeven oogenblik besloot de maat schappij van verdere aansluitingen te Haarlem af te zien. Toen begon zich de drang naar eigen waterleiding te Haar lem sterk te doen gevoelen en toen Amsterdam de waterleiding had overge nomen en men voor het feit stond eerlang over geen duinwater meer te zullen kunnen beschikken, toog men aan het werk. Het benoodigde terrein, eerstop eigen gebied gezocht, werd op zeer bil lijke voorwaarden verkregen, dank zij veler welwillende samenwerking. Het benoodigde kapitaal werd bijeengebracht en het werk werd aangevangen en voort gezet op eene wijze die zeer zeker ge tuigt van energie. In hoofdzaak is thans het werk afgeloo- pen, konden de nieuwe leidingen nog voor 4 Mei aan het buizennet worden aangesloten, en op dezen dag het nieuwe, ruime water binnengelaten worden. Dat dit op eenigszins plechtige wijze geschiedde is te begrijpen; een werk, waarvan de exploitatie zoo geheel en al, meer dan eenig ander, op den weg ligt van het gemeentebestuur in gebruik te nemen met eenig vertoon, versterkt zeer zeker de ingezetenen in het besef dat goed drinkwater,een der eerste levens voorwaarden is. Omtrent eenig bijzonderheden het groote werk betreffende was men zoo vriendelijk de volgende gegevens te verstrekken. Het terrein is gelegen in Middenduin. Het wordt bereikt door den weg te vol gen van den Haarlem-Zandvoortspoorweg van het Station Overveen af. Het machinegebouw, met het stedelijk wapen in den voorgevel, maakt bij het binnentreden inderdaad een verrassen den indruk. Op een bordes staande, overziet men de geheele binnenruimte, welke in 2 deelen is verdeeld en alzoo 2 machinekamers vormt, waarvan de eerste met den vloer 2,50 M. ligt onder den beganen grond en de tweede 2.70 M. daar beneden. In elkdezer machinekamers zijn 3 keurig nette machines geplaatst, waarvan die, welke in het laagste lokaal, bestemd zijn om het water nit de prisse d'eau te zuigen, terwijl de drie andere machines, zijnde van het Com- pound-systeem, het zuivere water naar de stad voeren. Voor de prisse d'eau is van het machine gebouw af in noordelijke richting een weg gemaakt ter breedte van 10 M. en ter lengte van 6000 Meters, waarin op afstanden van 15 a 16 meters 391 stuks bronnen, bestaande uit koperen buizen, wijd 5 centimeters, verticaal in den grond geplaatst, aan de onderzijde voorzien van filters van fijn kopergaas de onderzijden dier filters reiken, naar gelang de grondlagen zulks eischten, 15 tot 52 meters onder het terrein. Deze bronnen, verdeeld in 17 groepen, batterijen genaamd, zijn onderling ver bonden door horizontale buizen, welke uitmonden in gemetselde kelders, waar nauwkeurig op de meters is af te lezen hoeveel water door elk zoo n batterij in een zeker tijdsverloop is geleverd. Wanneer het water die meters in eiken kelder is gepasseerd, wordt het opgenomen in een gemeenschappelijke horizontale zuigbuis, welke in verbinding staat met de zoogenaamde filtreerpom- pen in de laagste machinekamer, welke hierboven reeds genoemd zijn, en die het water opzuigen en naar de ontij- zeringsinrichting persenelk der machi nes levert per uur 225,000 liters water. De stoom voor het drijven der machi nes wordt geleverd door 3 stoomketels, geplaatst in een vertrek naast de machi nekamers; deze ketels zijn voorzien van 2 vuurhaarden en leveren stoom van 7 atmosferen overdruk. De kolenbergplaats is in de onmiddel lijke nabijheid van de ketels gelegen en is zoo practisch ingericht, dat de wagons steenkolen langs een zijlijn van den spoorweg Haarlem—Zand voort op het terrein en binnen die kolenbergplaats worden gereden. Aan de ontijzerings inrichting doen reusachtige douches het water in fijne stralen van een hoogte van 2Va meter neervallen op een plaat, waar het zich nog fijner verdeelt en zoodoende des te gemakkelijker met de zuurstof van de lucht in aanraking komt, waar door alle ijzerdeelen, welke in het duin water aanwezig zijn, oxydeeren en vrij komen. Daarna loopt het water door een filter van gestapelde holle steenen, ter hoogte van 21/2 meter, waarna het af vloeit in 2 bakken, elk groot 50 bij 7,50 M., achter