verschillende zijden tal van J>e wij zen
van belangstelling ten deel vielen.
Heerlijk weder begunstigde
heden het zendingsfeest te Boeken*
rode. Het geheel leverde dan ook een
aangenaam, hartverheffend schouw
spel op en wanneer men zich onder
de talrijke aanwezigen bewoog, werd
dien indruk nog verdubbeld door
het degelijke en indrukwekkende
van het feest, niet veel in deze om
gevingen voorvallende.
Vele geachte sprekers voerden het
woord, afgewisseld door de gods
dienstige zangen der toehoorders,
wier gezang werd begeleid door het
muziekkorps, dat zich op iedere plaats
bevond.
Het schilderachtige en verkwik
kende van het schouwspel, rondom,
laat zich moeilijk beschrijven. Onder
de hooge boomen op het malsche
gras of op het mos neergezeten, had
men het uitstekendste gezicht op de
talrijke menschenmassa, terwijl te
vens de tonen van het gezang van
de verschillende posten waar de pre
dikers zich bevonden en ook van
ajidere plaatsen in het groene woud,
aangenaam en indrukwekkend den
ernstigen toehoorder tegenklonk.
Op verdienstelijke wijze was er
ook voor gezorgd om tegen een zeer
laag tarief eenige degelijke en nette
ververschingen te bekomen, waar
voor de commissie, die zich met een
en ander had belast, allen lof toekomt.
Daar het ons, door den korten duur
van ons verblijf, niet vergund was
om overal een kijkje te nemen en
toe te luisteren, zullen onze geachte
lezers, die niet op 't feest tegenwoor
dig waren, deze weinige regelen wel
voor lief willen nemen, en hiermede
wensclien' wij dat het zendingsfeest
ep Boekenrode in aangename her
innering moge blijven, zoowel voor
tgen'eii ixLie zich hebben beijverd
aan het feest luister en leerzaam
heid bij te zetten en daarvoor hunne
best§„ krachten niet hebben ge
spaard, als voor degenen, die er tegen
woordig zijn geweest, en met aan
dacht en opgewektheid hebben ge
luisterd en genoten.
We hopen, en we geloven dat
velen het insgelijks zullen doen, dat
Boekenrode, zoo bij uitstek ervoor
geschikt, meermalen zulk eene tal
rijke menigte onder haar groenen
bladerdos tot bijwoning van een
zendingsfeest moge ontvangen.
Hedenmiddag omstreeks 4 ure
is het zoontje van Evkhoff alhier,
in de Groote Houtstraat, terwijl het
op het trottoir speelde, daarvan af
geduwd en door een aankomende
kolenwagen, bespannen met een
paard, aangereden.Het kind werd op
genomen en bij den heer G. in huis
gebracht, waar gebleken is, dat het
slechts aan de beenen belangrijk
ontveldj doch niet gekneusd was.
Omtrent den toestand van Z. K. H.
valt mede te deelen, dat het typheuse
proces is afgeloopen, eene groote
zwakte achterlatende.
Het reconvalescentie-tijdperk is in-
getredeu, dat uit den aard der zaak
van langen duur zijn zal. In dien
tijd is weinig afwisseling te wach
ten. Het is daarom dat de genees-
heeren besloten hebben, geene bul
letins meer uit te geven.
Ingevolge persoonlijke opdracht
van Z. K. H. den Prins van Oranje,
heeft kolonel Hojel gisteren drie
bloemkransen in den koninklijken
g-rafkelder te Delft neergeleg-d op
het graf van H. M. Koningin Sophia.
zont, de dag breekt aan! Werpt
reukwerken in den gloed. Het vuur
dat ter eere van Bowkanie brandt
mag niet uitdooven vóórdat de slacht
offers zijn bezweken.
Een van de Brahminen wierp een
poeder uit sterke kruiden getrokken
op de gloeiende kolen en dadelijk
sloegeu witte dampen ten hemel,
welke de geheele omgeving met wel
riekende geuren vervulden.
