HAARLEMSCH
Eerste Blad.
No. 14.
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Eenentwintigste Jaargang.
144
van ZATERDAG 18 Februari 1899.
Ned. Vereen, tot bevordering
van Zondagsrust.
Doet Uwe inkoopen liefst niet
op Zondag. Waarom zoudt gij
geheel onnoodig de Zondagsrust
van anderen storen?
Nieuwsberichten.
TELEPHOONNUMMEX
TELEPHON1SCHE VERBINDING
met AMSTEEDAM,
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden—,25.
franco p. post —,40.
Afzonderlijke nommers 3 centen per stuk.
Prijs per Advertentie van 1—5 regels f 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag? en Vrijdagavond.
Advertentiën worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG des middags ten 12 uredie alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Het Bestuur der Afdeeling.
Voordrachten in Teylers Stichting.
Woensdag avond hield Prof. Mr. G.
A. van Hamel eene voordracht over de
sociale beteekenis van de misdaad.
Na aangetoond te hebben hoe de studie
der rechtswetenschap belangwekkend is,
evenals alles wat het volle menschelijke
leven betreft, overwoog Spreker het stand
punt van den jurist tegenover de misdaad.
Zjju streven moet zijn de feiten op te
sporen die tot de daad voerden. Hiertoe
moet hjj het rechtswezen leeren overzien,
de historie van het recht kennenhij
schrikt terug bij de gedachte aan het
geen van hem geêischt zou zijn indien
hij driehonderd jaren vroeger geleefd
hadde, maar tevens ziet hij op de mannen
van het laatst der vorige eeuw, die den
stoot gaven tot de tegenwoordige rechts
wetenschap. Hij onderscheidt twee soor
ten van misdadigers, toerekenbare en
ontoerekenbare. De eerste veroordeelt
hij, de laatste geeft hij over aan den
psychiater.
De jurist behoort de drager te zijn
van het rechtsidee.
Eene nieuwe richting, aan wier hoofd
Lombroso staat, is de wetenschappelijke
idee. Haar zoeken naar waarheid is ont
staan uit wetenschappelijke behoeften,
waaruit de crimineele ethiologie voort
sproot, of wel de wetenschap die den
oorsprong der misdaad opspoort.
Wat is misdaad, vroeg Spreker: een
sociaal psychologisch verschijnsel, het is
eene handeling in strijd met de sociale
moraal. Deze moraal ondergaat wijzi
gingen, zoodat wat vroeger misdaad
was, als ketterij en tooverij, het thans
niet meer is, terwijl ketterjacht vroeger
geen, thans wel een misdaad is. Onder
zekere omstandigheid was moord, dief
stal, bedrog vroeger geen misdaad,eene
maatschappij met deze zou thans niet
denkbaar zijn. Dat de sociale moraal
sterk kan ontwikkeld zijn bewijzen de
vervolgingen in Duitschland wegens
majesteitsschennis.
De gerechtelijke statistieken geven
een, hoewel onvolkomen, beeld der sociale
moraal. Duitschland wijst 600, Frankrijk
500, Nederland 400 misdaden op de
honderd duizend inwoners. Met vele
echter blijft de justitie onbekend, terwijl
andere, latente, criminaliteiten soms
opeens aan den dag komen als hel
Panama- en het Italiaansche bankschan
daal; in het algemeen kan men zeggen,
dat iedere maatschappij de misdadigers
heeft, die zij verdient. Het onderzoek
naar de schommelingen in de gerechte
lijke statistieken is echter nog slechts
aangevangen.
Bij de vrouw is het criminaliteitscijfer
slechts 18 pet., de rest komt voor den
man. Verschillende oorzaken werken
hiertoe mede, als ook het physisch en
het psychisch verschil tusschen beiden.
In de groote steden wordt het cijfer voor
de vrouw echter ongunstiger. Voorname
lijk zijn het twee richtingen, die de
criminaliteit beheerschen, de aanleg van
het individu en de omgeving. Krank
zinnigheid en hooge nervositeit bepalen
veelal de eerste, imitatie en suggestie
de laatste richting, terwijl voor een groot
deel het kwaad nog schuilt in het gif
der omgeving. Slechte economische toe
standen verbinden soms armoede met
misdaad en leiden tot diefstal uit nood.
De uitbreiding der groote steden werkt
mede ongunstig door de samentrekking
der meest heterogene bestanddeelen der
samenleving. In het algemeen kan men
aannemen, dat de misdaden den vinger
leggen op de wonde plekken der maat
schappij.
Uit het bestaan van groepen of soorten
van misdadigers volgt verschil in de
behandeling. Spreker wijst voor den een
ernstige waarschuwing, voorwaardelijke
of korte straffen aan; verbetering voor
anderen b.v.b. voor jeugdigenvoor weer
een derde groep langdurig gemis van
vrijheid.
