buiten vervolgingstellirig van minderja
rigen voor het bereiken van hun léde
jaar werd verworpen met 36 tegen 26
stemmen, zoodut de 18jarige leeftijd
gehandhaafd blijft. De Voorzitter dreigde
nu met avondvergaderingen als dedis-
kussie zoo voortging. Art. 149 der Reg.
stelde voor, dat het rechtsgeding tegen
mjgiderjarigen beneden 18 jaar niet
openbaar zou zijn, ook al waren er
oudere medebeklaagden. De heer Rink
wilde daarentegen altoos publiciteit in
het, algemeen belang. De Komm. van
Voorbereiding wilde geheime zittingen,
doch alleen als het uilsluitend personen
beneden 18 jaar zijn, die terechtstaan.
Hierop was door den heer Willinge een
subamendement voorgesteld om de
Rechtbank bevoegd te verklaren, een
rechtsgeding geheim te behandelen. De
heer Troelstra wilde geheimhouding in
het belang van jeugdige personen, tenzij
de ouders of voogden het tegendeel
mochten wenschen, en de Rechtbank het
goedkeurt. Het am. Rink werd verworpen
met 32 tegen 28 stemmen. Het am.
Troelstra werd verworpen met 37 tegen
29 stemmen. Het am. der Komm. van
Voorbereiding, waarop het subam. was
overgenomen werd aangenomen met 51
tegen 11 stemmen.
Woensdag werd de behandeling
voortgezet van het ontwerp tot regeling
van de strafrechtspleging voor jeug
dige personen. Op am. van de Komm.
van Voorbereiding die verscheiden
voorgestelde amendementen introk is
met 43 tegen 15 stemmen vervallen de
bepaling dat de Kantonrechter moet
vizeeren de dagvaarding van een minder
jarige beneden 16 jaar doch met 37 tegen
21 stemmen werd bepaald dat de dag
vaarding moet worden meegedeeld aan
den Kantonrechter, die hem een raadsman
kan toevoegen. Na door den heer Veegens
te zjjn bestreden werd het geheele aldus
gewij iigde artikel verworpen met 34 legen
25 stemmen. Nadat de Reg. nog eenige
amendementen had overgenomen, werden
de nog overige artikelen goedgekeurd.
De eindstemming over het ontwerp zal
later bepaald worden. Toen kwam aan
de orde het wetsontwerp houdende be
ginselen en voorschriften omtrent maat
regelen ten opzichte van jeugdige perso
nen (tuchtscholen, Rijksopvoedingsge
stichten enz.). De heer van Kol trad in
algemeene beschouwingen over dit
ontwerp. Hoewel hulde brengende aan
's Ministers open oog voor de moderne
beginselen, meende Spreker dat aan het
personeel der gestichten niet de taak
van opvoeding der kinderen kan worden
toevertrouwd, vooral wat betreft de
karaktervorming. Beter ware 't daarvoor
in te stellen bizondere doorgangshuizen,
waar mannen van studie en bekwaamheid
zich aan de opvoeding kunnen wijden.
Zonder hervorming van het stelsel be
treffende het pei soneel zullen 's Ministers
eischen ten opzichte van de Rijksopvoe
dingsgestichten niet vervuld worden.
Bepaaldelijk niet wat betreft de vakop
leiding tijdens den duur der opvoeding.
Gebrek aan deskundig toezicht op de
karaktervorming openbaart zich tegen
woordig in demoralizatie, gelijk Spreker
met aanvulling zijner vroegere grieven
uiteenzet. Men passé liever het individueel
en gezinstelsel toe, en breke met het
liefdeloos kazernesysteem, waar de
opvoeding grootendeels is opgedragen
aan gepasporteerde militairen in plaats
van aan menschen die hart hebben voor
het kind, b v. door het inroepen van de
hulp der vrouw, wier opvoedende kracht
bekend is, zooals blijkt uit de uitnemende
resultaten verkregen te Montfoort, het
eenige gesticht, beheerd dooreene vrouw.