de ontijzerings-inrichting ge legen, waarin het grofste ijzerslam op den bodem kan neerslaan. Aan het einde dezer bakken wordt steeds het bovenste en zuiverste water afgetapt (vandaar dan naam decantatiebassins), en op de rondfilters gebracht. Deze, 6 in getal, elk van een oppervlakte van 450 M1, zijn gelegen rondom den reinwaterkelder, welke een middellijn heeft van 25 M. en geheel overkapt is; deze kelder kan I 1.800.000 liters waters bevatten. De middellijn van genoemden reinwater kelder met de daaromheen liggende 6 filters bedraagt 65 meters. Door een enorme zuigbuis wordt het water opge zogen door de hooge-drukpompen, welke elk 200.000 liters per uur leveren, en naar de stad gevoerd. Al het water wat tijdens het pompen niet wordt verbruikt, gaat naar het reservoir in den toren, hetwelk een inhoud heeft van 1.200.000 liters; wanneer dat 's avonds is gevuld, worden de machines stil gezet en levert het reservoir het benoodigde water voor den nacht. De watertoren, waarin deze hoeveel heid water wordt geborgen, is een waar sieraad, hetwelk op verren afstand reeds is waar te nemen. Een hooge duin, waarop hij is geplaatst, is benut, het welk een groote besparing van metsel werk ten gevolge had. Daar de gewone drukking in stad 30 a 35 meters zal zijn, is er in de machinekamer nog een toestel aange bracht om bij brand den druk tot 50 meters op te voeren, waartoe slechts de chefmachinist per telephoon gewaar schuwd behoeft te worden. Behalve dat het machinegebouw en de woning van den chef-machinist, den heer Martin, met het stadstelefoonnet zijn verbonden, zijn nog verschillende electrische toestellen aangebracht, ten einde machines en waterverbruik te controleeren. Ter controleering van de bronnen in de prise d'eau zijn de reeds beschreven kelders in het duin ook alle telefo nisch met het machinegebouw verbonden. Op het terrein worden nog aange troffen de woningen van den chef-ma chinist, den machinist en de 2 stokers; verder wordt het geheele terrein tot plantsoen ingericht, ten einde tegen verstuiving beveiligd te zijn en het ge heel een aangenaam aanzien te geven. Het stadsbuizennet is zoo aangelegd om na de opening der waterleiding met het bestaande net, dat dan van de A m- sterdamsche leiding wordt afgesloten, voorloopig op 25 plaatsen aangesloten I te kunnen worden. Verschillende zinkers, waaronder 2 groote door het Noorder en Zuider Buiten Spaarne waren noodig om een goede circulatie en druk in het buizennet te verkrijgen. Na de opening worden nog verschil lende straten van buizen voorzien en wordt het nieuwe net nog op ettelijke plaatsen met het bestaande net ver bonden, waarin dan ook nog een groot aantal brandkranen worden geplaatst. De geheele waterleiding eischt voor de gemeente een uitgaaf van 1.000.000, waarvoor dan ook een inrichting is ver kregen, welke in alle deelen geslaagd mag heeten. In 1889 werd reeds met de voorbereidende werkzaamheden be gonnen; einde Februari 1897 werd met de uitvoering een aanvang gemaakt en thans, 14 maanden daarna, is dit werk geheel gereed. We kunnen dan ook niet anders doen dan den heer J. Schotel, ing.-arch. te Rotterdam, den ontwerper van het geheel, lof toe zwaaien voor hetgroot- sche werk door hem daargesteld, en waarin hij werd bijgestaan door den heer D. Bakkes, welke met het hoofd toezicht op de uitvoering was belast. De verschillende onderdeelen der wer ken, welke achtereenvolgens werden aanbesteed, werden aangenomen als volgt Het leveren en stellen der machine rieën door de machinefabriek „Breda" voorheen Backer en Ruthde gebouwen door de heeren J. van Noordenne te Utrecht en J. C. v. Vendelto te Velsen de levering der buizen door v. d. Berg Co. te Amsterdam; de brandkranen, afsluiters enz. door G. de Roos te Arn hem voor II. Breuer Co. te Hochst a/M.; het leggen der buizen, zinkers enz. door den heer C. de Ruiter te Leiden; het maken der bronnen voor de prise I d'eau door den heer N. Boogendoorn te Giesendam, die weder de levering der koperen filters enz. aan de firma F. W. Braat te Delft opdroeg; de electri sche installatie met de bliksemafleiders