De studiën in deze moeten invloed
oefenen op de sociale toestanden, hoewel
spreker nog niet geheel overtuigd is, dat
de misdaad zal verdwijnen als eens al
die toestanden waren als zij konden zijn.
Het streven der praktische sociologie
behoort dan ook te zijn versterking van
de gezonde krachten in de maatschappij.
Teylers gehoorzaal was ook thans
dicht bezet en de aandacht gedurende
de belangrijke voordracht zeer gespannen.
Toch bezit de geleerde Spreker de gave,
tot den leek af te dalen. Goed gekozen
voorbeelden verduidelijkten meermalen
de technische uitdrukkingen, die anders
voor den in deze materie minder ont
wikkelde zouden te raden gebleven zijn.
WETEN EN WERKEN.
Dr. P. M. Keller van Hoorn uit
Dordrecht vervulde Dinsdagavond de
spreekbeurt.
Jonge menschen, zeide Spreker, zien
in de toekomst, de ouden denken aan
het verledene. Dan denkt men terug
van het staartnummerjaar 1899 moge
het een gelukkig jaar zijn naar het
begin dezer eeuw. Toen heerschte in
Europa één man, Napoleon. Zijn wil
was voor gansch Europa wet. Die tijd is
voorbq gegaan; die tijd van oorlog en
vernietiging, maakte plaats voor vrede.
Wat er van dien vrede was, beschreef
Isaac daCostainzijn Het jaar 15, waarvan
Spreker een fragment voordroeg. De
groote dichter bedoelde te vertolken de
gedachte: Alles lijkt thans vrede; ver
wacht echter geen vrede van duurzamen
aard voor de geest van humaniteit, de
geest van Christus over het menschdom
zal gekomen zijn.
In 1870 ontbrandde de oorlog tusschen
Frankrijk en Duitschland. Frankrijk,
behept met al de eigenschappen welke
zijn ondergang aankondigden, inwendig
verrot ondanks al den schijn, tegenover
het innerlijke sterke Duitschland. En
telegrammen verkondigden: Loof den
Heer, ons is de overwinning! En dit
terwijl dorpen en hofsteden werden plat
gebrand, honderden en nog eens honder
den op de slagvelden hun leven lieten
en zooveel wat goed was en schoon prijs
werd gegeven aan vernietiging.
Spreker deelde mede, dat iemand uit
Dresden, die den veldtocht heeft mede
gemaakt, zich te midden van al die ver
schrikkingen gevoelde als een tij ger.
Toen kwam bij Spreker, in vereeniging
met enkele gelijkgezinden het denkbeeld
van een Vredebond opdit denkbeeld
vond ingang. Dordrecht vereenigde zich
met eene in dezelfde richting werkende
te 's Gravenhage en zoo ontstond de
Nederlandsche Vredebond, welke na een
korte tijd van vooruitgang een tijdperk
doorleefde van achteruitgang, maar in
den laatsten tijd weer meerdere teekenen
van leven geeft, omdat het Vrede op aarde
eerst langzaam tot het volk is doorge
drongen.
In dien oorlog plantte Miss Nightingale
op het slagveld het Roode Kruis; de
vrouw werkzaam tot het verzachten van
veel leed, doch den oorlog te verdrijven
vermocht zij niet. Maar men was geko
men tot de daad. En na den oorlog werd
er veel gesproken over Vrede, dat wat
men spreekt is niet blijvend, blijvend en
werkend is het geschreven woord.
Heeft niet Henriet Beecher Stowes
Negerhut den stoot gegeven tot de af
schaffing der slavernijheeft niet een
Russisch schrijver door een boek bijge
dragen tot verzachting van het leed der
bannelingen in Siberie; heeft niet Hilda
van Suylenburg van Mevrouw Goekoop
gewerkt in de richting van de erkenning
der rechten van de vrouw.
De Oostenrijksche gravin Bertha von
Süttner deed onder den titelDie Wallen
nieder in onze taal overgezet als De
Wapenen neder een werk het licht
doen zien, beschrijvende den oorlog en
zijn jammerlijken gevolgen en waarin zij
aantoont dat al de krachten, welke het
menschdom ten goede behoorden te ko
men er misbruikt worden. De meening
bestaat, dat dit boek den czaar aanleiding
heeft gegeven tot zijn veelbesproken
voorstel, bedoelende den toestand van
gewapenden vrede tot staan te brengen.
