Wij Nederlanders in Berlijn
0.
Van lagersmarken en strepelingen.
Berlijn, midden November.
C. D. Wij Nederlanders als een ander
het niet doet, moeten wij bij tijd en wijle
ons zelf een pluim op den hoed steken
zijn een innerlijk sterk volk. Een voorbeeld:
mijn dochtertje heeft de zomermaanden in
Berlijn doorgebracht. Ze vond hier in huis
een enkel speelkameraadje, een meisje van
haar leeftijd. Dat onze Emmie ook thans nog
wel eens „Mutti" zegt, of Auf Wiederseh'n",
of „Danke schön", is waar, maar voor het
overige spreekt zij uitsluitend het Haar-
lemsch-van-de-straat harer medebevolk-
sters eener kleuterschool. Dan Monika, het
Duitsche speelkameraadje! Haar moeder is
dikwijls in arren moede bij mij komen op-
loopen, omdat zij haar eigen dochter niet
meer verstaat. Monika spreekt Neder-
landsch het lijkt er werkelijk heel aar
dig op en is er niet toe te bewegen, weer
over te stappen op haar moedertaal. Monika
is thans, als nagenoeg de geheele Berlijn-
sche jeugd, geëvacueerd en de laatste be
richten, die ik van haar heb, luiden, dat zij
ergens in de Oostenrijksche bergen Neder-
landsche les heeft!
Een Babylonische spraakverwarring.
Dit incident is typisch voor een proces,
dat zich ook in andere groote Duitsche ste
den voltrekt. Ik. zie den tijd komen, dat de
„Deutsch-Niederlandische Gesellschaft"
die zich reeds groote verdienste heeft ver
worven bij het onderzoek van den invloed,
dien de Nederlander op alle gebieden van
Duitschland hebben uitgeoefend, nog eens
een boek wijdt aan de „tewerkstelling van
de Nederlanders in Duitschland en de
Duitsche taal". Dit zou dan tevens een
mooie gelegenheid zijn voor de „Neder-
landsch-Duitsche Kuituurgemeenschap",
om een boek te laten verschijnen over „de
tewerkstelling van Nederlandsche arbei
ders in Duitschland en de Nederlandsche
taal", want het zou wel heel erg overdre
ven zijn, te beweren, dat het idioom der
lage landen er heelemaal zonder kleer
scheuren afkomt!
Wij Nederlanders in Berlijn, vallen
heusch niet over een Germanisme meer of
minder, maar wat onze arbeiders er ge
woonlijk van maken, loopt werkelijk de
spuigaten uit. Met. degenen, die deel uit
maken van een groep landgenooten, met
wie ze samenwonen en samenwerken, gaat
het nog. Zij blijven in den regel zelfs
trouw aan hun dialect helaas ook als zij
Duitsch probeeren te spreken. Zij zeggen
„Lager" voor „kamp". „Vertrouwensarts"
voor „controleerend geneesheer", „Marken"
voor „distributiebonnen" enz. Dit gaat zelfs
zoo ver, dat men de „Straflinge", de straf-
gevangenen, die overal te werk zijn gesteld,
veelal klaarblijkelijk naar de blauw
witte strepen van hun gevangeniskleeding
„strepelingen" hoort noemen. Heel an
ders is dat echter met hen, die in kleine
bedrijven uitsluitend met Duitsehers samen
werken of krachtens hun beroep met hen
in aanraking komen, zooals chauffeurs bij
expeditiebedrijven, kellners, enz. Met hen
kan men beter Duitsch spreken. Zij weten
eich dan wel met gebaren te redden, voor
zoover hun woordenschat niet toereikend
is. Zoodra zij Nederlandsch. probeeren te
spreken, raken zij veelal zoo in Duitsche
zinswendingen verward, dat zij niet meer
te verstaan zijn.
Met vaderlijke welwillendheid.