Laat ons bidden! riep de
fakir uit, terwijl hij nederknielde en
de beide armen hoven het hoofd
bracht.
Al de Brahminen volgden zijn
voorbeeld.
De fakir hief op langzamen toon
een eenvoudig psalmgezang aan: on
getwijfeld een aanroeping van de
vreeselijke Indische godheden, en
waaraan de Brahminen deelnamen
door hunne stem in koor aan de zijne
te paren.
George hoorde het gezang. Hij
Heden viert de heer Wijbenga,
lid van de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal, zijn 80ste levensjaar.
De waardige grijsaard wenscht dien
dag te midden zijner familie door
te brengen. Morgen (Donderdag)
wordt den jubilaris aan het Groote
Badhuis te Scheveningen een luister
rijk diner aangeboden. Aangenaam
is het te kunnen mededeelen, dat op
een enkel lid na, dat verhinderd is,
al de kamerleden, van welke rich
ting ook, aan dit feest deelnemen.
"Voorzeker een bewijs van de ach
ting, die de lieer Wijbenga hij zijne
medeleden geniet.
De Londensche correspondent
van de Köln. Ztg. doet eenige me-
dedeelingen omtrent «Engelands ul
timatum aan Nederland.» Hij bepaalt
zich hoofdzakelijk tot het producee-
ren der stukken, waaraan hij echter
enkele opmerkingen vastknoopt. O.
a. doet hij uitkomen, hoe Engeland,
toen Engelsche onderdanen op Ma
dagascar door Frankrijk werden mis
handeld, een goed gezicht bi; kwaad
spel zette, doch hoe het nu tegen
over Nederland zulk een toegevend
heid uiet noodig rekent. Verder uit
de schrijver de meening, dat de re
deneering van Granville over een
schadeloosstelling- aan den Radjah
bepaald ijdel moet heeten, omdat
ieder weet, dat de gevangenneming
enkel geschiedde om voor de vrij
lating het openstellen der nu geslo
ten havens te bedingen. Nog getuigt
de schr. van de les, welke Gran
ville wil geven in koloniale politiek,
dat zij doet denken aan den tijd van
Cobden, toen men in Engeland het
heil der menschheid enkel van het
vrijhandelsstelsel verwachtte.
Door den correspondent wordt zijn
résumé der stukken volgender wij ze
beslotenThe Daily Newsbeweert
dat een ongunstig antwoord van
Nederland op Engelands aanbod zeer
bedenkelijke gevolgen hebben kan,
daar de stemming in Engeland zoo
geprikkeld is. Persoonlijk heb ik van
die agitatie niets bespeurd; iu de
pers heeft zij in elk geval geen uit
drukking gevonden. Het is te hopen,
dat de Nederlandsehe Regeering er
in slage, om den Radjah op de een
of andere wijze tot het uitleveren
der gevangenen te dwingen, wijl zij
anders door de haar opgedrongen
interventie van Engeland een bewijs
van onvermogen zou geven, 't welk
haar positie op Sumatra in gelijke
mate verzwakken zou als het 't aan
zien der Engelsche kooplieden in den
Aziatischen Archipel verhoogen zou.
De Londensche correspondent
van de N. R. CL schreef dd. Maan
dagmiddag
De Transvaalsche afgevaardigden
zijn gisteren middag in goeden wel
stand hier aangekomen, en hebben
zich terstond naar hun logement
hegeven. Hun vertrek blijft op Don
derdag e. k. bepaald, ofschoon de
biljetten per Spartan nog niet ge
nomen zijn. Vermoedelijk zal een
deel der directie van de Union
Steamship Company den heeren uit
geleide doen naar Southampton. De
trein vertrekt te 9 uur des morgéns
van Waterloo. Voor de heeren
Transvalers zal een afzonderlijk sa
lonrijtuig beschikbaar worden ge
houden.