Met den Min. veroordeelde ook Spreker
lichamelijkekastijding der kinderen, maar
Spreker is niet gerust na de te Neerbosch
aan het licht gekomen feiten. Hy hield
vol, dat nog in de Rijksgestichten geslagen
wordt, en daarom drong hij ernstig aan
op beëindiging van mishandeling, en
bepaaldelijk op onderzoek daarnaar.
Volledige hervorming van het bestaande
stelsel blijft dringend noodig, al moet
het ook geld kosten, en daarom vroeg
Spreker naar 's Min. plannen. De heer
Ketelaar beaamde de bezwaren tegen
het vigeerende opvoedingsstelsel en vroeg
inlichting betreffende de inrichting der
tuchtscholen. De heer De Klerk wees
tegenover den heer van Kol op de licht
zijden der Rijksopvoedingsgestichten,
vooral ten opzichte van de vakopleiding
en op de noodzakelijkheid van hun be
staan. De heer Van Bijlandt Apeldoorn
wees ook op de gunstige gevolgen van
het verblyf van verwaarloosde kinderen
in partikuliere gestichten als Neerbosch
waar hij erkende het verbeteringen
gewenscht zijn. Spreker erkende ook de
moeielykneid van het vinden van geschikt
personeel. De Min. van Justitie antwoord-
dende, beloofde te zullen trachten in de
Kolleges van toezicht de meest geschikte
krachten te krijgen, en erkende ook,
dat na invoering der wet in de gestichten
veel te verbeteren zal zijn. Na de pauze
wijdde de Kamer zich ean de regeling
harer werkzaamheden. Een voorstel van
den heer Van Karnebeek, omwegen over
lading met werk, de Drankwet vooralsnog
uittezonderen van het afdeelingsonder-
zoek, werd ver worpen met 38 tegen 27
stemmen. Voor de openbare behandeling
op Donderdag 21 dezer worden aan de
orde gesteld de interpellatie van Kol
betreffende de weigering gratie in de zoak
Troelelra, de onteigening voor de schut
sluis te Zaandam, en de progressie dei-
Gemeentebelastingen. Na afhandeling
van het thans aanhangige ontwerp werd
besloten te behandelen eenige konkluzie-
ên en wetsontwerpen, zoomede een paar
interpelatieën.
Donderdag voortzetting. Maatregelen ten
opzichte van jeugdige personen. Op art 3
bepalend, dat in het ressort van ieder
gerechtshof een tuchtsshool voor jongens
en een voor meisjes ieder afzonderlijk
zal zjjn gevestigd, terwijl de rijksop-
voedingestichten zijn gevestigd voor
jongens te Alkmaar, aan den Kruisberg
bij Doetinchem en te Avereest, en voor
meisjes te Montfoort, hadden de heeren
van Kol c. s. een amendement voorgesteld
om het aantal tuchtschoolen en de
vestigingsplaatsen en de gestichten niet
in de wet vast te leggen, door alleen
te bepulen, dat het aantal en de plaat
sen van vestigiging der tuchtscholen
en Rijksopvoedingsgestichten, naar mate
der behoefte, bij bestuursmaatregel zul
len worden bepaald. De heer Veegens
ondersteunde het amendement, bij de
onzekerheid omtrent de inrichting en
den omvang der scholen en gestichten,
en omdat dan de Kamer bij het aan
vragen van credieten op de begrooting
haar inzichten kan te kennen geven.
