liga aip 'ucrstn isp u9|bj}s u9J9A|iz sp joop uanuods -too '9pi9rain{B 5«p 'pjoAAsrai^f mo AAnaiudo a^qosjaaq aygs adaiQ 'titmSao ftqiooA uajB« uajn 981093 'Suiuoai aSipnoA -uaa uftz ftq a^qiaiaq pnajaquB^ 'na§oo safe n; 'yreq noqfqapoop |oa '8aijaqqig appM 099 59m 'puaSfiMZ 8ui8 oqnp us map ap jbbo Mnamdo saazt hijb nftg ^■uaSiiooqjapuo auftra jb ftq jpjom puaqaq jaAaq yp yip 'uo8ioz |bz qj uasaSaq e; pj9A\Braj5[ uba uaznajS ap uaynq 11 uapoqjaA 11 ;aq si obbijooj\. '81 sfiAAaq y/q sara qip ubajbbav 'na8a[d napiAA nqaq ft8 uaip pjootn nap jooa nazaAtaS siuuoa Mn si nap 'SnijapuBq aiqcmpjaA aynira ap qi qap^OQ •napnoqaS ipiOM Soo iaq ui diaqos ftS }Bp '^aaAi. na 'bq gqopSyn Suissgsaq ufico yaaq °BjpaS na8ia Mq// •ynp oba qosaaq sbaa aua}b|a8[ua nap uba may 8Q <(j pjooAi a}8]BRj A\n yp si 'BqSuiraniBQ aqasj,// •jnap ap jbbu saaM ftjj „jjatnmifq j qfxz ft8 bjb 'uapjoM naop ai aSuooquaSia naa 'naqosnaM aisq uaSa) 'uizaiJj afiiA naa mo napuaAv a; ubb paojAnt nftca 'naëump naujiAi fira ft8 ipnoz snsqi 03 -ppqqopiaA n Joop piaAV nauuoMaS iqaq yoo ia}qoa fi8 ;b^ -na8ninnad apiBB8a8 -I8AO aAin loop 'nadooq a; [ija n isaaMaS nftz }bb}8 ui spaaj ftS ipnoz 'piaqjBaS ipsq SiqCijA ftS naipnj -qiniqaS -iqoniA ni nBiysaSjB n pjaA\ pusj qny nag -qasnam uba 8ubj nap JOopiBBp iSaaiqiaq [18 'aSuooquaSia 101 n jaiqaaA qj -ussy :jaAV jap Suiuuaqosaq ap uaynq aip 'u?ab|s naaS uajapaoS auftra do apjaaSaq qj// :raBUiaq ftq uao; 'uayoMZ pjooqiooA s^qSniraraBQ do uaiapa oq '8ui8iajpaq ayaoAi naa s[B naqno[q uapiooM aulj2 'sagB oqsp ibSjoa a^qosjaaqaq jaaq 69 T -uoij uaavnbjqqnaai 3jbmz ap SipjnpaSno 'bmbjbq piaofg dan <<(i napjnp Son nooq uaip [iaa uaynz SoBjaopj// •napaij a; uayazaSsSuiuo^ aSipaorayiojs na na8 -uiyapa aiag jauftz 8nuq uap ui appuBtnsiaA pnajqoB -nim taq 'jaajq JBBqiqoizno snsqi qoo aqjaAA 'na8nu -mo nayaom aaaqissS uaqft|a;saoA nap aip 'najaA jap nayiBAAiaApaojq aSinaa ap najBM f15; maABSmo qasip naqftiqninoq nap aqjaM 'sjajsiftz jap naa ubb 'ni nas -IBBjd anunq namnn 'ayqajis pjBAA8|og aip 'pnoqpBU uayjaa nap uba jaiqoop ap 'BniMjog; uba SngamraBis -JB naa 'nBBipjog aSipSnaf ap na apMnq nappy oba jaaq napjaa nap aq|8M 'jajqoop sci;8apy Suinoq 'BgaA -onoQ sasnud uba noozuiajq ap 'na|apy uba eanjojj sjqoajg -paajaS pftysBra naa8 pnojs ja 'Sipaj sjapqos ap naiBM qasip napnajayiqos pno8 uba 'nap do lazaqno jaajq 'jbbz jap ayaapaS apSooqjaA jaq ni japz ual -qapaq nassnq jBBqisoq naa pm 'najaraiBm yM la8ooq ap napnA aj sujooqquijp aSyqoBsiiaj ap mo jb8 mas pq ysMap ap naoj 'naqnoA apua8iajp poqos 800 Sinam na qoiz apnojj AMiBjqqnaM japA jBBjq 'iqauaSnsB sbaa epaaj pftyBBm aSipomq 'aSipaop -j8ao naa dojBBM 'uaAoqosaS napnop qasip nap mo aip 'naquBq aiqapaq najftdB) najadmd pm 'jap naa do man spB[d ftq jftAVja; rapq nftz ajdsaSpo pnBmaifj -naijidBi aqosauj uaA3A\aS 'apoozaS jbjbao apjBBmiaA ap pm naiqfud aip 'napnnaj napiiBM ap naSa; napyqas annnq ftz jftAua} 'naaftq najade annnq uapptqd na nan -niq pq ap siaSftjq ap napBJi 'iBBpS napansaq jag jo jaojp 8inara jsao napds paap qoBjmgS naa aip 'jnoq agn8 pm 'SnujaA pjbbmz ayaMaSdjaqos pq Snoi apnapftnsaaAii ap hijbbai spaqos aSgaqap japno (i ppopaS naqqaq paom [BBmnaa jBBp pp *pao]q ubb naAajqosaoi nags aip 'naqossiAiyn noq 9il 172 barstte los, toen deze nieuwe maatregel, geheel in strijd met de aloude inzettingen