HAARLEMSGH
Eerste Blad.
No. 99
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88.
Twintigste Jaargang.
144
van ZATERDAG 10 December
Ned. Vereen, tot bevordering
van Zondagsrust.
Nieuwsberichten.
TELEPHOOtfNUMMER
TELEPHON1SCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden—,25.
franco p. post —,40.
afzonderlijke nommers 3 centen per stuk
Prijs per Advertentie van 1-5 regels f 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag? en Vrijdagavond.
Advertentim worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Doet Uwe inkoopen liefst niet
op Zondag. Waarom zoudt gij
geheel onnoodig de Zondagsrust
van anderen storen?
Het Bestuur der Afdeeling.
WETEN EN WERKEN.
Onder dezen titel wordt iederen win
ter de Haarlemsche Vereeniging onder
de aandacht gebracht, die zich ten doel
stelt nuttige kennis te verspreiden onder
den arbeidenden stand. Gedurende haar
twee en veertig jarige werkzaamheid
in deze heeft zij steeds het vaan der
beschaving hoog gehouden en zich van
eene toenemende populariteit verzekerd.
Populair is Weten en Werken in den
kring der mannen, die zich in hun vrijen
tqd wenschen te leeren verheffen boven
het meest alledaagsche en zonder eenige
overdrijving, zij verdient dit.
Maandag avond had de eerste voor
dracht plaats. Als gewoonlijk worden
dan de aanwezigen welkom geheeten
door het Bestuur. De Heer Mr. A. A.
Land vervulde thans deze taak. In har
telijke bewoordingen deed de Spreker
uitkomen, dat het ontstaan van Weten
en Werken te danken is aan Vriendschap
voor den man, die nut en genoegen
zoekt in den kring der Vereeniging. De
zorgen van het Bestuur zijn vele, het
zoekt belooning in het getrouw gebruik
maken van hetgeen de Vereeniging
biedt.
Thans verkreeg de Heer Dr. Joh.
Dyserinck, de spreker voor dezen avond
het woord, met de opmerking, dat,
hoewel nu sedert dertig jaren eiken
winter optredende, dit ook dit jaar met
opgewektheid geschiedde, wetende een
aandachtig gehoor te vinden, doch ook
met het levendig gevoel langzaam aan te
moeten plaats maken voor jongere
krachten.
Spreker behandelde daarna zijn on
derwerp: Wereldburgerschap en Men-
schenliefde. De wereldburger streeft naar
de bereiking van een ideaal, toewijding
van allen tot een doel, samen te vatfen
in de uitdrukking onderlinge liefde. H\j
zegent daarom de stoomkracht, die de
menschheid in staat stelt veel gemakke
lijker geestelijke banden aan te knoopen,
wereldcongressen te houden, die. hoezeer
soms onvruchtbaar, tot kennismaking
en onderlinge waardeering aanleiding
geven, welke alweer leiden tot onder
linge liefde, welke wortelt in den gods
dienst.
In verband hiermede bracht Spreker
in herinnering de gelijkenis van den
barmhartigen Samaritaan en lichtte de
vraag toe: Wie is de naaste. Juist in
den overtreffer.den trap van dat
woord naaste hebben wij te verstaan,
dat alle menschen onze naasten zijn.
Wereldburgerschap en algemeene
menschenliefde brengen echter ook
gevaren mede zooals, men vergeet soms
het middelpunt van het streven te zoeken
in eigen kring en men behoort niet te
vergeten de vermaning van Paulus:
Laat ons goed doen aan allen, maat
het meest aan de huisgenooten des
geloofs.
Toch zijn allen verantwoordelijk voor
elkander; dit drijft tot meerdere werk
zaamheid, doch toewijding aan allen
moet men leeren in eigen kring des
huisgezins.
En wat leert nu de praktijk? Dat
goede dienstboden hunne toewijding
hebben geleerd in het gezin der ouders,
dat liefhebbende dochters worden goede
echtgenooten en moeders, trouwe zonen
voorbeeldige huisvaders. Laat ons, zeide
Spreker, den moed hebben ons te wijden
aan eigen kring.
De omstandigheden maken het echter
voor velen moeielijk zooveel toewijding
te geven. En toch is er eene oplossing
mogelijk: Laat ons ter schole gaan bij
den Israëliet. Hij weet wat arbeiden
en strjden is, doch hj vergeet niet het
gebod: Den zevenden dag zult gij geen
werk doen. Men bedenke dat de rustdag
de aangewezen dag is om het evenwicht
te herstellen, verbroken door den zes-
daagschen arbeid; die dag behoort aan
het gezin.