De heer De Visser wenschte de gestichten
niet uitsluitend Rijkszaak te maken en
tuimte te laten voor particuliere verbe-
terscliolen in het belang der opwekkende
kracht van het bizonder initiatief. De
Min. van Justitie had, zonder liet over
te nemen, geen bezwaar tegen am.
van Kol omdat de Reg. gaarne grootere
vrijheid geeft, behoudens het budgedrecht
der Kamer. Tegenover den heer De Visser
meende de Min. dat de tuchtscholen
Staatsinrichtingen moeten zjjn. De Com
missie van voorbereiding ondersteunde
ook het amendement dat zonder stem
ming werd aangenomen. Bij ait. 4,
betreffende de bestemming der tucht
scholen, wilde de heer de Visser de
kinderen wegens vergrijp tegen de ou
derlijke tucht niet in dezelfde tuchtscho
len opnemen, waarop de Minister ant
woordde. dat hij de scheiding onnoodig
acht, tenzij het karakter der kinderen
zooveel verschilt, dat scheiding noodig
blijkt. Artt. 4 en 5 werden goedgekeurd.
Een am. van de heeren van Kol c.s.
op art. 6 strekte om voor de gestichten
het paviljoenstelsel mogelijk te maken,
en bepaaldelijk om het 's nachts op
sluiten in slaapkooien af te schaffen, ook
ter bevordering van de zedelijkheid. De
heer Verhey ondersteunde het am.,
wegens den naargeestigen indruk, dien
ook hij had gekregen van de inrichting
der slaapzalen bij een bezoek aan den
t Kruisberg", dat hem overigens gunstig
had gestemd. Volgens spreker kon een
systeem van kleinere slaapzalen met
behoorlijk toezicht nuttiger werken.
De Min. van Just had in beginsel geen
bezwaar tegen het paviljoenstelsel, dat
de Reg. zooveel mogelijk wil bevorderen,
maar dacht over het kooiensysteem
niet zoo ongunstig; wél is hij bereid
aan die kooien meer het aanzien van
slaapkamertjes te geven. De Min. had
geen bezwaar tegen het fakultatief
verklaren van de nachtelijke afzondering
en deed in dien geest eene wijziging
aan de hand. die de heeren van Kol
c. s. overnamen. Zonder stemming werd
aangenomen het eerste gedeelte {mogelijk
held van paviljoenstelselen met 61
tegen 1 stem (die van den heer Tra-
vaglino) de facultatieve nachtelijke af
zondering. Bij de regeling der dicispli-
naire straffen kwam de heer van der
Zwaag op tegen het barbaarsch karakter
dier straffen, zooals het zetten op water
en brood van kinderen, opsluiten in
het cachot en het sluiten in de boeien.
Beter w iren volgens spreker toekennin-
ningen van belooningen aan oppassende
verpleegden en daarom stelde hij voor
de genoemde straffen te doen vervallen
en alleen te behouden de straf van
onthouding van voorrechten van bezoek
en van het schrijven of ontvangen van
brieven. De heer Verhey beaamde, dat de
disciplinaire straffen krimineel zijn,
maar kon meegaan, mits ze slechts bij
uitzondering en zeer kort werden op
gelegd. Ook vroeg Spreker opneming
van „berisping" als straf en regeling
van Cumulatie van straffen. De heer
van Bylant Apeldoornacht de straflen
noodig, wilde orde gehandhaafd worden.
De heeren Ketelaar en Schaper beamen
de gestrengheid van cachot-straf en
boeien, maar wilden niet zoover gaan
als de heer van der Zwaag, om alle
straffen te doen vervallen. De heeren
Ketelaar, Kol en Troelstra stelden voor,
de in boeien sluiting als straf te schrap
pen. welk amendement ook ondersteund
werd door den heer De Klerk, tenzij
de straf niet toegepast wordt, dan met
uitdrukkelijk verlof van den Minister.
De Min. wees ook op de noodzakelijkheid
van straflen in het belang der orde,
onder opmerking, dat de maxima slechts
in de ergste gevallen worden toegepast,
en dat de cachotten veel verbeterd
zullen worden met gelegendheid tot
arbeiden. Het in boeien sluiten acht de
Min. onmisbaar. Tegenover bedorven
naturen is zachtzinnige, liefdevolle be
handeling een droombeeld. De heeren
Ketelaar en Nolting stelden voor, de
cachotopsluiting niet toe te passen op
kinderen beneden de 14 jaar en een
maximum toe te staan van 4 dagen i
voor kinderen van 14 tot 18 jaar, en
van 8 dagen voor kinderen van 18 jaar.