des lands, met de rechten van het volk, bekend werd. Onverschillig voor de gerechte eischen van zijn volk volhardde de koning in zijn besluit. Wilde hij opnieuw de waarheid verkondigen der oude spreuk dat wel elk groot man vele vijanden heeft, doch, dat ieder die zich felle tegenstanders maakt nog geen groot man is? Radboud, die levenservaring raadpleegde noch men- schenkennis gelden liet, trad onverschillig voort op den eenmaal gekozen weg en benoemde, naar geschikt heid noch bekwaamheid vragend, zijn Noordschen gunsteling Ormr tot potestaat van Westraga, ondanks den wilden haat, dien zijn vrijheidlievend volk den gunsteling, den vreemdeling, den dwingeland toedroeg. Om den geest van verzet te breidelen, een dreigend oproer te voorkomen, werd, mede op raad van Ormr zelf, die verklaarde hierin Baduhenna's bevel te eeren, Ubbo tot potestaat van Ostraga benoemd. Ubbo, wiens geheimzinnige afkomst hem in het oog der heidensche bevolking, met den nimbus van godengunst omgaf, wiens persoonlijke eigenschappen en onweerstaanbare dapperheid hem bij Christenen en heidenen beide evenzeer geliefd maakten, wiens moed gold voor tien tallen, wiens woord voor honderden en gaf dit bij Rad bout den doorslag wien vele edellingen benijdden en haatten. Doch ook dit besluit was niet in staat de rust te herstellen, al sloegen de vlammen van den opstand niet openlijk uit, het mokkend verzet bleef heerschen. Het volk haatte de nieuwe regeling van zaken, die hen het grootste deel, zoo niet zijn gansche macht dreigde te ontnemen. Een gezag, dat steeds had berust bij de Volks vergadering, welke besluiten nam, wetten stelde en den 173 koning dwong die aan te nemen. De potestaten van Ostraga en Westraga stonden lijnrecht tegenover elkan der, die van Kinhem en Texla waren slechts verbonden door de banden van den haat, haat tegen Ormr, felle weerzin tegen Radboud, een haat welke Unia, de potes taat van Holtland, deelde en tevens op zijne mederegen ten, die zich neigden tot de Christenen, overdroeg Donkere nevelen hingen boven de Friesche zeelan den en de branding sloeg hel en dreigend, tegen hun onbeschutte kustDe openlijke, woeste aanslagen van Ormr Jarl, de geheime kuiperijen van Radboud, die vervreemd van volk en land zelfs de belangen, door staatkunde hem ingegeven, voorbij zag, waar het gold den eeredienst te herstellen der oude goden, wie van hen zou het vuur, dat reeds zoolang smeulde onder den asch, doen opvlammen in lichterlaaie Het fiere, Friesche volk, dat zijn vrijheid zag aan gerand, dat machteloos rukte aan zijne ketenen, begon den vorst, die het poogde te regeeren door een vreem deling, zelf, in de opwinding van wrok en toorn, reeds te beschouwen als een vreemde. De geruchten omtrent het geheimzinnig, nimmer opgelost verdwijnen van den vorigen koning, Gondebold, wonnen veld en stem pelden Radboud als moordenaar; niemand geloofde de, van de koningshal uitgaande bewering dat //prins Gondebold" als hij thans weer werd genoemd kort na zijn terugkeer uit het land der Franken, op nieuw een verren tocht had ondernomen. Wacht jemmea da Noraera oort: Wuyt da gryma lierna compt allequaad foort," „Wacht u voor het Noordsehe oord: Uit de grimmige landstreek komt alle kwaad voort.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlemsch Advertentieblad | 1898 | | pagina 7