Hoe de gemiddelde Duitscher tegenover
deze meedoogenlooze verminking van zijn
taal want daar komt het in laatste in
stantie op neer staat? Dat valt mee,
waarbij men echter verschil moet maken
tusschen den Duitscher uit de groote stad
en den Duitscher uit de provincie. In de
provincie beschouwt men die vele buiten
landers vaak als een verstoring van zijn
gezapige rust, wat uiteraard gemakkelijk
tot kriegeligheid leidt. In de groote stad is
dat meestal precies omgekeerd. Als een
buitenlander de Duitsche taal radbraakt,
vervult dat een Berlijner dikwijls met een
soort trots en hij corrigeert dengene, die
wanhopige pogingen aanwendt om zich
verstaanbaar te maken, met vaderlijke wel
willendheid en grenzeloos geduld. Wat spe
ciaal onze Nederlandsche arbeiders betreft:
drie-kwart van de Berlijners is er rotsvast
van overtuigd, dat het Nederlandsch
„eigenlijk slechts Mecklenburgsch of West-
faalsch plat" is, zoodat zij zich geroepen
voelen, de Nederlanders onder alle om
standigheden te verstaan en zich voor hen
verstaanbaar uit te drukken. Dat het des
ondanks voorkomt, dat een ambtenaar der
Vreemdelingenpolitie, die dagelijks eenige
honderden visa te verwerken krijgt, een
juffrouw in het postkantoor, die dagelijks
vele tientallen gevoerde enveloppen of door
den afzender opgeplakte postzegels van de
hand moet wijzen, of een conductrice van
de tram, die aan haar gezin staat te denken,
het geduld verliest, behoeft natuurlijk geen
betoog.
40.000 Nederlanders te Berlijn
Hoeveel Nederlanders er te Berlijn te werk
zijn gesteld, weet ik niet. Het absolute cijfer is
naar het schijnt, ook voor de betrokken in
stanties moeilijk te achterhalen. Het zijn er
echter in elk geval meer dan dertig- en miS'
schien zelfs bijna veertig duizend.
„Merkt u er zoo in het dagelijksch leven
iets van, van al die Hollanders?" Deze vraag
hoort men in Nederland altijd weer stellen en
ze is eigenlijk logisch Wat beteekent veertig
duizend man op een bevolking van een kleine
vijf millioen? Doch de Nederlanders zijn on-
Hoofdredacteur: P. C. Derks, Haarlem. Chef
van Dienst en Binnenland: S. R. Kuiper Haar
lem. Sport en Stad: A. Overmeer, Heemstede.
Buitenland: J. C. van der Laag, H'stede. Haagsch
Redacteur: B. Korsten, H'stede. Nieuws en re
portage voor Velsen en omgeving: J. J E. van
Baarsei, Santpoort. Advertenties: W. van Cm
men, Heemstede.
danks hun spreekwoordelijke kalmte vrij luid
ruchtig en dat er Hollanders in Berlijn zijn,
merkt ge geen haar minder, dan ge vroeger
op de Keizerlei in Antwerpen merkte, dat het
„BelgiëNederland" was.
Als je op straat, in de tram, in een café, of
waar dan ook, alleen maar Nederlandsch en
practisch geen Duitsch hoort, plegen wij, oud
ingezetene Nederlanders van Berlijn te zeg
gen: „Desondanks wordt het tegengesproken,
dat ze Berlijn al veroverd hebben". Ik per
soonlijk heb mij geen oogenblik verbaasd, toen
een P.T.T.-man onlangs mijn buurman in een
klemmend betoog aan het verstand bracht, dat
de Duitsehers het adres op hun brieven in La-
tijnsche letters moeten schrijven, in plaats
van Gotische, „waar geen sterveling uit wijs
kan worden". En mijn buurman die een filoso
fische natuur heeft, antwoordde, dat hij in de
toekomst nooit meer een adres in Gotische
karakters zou neerschrijven.
„Zeg, meester
De solidariteit onder de Nederlandsche ar
beiders te Berlijn gaat zoover, dat ook wij,
arbeiders-met-hoed, daarin betrokken worden.
