Winterknnr en Naknnr
in Zwitserland.
4)
Ge hebt iets beleefd. Vertel het
aan een Duitscher, en hij zal het
gebeurde met u gaan beschouwen
uit een physiologisch, psychologisch
en sociaal standpunt. De Franschman
zal meer op de wijze van verhalen
dan op het verhaal zelve letten. De
Engelschman zal naar datums en bij
zonderheden vragen, om uit te vinden
of gij hem iets op de mouw spelt.
De dame van alle natiën zal u aan-
hooren en onderwijl bespiegelingen
maken over de kleur uwer oogen,
de strik van uw das, de blankheid
van uw linnen en de lengte uwer
ooren.
Dat er in de hotels en pensions, voor
al wanneer het slechte weer wat lang
aanhoudt, wel eens wrijving en bot
sing plaats heeft, zal wel geen be
toog behoeven. Voor kwaadsprekerij
is Davos een waar paradijs. Zij voelt
er zich zoo recht thuis. Een boos
gerucht bedenken, evenzeer als het
slaan van valsche munt, is niet het
werk van iedereen, maar in het ver
spreiden van beide zien weinigen be
zwaar. En het zijn, helaas, niet alleen
de dames die zich aan het geliefkoosde
tijdverdrijf schuldig maken. De heeren
der schepping, wanneer zij er zich
eenmaal aan overgeven, zijn grover,
plomper en onvoorzichtiger, waardoor
de praatjes den belanghebbenden
lichter ter oore komen, en dan is
het wel gebeurd dat den schuldige
zooveel hersenen ingeslagen werden,
als zonder levensgevaar kon geschie
den.
Miss Claus is een 45-jarige Ame-
rikaansche, levendig, altijd goed ge
luimd, dom, praat- en bemoeiziek,
een treffende belichaming van het
Spaansche spreekwoord: „Aan het
klapperende hoefijzer ontbreekt een
nagel."
Zij kent en is de vriendin van
iedereen. In de concertzaal neemt zij
een half uur van te voren voor haar
vrienden een dozijn stoelen in beslag,
en is eerst dan recht in haar nopjes
wanneer zij zich het middelpunt van
een groot gezelschap ziet. Niets ont
gaat haar dan, geen blik, geen groet,
geen handdruk en uit het geringste
maakt zij vèrreikende gevolgtrekkin
gen.
Op de ijsbaan, op de promenade,
bij den banketbakker, overal waar veel
menschen bij elkaar komen om te kij
ken en te babbelen, is miss Claus zeker
te vinden. Als een bij zoekend naar
honig, fladdert ze van den een naar
den ander, visschende naar nieuwtjes,
hetzij waar of verzonnen. Men is haar
gaarne ter wille, want het is een ge
not haar een nieuwtje mee te deelen.
Zie, hoe zij met een zalige uitdruk
king op haar gelaat, stil en naden
kend voor zich staart om het goed
op te nemen en te onthouden, en het
in verband te brengen met wat zjj
reeds weet of vermoedt!
Zij verlaat u met een dankbaren
blik, en het kan gebeuren dat het
praatje u, een half uur daarna, onder
belofte van stipte geheimhouding, door
een andere dame in het oor wordt
gefluisterd.
Zij is de spreekbuis, de onbezoldigde
omroepster van de badplaats, of van
welk ander oord waar zij zich bevindt.
Ze is te braaf en te goed om een
vlieg te kwellen, maar sticht geduren
de haar leven misschien meer kwaad
dan een cholera-epidemie.
Ook de badplaat-aventuriére ont
breekt niet. Zij is een flinke welgedane
dame met schoone „overbijfselen" en
bij de veertig jaar oud. Sommigen
zeggen dat zij de veertig reeds achter
den rug heeft, maar dat is jaloezie,
haat en nijd.
Zij draagt een Poolschen naam,
maar het is niet uitgemaakt, of zij
aan de Noord- dan wel aan de Zuid
pool thuis hoort.
Afgestapt in een der eerste hotels
duurt het niet lang of zij is omringd
door een aantal cavalieri serventi,
onder welke er allicht gevonden wor
den die, tegen behoorlijke schadeloos
stelling van haar kant, deze de hotel
rekening, een ander de japon van
Parijs, een derde een broche of arm
band, en eindelijk een vierde de te
rugreis en de nakuur aan een der
Italiaansche meren betalen.
Zij is altijd bereid om te zingen of
piano te spelen, „just to amuse the
company." Men ziet haar echter nooit
met andere dames.
Mademoiselle Yan der Mulle is
tusschen de twintig en dertig jaar,
schoon en elegant, en voert in een der
vier talen die zij volkomen machtig
is, een onderhoudend gesprek.
Zij is een Frangaise of Belgische,
in Australië geboren, laatst van Lon
don en op weg naar Madrid. Een
ietwat rare mama en de oude, min of
meer hulpbehoevende, papa bekom
meren zich geen van beiden om haar,
en zij zoekt haar eigen zonderlingen
weg.
