HAARLEMS CH
Eerste Blad.
No. 24
Uitgave van DE ERVEN LOOSJES, Gedempte Oudegracht 88. Drieëntwintigste Jaargang.
144
van WOENSDAG 27 Maart 1901.
N ieuwsberichten.
TELEPHOONNIJMMER
TELEPHONISCHE VERBINDING
met AMSTERDAM.
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden—,25.
franco p. post—,40.
Afzonderlijke nommers 8 centen per stuk.
Pr|i per Advertentie van 1—5 regels 1 0.25, elke regel
meer 5 cents, groote letters naar plaatsruimte.
VERSCHIJNT:
Dinsdag- en Vrijdagavond.
Advertentim worden aangenomen tot DINSDAG en VRIJDAG de» middag» ten 12 ure, die alsdan zoo mogelijk nog worden geplaatst.
Tweede Kamer In de zitting van
"Woensdag werd voortgezet het debat
over art. 3 der woningwet (Kategorieën
van voorschriften door gemeenteraad
vast te stellen.) Namens de Komm. van
voorbereiding bestreed de heer Drucker
de op het art door de heeren v. d. Velde
en Kuyper voorgestelde amendementen.
De Min. van Binnenl. Zaken nam over
het am. Conrad, om als een Kategorie
van voorschriften te noemen die betref
fende het hoogste peil van den vloer der
beneden-woonvertrekken en dat van den
heer Kuyper. Hij bestreed de amende
menten v. d. Velde, evenals het am.
Kerd(jk om de te maken voorschriften
omtrent privates ook ten aanzien van
bestaande woningen toepasselijk te ver
klaren. Het am. v. d. Velde (levering
van materialen) werd verworpen met 62
tegen 15 stemmen. Het am. Kerd(jk
werd verworpen met 44 tegen 33 stem
men. De andere amendementen werden
ingetrokken en art. 3 daarna goedgekeurd.
Betreffende art. 4, regelende de vrijstel
ling door Gep. Staten te verleenen voor
niet langer dan 5 jaar, zoowel van
voorschritten omtrent bouw als bewoning
achtte de heer Roessing het dispensatie-
recht te ruim, waartegen de Min. op
kwam. Het art, werd goedgekeurd. Daarna
was aan de orde de tweede lezing en
de eindstemming over het ontwerp
„Gezondheidswet." De Min. lichtte de
aangebrachte wijzigingen toe, de heer
Brummelkamp, adviseerde namens de
Komm. van Voorbereiding tot goedkeu
ring, en het ontwerp werd toen zonder
hoofdelijke stemming aangenomen. De
Min. nam over op art. 5 der woningwet
eene redaktiewijziging van den heer van
Styrum, bestreed de amendementen de
Klerk Nolting, voorstellende, dat zonder
vergunning van Burg. en Weth. geen
nieuw of geheel vernieuwd gebouw tot
woning mag gebruikt worden en nam
over het am. de SavorninLobman, om
duidelijk uit te drukken, dat verbod van
het gebruiken van een woning zonder
vergunning alleen slaat op het gebouw
of gedeelte daarvan, laatstelijk niet als
woning gebruikt. Het am. de Waal
Malefijt om het verbod te beperken tot
voor bewoning bestemde gebouwen en
niet uitbieiden tot alle gebouwen werd
verworpen met 56 tegen 27 stemmen.
Het am. deKlerk Nolting werd eveneens
verworpen met 70 tegen 13 stemmen,
waarna het art. werd goedgekeurd. Even
zoo art 6. Op art. 7 regelende de goed
keuring der voorschriften door Ged.
Staten en art. 8, regelendede vaststelling
der voor-chriften door Ged. Staten wer
den amendementen voorgesteld door de
heeren van Kol, van Asch van Wijck
{Ede). De SavorninLobman en Kuyper.
De voorstellers lichten hun amendemen
ten toe.
Donderdag werd het debat overartt.
7 en 8, strekkende om waarborg te
geven, dat de Gemeentebesturen zich
van hun wettelijke verplichtingen zullen
kwijten, en als dit na zekeren termijn
niet is geschied, een hooger gezag die
taak zal overnemen. De Min. van Bin
nenl. Zaken betoogde uitvoerig het ge
wicht dezer waarborgen, en bestreed
de amendementen, die de waarborgen
vernietigen of tot een schijnvertooning
verlagen, 't Meest kwam hij op tegen
het am. Lohman, dat eigentlijk zich wil
bepalen tot eene mededeeling der Ge-
meenteraads-verordeningen aan Ged.
Staten, die bij nalatigheid der Gemeen
ten na twee jaar kunnen optreden, ter
wijl de Gemeenteraden weêr de voor
schriften van Ged. Staten zouden kunnen
wijzigen. Ook bet am. Kuijper, voor
elke nalatige gemeente een speciale wet,
aanwijzend een bizonder gezag wen-
schend, werd door den Min besneden.