De heer Pijnappel deelde mede, dat het
de Kommissie te ver gaat, alleen ont
houding van enkele voorrechten als
straf te behouden. Twee leden der Komm.
waren bereid de in boeien sluiting te
laten vallen, maar met de gelijktijdige
bestraffing. Ook Spreker drong aan op
verbeterde inrichting der cachotten met
het toestaan van arbeid, waarbij de heer
van Alphen zich aansloot, die alleen
handboeisluiting wilde toestaan. De lieer
Kerdijk wilde cachotstraf als uiterste
dwangmaatregel behouden. De Min.
bestreed al de amendementen, en kon
oplegging van zware straffen niet van
zijne goedkeuring afhankelijk stellen,
omdat hy de gevallen niet kan beoor-
deelen. Voor de schrapping van alle
straffen nam de Min. de verantwoorde
lijkheid niet op zich, veiligheid van het
personeel eischt straffen. Nadat de heer
van der Zwaag, kennende den geest
der Kamer, zijn amendement had in
getrokken en de houding van den heer
Kerdijk had gekarakterizeerd als van
een oud tea tarnen tarieschen liberaal,
werd gestemd over de amendementen.
Het am. Schaper van Kol (vervallen der
in boeisluiting) werd verworpen met 48
tegen 21 stemmen. Dat van dezelfde (weg
lating van gelijktijdige strafoplegging)
werd verworpen met 54 tegen 15 stem
men. Het am. Ketelaar Nolting (geen
cachotstraf beneden 14 j >ar) werd
verworpen met 47 tegen 22 stemmen.
Het geheel van de «disciplinaire straf
fen" op verzoek van den van der Zwaag
in stemming gebracht, werd goedgekeurd.
met 65 tegen 4 stemmen. By hetartie-
kel betreffend de met subsidie door
partikulieren verpleegde minderjarigen
had de Min. bezwaar tegen het denk
beeld der heeren De Visser en van Bij-
landt Apeldoornom het maximum
subsidie bedrag niet in de wet te be
palen. De heer De Savornin Lohman
stelde nu voor, alleen bepalen dat de
Regeeringssubsidie wordt berekend per
hoofd en per dag, met weglating van
het bedrag van 40 cents daags, welk
am. werd ondersteund door den heer
Kuyper, die juist in het ook daar hem
scherp afkeurde voorval te Neerbosch
een prikkel vond om van Regeerings-
wege partikuliere liefdadigheid te steu
nen. Het am. werd aangenomen met 45
tegen 23 stemmen. Het am. Ketelaar
Nolting, om het beheer en de inrichting
der tuchtscholen en Rijksopvoedingsge
stichten nader bij de wet te regelen,
eene regeling, die volgens den Minister
tot de verantwoordelijkheid der Kamer
behoort, werd verworpen met 63 tegen
6 stemmen. De overige onderdeelen wer
den goedgekeurd. De eindstemming zal
op een nader vast te stellen dag plaats
hekben. Bepaald werd, dat den volgenden
dag na de pauze de eindstemming over
de wijziging der Hooger Onderwijswet
zou plaats hebbeo. Nog werd behandeld
de konkluzie van het rapport der Kom
missie, aandringende om de organizatie
van het personeel voorden vereenigden
post- en telegraafdienst zoodanig te wij
zigen, dat de ambtenaren die voor 1894
het klein direkteur radikaal bezaten, ook
kunnen mededingen bij vakaturen van
kantoren, gerangschikt in een hoogere
dan de achtste klasse of op andere wjjze
betere positie kunnen verkrijgen. De heer
Pyttersen steunde met overtuiging het
verzoek der adressanten. De Min. van
Waterstaat enz. achtte de aanspraken
van adressanten volstrekt niet verkort
en vreesde, dat positieverbetering zou
leiden tot hoogere uitgaven, ook voor
andere verbeteringen. Over de konkluzie
staakten de stemmen. Den volgenden dag
na de pauze zou herstemming plaats
hebben.