Het is een groot genot met haar
schaatsen te rijden, en men kan
overtuigd zijn van de afgunst van
alle mannelijke toeschouwers, wan
neer zij achter op uw priksleedje
plaats neemt, en bij het afvliegen
der sneeuwhelling in haar angst de
armen om uw hals slaat.
Nadat men een half dozijn malen
het hoog gewaardeerde voorrecht ge
noten heeft op ijs- of sledebaan haar
cavalier te mogen zyn en bij den
banketbakker oesters of caviar met
Chianti met haar te nuttigen, begint
men haar wat nauwkeuriger op te
nemen en wat meer aandacht te schen
ken aan de vertrouwelijke mededee-
ling omtrent haar verleden, die ge
makkelijk van miss Claus te verkrij
gen zijn.
Uit een en ander blijkt dan dat
zij een kwistig gebruik maakt van
poudre de riz, dat haar gezonde kleur
niet altijd het gevolg is van bewe
ging in de frissche lucht, en dat zij
eenige jaren geleden ook te Davos
vertoefde, een Duitsche baron haar
toen het hof maakte en dat
neen, het mag niet herhaald worden
wat miss Claus met een blos van
gekwetste zedigheid en onder belofte
van de diepste geheimhouding mede
deelt I
Het ontgaat u daarbij niet dat die
Saksische kurassiersluitenant met haar
omgaat op een wijze, die levendig aan
een verloofd paar doet denken, terwijl
zij, tegelijkertijd, gaarne aan dien
rijken Amerikaan een vertrouwelijk
tête-a-tête gunt, of met Mr. Shabby
naar de Schatzalp wandelt, om daar
samen den inhoud van een mandje,
dat Shabby draagt, nader te onder
zoeken.
Midden in het seizoen was miss
Clauss de gelukkige eerste om het
nieuwtje te verbreiden dat MelIe Van
der Mulle plotseling naar Palanza
vertrokken was.
Mr. Jungmichel van Pittsburg is
op ieder uur van den dag bereid met
u te wedden om een sigaar, één franc,
twintig franc, honderd franc. Hij is
er voortdurend op uit, een partner
voor een partijtje écarté te vinden, en
wanneer hij daarin niet slaagt, daagt
hp de jongelui uit om met hem om
't hardst te loopen, schaatsen te rijden
of bier te drinken. De eerste drie
weddingschappen om één franc ver
liest hij, maar de vierde om tien of
twintig franc wint hij met een haar
breedte.
Het zal wel niemand bevreemden
dat ook Israël zijn zonen naar het dal
der wonderen gezonden heeft. De
longtering kent geen stand, geen ge
loof en kiest haar slachtoffers aan de
boorden van den Rijn, den Mississippi,
den Yang-tsi-kiang en Rio La Plata.
Er zijn verscheidene Joden, en in
welke Engelsche, Fransche, Duitsche
of Amerikaansche vermomming zy
steken, zijn er altijd nog meer ken-
teekenen, behalve den stout gewelf
den neus, waaraan zij te herkennen
zijn.
Rijk is Mr. Wolf van Chicago en
ook al koestert ge daaromtrent niet
den geringsten twijfel, zal hij u toch
aan tafel vertellen hoeveel de flesch
Champagne kost, die hij drinkt, hoe
veel hij per dag betalen moet voor
zijn appartement op de eerste verdie
ping, hoeveel honderd francs hy op de
fancy-fair verteerd heeft, hoeveel de
extra-post kostte, waarmee hy met
zijn familie van Chur kwam, enz.
Maar Mr. Ezechiel Aronson van
New-York is nog rijker.
Barst de rijkdom van den heer Wolf,
om zoo teggen, uit alle poriën, bij den
heer Aronson is de weelde naar bin
nen geslagen. Hy gaat altijd alleen,
keurig gekleed en ruikende naar de
een of andere odeur. Hij loopt met
kleine stappen, een weinig nadruk op
de hakken leggende, Op straat, aan
tafel, ja, waar ook, altijd heeft hy een
trek om den mond alsof hy aan een
onzichtbaar fleschje ammoniak ruikt,
alsof hij vies is van den weg, van
de spijzen, van u, van zich zeiven,
weet ik wat
Dat A mor en Eros ook door een
der bergpassen binnengeslopen zyn,
zal ieder die de ondernemendheid dier
snaken kent, gaarne gelooven. Hoewel
Amor, in de pijnboomen verscholen,
bibbert van de koude, treffen zijn
pijlen niet minder zeker en hoewel
de dokters het vrijen als zeer curwi-
drig brandmerken, wordt achter hun
rug en onder hun neus menige boei
ende verwikkeling afgesponnen.
De trouwplannen die op ijsbaan,
sledevaart en bergpad gesmeed wor
den, zijn echter meestal luchtkasteelen
of liever ijspaleizen, die met den in
vallenden dooi wegsmelten en ver
dampen.
