BUITENLAND.
BINNENLAND.
GROOT-BRITTANNIE.
Een heftige twist is tusschen Par-
nell en O'Donnell, den grootsten
schreeuwer van de Iersche fractie in
het Lagerhuis, uitgebroken. Parnells
orgaan noemt den afgevaardigde
van Dungarvan een hansworst, die
wel geestig is, maar dien niemand
ernstig opvat. In den laatsten tijd
heeft hij van zijn voorrecht als grap
penmaker misbruik gemaakt om
«met giftige wapenen te spelen en
verraderlijk te wonden.» De twist
is ontstaan naar aanleiding van een
voorstel van den heer O'Donnell,
een Iersch parlement te Dublin bij
een te roepen zonder Engelands goed
keuring af te wachten.
DU1TSCHLAND.
Na de invoering der wet op de
kustvaart is de vraag gerezen, of
buitenlandsche lichterschepen op de
rivieren moeten worden toegelaten.
Verschillende kamers van koophan
del, zoo verneemt de Elb. Zeitung
hebben op die vraag een bevestigend
antwoord gegeven, o. a. die van
Oost-Friesland en Papenburg, voor
zoover betreft de toelating van Ne-
derlandsche lichterschepen op de
Eems. Er moet zoo luidt het in
haar rapport wel degelijk onder
scheid worden gemaakt tusschen
lichterdiensten en de vrachtvaart
tusschen twee Duitsche havens. De
kustvaart is gegrond op een geheel
op zichzelve staande transactie over
goederen tusschen twee Duitsche
plaatsen, waarbij, afgescheiden van
het eventueel daarmede in verband
staande vervoer te land, het bedrijf
der kustvaartuigen een integreerend
hoofdbestanddeel der geheele onder
neming uitmaakt. Daarentegen is het
werk der lichterschepen altoos iets
toevalligs, onverschillig of het wordt
verricht wegens feitelijken nood
(stranding), dan wel omdat de diepte
der haven niet toereikend is voor
dien diepgang van het hoofdschip.
De lading aan boord van het laatst
genoemde vaartuig is het voorwerp
der eigenlijke transactie, en de kust
vaart wet slaat dus alleen op den
aard der reis van dat schip. De
werkzaamheden van een lichterschip
staan vrij gelijk met het werk van
een veerman, die zorgt voor het
overbrengen der goederen van en
naar de kade. Even als die man doet
de lichter dienst tusschen twee pun
ten in ééne en dezelfde haven. Het
belang van het verkeer vereischt
ten stelligste de toelating van lich
terschepen. Van bestrijding eener
concurrentie der buiten! schippers,
mag ten opzichte van die vaartui
gen geen sprake zijn. Het is nog
niet bekend, zegt de correspondent,
of de regeering met deze zienswijze
instemt, en er dienovereenkomstig
instruction zijn gegeven aan de
autoriteiten, die met het toezicht op
ie uitvoering der genoemde wet
zijn belast.
ZWITSERLAND.
Het te Bern gehouden congres
van het «Internationale Verbond voor
vrede en vrijheid» heeft motiën aan
genomen, waarbij1. de onzijdig-
verklaring van Denemarken, Zweden
en Noorwegen alsmede van den Do-
oau voor dat gedeelte der rivier het
welk zich beneden de IJzeren Poorten
bevindt, noodig wordt verklaard; 2.
Ie wensch wordt uitgesproken, dat
in de Donau-commissie al de oever-
lat zij het niet waagde, hare oogen
weer tot hem op te slaan.
Niet te huis? herhaalde
von Loneck. Dat spijt mij zeer.
3-aarne had ik hem van avond ge-
rien; ik heb mij daartoe nog eene
.ange wandeling getroost. Wilt gij
nij toestaan te wachten tot hij te-
•ug komt?
Zij keek eerst een weinig ver
egen rond, maar begreep wel spoe-
lig, dat het toch onmogelijk was
)in neen te zeggen. Ook scheen het
laar eenigszins te streelen, dat haar
rader zulk een deftig bezoek ontving.
Gij kunt wachten, mijnheer,
ndien het u aangenaam is, zeidé
nj, maar ik weet volstrekt niet,
vanneer mijn vader tehuis komt.
Indien gij het veroorlooft, dan
vil ik dat er maar op wagen,
:eide hij.