Je kan je niet zoo als heer vermommen, of
eenige woorden in de zoete moedertaal heb
ben ten gevolge, dat je van alle kanten ge
tutoyeerd wordt. Alleen als ze iets van je
gedaan willen hebben, vleien ze je met den
titel van meester. „Zeg, meester, je hebt zeker
geen sigaret voor me, hè?".
Maar ondanks alles voel je soms je hart
even opgaan. Ik moest nog even naar de post.
De maan was er nog niet en de straatverlich
ting. die te Berlijn tot acht uur haar weldoen
de glans verspreidt, was al uit.
Het scheen bewolkt te zijn, want zelfs de
contouren der huizen staken niet af tegen de
lucht. En toen klonk er in vage verten
laten we zeggen gezang. Het kwam nader
en nader en geleidelijk ontstond er iets als een
melodie. Ik moest weer een hoek om en tege
lijkertijd klonk het mij tegen in de inktzwarte
duisternis, die Berlijn overschaduwde:
„Ouwe Taaie, jippie-jippie-jé-hé-hé,
Ouwe Taaie, jippie-jippie-jéé!"
Donizetti's „Don Pasquale".
Opvoering door de Nederlandsche
Kameropera.
Het mag als een bijzonder fortuin worden
aangemerkt, deze gelegenheid om een van
Donizetti's meesterwerken te hooren. Men
mag dan Lucia di Lammermoor, of de Regi
mentsdochter kennen, voor de „opera buf-
fa" is er niet zoo licht de gelegenheid. Voor
dit geestige genre (dat natuurlijk voor Pa
rijs werd geschreven, juist honderd jaar ge
leden) komt heel wat kijken om het tot zijn
recht te brengen. Nu is de Ned. Kameropera
zoo fortuinlijk, voor de vrouwenrol twee
voortreffelijke vertolksters te vinden, n.l.
Tops v. d. Berg en onze stadgenoote Corry
Bijster; voor de Haarlemmers was het een
vreugde, de laatste thans ook in een speel-
rol te kunnen bewonderen. Voorts heeft het
ezelschap den lyrischen tenor Chris Ta
verne, wiens week zanggeluid doet denken
aan de viola da gamba.
In geen zijner opera's was het Donizetti te
doen om de muzikale weergaven der drama
tische situatie, en allerminst in Don Pas
quale. Wij Minden veeleer een rijkdom aan
schoone melodieën, als illustratie eener le
vendige handeling. Maar die muziek, en de
wijze, waarop zij wordt aangewend, stelt
ruimschoot schadeloos, al mag 't dan zijn,
dat er ook wel iets uit Rossini's Barbiere is
overgegaan in Don Pasquale. En met die
schoonheid aan melodieën houdt gelijken
tred de instrumentatie. In den dirigent Wim
Quispel vinden wij een jong kunstenaar, die
alle geheimen der partituur grondig kent, en
die de muziek doet opbloeien in jeugdige
frischheid. De ensemble's, de koren, hij had
ze volledig in zijn macht, en zoo kwam het
tot een uitvoering, die den indruk wekte als
of deze veeleischende muziek de meest ge
makkelijke zaak ter wereld was.
De rol van Norina, het weeuwtje, was dan
toebedeeld aan Corry Bijster, die van den
jongen Ernesto werd vervuld door Chris Ta
verne, en beiden gaven elkaar in schoonheid
van klank (de tuinscène!) en in levendig
bewogen spel niets toe. Anton Eldring als
Pasquale, Anton van Heyningen als Mala-
testa waren als resp. bas en bariton even
eens rivalen. Ook de niet genoemde Notaris
voldeed zeer, en het huispersoneel, dat een
respectabel koor vormde, kende de partijen
perfect. Hoe jammer dat 't in 't slot der der
de acte, al is de tuinscène (in zijn bijzonder
mooie styleering) ook nóg zoo interessant,
niet nog eenmaal opkomt om in een groot-
sche finale het geheel te bekronen. De Duit
sche bewerking, hier gevolgd, danken wij
aan niemand minder dan den Duitschen
dichter Julius Otto Bierbaum, waardoor
het bezwaar der vertaling zich zoo goed als
niet deed gevoelen. Wij hopen en vertrou
wen, dat de Ned. Kameropera hier nog een
maal met dit werk, dat meerdere open doek
jes kreeg, moge terugkeeren.