Toch zijn er voorbeelden te over
van beloften die standhouden en voor
nemens waaraan door de Meikoelte
grootere levenskracht wordt aange
blazen.
Hoogst vermakelijk en leerzaam is
het, in een pension of hotel een hoog-
getitelde personage te zien verschijnen
Ach, wat wordt er in hun tegen
woordigheid van den bescheiden Duit
scher, van den trotschen, onafhanke-
lijken Engelschman, van den demo-
cratischen Amerikaan, van den stoe-
ren Hollander? Hy moge zoo dom
zijn als zich dat de bezitter van een
vorstendom mag veroorloven, of op
nog zoo ergerlijke wijze misbruik ma
ken van het recht dat de heer der
schepping heeft om leelyk te zijn, toch
wordt „Seiner Durchlaucht" het hof
gemaakt als aan een erkende schoone.
Prins Schauenburg zu Sonderhausen
laat zich die hulde, vooral van de zijde
der dames, genadig welgevallen en
beantwoordt ze met bouquetten, bui
gingen en verzen. Want Prins S.
is dichter en novellist en deelt met
kwistige hand zyn bundeltjes uit. Uit
zyn sonnetten blykt duidelijk dat hij
ongelukkig is en sterven wil, welken
indruk hij aan het middagmaal echter
zeer verzwakt, zoo niet geheel ver-
dry ft.
Voor het overige is prins S.een
schrandere, voorkomende, hoffelijke
manzyn verzen zijn niet slecht, en
van ijdelheid zou by hem misschien
geen spoor zyn, indien die stoet van
bewonderaars er niet voortdurend op
uit was hem het hoofd op hol te
brengen.
De hertog van Newcastle.ach,
wat een zwakke drager van een groo-
ten naam! Achttien jaar, onmetelijk
rijk, gevleid en gevierd als een van
de „upper, upper ten," en toch.
zou hij niet willen oversteken met
zyn kerngezonden goeverneur, die
hem alles kan leeren, behalve de
manier om sterk en gezond te wor
den
Lord Mac Moorland komt zijn tante,
miss Miller, opzoeken. Hij is zes jaar
oud en reist onder geleide van een
koerier, een Schot van onwaarschyn-
lijke lengte. Voor iemand van zyn
leeftijd, heeft hy een hoog begrip van
zijn buitengewone stelling in de maat
schappij, een begrip dat door zijn tante
en de overige Engelschen op alle wy-
zen versterkt wordt.
Op een gemaskerd bal waar hij
als Mameluk geen onaardig figuur
maakt, wordt hij verliefd op een mooie
Frangaise, en volgt haar als een scha
duw. Hy vertelt haar van zijn rijk
dommen en vooruitzichten. In het
gezelschap van strangers, waar hij in
het gevolg van zijn beminde verzeild
raakt, wordt hij echter niet met het
noodige decorum behandeld. Toege
sproken mer „little Bill," zet hij dien
vrijpostigen kwant danig.in den hoek
met een indrukwekkendI am Lord
William!" Een ander, die hem op
zijn schoot wil nemen, dreigt hij met
zijn yatagan, maar dat volkje is on
verbeterlijk. Verontwaardigd gaat hij
zijn troost zoeken bij miss Miller die
den edeleD lord, onder zachte verwy-
ten van zich in slecht gezelschap ge
waagd te hebben, de tranen droogt.
Maar genoeg de handelingen van
onze naasten beoordeeldEen aan
dachtige beschouwing en studie van
hun doen en laten is alleen nuttig,
wanneer wij onze eigene handelingen
en neigingen toetsen aan de hunne,
en zetten wij die krietiek streng door,
dan zullen wij bespeuren dat wy,
misschien in minderen maar altijd in
zekeren graad mank gaan aan
dezelfde dwaasheden en gebreken die
wij in hen zoo deerlyk laken en die
bij hen, alleen tengevolge van het
overheerschen van een of ander ge
brek, als domheid, ijdelheid of gemis
aan zelfbeheersching, duidelijker aan
het licht treden.
Ein Jeder tragt ein Reis des Narrenbaums
sicb bei
Der Eiöe deckt es zu, der Andre tragt es frei."
Liever een blik geslagen op het
inwendige pensionleven.
Het winterbadseizoen laat zich te
Davos gevoegelijk in vier tijdperken
verdeelen
van half September tot den in-
sneeuwtijd
van den insneeuwtyd tot kerstmis
van kerstmis tot den grooten ba
zaar of fancy-fair, ten voordeele van
het diaconessen-huis
van den bazar tot het sneeuw-
smelten.
Deze vier gebeurtenissen breken
den langen winter en de voorberei
dingen tot de kerstmisfeesten en den
bazaar nemen bij de badgasten bijna
alle lichamelijke en geestelijke krach
ten in beslag, die er na het schaatsen-
of slederyden en het kwaadspreken
nog overblijven.
Vooral kerstmis brengt de gemoe
deren in groote beweging.
Wordt vervolgd.)
Gedrukt bjj DE ERVEN LOOSJES, te Haarlem.