Een am. van Asch van Wijck c.s., dat
hooger beroep van de beslissing van
Ged. Staten op de Kroon aan de Ge
meentebesturen wil toekennen, lachte
den Min. wel niet toe, maar hij zou
zich niet er tegen verzetten, evenmin
als tegen een am. van Kol c.s., meer
waarborgen verlangend tegen wille
keurig verleenen van vrijstellingen. De
Komm. van Voorbereiding meende de
meeste amendementen te moeten ont
raden, maar kon het am. van Asch van
Wijck aanbevelen. De amendementen
werden door de voorstellers nader ver
dedigd. De heer de Savornin Lohman
liet zijne wijziging van art. 7 vervallen,
maar handhaafde zijn am. op art. 8.
Nadat de Min. eenige wijziging had
gebracht in art. 8, trokken de heeren
Lohman en Kuiper hun amendementen
in. De Min. nam over het am. de Waal
Malelijt, om de artt. 196 en 197 der
Gemeentewet toepasselijk te verklaren,
alsmede het am. Lohman, om art. 153
der Gemeentewet toepasselijk te ver
klaren. Het am. van Asch van Wijck
werd zonder stemming aangenomen, en
het am. van Kol evenzoo met 47 tegen
37 stemmen. Art. 7 werd daarna aan
genomen met 77 legen 7, en art. 8 met
65 tegen 17 stemmen. Op art. 9 (ver
plichting tot aangifte bij het Gemeente
bestuur) lichtte de heer Schaper toe
een am. door hem, met de heeren van
Kol en Troelstra yoorgesteld am. om
deze verplichting te doen gelden voor
verhuurders van woningen van vier of
minder vertrekken. Ook de heeren van
Styrum en Mackay lichtten door hen
voorgestelde amendementen toe.
Vrijdag werden de beraadslagingen
over art. 9 en de daarop voorgestelde
amendementen voortgezet. De Heeren
Pijnappel, Mackay en De Visser wezen
op praktische bezwaren van het artiekel.
De heer Roessingh ging in hoofdzaak
mede met het am. Mackay dat de ver
plichting alleen wilde vaststellen voor
gemeenten, door Gedep. Staten aan te
wijzen. De heer Drucker verklaarde, dat
de Komm. van voorbereiding geen be
zwaar had tegen het am. v. Styrum,
om met den verhuurder gelijk te stellen
allen die in eenige hoedanigheid een
woning verhuren. De Komm. was tegen
het am. Mackay en bestreed ook het
am. van Kol—Troelstra. De Min. van
Binnenl. Zaken verdedigde het artiekel,
bestreed het am. Mackay, nam het am.
van Styrum over en ontried het am.
van Kol c.s. Het laatst genoemde am.
werd verworpen met 72 tegen 9 stemmen.
Ook het am. Mackay werd verworpen
met 37 tegen 34 stemmen, en art. 9
aangenomen met 40 tegen 31 stemmen.
Artt. 10 en 11 werden goedgekeurd.
Art. 12, regelend de indiening der be
zwaarschriften tegen ongeschikte wo
ningen door drie of meer meerderjarigé
ingezetenen werd door den heer van
Karnebeek bestreden als een gevaarlijk
voorstel. Hij vreesde, dat jongelui en
onbevoegden als inspekteurs zouden gaan
liefhebberen. De heer Kerdij k achtte het
Regeeringsvoorstel noodig, daa anders
zeer bevoegde vrouwen zouden zijn uit
gesloten. De heer De SavorninLohman
achtte het geheele artiekel ongewenscht.
Een am. v. Karnebeek om de oorspron
kelijke redactie te herstellen, werd be
streden door den Min. en door de Komm.
van voorbereiding. Het eerste gedeelte
van het am. van Karnebeek werd ver
worpen met 56 tegen 5 stemmen, het
tweede met 52 tegen 11 stemmen. Art.
12 werd aangenomen met 41 tegen 22
stemmen. Art. 14 werd aangehouden.
Artt. 15—25 werden goedgekeurd. De
diskussie is gevorderd tot de Onteige-
nings-paragraaf.
Aan Central Newt seint men uit Stan
derton, dat de Boeren in den omtrek
van de stations aan den Delagoa-spoor
weg bijeenkomen, waar eiken dag eene
bespreking wordt gehouden. Ook had
eene samenkomst te Pietersburg plaats.
Ondertusschen heet de vervaardiging
van ammunitie »met kracht voort te
gaan."
Daaruit spreekt, beter dan uit iets
anders, de vermoedelijke gezindheid dei
Boeren in die streken.
Botha heeft de vredesonderhandelin
gen met Kitchener afgebroken.
De onderhandelingen met Botha schij
nen voornamelijk afgebroken op zijne
weigering om de opgestane Kaapkolo-
niërs niet onder de amnestie te rang
schikken en het vooruitzicht van Engel-
sche overheersching zonder een zweem
van onafhankelijk.