G. J. KALT.
HET ZENDEN VAN PAKJES.
De posterijen slaken een noodkreet. Sinter
klaas is in aantocht en dat beteekent voor de
paketpost altijd een drukke tijd. Dien drukken
tijd is men altijd te boven gekomen, maar als
het publiek zich dit jaar niet matigt moet ge
vreesd worden, dat de krachten bij het P.T.T.
te kort schieten. Want het aantal werkkrach
ten is in dit bedrijf als overal elders, beperkt
en er is schaarschte aan allerlei materiaal
Dat is op zichzelf al moeilijk genoeg. Wanneer
men daarbij bedenkt, dat in 1939 5V2 millioen
pakjes werden geëxpedieerd, doch dat dit
cijfer in 1942 tot IIV2 millioen was opgeloopen
en dat Sinterklaas bij de posterijen een toene
ming der werkzaamheden van 10 tot 13 be
teekent is iedere verdere toelichting over
bodig.
Daarom: men verzende omstreeks Sinter
klaas niet meer dan hoog noodig is.
Volksconcert der H.O.V.
Het Residente-Orkest o.l.v. Toon Verhey.
Verhey begon met de Derde van Brahms.
En er kwam over het orkest een strakheid,
een stevigheid en een nadrukkelijkheid, die
wij van de Hagenaars, sinds Peter van An-
rooy's aftreden, niet meer zoo gewend zijn.
Alleen het saxophoon-achtige tremoleeren van
de fagot paste niet bij deze herinnering. Ove
rigens komt Verhey de gereputeerde Brahms-
traditie van Van Anrooy zeer veel nabij; en
met wat een zorg, uit diepe overtuiging ge
kweekt, hij dit symphonisch werk behandelt,
weten wij maar al te goed uit den tijd, toen
hij het met zijn zooveel zwakker bezette H.O.
V.-orkest met voorliefde liet hooren en hij de
Haarlemmers nader bracht tot de werkelijke
schoonheden van deze vaak stugge partituren
Maar die zorg van den dirigent kon niet ver
hinderen, dat een hoornist (wij vernamen na
derhand dat het een plaatsvervanger was, we
gens ziekte van een orkestlid) door zich te
vertellen, het ensemble eenige maten in de
war bracht. Maar, dit ongelukje daargelaten,
werd de symphonie markant en correct ge--
speeld.
Rucky van Mill was soliste in de Variations
Symphoniques van César Franck. Tot een
volkomen beheerscht samenspel met het orkest
kwam het niet, maar een goede belofte was
het zeker. Wat er aan bewustheid en kern
achtigheid nog aan ontbrak, zal de podium
routine zonder twijfel gauw aanvullen, gezien
haar onbetwistbare technische kwaliteiten en
de expressieve hoedanigheden van haar voor
dracht.
Verhey besloot met een brillante herschep
ping van Strauss' Till Eulenspiegel. Met dit
virtuose orkeststuk toonde hij niet enkel zijn
groote gaven als dirigent, maar schonk ons
het genot dit merkwaardige opus in al zijn
spiritueele kracht en verrassende klankcom
binaties te hooren en tevens de capaciteiten
van het Residentie-orkest een doorslaande
kans te geven. JOS. DE KLERK.
Uitreiking distributiebescheiden.
Voor de uitreiking van distributiebeschei
den is het morgen Donderdag de beurt aan
het restant van de letter V vanaf Vit en Wa
t/m Wen
VIER LITURGISCHE DIENSTEN IN
BEGIJNHOFKAPEL.