Hij zette zich neder op de bank,
[ie het dichtst aan de zee stond,
rroote golven rolden naar het strand,
staten op den voet van gelijkheid
mogen vertegenwoordigd zijn. Af
schrift dezer besluiten zal aan al de
regeeringen en wetgevende lichamen
in Europa en Amerika gezonden
worden.
KAAP DE GOEDE HOOP.
Het bericht, dat het gouvernement
van Natal aan Cetewayo een ulti
matum heeft gezonden, waarin wordt
geëischt, dat hij zich met zijne vol
gelingen aan den Engelschen com
missaris te Ekove zal overgeven,
wordt uit Durban tegengesproken.
Haarlem, 22 Sept. 1883.
Gisterenavond opende de Haar-
lemsche Mannen-Zangvereeniging
«Crescendo» op waardige wijze het
seizoen voor de kunstavonden, met
een concert ten voordeele der noodlij
denden in onzen Indischen Archipel.
En om dit schoone doel, èn om
het schoone, waarop deze jeugdige,
krachtige Vereeniging haar publiek
weet te onthalen, had de groote
muziekzaal der societ. «Vereeniging»
bijna te klein doen worden voor de
talrijk opgekomenen.
't Was een schoone avond!
«Crescendo» zong uitstekend, niet
het minste in Sauls Lierzangvan
Gevaert en in het slotnommer ÏLgmne
an die Musikvan Lachner. Wat het
stuk Columbusvan den energieken
Directeur, den heer N. H. Andriessen
betreft, het geheel maakt een treffen-
den indruk, vooral in de koren. De
solo's wilden ons minder bevallen.
De slotstrofen evenwel waren over
weldigend.
HetLandLand en het Hallelujah
zijn uitstekend gedacht.
De beide solisten, de Heeren E.
Blauwaert en J. J. Rogmans, zijn
oude bekenden. Bij hun optreden
merkte men al dadelijk, dat zii hoog
bij ons Haarlemmers staan aange
schreven.
Daverende applaus dankten beide
heeren voor hun schoonen zang.
Verbazend is het geheugen en de
techniek van den heer C. Andries
sen Jr.
De door hem voorgedragen Hoch-
zeitmarsch und Elfenreigenvan
MendelssohnLiszt doen ons ver
wachten, dat hij op muzikaal gebied
eenschoone toekomst te gemoet gaat.
Een schoon programma, prachtig
uitgevoerd, een ruime bijdrage tot
leniging van veel lijdens, zietdaar
het doel dat «Crescendo» gisteren
volkomen heeft bereikt.
Gisteren zijn alhier aangekomen
een 50-tal ingenieurs, meest Fran-
schen. Zij bezichtigden de Groote
Kerk, het museum op het raad
huis, de Haarlemmermeer en de
havenwerken te IJmuiden, bege
leid door jhr. Van de Poll, dijk
graaf van den Haarlemmermeer
polder.
Z. M. de Koning heeft gisteren
middag te 5 ure de commissie uit
de Eerste Kamer ontvangen, belast
met de overhandiging van haar Adres
van Antwoord. De commissie met
den voorzitter der Kamer aan haar
hoofd, werd met het gebruikelijk
ceremonieel naar- en van het Paleis
geleid
De Koning en Koningin hebben
gisterennamiddag met den hertog
en de hertogin ran Albani een rij
toer gedaan in open landauer door
de wind was frisch en de zon scheen
helder op de zee en op den groenen
heuvel aan het strand. Een gevoel
van teederheid, van geluk, kwam
over hem, zooals hij het nog nooit
had gevoeld.
Eenige minuten zaten beiden stil.
Hilda hief hare oogen niet van haar
werk op en hij verwonderde zich
er over, dat de tegenwoordigheid
van een meisje, hem zoo overweldi
gen kon. Niemand had zeker een
duidelijker gevoel van eer dan Erwin
von Loneck, maar zonder dat hij
het vermoedde, drong de zoete gloed
der liefde binnen en nestelde zich.
in zijn hart, voor hij wist, dat zij
aanwezig was.
Ik hoorde u verleden Zond.ag
in de kerk zingen, zeide hij. -- Ik
woon voor eenigen tijd in#de buurt.
Gij hebt eene wonderbaarlijk fraaie
stem, ik was er totaal door verrukt.
Ik houd veel van muziek.
gaf zij ten antwoord, en zing
de stad, het bosch en door Scheve-
ningen.
Een oppassend jongman, 25 jaar
oud, afkomstig van Assendelft, is
gisteren door een baggermolen onder
Spaarndam zoodanig verwond, dat
hij, naar het gasthuis te Haarlem
overgebracht zijnde, heden aan de
gevolgen is overleden.