Men bespreekt de vrouwenbeweging;
de dochters verlaten de ouders, om buiten
het gezin te zoeken naar zelfstandig
werken. Meest wijden zij zich aan wer
ken der liefde. Met vrucht echter zullen
werkzaam zijn, die toewijding hebben
geleerd en wel in den eigen kring des
gezins.
Het wereldburgerschap mag nimmer
uitsluiten de liefde tot eigen kring, tot
eigen natie, tot het vaderland. De be-
teekenis van de uitdrukking natie werd
vervolgens op welsprekende wijze in
het licht gesteld en bracht in herinne
ring onze stemming met de kronings
feesten. Wj zjjn van een volk geworden
tot eene natiewjj bezitten eene eigen
historie, een eigen vorstenhuis, vorst
en volk steeds meer verbonden door
den band van overeenstemming. Na
eene gevoelvolle voordracht van Beets'
Blijf een, mijn Vaderland, wees Spreker
op den schakel onzer Oranjevorsten en
herinnerde hierbij aan het onderschrift
van een plaat in onzer tijdschriften, waar
de Vader des Vaderlands, de hand onzer
Koningin klemmende in de zijne zegt:
Ik gaf aan Uw Volk mijn goed, mijn
bloed, mijn leven. Geef gjj het Uw hart
en gij zult millioenen ten zegen zijn.
Gaarne beweegt Dr. Dyserinck zich
op het gebied der taal, by voorkeur de
aandacht vestigende op de beeldspraak
ontleend aan het een of ander uit het
dagelijksch leven. Thans werden die,
welke hun ontstaan danken aan de
Visscherij onder de aandacht gebracht.
Veel deelen wij er niet van mee, doch wij
meenen, dat die soort van uitdrukkingen
te hooren zeer genotrijk iszij tintelen
van echten volkshumor. Spreker heeft
er slag van ze aan een te rijgen als een
kind zijn kralenoverziet men het bonte
geheel, dan gevoelt met lust iets der
gelijks te doen. Maar hiertoe heeft men
noodig de groote belezenheid van onzen
Spreker.
Onze gehoorzaal was dicht bezet. Ons
trof het verzoek van het Bestuur om
gedurende de voordracht, ter voorkoming
van stoornis, niet de zaal te verlaten.
Voor dezen avond althans had het Be
stuur dat verzoek wel achterwege kun-
ner latenniemand dacht aan heengaan
voor de Spreker eindigde na een hartelijk
applaus in ontvangst genomen te hebben.
Aanstaanden Maandag vervult de
Heer W. C. Goteling Vinnis de Spreek
beurt.
Tweede Kamer. Woensdag werd het
algemeen debat over deStaatsbegrooting
voortgezet. De heer Vermeulen wees op
het nauwe verband ook in ons land
tusschen politiek en financieën. Ten zeer
ste keurde hij af het optreden der Reg.
met een programma van sociale hervor
mingen in een tijdperk van ernstige
flnancieele moeilijkheden. Dergelijk pro
gramma en regeerings beleid is niet in
overeenstemming met den bedenkelijken
flnancieelen toestand, maar des ondanks
wil de Reg. maatschappelijke hervor
ming. Daartegen meende Spreker te
moeten opkomen in dezen tijd van ach
teruitgang der nationale welvaart, van
armoede een verarming, waarin geen
sprake mag zijn van kostbare geldver
spilling voor hervormingen, die de
financieën vernietigen, en waarvan de
de uitvoering teleurstelling zal baren.
Naar sprekers overtuiging moet verbe
tering van den fmancieelen toestand
voorafgaan aan sociale hervormingen,
maar dan ook is bezuiniging in het
Staats bestuur noodzakelijk, gepaard
aan vermeerdering een volkswelvaart.
Daarom moet hij niet uit wantrouwen
tegen de Reg. tegen enkele begrootin-
gen stemmen. Onmachtig als de kamer
is tot ingrijpende bezuiniging, zoeke
de Regeering niet in verhooging van
de sukcessie-belasting, doch in ver
meerdering van den nationalen rijkdom
verbetering aan te brengen door
praktische indirekte belastingen. Alleen
eene gezonde stijging der inkomsten
kan baten, door verhooging der nationale
welvaart, bloei van landbouw en
nijverheid. En op dit punt verwacht hij
van deze Reg. weinig goeds. Sprekers
slotsom was, dat het sociaal program
moet leiden tot flnancieelen ondergang.