Het Vrede op aarde wordt daardoor echter
niet volkomen bereikt. Een stap verder
gaat alweer eene vrouw, Mevrouw Wasz-
klewicz vanSchilfgaarde. Zij stichtte hier
toe den Nederlandschen Vrouwenbond
tot algemeene ontwapening, welke thans,
na afscheiding van den Par ijzer-bond,
mede tot dit doel werkzaam, met eigen
middelen in eigen kring werkzaam is,
met den steun van de mannen van zeer
verschillende levensrichting en betee
kenis.
Spreker bracht hier nog in herinnering
het streven van den Engelschmsn Stead
in het belang van den wereldvrede en
zijne plannen voor de toekomst. Men
noeme ze utopiën, maar de geschiedenis
leert, dat de utopie van heden, morgen
werkelijkheid wordt en dat het groote
denkbeeld van menschenliefde meer en
meer in kracht en beteekenis ingang
vindt.
Naast deze moreele heeft het vraag
stuk nog zijn materieele zijdeelke
soldaat in den tegenwoordigen tjjd van
vrede kost den staat per jaar ƒ261,—
Iedere Europeaan draagt natuurlijk
gemiddeld 37 francs per jaar bjj
aan oorlogstoerustingen, aan onderwijs
2 francs.
Spreker herinnert aan de roeping van
ieder om het Vrede op aarde te bevorde
ren. Volgt men die roeping op, dan komt
de Vrede. Maar dan zal er nog strijd
zijn, de strijd over de vraag wie het
grootst, het edelst is.
Met aandacht werd Spreker gevolgd,
zoowel daar waar de herinneringen in
fraaien vorm tof ons kwamen, als waar
de toekomst den Spreker bezielde.
Moge het Spreker gegeven zijn nog
vele malen woorden vtn bezadigde
kalmte, van grootsche vei wachtingen,
van blijden levensmoed tot ons te l ichten.
Den volgenden Maandag vervult de
Heer C. Kühn de spreekbeurt.
Bij het Zaterdag voortgezet debat
over Hoofdst. V Afdeeling Landbouw)
verdedigde de heer Breebaart uitvoerig
de instelling van provinciale landbouw
raden met een algemeenen raad, be
staande uit afgevaardigden van alle
provinciën, verkozen door grondbezitters
die één hectare in gebruik hebben en
leden van landbouw vereenigingen zijn.
Verder wenschte hij nadere verklaringen
van den Minister omtrent beschikking
over den grond door gemeenten, en
bestreed hij het pachtstelsel, door den
heer de Boer is de Tweede Kamer
aanbevolen, als doodend voor het grond
bezit. Voorts ontkende hij, dat de
landbouw arbeiders worden uitgemer
geld en achtte hij wetsherziening in
zake sociale landbouw toestanden voor
alsnog niet noodzakelijk. Men kan
gelijdelijke verbetering der verhoudingen
gerust overlaten aan belanghebbenden
en niet met socialistiesche stelsels de
bezitters tot slaven maken van de ar
beiders. De heer van Nispen tot Pan-
nerden bestreed advizeerende landbouw
raden en achtte het bestaande Land
bouw-Comité voldoende en beslissingen
door den Minister niet eenzijdig. Spreker
ontried ingrijpende wijziging van het
pachtstelsel. De heer Bultman achtte
andere landbouw vertegenwoordiging
wel degelijk noodig, daar het bestaand
Landbouw-Comité te weinig kracht heeft.
Hij meende, dat, inzake tuberculose, de
uitslag van het onderzoek der Speciale
kommissie dient afgewacht. Spreker
laakte de niet-tcetreding tot de inter
nationale konventie betreffende de vogel
bescherming en de houding der Reg.
inzake het hengsten-depöt en de inrichting
daarvan. Hij drong aan op het niet
nemen van verdere proefnemingen met
het hengsten depót. De heer van Nispen
steunde de maatregelen der Reg. tot
krachtige bestrijding der tuberculose bij
het vee. Inzake de visscherij op de
boven rivieren wenschte hij verbod van
den ankerkuil en bescherming van
broedplaatsen. De heer Bergsma meende,
dat men niet meer van „arm Friesland"
mag spreken, welke uitdrukking gebruikt
wordt als middel van agitatie. De Min.
van Binnenl. Zaken erkende de verbete
ring der toestanden in Friesland, zij het
dan ook, op gezag van den Commissaris
der Koningin, niet zoo sterk als de heer
Bergsma betoogd had. De Reg. zal blij
ven medewerken tot verbetering. Reor-
ganizatie van het Landbouw-Comité is
in bewerking. Met betrekking tot het
hengsten depót achtte de Min. alle
termen aanwezig om krachtig op
den ingeslagen weg voort te gaan.
Betredende de tuberculose wachtte de
Minister het kommissoriaal rapport.
Wijziging der pachtvoorwaarden is in
overweging. Op de gegeven wenken be
treffende de visscherij zal worden gelet.
De niet-toetreding tot de konventie der