door den heer H. Meeumig alhier; het ijzeren hoogreservoir in den watertoren door den heer F. A. Neumann te Aken, en de beplanting van het terrein door de firma Zocher alhier. Heden had de plechtige opening dei- gemeentelijke duinwaterleiding plaats Te half elf ongeveer vertrok de extra' trein, die door de H. IJ. S. M. wel willend was beschikbaar gesteld om genoodigden naar het terrein te ver voeren. Nadat alle aanwezigen het aan den ingang versierde machinegebouw waren binnengetreden, waaronder wij o.a. op merkten de leden van den gemeenteraad, het college van Gedep. Staten met haar voorzitter Mr. van Tienhoven, den hoofd ingenieur van den Waterstaat, den heer van Manen, den ingenieur van den Prov. Waterstaat, den heer Scholten, de leden der Tweede Kamer, de heeren Ferfen Lieftinck, nam onze burgemeester het woord om in een korte toespraak de geschiedenis van 't ontstaan der gemeen telijke waterleiding te schetsen en den aanwezigen dank te brengen voor hunne belangstelling. Bij zonderen dank bracht spreker aan Mevr. Wed. David v. d. Vliet, voor de loyale en royale wijze waarop zij met het gemeentebestuur de overeen komsten had gesloten, aan 't college van Ged. Staten, aan de gemeente besturen van A msterdam en Bloemendaal, aan de commissie uit den raad, die het Dag. Bestuur zoo trouw had ter zijde gestaan, en aan de directie der H. IJ. S. M. Voorts herdacht de heer Boreel wijlen onzen afgevaardigde voor de Tweede Kamer, den heer Farncombe Sanders, wiens naam aan de totstand koming verbonden blijft. Last not least, zei Spreker, een woord van hulde aan den ingenieur, den heer Schotel, wiens werk in 14 maanden tot stand gebracht, gij hier voor u ziet en dat voor zich zelf spreekt. De burgemeester besloot zijn toespraak met er op te wijzen, dat Haarlem op dit gebied een schoone toekomst tege moet gaat. Even bedankte de heer Schotel voor de welwillende woorden. Daarna had de eigenlijke plechtigheid plaats. De burgemeester begaf zich naar de kraan, draaide deze open, de machines stelden zich in beweging, en de Haar- lemsche gemeentelijke waterleiding was geopend. Gelijktijdig telefoneerde men naar Haarlem, waar van de toren der Sint Bavo op dat moment de vlag geheschen werd. De heer De Breuk onthulde hierna een gedenksteen, en de heer Schotel deelde mede, dat een oorkonde, vervaar digd door den heer Nagelvoort, zou worden ter teekening aangeboden. De oorkonde, bevattende de geschie denis en de namen van hen, in wier tegenwoordigheid de plechtigheid heeft plaats gehad, is een artistiek stuk werk. Alsnu ging men over tot het bezich tigen van terrein en bijgebouwen. Het tweede concert van Haarlem's Zanggenot had gisterenavond plaats in de concertzaal van de Sociëteit „De Kroon". Behalve eenige verdienstelijk door het Koor gezongen ensemble wer ken werden daarbij door een tweetal solisten, mejuffrouw G. Kloppenburg uit Amsterdam en den heer A. Van der Stap uit den Haag, onderscheidene solo's ten gehoore gebracht. Aan een en ander werd door de talrijke aanwezigen de noodige aandacht geschonken. Het Koor der Zangvereeniging maakt zich blijkbaar de aan wijzigingen van den heer Andriessen met vrucht ten nutte. De goede krachten onder de Zangers waarborgen bovendien het gewenschte succes in de voordracht, zoodat met goed vertrouwen de verdere ontwikkeling van van dit mannenkoor mag worden te gemoet gezien. De goede opkomst van het kunst minnend publiek verzekert aan Haar lem's Zanggenot de welverdiende be langstelling. Aan het Kwartet-concours, dat morgen (Zaterdag) te Groningen zal plaats hebben, zal worden deelgenomen door drie mannenkwartetten uit onze stad. De Kon. liedertafel Zang en Vriendschapzal vertegenwoordigd wor den door de kwartetten Loreleyen Ouder Ons" terwijl bovendien nog een derde kwartet uit Haarlem aan het concours zal deelnemen. Wij wensclien den heeren het beste succes toe. Gisteren Donderdag namiddag om streeks 6 uur is opgehaald in het Spaar ne aan den Koudenhorn alhier het lijk van het 3 jarig zoontje van den koopman

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1898 | | pagina 2