De heer Jansen verdedigde gemeente-
subsidieën ter verkrijging van militie vrij
willigers in mindering van het lotelingen
getal, en hij betwistte, dat zij strijden
met het algemeen belang. De heer van
Gilse betuigde sympathie met het sociaal
program, waarvan hjj de totstandkoming
levendig verlangd, in de volgorde door
de Reg. aangegeven, tevens aandringend
op oplossing van het vraagstuk der in-
validiteits-verzekering. Hij vroeg wettelij
ke regeling tegen de afkeurens waarde
en gezagondermijnende verlamming van
de werking der wet op den persoonlijken
dienstplicht door militie-verzekeringen;
aan deze wetsontduiking moet paal en
perk worden gesteld. De heer De Waal
Malefijt vroeg verzekering van arbeiders
tegen ziekte, ook ter bevordering van
de arbeiders organizatie en Christelijke
naastenliefde, en in samensmelting met
de begrafenisfondsen. Vóór dien tijd acht
hij herziening van de armenwet prema
tuur, en daarvan ducht hij onder deze
Regeering nadeel voor kerkelijke armen
zorg. Op sociaal gebied werke de Reg.
naar een vast plan. De heer De Klerk
is dankbaar voor de aangekondigde
sociale hervormingsplannen, maar hij
betuigde zijne teleurstelling over de
zwakke houding der Reg. tegenover
invaliditeits-verzekering van werklieden.
Hij drong aan op een maximum-arbeids
tijd en minimum loon in bestekken.
De heer Troelstra zag geen verschil
tusschen de sociale politiek van de
vorige en de tegenwoordige Regeering.
Onder herinnering aan de zooge
naamde sociale maatregelen van het
vorig kabinet, is dit ministerie voort
zetting van de politiek van het
vorige. En geen wonder want de
liberale partij heeft geen krachtig
hervormingsgezinde Regeering, die
vertegenwoordigt de liberale Kon-
centratie. Het kabinet wordt beheerscht
door het konservatieve element, zoodat
scheiding tusschen konservatieven en
vooruitstrevenden ook aan de Regeerings-
tafel noodig is teneinde krachtiger
optreden van de hervormingsgezinde
partij mogelijk te maken. Spreker
herhaalde de klacht over het uitblijven
van de kiesrecht-uitbreiding en som
meerde de vooruitstrevende liberalen,
om aan de arbeidersklasse stemrecht
te geven. Vooral het konservatisme van
den minister Borgesius mishaagt Spre
ker. Hij konstateerde gemis aan
hervormings gezindheid bij dit Kabinet,
in zake het werklieden-pensioen-vraag
stuk, verbetering van de agrariesche
toestanden en het pachtstelsel. De Reg.
geeft opportunistiesch gescharrel, bla-
meerend voor de demokraten en sociale
hervormers. Evenmin getuigen de
Regeeringsmaatregelen van sociale
rechtvaardigheid, als b.v. zwaarder
belasten van groote vermogens, ver
mindering van militaire lasten, verbete
ring van de ambtenaarstraktementen,
en bestrijding der werkeloosheid.
Spreker waardeert de ingediende
regeling der arbeids- en rusttijden. Hij
wees vooral op groote militaire uitgaven
voornamelijk ten behoeve van het
kapitalisme, en ten slotte op de
onverbiddelijke noodzakelijkheid van
Staatspensionneering van oude werklie
den, zonder bijdragen van de arbeiders.
Het negatieve rapport der Staatskommis-
sie geleek op eene bankroetverklaring
der bezittende klasse. Spreker kon-
kludeerde, dat het gemis aan Sociale
rechtvaardigheidspolitiek te zoeken is
in het beperkt kiesrecht, maar de Reg.
niet willende drijven naar uitbreiding,
vroeg hjj van de Kamer eene beginsel
verklaring door voorstellen eener motie
waarbij zy zich in beginsel verklaart
voor invoering van het algemeen kies
recht. De Kamer besloot de motie later
te behandelen. De heer van Karnebeek
waarschuwde tegen overdreven verwach
tingen in zake het moeilijk vraagstuk
der werkliedenpensionneering; waar
loonregeling werkte beteugelde zy niet
werkeloosheid. Spreker bestreed den
aandrang tot sukcessieverhooging. De
heer Mees, betoogde, dat de fiinancieele
toestand wel achteruitgegaan is, maar
geenszins zorgwekkend of bedenkelijk
kan heeten. Daarentegen zijn de eischen
aan de schatkist gesteld zeer veront
rustend en een minister, die aan alles
wilde voldoen zou een toovenaar moeten
zijn. Aandrang tot Staatspensionneering
na het rapport der Staatskommissie, is
niet mogelijk. De belastingen zijn reeds
hoog gestegen. Afschaffing van militaire
uitgaven is voor dit oogenblik niet
mogelijk. Omzichtig beleid is plicht, en
vooral een streven naar bezuiniging.
De heer van Raalte trad ook in
financieele beschouwingen en betoogde
de noodzakelijkheid tot wijziging van
art. 243 der Gemeentewet.