20 personen als haringen opeengepakt
gevuld zien.
Vandaar, dal tal van personen, die
de buitengewone prijzen niet betalen
kunnen, voornemens zijn den avond te
voren reeds naar de stad te gaan en den
nacht op straat door te brengen. Volgens
de overlevering moeten duizenden dit
ook tijdens het kroningsfeest van wijlen
Koningin Victoria gedaan hebben.
Mac Neill heeft er zich in het Lager
huis over beklaagd, dat de onkosten van
den staat voor deze kroning op qngeveer
jg 100,000 zijn geschat, terwijl de kro
ning van Willem IV slechts jg 45,000
en die van Victoria 70,000 had ge
kost. Baltour zeide, dat de ontvangst
van vreemde en koloniale gasten 't nu
vooral zooveel duurder maakte.
Het feestmaal, dat de Koning bij ge
legenheid van de kroning aan de Lon-
densche armen geeft, zal door tooneel-
voorstellingen worden gevolgd, in de
verschillende lokalen zeiven waar de
maaltijd is aangericht.
Twee duizend acteurs en actrices heb
ben hunne medewerking daarbij aan
geboden.
De Koning is voornemens, aan al de
zalen waar zjjne gasten aanzitten een
bezoek te brengen.
Maandag is de kroningsweek begon
nen, met de komst van het koninklijk
gezin te Londen. Een ontzaglijke menigte
juichte hen onstuimig toe. Des avonds
was er een diner in het Buckinghani
paleis, waar de vorstelijke gasten aan
zaten.
Te Londen is men bezorgd over de
vooruitzichten van het weèr gedurende
de feesten. Het heeft vervaarlijk geregend
en reeds meer dan eens heeft men ver
nielde versieringen moeten vernieuwen.
Maar men is vol hoop dat het althans
de groote dagen van Donderdag en
Vrijdag droog zal blijven.
Koning Edward heeft bevolen, dat
het Engelsche hof den rouw voor drie
weken zal aannemen, met het oog op
het overlijden van den Koning van
Saksen, »doch gedurende de Kronings
feestelijkheden zal deze bepaling ge
schorst worden." Dus na den feesttijd
maar weer lustig aan het rouwen, zoo
komt alles tot zjjn recht en men voldoet
aan den vorm.
Met echt Spaansche plechtigheid is
Zaterdagmiddag aan president Loubet
de orde van het Gulden Vlies aange
boden. Voorgegaan door den heer Crozier,
directeur van het protocol, begaf zich
een bijzonder Spaansch gezantschap,
met den hertog van Sesto, deken van
de „Grands d'Espagne", naar het Elysée,
waar een batailjon infanterie de eere-
wacht vormde. De president der Fran-
sche Republiek, omgeven door een schit
terenden stoet, ontving uit handen van
den buitengewonen gezant een eigen
handig geschreven brief van den Spaan-
schen koning, waarop aan president
Loubet de gouden keten van de orde
werd omgehangen.
In Turijn heeft men Zaterdag laatst
leden een cotillon per automobiel uit
gevoerd, waaraan 45 rij tuigen deelnamen.
Prinses Laetilia Bonaparte en de
geheele Turijnsche aristocratie waren
er bij tegenwoordig.
Weer had in Rusland een politieke
moord plaats. De secretaris van den
gouverneur van Warschau is door twee
studenten doodgeschoten. De daders zijn
ontvlucht.
Genoegzaam mag bekend geacht wor
den de slechte toestand van de Turksche
oorlogsvloot, evenals alles in Turkije
oud en versleten is, behalve de geld
verspilling en een stelsel van omkooping
en verklikkerjj als nergens ter wereld.
Aan de laatste euvelen kan alleen al-
geheele reorganisatie van alle takken
van dienst een einde maken, maar het
kan nog lang duren eer men zoover komt.
Maar de vloot zal alvast onder handen
genomen worden, want bij iradé van
den sultan is vergunning verleend twee
oorlogschepen in Engeland te bestellen
de een zal heelen naar hem zelf, Abdoel-
IIanti. Een schip, dat in de Ver. Staten
in aanbouw is, wordt gedoopt naar den
vader van den sultan, Abdoel Mcdjid. De
twee nieuwe kruisers worden 300 bij 45
voet in afmeting, en krijgen machines
van 12,000 paardekrachten, die een snel
heid van 24 knoopen kunnen doen be
reiken.