Op Zaterdagen 27 Nov., 4, 11 en 18 Dec.
worden, des avonds van halfnegen tot
kwart over negen, vier liturgische advents-
diensten gehouden in de Begijnhofkapel.
Oude en nieuwe liturgische muziek wordt
ten gehoore gebracht: ds. G. W. van Deth
houdt een korte meditatie. Het Liturgisch
Koor van de Begijnhofkapel verleent me
dewerking.
Leidsch kleedingmagazijn krijgt
50000 boete.
Als in het kleedingmagazijn De Faam te
Leiden na het beëindigen van de dagtaak
de kas werd opgemaakt, haalde de cassière
uit een apart vakje een niet onbeduidende
som geld en een stapeltje prijskaartjes van
de op dien dag verkochte artikelen. Op de
prijskaartjes stonden twee bedragen: het eene
was de juiste prijs, die voor het kleedingstuk
berekend mocht worden, het andere bedrag
was de prijs, dien de verkooper of de ver
koopster er voor hadden gemaakt. Het spreekt
vanzelf, dat het laatste bedrag altijd hoo-
ger was. Het personeel, dat voor het binnen
komen van deze extra gelden zorgdroeg, kreeg
daar aanvankelijk niets van. Ter aanmoedi
ging werd daarna een uitkeering van tien
procent uit het potje gegeven
Onvoorzichtigheid met een prijskaartje had
tengevolge, dat een klant den juisten prijs
zag. De prijsbeheersching, die er in gemengd
werd, haalde zonder eenige moeite nog neven
tig van deze gevallen van recenten datum
te voorschijn. Het bleek, dat deze zeventig
klanten ruim zeventienhonderd gulden boven
den vastgestelden prijs hadden betaald, het
geen neerkomt op ongeveer 25 gulden per
klant. Het zal dezen menschen plezier doen
te vernemen, dat zij het te veel betaalde dezer
dagen van de firma terug zullen ontvangen.
Dit namelijk gelastte de inspecteur voor de
prijsbeheersching bij zijn strafbeschikking,
waarbij het kleedingmagazijn voorts veroor
deeld werd tot vijftigduizend gulden boete.
oordat de vraag zóó groot
is, dat wfl niet voldoende
kunnen produceeren, zijn
TEELETTEN dikwijls uit
verkocht. - Maar als U ons
naam en adres van uw winke
lier opgeeft, zullen wij trach
ten ze U toch te bezorgen.
Chefaro Kelleweg 8 Rotterdam
SPORT EN WEDSTRIJDEN
Boksen.
HESSELS EN DEYS WINNEN IN DEN HAAG.
In het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen
te Den Haag werden Maandagavond wedstrijden
voor amateurs gehouden, waaraan enkele Haar
lemmers deelnamen. Hessels bokste tegen den Ha
genaar Van den Berg en won op punten in een
partij, welke op hoog peil stond. Hij was er beter
in dan Woensdag j.l. Maandag a.s. komt Hessels
in Amsterdam uit tegen Buschen en op 28 Decem
ber zal hij tegen een nader aan te wijzen tegen
stander in het Haarlemsche Concertgebouw uit
komen. F. Deys boekte even'eens een fraai succes
door van J. Oerlemans (Den Haag) te winnen. B.
Brouwer, een der drie gebroeders uit deze fami
lie kwam tegen G Beumer (Den Haag) uit en
verloor op punten.
Korfbal
FRAAIE PRESTATIE VAN HAARLEM.
Oosterkwartier leed 'n zware nederlaag tegen
Blauw-Wit en verloor met 7-2, waardoor Bl.-
Wit voor het eerst won. Aanvankelijk zag het
er niet uit, dat de nederlaag zoo groot zou
worden en vooral in de eerste helft van den
wedstrijd was de verhouding in het veld on
geveer gelijk. De rust brak dan ook aan met
een kleine 2-1 voorsprong voor Blauw-Wit. W.
v. d. Linden doelpuntte voor Oosterkwartier
tegen. Na de rust domineerde Blauw-Wit in
alle vakken en voerde den stand tot 7-2 op.