Onze Haagsche correspondent
seint, dat het bericht der Belgische
bladen, omtrent een tolverbond dat
tusschen België en Nederland geslo
ten zou worden, geheel en al onge
grond is. Alg. HM.
Eergisteravond is door de com
missie van de Vde sectie der Ten
toonstelling (congressen en voor
drachten) eene soiree gegeven, die
door vele congresledeu met hunne
dames werd bijgewoond. Ook de Chi-
neeschegezantenzijnegemalinwaren
tegenwoordig. De zalen van den heer
Couturier, waar dit feest gegeven
werd, en die zich voor zulke gezel
lige bijeenkomsten zoo bijzonder goed
leenen, waren keurig versierd.
Er heerschte een prettige stemming
en ten slotte werd gedanst. Men
scheidde onder den indruk, dat de
commissie genoegen had van de
moeite die zij zich gaf, om den
vreemdelingen en den van buiten ge
komen congresleden aangenaam te
zijn.
Door bemiddeling van de Ne-
derlandsche Handelmaatschappij, is
gisteren weder f 16,000 overge
maakt aan de plaatselijke Commis
sie te Batavia, voor de ramp op
Java, in het geheel derhalve ƒ153000.
Schiedam. Alhier zijn Don
derdag onteigend om te worden af
gemaakt, als verdacht, van long
ziekte, 23 runderen, als: 13 van J.
Hoogeboezen, 5 van T. Van der Burg,
4 van J. Van Berkel en 1 van K.
Van Heyningen, alle veehouders
alhier.
Rotterdam. De firma Chabot
en Andres alhier, heeft voor het uit
zoeken van koffie reeds 400 werk
sters in dienst, welk getal zij zich
voorstelt in een nieuwe fabriek op
het Noordereiland aldaar tot het
dubbele uit te breiden. Met 1 Oct.
treedt de nieuwe fabriek in werking.
Gedurende de pokken-epidemie heb
ben de heeren Chabot en Andres al
hun arbeiders laten vaccineeren, met
re vaccineeren, met het gunstig ge
volg, dat onder die werksters na die
vaccinatie geen enkel geval van
pokken voorkwam. Thans wordt
niemand meer, zonder voldoend be-!
wijs van inenting, aangenomen.
Utrecht. Op het perron van
het station Oosterspoor heerschte
gisteren ochtend eene ongewone
drukte, veroorzaakt door de giste
ren avond hier bekend geworden
tijding, dat de Noordpoolvaarders
zouden arriveeren. Dientengevolge
hadden tal van belangstellenden,
vrienden en familieleden, alsmede
verschillende autoriteiten, zich op
't perron verzameld, terwijl in de
stad in verschillende huizen den
driekleur was uitgestoken.
Bij aankomst van den trein, ver
drong men zich als 't ware om den
koenen reizigers reeds dadelijk bij
hunne aankomst, het welkom toe
te roepen en hun de hand te druk
ken. Uit den trein stapten ook
mevr. Snellen, die haren echtge
noot, en de heeren Volck, Van Has
selt en Kramps, die de leden der
expeditie in 't algemeen waren
tegemoet gereisd. Zooals men weet
bestond deze expedite uit: staf: aan-
gaarne, het is het eenige genoegen
in mijn leven. Ik vergeet al het
andere als ik zing.
Is er veel in uw leven, dat gij
gaarne wilt vergeten? vroeg hij.
In zulk een jong leven als het
uwe zal toch wel niet zooveel te
vergeten zijn.
Hare gedachten dwaalden naar
Freia. Niemand in de geheele wereld
had zooveel te vergeten al juist zij.
Ik. weet het niet nauwkeu
rig, antwoordde zij, er zijn
dingen, waaraan ik gaarne minder
zou denken, als ik er maar toe in
staat was.
Ik had niet gedacht, dat gij eenig
verdriet in uw leven ondervonden
hadt. Gij zijt jong en op uw gelaat
ligt de geheele vroolijkheid der
jeugd.
Zij glimlachte blozend, toen zij
in zijne oogen zag, die vol bewon-
dering op haar rustten.
Daarop sprak hij met haar over
voerder dr. Maurits Snellen; luit.
ter zee L. A. II. Lamie; genees
kundige: H. J. Kremer, arts; J.