Wij kunnen niet zeggen of de levering
bij vooruitbetaling plaats heeft.
Er gaan geruchten dat Bulgarije een
koninkrijk zal worden, onder de hooge
bescherming van Rusland. Bulgarije's
eerste minister spreekt het echter tegen.
Er wordt tegenwoordig zoo dikwijls
gesproken over Canada en Transvaal
en over de zegeningen, welke de Fransche
bevolking daar onder Britsch bestuur
heet te genieten, dat de aandacht is
gevallen op eeDe uiting, dezer dagen,
van dat gedeelte der bevolking, 't welk
maar zelden en weinig van zich doet
hooien.
In een vergadering n imelijk van
Fransch-Canadeezen te Drummondville,
waar toebereidselen werden gemaakt
voor een feest ter eere van den Fransch
Canadeeschen Beschermheilige, is eene
krasse resolutie aangenomen tegen het
Imperialisme, waardoor het zelfbestuur
van Canada en de toekomst der natie
worden bedreigd.
In die resolutie, welke aan den te
Londen vertoevenden Sir Wilfrid Laurier
(den Eersten Minister) zal worden over
geseind, wordt voorts afgekeurd, dat
's lands geld wordt gebruikt voor het
uitrusten van soldaten om te strijden
voor het Rijk, in plaats voor het ont
wikkelen van de rijkdommen des lands.
De Fransche Canadeezen worden aan
gespoord de gelegenheid waar te nemen
tot het houden van eene betooging
tegen het Imperialisme.
Genoemde Canadeesche Minister wil
niets weten van een militaire unie met
het Rijk.
Door het optreden van den nieuw-
benoemden vice gouverneur voor Fin
land, bestaat er hoop op minder hatelijke
en onwettelijke maatregelen tegen de
Finnen; men ziet in hem een verzoe
nend element., anderen beschouwen het
als zjjn taak orn de Russificeering van
het land op streng wettelijke gronden
voort te zetten. Als hiermede nu maar
wordt in aanmerking genomen de grond
wet der Finnen, die door alle Russische
keizers na de inlijving is bezworen.
Overste Hamilton, secretaris van Lord
Kitchener, is thans te Londen aange
komen om den Koning persoonlijk het
oorspronkelijke vredestractaat en andere
belangrijke stukken betreffende den
oorlog te overhandigen.
De Fransche Regeering heeft, naar
aanleiding van het faillissement der
Rente Viagère, de lijfrenten-maatschap-
pij der familie Humbert—Daurignac,
een commissie belast met het ontwerpen
van een wet, waarbij de leemten der
wettelijke bepalingen omtrent naamlooze
vennootschappen worden aangevuld en
vooral de spaarpenningen van den kleinen
burgerman behoorlijk worden beschermd.
Eene krachtige reactie openbaart zich
onder de Polen tegen de maatregelen
der Pruisische Regeering om hunne
woonplaatsen door aankoop in Duitsche
handen te brengen. De banken te Lem-
berg en Warschau hebben te zamen 16
rnillioen Mark ter beschikking van het
Polenfonds gesteld, zoodat dit fonds nu
reeds tot 100 rnillioen gestegen is en
een niet te versmaden tegenwicht be
gint te vormen tegen het nieuwe Prui
sische kolonisatie-fonds.
Zaterdagavond heeft er weer een
ongeluk met twee electrische treinen
plaats gehad en wel tusschen Varese
en Portoceresio in de provincie Como.
Het aantal gekwetsten, dat eerst werd
opgegeven 49 te bedragen, is volgens
een later bericht slechts 15, waarvan
7 zwaar.
De stationschef, die de schuld draagt
van het onheil, door de signalen verkeerd
gesteld te hebben, is naar Zwitserland
gevlucht.
Volgens een telegram uit Fort-de-
France is het water van vele rivieren
op Martinique kokend heet.
De Amerikaansche commissie, die op
het eiland een onderzoek instelde, ziet
in de jongste uitbarsting een bevestiging
van haar voorspelling, dat de vulkaan
Montagne Pelee zjjn laatste woord nog 1
niet gesproken heeft en dat er nog veel
erger uitbarstingen zijn te verwachten,
waardoor het geheele eiland met ver
woesting wordt bedreigd.