Ook het tweede doelpunt van Oosterkwartier
werd door v. d. Linden gemaakt.
Oosterkwartier 2 deed het beter, en bleef
door een 5-3 overwinning op Koog Zaandijk 2
ongeslagen. Haarlem won in een goed ge
speelden wedstrijd met 40 van Luto 2 te
Amsterdam. Voor de rust was Haarlem het
meest in den aanval, 'hetgeen zij door twee
doelpunten van mej. Huystee uitdrukte. Zelfs
kon Muns dezen voorsprong nog tot 3-0 opvoe
ren. Na de rust was Haarlem wel sterker,doch
het bleef slechts bij een doelpunt van Muns.
Watervliet won met 8-1 van Fortuna. Deze
overwinning stond reeds na 20 minuten spe-
iens vast, toen Velthuys en Broekema ieder
tweemaal hadden gedoelpunt (4-0). Rust brak
aan met 5-1. Slechts aan de omstandigheid
van slecht schieten was het te wijten, dat deze
stand tot 8-1 na de rust werd opgevoerd.
Gymnastiek
Wedstrijden K. T. K. Als slot van het
November-programma werden Zondag in
het gebouw aan de Badhuisstraat persoon
lijke wedstrijden voor heeren gehouden on
der leiding van den heer Bischot. De wed
strijd betrof tevens het diploma Bondstur-
nen le. 2e en 3e klasse en het Kringdiploma
3e graad. Van de 6 0 turners waren er 4 5 op
gekomen van wie 27 een diploma behaalden,
een resultaat dat merkwaardigerwijze beter
was dan vorige weken bij de dames. De
kwaliteit bleek bij de turners dan ook sinds
vorig jaar gestegen te zijn. Wel moesten door
de omstandigheden vele bekende turners
verstek laten gaan. Daardoor was de le
klasse slechts met 3 man bezet, waartegen
over stond, dat de 2e klasse èn in aantal èn
in hoedanigheid een beter figuur sloeg dan
vroeger. De uitslagen waren als volgt: Eer
ste klasse: 1. J, Roodenburg (Bato)2, A. v.
Zadel (BGV) 3. K. IJspeerd (Bato). Al deze
kwamen in het bezit van het Bondsdiploma.
Tweede klasse. 1. J. W. v. Houten (Bato)
en H. Thomas (Turnlust B.), 2. J. Los
(Turnlust B), 3. S. Klees en K. Leguit
(Turnlust B), Verder ontvingen een diplo
ma: C. Dingier (Turnlust B.), H. Los (id.).
L. Visseher (id.), J. de Kruif (Bato), A.
Castens (id.) en P. Munter (SSH).
Derde klasse: 1. A. Tuijn (Turnlust B.) en
N. Tuijn (id.), 2. J. W. Los (Turnlust B).
Deze drie brachten het tot een diploma.
Derde graad: 1. J. de Graaf (Sparta), 2.
C. Wilder (OSS) 3. C. Kok (Concordia) en
N. Kuijt (Turnlust B). Een diploma kregen
ook W, Pardoen en H. Wernik van Concor
dia; IC. Akkerman en B. v. Eugen van Turn
lust B„ H. Hooggreef en H. Kraaij van Turn
lust H.
Wedstrijden Bato. Bato hield wedstrij
den voor al haar afdeelingen, behalve die
voor de heeren. welke later aan de beurt zijn.
Bij de dames van de eerste afdeeling ging
de strijd hoofdzakelijk tusschen de oud
kampioenen van den Kennemer Turnkring,
de dames T. Martensv. Leeuwen en C.
Swart, die in puntental ver boven de overi
gen kwamen. Ondanks deze zware mededin
ging wist mej. Swart evenals vorig jaar te
winnen, zij het met klein verschil.