Mar. Ruys; H. Ekema, beidde doc
torandi. Hulppersoneel: timmerman:
Svend Pedersen (reeds te Dront-
heim, zijn woonplaats aan wal ge
zet); machinist en apotheker A. A.
D. Van Dolder; kok en bakker:
J. De Bruin; stuurman: C. M. Beut-
ler; stoker en matroos: J. B. Stap
per.
Te midden van den drang van
menschen kwam men in de vesti
bule van het station, waar de ex
peditie zich in een kring plaatste
en haar door prof. Buys Ballot het
welkom nogmaals werd toegeroe
pen.
Een driewerf hoera volg'de op
zijne toespraak, en toen de noodige
stilte weder was gekomen, trad dr.
Snellen voor en betuigde zijn har-
telijkeu dank voor de woorden, tot
hem en zijne volgelingen gericht,
«'t Is waar», zoo sprak hij, «niet
altijd was onze taak gemakkelijk,
maar wij waren daar eenmaal, en
hebben toen ook getracht om zoo
veel mogelijk te doen. Maar alle
moeite en alle gevaar zegt niets
meer, nu wij zulk eene schitteren
de belooning zien in de bewijzen
van sympathie, die ons allerwege
gebracht zijn. In Noorwegen, in
Denemarken, in Duitschland, over
al waar wij kwamen, werden ons
bewijzen van sympathie gebracht,
maar zooveel belangstelling als hier
zagen wij nergens. «Als chef der
expeditie rest mij,» sprak de heer
Snellen verder, «hier nog een plicht.
Eindelijk mannen! zijn wij hier
weder thuis, in de stad van ons
meteorologisch observatorium. On
ze taak is hiermede afgeloopen.
Hebt allen dank voor de toewijding
die gij aan de taak, u toevertrouwd,
gebracht hebt. En hiermede ont
bind ik de expeditie!»
Opnieuw een herhaald gejuich,
terwijl men zich daarna naar buiten
begaf, waar rijtuigen gereed ston
den, om de leden der expeditie
daar 't observatorium te brengen.
De meesten echter verkozen een
voetgang boven een rit, omdat zij
zich zoo gaarne wilden bezig hou
den met hunne betrekkingen, die
zich mede daar vereenigd hadden.
Van 't verhandelde in het ob
servatorium valt weinig mee te dee-
len. Dit bepaalde zich hoofdzake
lijk tot eenige huishoudelijke zaken
en financieele aangelegenheden.
De leden der expeditie zagen er
allen flink en krachtig uit.
Zoowel uit de kern der burgerij,
als uit de geleerde en kunsttenaars
wereld, zoo hier als elders hebben
zich reeds op dit oogenblik ruim
60 personen aangemeld tot deelne
ming aan het huldebetoon aan onze
Noordpoolreizigers en aan de hee
ren prof. Buys Ballot, Gamél en
Volsk, dat Zaterdag 29 Sept. e, k.
in de zalen van het park Tivoli
alhier zal plaats hebben. (U. D.)
In zake de bekende treurige
baldadigheden op het Munsterkerk
hof alhier, wordt ons medegedeeld,
dat de stukken door de rechtbank
in raadkamer zijn onderzocht en
daarna aan den rechter van instructie
teruggezonden met bevel, een onder
zoek in te stellen naar een gebleken
contradictie in de beide rapporten
van de geneeskundigen. De heeren
Talma en Brondgeest moeten in hun
rapport tot een voor de studenten
zeer bezwarende conclusie komen.
{N. v. d. D.)
de plaats, over de zee, over haren
vader en was verrukt over het vuur,
waarmede zij van hem sprak. Toen
hare bedeesdheid een weinig gewe
ken was, sprak zij openhartig met
hem, zoodat haar geheel vriende
lijk, opofferingsgezind gemoed voor
hem open lag. Zij vereerde haren
vader en het was treffend, haar over
hem te hooren spreken. Zijne onte
vredenheid, zijne bittere natuur, zijne
lichtgeraaktheid, niets kon hare ver
eering van haren vader verminde
ren: zij was er van overtuigd, dat
alles, wat haar vader zeide, op goede
gronden steunde. Het was zeer be
grijpelijk, dat hij zich gekrenkt ge
voelde, de wereld was ook meer dan
wreed jegens hem.
Wie zijnen vader zoo bemint
als zij het doet, dacht Erwin von
Loneck, die moet toch een goed
hart bezitten.
Hij vertelde haar van de schilderij
op di tentoonstelling; het deed haar
Dr. Johannes van Vloten.