De Boeren, zegt een Engelsch blad,
hebben bij den oorlog niets te verkiezen,
doch Engeland kostdieanderhalfmillioen
ponden per week, terwijl bovendien
allerhande verwikkelingen uit het voort
zetten kunnen ontstaan. Er zit dus niets
anders op dan voortstrijden.
Kitchener heeft versterkingen aange-
om aanvallend te kunnen optreden, wat
dus tot heden niet mogelijk scheen te
zijn.
Met het oog op den komenden winter
in Zuid-Afrika zendt het Engelsche leger
bestuur 300.000 dekens daarheen ten
behoeve der tioepen.
Meer en meer hoort men in de Engel
sche bladen de meening verkondigen,
dat het met de Boeren, wat hun militaire
positie betreft, nog niet zoo slecht schijnt
als de pers hier te lande het wel heeft
gelieven voor te stellen m. a. w. dat
de berichten der regeering niet geheel
betrouwbaar zijn.
Nu voor goed is uitgemaakt dat de
vredesvoorstellen van Engelschen kant
kwamen, is het ook van belang te weten
dat het alweer Chamberlain was, die
met afpingelen is begonnen; hij wilde
dat de algemeen gehate militaire admi
nistratie niet dadelijk werd opgeheven
zooals Kitchener wenschte en geen par
don geven aan de Kaapkoloniers, een
der hoofdpunten voor de Boeren.
Nabij Senekal twee kanonen opge
graven te hebben is de Wet weer ten
strijde getrokken, mogelijk verneemt
men spoedig zijne daden. In Transvaal
worden nog steeds Engelsche treinen
onveilig gemaakt.
Volgens berichten uit Kaapstad moet
er weer den 22en hevig gevochten zijn
bij Hartebeestfontein. Aan de wijze
waarop dit bericht tot ons kwam, zou
men afleiden, dat die strijd niet uitviel
in het voordeel van de Engelschen.
Verschillende Engelsche bladen, achten
de aangeboden vredesvoorwaarden zeer
gunstig en begrijpen niet waarom de
Boeren ze niet aangenomen hebben. De
Boeren zullen het zooveel beter begrij
pen. Het verschil ligt hierin dat de
Engelschman uit de verte niet kan oor-
deelen over de toestanden, aangezien
zij ne regeering hem steeds i n het onzekere
laat; de geheele waarheid niet zegt.
Het aantal der Boerengevangenen,
met uitzondering van hen die nog in
de Republieken gevangen worden ge
houden, bedroeg op 9 dezer 17,096.
De „Morning Leader" valt den heer
Chamberlain vr(j kras aan. Het blad
constateert dat Kitchener, de man van
bloed en staal, de generaal wiens benoe
ming werd beschouwd als een voorspel
van ongenadige onderdrukking, tha»s het
meest naar den vrede verlangt en het
meest bereid is om een vergelijk te
treffen. „Maar zegt het blad, ïhjj weet
hoe dapper en hoe eervol de tegenstand
is geweest. Hij weet ook het best hoe
zwaar de voorzetting van den oorlog
op onze kas moet drukken. Maar de heer
Chamberlain die te Londen zit, ver van
het oorlogstooneel. is onbuigzamer dan
lord Kitchener, loyalistischer dan sir
Alfred Milner".
Een nieuw plan ter onderzoek van
Noordpoolgewesten is aan de „Royal
Colonial Institute" in Engeland aange
boden. Het plan is ontworpen door Ber-
nier, van Quebec, en is goedgekeurd
door Aardrijkskundig Genootschap te
Quebec.
Bernier stelt voor in Juli de Poolzee
binnen te dringen door de Behringstraat
om dan langs de Siberische kust te
varen tot op 170 a 165 graden Oooster-
lengte. Op deze hoogte gekomen zal men
den steven noordwaarts wenden en ge
durende de maanden Augustus en Sep
tember zoo hoog mogelijk voorwaarts
dringen. Men zal veel photographiën
nemen en ook opnamen doen van uit de
hoogte door de camera's aan vliegers
op te laten. Op deze wijze zal men dan
een geheelen aanblik krjjgen van een
betrekkelijk groot oppervlak.
Na de overwintering zal men in twee
verschillende richtingen de Noordpool
trachten te bereiken. Door middel van
telegraaftoestellen van Marconi zal men
voeling houden met de schepen. Ook zal
met kanonvuur signalen worden gegeven.
Langs den weg zuilen op afstanden van
1600 meters holle palen gevuld met
proviand, geplaatst worden. Ook worden
daarin geborgen rapporten omtrent den
afgelegden weg. Berichten uit die on
herbergzame oorden zullen elke maand
per luchtballons worden verzonden in
de hoop dat die in de bewoonde wereld
te land komen.
Het bezoek van den Keizer heeft aan
de stad Elberfeld 300.000 Mark gekost,
tengevolge waarvan de hoofdelijke om
slag, welke eerst 1 pCt. van het inkomen
bedroeg, verhoogd is tot op 2 pCt.