De uitslagen luidden: Dames. Eerste af
deeling. 1. C. Swart, 2. T. Martens-v. Leeu
wen. Tweede afdeeling: 1. D. Martin, 2. E.
Lans. Derde afdeeling: 1. E. Sigerist, 2. H.
Eekhout en B. Wijkhuizen. Vierde afdee
ling A: 1. J. Veenstra, 2. M. v. d. Woude.
Vierde afdeeling B: 1. P. Pels, 2. G. Otter.
Oudste meisjes. Eerste gelid: 1. R. Jon
ker. Tweede gelid: 1. H. v. Deventer. Derde
gelid: 1. A. Moerwijk. Vierde gelid: 1. J.
Brandenburg.
Jongste meisjes. Eerste gelid: 1. L. v. d.
Meer. Tweede gelid: 1. W. Timmer en B.
Bengeling. Derde gelid: 1. A. Castens. Vier
de gelid: 1. G. V. Asten.
Jongens: Eerste gelid: 1. G. Smal. Tweede
gelid: 1. J. Smal. Derde gelid: 1. H. Schuur
man en M. Konings. Vierde gelid: 1. P. v.
Amstel.
Bonds-keu ruit voering. Het Ned. Gymn.
Verbond heeft den Kennemer Turnkring ver
zocht de organisatie op zich te nemen van
een volgenden zomer in de openlucht te hou
den Bonds-keuruitvoering, waaraan de Ne
derlandsche kampioens-vereenigingen deel
zullen nemen.
RADIO.PROGRAMMA
DONDERDAG 25 NOVEMBER 1943.
HILVERSUM I, 414.4 M.
6.45 Nederlandsche Volksliedjes. 7.00 BNO Nieuws.
7.10 Ochtendgymnastiek. 7.15 Gramofoonmuziek.
7.50 Programma overzicht. 8.00 BNO Nieuws. 8.10
Alois Melichar dirigeert. (8.458.50 Voor de huis
vrouw). 9.00 Licht orkestconcert. 9.45 Godsd. uit
zending. 10.00 Amusementsorkest en gram.muz.
11.00 Gestalten van heden. 11.15 Fluit en piano en
zang en piano. 12.00 Almanak. 12.15 Theo Uden
Masman. 12.45 BNO Nieuws. 13.00 Land en volk
brengt13.05 Septet Jonny Ombach. soliste en
Trio Jan Hofmeester. 14.00 Nederlandsche wer
kers in het Oosten. 15.00 Bariton en piano. 15.30
En hier is de koffergramofoon. 16.00 Zigeuner-
spel en orgelspel met zang. 16.45 BNO Nieuws.
17.00 Musette orkest. 17.30 Nieuw in een notedop
17.40 Kurt Hohenberger en Eduardo Bianco met
orkesten. 18.00 BNO Persoverzicht. 18.05 Koren en
aria's uit Italiaansche opera's. 18.45 Brandende
kwesties. 19.00 BNO Nieuws en actueele beschou
wing. Van 19.15 af alleen voor de Radio-Cen
trales. 19.15 Concertgebouworkest cn soliste. 20.05
Cornelis-Drebbel luisterspel. 20.30 Concertge
bouworkest. 21.10 Pianovoordracht. 21 50 Onbe
kend maakt onbemind. 22.00 BNO Nieuws en cul-
tureele berichten. 22.15 Harmonie-orkest-concert.
22.50 Die Wiener Sangerknaben. 23.1524.00 Sere
nades voor Strijkorkest.
HILVERSUM II, 301.5 M.
17.00 Klassieke trio's en kwartetten. 17.40 Vier
èrnste Gesange, Bach. 18.00 Aan den lichten kant.
19.00 BNO Nieuws en actueele beschouwing. 19.15
Voor de kleuters. 19.20 Orkest Malando, en gram.
muz. 20.15 Zwervend door Brabant. 20.30 Dertig
minuten met Franz Schubert. 21.00 Zangkwartet.
21.45 Avondwijding.
Verduisteren: van 16.45 tot 8.00 uur