Heden middag overleed, na een
korte doch hevige ziekte. Dr. Johan
nes van Vloten. Zijn afsterven is
voor Haarlem een groot verlies.
Niet talrijk zijn de mannen, zooals
hij er een was. Degelijke kennis
en groote wetenschap gaan zelden
gepaard met een zoo onvermoeide
werkkracht, als hij bezat. Hij leefde
meer voor anderen, dan voor zich
zelf, de vruchten van zijn onderzoek
hield hij niet onder zich. De Vader-
landsche studie, vooral die van de
Geschiedenis van ons Volk en onzer
Letterkunde, heeft veel aan hem te
danken. Hij heeft èn op dit,èn op ander
gebied veler gezichtskring verruimd.
En wat hij wist, en wat hij vond,
stond anderen ten dienste. Hij was
vrijgevig met zijn kennis, en onuit
puttelijk in hulpvaardigheid. Niet
alleen geleerden stond hij ter zijde
bij hun onderzoek, maar hij wist
verborgen talenten op te merken en
voort te helpen op den goeden weg.
Menig ontwikkeld man in Nederland
en daar buiten, dankt wat hij ge
worden is aan van Vloten's scherpen
blik, aan van Vloten's behulpzame
hand.
Maar hij was meer dan een man
van wetenschap en kennis. Hij was
een man met een edel hart en een
krachtig karakter. Pal stond hij voor
zijne overtuiging, zonder aanzien des
persoons. Hij ging recht af op zijn
doel, schuwde omwegen en kleine
middelen. Dubbelhartigheid was
hem een gruwel. Een dapper strij
der voor al wat goed is en schoon,
een heftig bestrijder van laagheid,
halfheid en vooroordeel, een man,
die wist wat hij wilde, en deed wat
hij zijn plicht achtte te doen, zie
daar Van Vloten. Zoo heb ik hem
gekend ruim dertig jaren lang. Zoo
was hij en zoo bleef hij onder alle
wisselingen van het lotsteeds de
zelfde trouwe vriend, dezelfde hulp
vaardige geleerde, dezelfde scherpe
opmerker van alles wat rondom
hem geschiedde, dezelfde krachtige
ij veraar voor alles, wat strekken
kan tot de bevordering der belan
gen van maatschappij, van staat
en van stad. Zijn werkkracht is
slechts door den dood gestuit; wèl
heeft hij gedaan zoolang er adem
in hem was. Zijn afsterven is een
groot- verlies voor Haarlem. Om niet
te spreken van de velen, die hij
steunde en voorthielp met raad en
met daader ging kracht van hem
uit, hij wist aan te prikkelen tot
een nieuw leven, het oog te vestigen
op wat versleten was en aan te wij
zen, wat leiden moet tot het bereiken
van een hooger standpunt. Zijn stem
zullen wij niet meer hooren, zijne
pen ligt roerloos. Maar zijn werk
zal blijven, de kracht die van hem
uitging zal voortwerken. Een nieuw
geslacht zal voortbouwen op de
grondslagen, die hij legde. Een voor
ganger op den goeden weg sterft
nimmer. Hij blijft leven in gezegend
aandenken.
Haarlem21 Sept. 1883.
R. H. J. Gallandat Huet.
GEMENGD NIEUWS.
Te Hivre is Maandag brand
ontstaan aan boord van het schip
Florida, van Liverpool, dat, met
6000 vaten naphtha geladen, daags
te voren van New-York was aan
gekomen. Gelukkig was het meeren-
deel der bemanning niet meer aan
boord, toen 's middags te 12 ure een
ontploffing zich d-v»d hooren gelijk
aan het, gebulder van een groot stuk
geschut. Het dek vloog in splinters
en van het schip was niets te red
den. De kok werd levend verbrand.
veel genoegen daarvan te hooren
en zij vertelde hem hoe het gekomen
was. Een kunstenaar, die door Goll-
nitz kwam en schetsen maakte, had
haar op deze bank voor het huis
gezien en haren vader verzocht, haar
te mogen afteekenen. Dat haar por
tret zooveel opzien gebaard had,
wist zij niet. Hij vertelde haar alles,
wat hij daarvan wist.
Gij schijnt geheel van de we
reld afgesneden te zijn, zeide hij,
toen hij hare verrassing bespeurde.
Daarop vertelde zij hem van haar
werkzaam leven. Hoe zij het ook
mocht aanleggen, zoo vertelde zij,
de dagen waren voor haar steeds
kort.
Wordt vervolgd.)