Het stoffelijk overschot van koning
Albert van Saksen is Maandagavond op
plechtige wijze in de katholieke hofkerk
bjjgezet. Om de met rood fluweel be-
kleede lijkkist hielden officieren en hoog-
waardigheidsbekleeders de wacht. Het
schip van de kerk was gevuld met loden
van het diplomatieke corps, buitenge
wone afgezantschappen, ministers, hof-
en staatsambtenaren, leden van de Ka
mers, deputaties van vreemde officieren
en vertegenwoordigers van de stad Dres
den. De vorstelijke personen vormden
een langen stoet, waarvan deel uit
maakten: de Koning en de Saksische
prinsen, keizer Wilhelm, keizer Frans
Jozef, de groothertog van Baden e. a.
In twee loges zaten de Koningin-weduwe,
de Keizerin en de princessen. Na afloop
van den dienst werd de kist onder koor
gezang in de groeve neergelaten, terwijl
buiten kanongebulder en geweersalvo's
weerklonken. Na de plechtigheid ver
trokken de Keizer, de Keizerin en de
Keizer van Oostenrijk weer.
Maandagmiddag heeft te Gent een1
vreeselijk ongeluk plaats gehad.
Zekere Ghys, een scheikundige, was
in zijn laboratorium aan het werk, in
gezelschap van een vriend, toen plotse
ling een verschrikkelijke ontploffing heel
het huis deed daveren.
Beide personen werden dood tegen
den grond geslagen.
Uit Brussel wordt bericht dat de
toestand van de Belgische Koningin
bezorgdheid wekt. Een blad, meestal
goed ingelicht zegt: „De gezondheid der
Koningin eischt op dit oogenblik de
grootste zorgen; Hare Majesteit heeft
zich dezer dagen, om hare dagelijksche
wandelingen te kunnen voortzetten,een
ziekenwagentje moeten aanschaffen.
„Nu doe ik mijn „entree" in de wereld
der gebrekkigen", zeide zij bij deze
gelegenheid aan een harer vertrouwden,
met d e gelijkheid van humeur, die
spreekwoordelijk geworden is. Gisteren
heeft zij haar eerste tochtje in den
rollenden leunstoel gedaan. Zóó zal zy
voortaan in de stad Spa wandelen. Men
zal me wellicht de eerste dagen op
merken", zeide H. M., „doch het publiek
zal er zich aan gewennen."
I Bij opgravingen ter plaatse van het
oude Forum, te Rome, heeft men, bij
den tempel van Faustina het eerste graf
der oud-Romeinsche begraafplaats ge
vonden en daarin een gedeelte van het
geraamte van een Romein uit den tyd
van Romulus, welke van groot belang
voor anthropologische studiën worden
geacht.
Omtrent den nieuwen koning van
Saksen zegt de Köln. Zeitung:
„Koning Albert was een goed en trouw
katholiek, maar beslist afkeerig van alles
wat ultramontaansch was en van de ver
menging van godsdienst en politiek. Het
zelfde geldt ook van den tegenwoordigen
koning Georgealle menschen die hem
van nabjj kennen, spreken als hun over
tuiging uit dat ook onder de heerschappij
van dezen roemrijken, beproefden veld
heer, die zoo lange jaren in oorlog en
vrede het Saksische legerkorps met suc
ces heeft aangevoerd, het Saksische re-
geeringsbeleid zich in hetzelfde spoor zal
bewegen als onder de bijna dertigjarige
gezegende regeering van koning Albert."
Volgens eene opgave van het Duitsch
Departement van Koloniën hebben tot
dusverre 36 Boerengezinnen, te zamen
313 personen, zich in Duitsch Zuidwes
telijk Afrika gevestigd.
De „Al Duitsche Bond" is bereid, om
Boerenlandverhuizers geldelijk steun te
verleenen.
II
In een Maandagmiddag gehouden
vergadering van Haagsche bakkersge
zellen zijn eischen van hooger loon en
korter werktijd gesteld. Ook wil men
des Zondags niet vóór 6 uur 's avonds
in den bakkerij aanvangen.