(W~ordt vervolgd.)
Enkele Engelsche bladen beginnen te
zuchten over den langen duur van den
oorlog en de zware verliezen aan man
schappen vooral in de laatste dagen
der vorige week zijn er veel officieren
gevallen, m. a. w. het begin van den
geest van verzet, ontevredenheid, is aan
wezig en zal zich na de eerste uiting
natuurlijk uitbreiden. Bij het gevecht
te Roodeval, waar de Boeren zevenhon
derd krijgsgevangenen maakten, viel
ook een belangrijke voorraad levens
middelen, oorlogsmaterieel en winter-
kleedingstukken voor de Engelsche
soldaten, in hunne handen.
De Engelsche soldaten moeten veel
van de koude te lyden hebben.
De conservatieve Londensche standard
verwondert zich er over, dat de Burgers
zoo halsrarrig weigeren, zich overwon
nen te verklaren.
«Deze veldtocht," zegt het blad,
„heeft telkens alle berekeningen op
een verwonderlijke wijze in de war
gebracht.
«Als de hoofdstad van een land en
de voornaamste steden door een vijand
worden veroverd, is de tegenstand der
inwoners gewoonlijk gebroken. Zoo dach
ten wij, dat het zou gaan na het
innemen van Bloemfontein. Maar San-
na's Post en Reddersburg, en nu weer
de overgave van de Sherwood Foresters,
met 140 dooden en gewonden, bewezen
dat dit een dwaling was.
Zoo is ook in de Transvaal door de
inneming van Johannesburg en Pretoria
de moed der Bu.ers niet geheel versla
gen. Zjj zijn nog onder de wapenen
en blijkbaar niet gezind zich over te
geven zonder voorafgaand krachtig ver
weer.
Uit Zuid Afrika niet veel nieuws. Naar
men wil, is Kruger alweer verder terug
getrokken en zou hij zich thans te Alk
maar bevinden. Van hetgeen er verder
plaats vindt in Natal, of in Oranje
Vrijstaat geen vermeldenswaardig be
richt. Dit Alkmaar ligt aan den spoorweg
naar Lijdenburg, dat in eenige uren te
bereiken is.
De Gemeenteraad van 's Hertogen
bosch heeft met elf tegen vijf stemmen
het Gymnasium niet toegankely k voor
meisjes verklaard.
De toestand in China blijft nog het
zelfde. Rusland heeft verklaard bereid
te zijn elke Chineesche regeering, die
de orde zou kunnen handhaven, te steu
nen. Het gezamenlijk optreden van de
mogendheden in China schynt aldaar
niet gunstig opgenomen worden. Althans
men verneemt, dat dertigduizend man
Chineesche troepen met kanonnen naar
het heet, buiten de poorten van Peking
verschanst zijn en op de vreemde troepen
zullen vuren, zoodra deze nader komen.
De Chineesche kanonnen bestrijken de
woning van den Engelschen, Russischen
en Amerikaansbhen gezant. Al deze
drie hebben gemeld, dat zyieder twee
duizend man noodig hebben.
Uit China verontrustende berichten.
De Europeesche krijgsmacht is door het
wegbreken van een spoorbrug van de
zee afgesneden en voor de poorten van
Peking staat een Chineesch leger gereed
om hen het hoofd te bieden. Uit een
en ander wordt opgemaakt, dat ondanks
de sterkste verzekeringen van het tegen
deel de Chineesche regeering de zooge
naamde Boxers in het geheim onder
steunt. De telegrafische gemeenschap is
naar men zegt verbroken. Ten laatste
wordt bericht, dat alle gezantschaps
gebouwen te Peking verwoest zijn en
de Duitsche gezant gedood is.