In de Ringvaart van de Haarlemmer
meer, in de nabijheid van Lisse, is aan
varen eene roeiboot door een motor,
waarin gezeten was A. v. Leeuwen en
echtgenoote. Door den hevigen schok
sloeg de boot om, waardoor beide per
sonen te water geraakten en de man
onder de boot. Met groote moeite werden
beide personen door toegesnelde hulp
gered, terwijl de motor zonder eenige
hulp te verleenen, zjjne reis naar Leiden
vervolgde. De man is aan de hand ge
kwetst en tegen den gezagvoeder van
't vaartuig is proces verbaal opgemaakt.
HAARLEM 24 Juni 1902.
Zaterdagavond is de uitsluiting
van metselaars en opperlieden inge
treden, de stucadoors hadden hel werk
gestaakt.
Er was de vorige week door het Be
stuur van den R. K. Volksbond, den
Chr. Volksbond en het Alg. Ned. Werk-
liedenbond, een motie aangenomen om
den patroons te verzoeken het besluit
tot uitsluiting op heden op te heffen
of althans te schorsen totdat alle werk-
liedeovereenigmgen hun oordeel hebben
gezegd. Hierop is door het bestuur van
den patroonsbond geantwoord dat dit niet
aanging, daar het bestuur gebonden
was aan het besluit van Maandag de
vorige week waarbij tot de uitsluiting
was besloten.
Van dat besluit werd reeds Dinsdag
kennis gegeven aan het bestuur der
werkliedenvereeniging, doch tot nu toe
werd daarop geen antwoord gegeven.
De Burgemeester heeft zijn bemid
deling aangeboden. De patroons hebben
die aanvaard, doch de werklieden voor
alsnog niet
Maandag zetten de timmerlieden,
schilders en verdere werklieden in de
bouwvakken het werk voort, uitgenomen
die in het metselvak. Uit den aard der
zaak, waar de bedrijven zoo van elkander
afhangen, is het te voorzien, dat ook de
eersten weldra gedwongen zullen zijn het
werk neer te leggen.
De tegenwoordige uitsluiting is een
beginsel kwestie. Het geldt hier de vraag
wie te beslissen heeft over de wijze
waarop de bouwmaterialen worden aan
gevoerd, de werkman of de patroon;
wie moet uitmaken het aantal werk
lieden, noodig voor het afmaken van een
werk. de werkman of de patroon;
wien het recht toekomt te bepalen
welke werkman wegens onbehoorlijk ge
drag, dronkenschap ingesloten, van het
werk te verwijderen, de werkman of de
patroon.
Bij den scherpen strjjd hierover ont
staan, hebben o. i. beide partyen het
hoofd verloren, door een bemiddeling
onmogelijk te maken.
Bekend is het streven van enkele ar
beiderskringen om op den gang van het
werk invloed uit te oefenen; men zegt,
dat dan vele dingen beter zouden gaan.
Men vergeet hier, dat bij elk werk één
leidende gedachte behoort te bestaan en
dat wanneer die niet is in het belang
van het werk, ten slotte de schade er
door ontstaan niet wordt verhaald op
den werkman. Onderling overleg is altijd
goed, maar waar dit niet gewenscht is,
late men hem zijn gang gaan die zelf
de schade betaalt, die van overleg niet
weten wil.
Hoe in den bestaanden toestand de
oplossing moet komen is een raadsel.
Naar het zich laat aanzien kan er van
geven en nemen geen sprake zjjndaar
toe zijn de eischen te scherp gesteld,
vooral die van de patroons; al zou het
kunnen zjjn, dat de drang der omstan
digheden er toe geleid heeft, in elk
geval is het een glibberig pad waarop
men zich bevindt.
Het zou de vrijheid van arbeid heel
wat naderbjj komen, als de werkman,
den patroon, die zijn eischen te hoog
stelde, eenvoudig in den steek liet. De
goed onderlegde werkman zou er wèl
bij varen, de minder meegaande patroon
zou er wys door worden.
Nu weet ieder wel, dat bovenstaande
beschouwing niet aanpast by de stelling
die beide partijen hebben ingenomen,
maar men denke hier aan den Griekschen
wijsgeer Plato, die aan zjjn leerlingen
zjjne idealen over een republiek, zoowat
op socialistischen grondslag, ten beste
gaf. Toen een discipel hem vroegMees
ter, acht U een gemeenschap als U
bedoelt mogelijk, was het antwoord van
den bescheiden geleerde tochDa t zeg
ik niet.