Zaterdagmiddag te vijf uren werd
door de vrouw van K. te Vijfhuizen
(Haarlemmermeer) aan een winkel
bediende eenig geld betaald uit eene
doos, waarin pl. m. f 1000. Nadat
richtte zich op en luisterde.
Door de bronzen deur heen
ouderscheid ik geluid van stemmen
zeide hij, de heulen waken.
Eene witte gedaante kwam uit de
paleis, schreed over het terras en
daalde den estrade af die naar het
park voerde. Achter die witte ge
daante teekenden zich de zwarte
schaduwen van drie of vier andere"
gestalten.
Wie komt daar? vroeg de
fakir.
Ik, prinses Djellaantwoordde
de verschijning.
Het was inderdaad de prinses
gevolgd door twee mannen en een
knaap.
De beide eersten behoorden tot de
keur van de aanhangers van Bow-
hanie, de knaap was Ivazil.
Djella was nu tot voor de graf
tombe genaderd. De fakir en de
Brahminen bogen zich voor haar ter
aarde.
J. en diens vrouw zich om de eene
of andere oorzaak, voor een oogen-
blik hadden verwijderd, bleek daarna
dat al het geld verdwenen was.
Onmiddellijk werd de hulp der po
litie ingeroepen, die al het mogelijke
heeft gedaan om den dader op te
sporen. Den volgenden dag kwam
evenwel tijding dat het geld door
J. of diens vrouw gevonden was.
Door een weinig gebruik gemaakt
te hebben van de vergunning was
men vergeten waar men 't geld ge
borgen had.
Naar aanleiding van een te Bever
wijk plaats gehad hebbend brandje
heeft een geacht ingezeten dier ge
meente getracht, eeu vrijwilligbrand-
weerkorps op te richten; het ge
meentebestuur heeft echter gemeend,
daartoe niet te mogen medewerken,
waardoor de zaak is mislukt.
Door de Nederlandsehe Maat
schappij voor scheepsbouw en dok
ken werd heden, 18 Juni, te Am
sterdam de kiel gelegd van een
ijzeren barkschip, groot p. m. 1000
registertonnen, hetwelk genaamd zal
zijn Gezusters van Haattenen zal
varen onder het boekhouderschap
der heeren Von Lindern en Van
Vessem. te Rotterdam.
Door een gebrek aan de machine
weigerde Maandagochtend de te 11
uur aan het Westerhoofd te Am
sterdam aankomende stoomboot Alk
maar Racket aan het sein tot stop
pen te beantwoorden en stoomde zij
tot in de onmiddellijke nabijheid
der steigers met volle kracht door.
Met buitengewone inspanning mocht
het met behulp der geheele be
manning gelukken het roer snel te
wenden en de boot te doen draaien,
anders ware een schromelijk onge
luk niet uitgebleven. Een paar mi
nuten later was het gebrek gewe
ken en kon zij aanleggen. Alleen
de op dek aanwezige passagiers
hadden het gevaar bemerkt.
De minister van marine in Frank
rijk, admiraal Peijron, heeft eene
gouden medaille toegekend aan dok
ter H. Bruins Lich te Amsterdam,
als aandenken aan zijne helanglooze
diensten, bewezen aan de zieke of
ongestelde Fransche zeelieden ge
durende hun verblijf in het Zee
manshuis. tijdens de Internationale
Tentoonstelling in 1883.
Sedert de openstelling- van het
Zeemanshuis (6 April 1858) heeft
de heer Bruins Lich zijne diensten
aan de in die inrichting verblijf
houdende zeelieden steeds op on
baatzuchtige wijze bewezen.
Binnenkort zal te Amsterdam het
nieuwe volkskoffiehuis en logement
De Hoopaan de De Ruyterkade,
worden geopend.
Het werd voor de Maatschappij
voor Volks koffiehuizen, volg'ens het
ontwerp der heeren Sanders en Ber-
lage, gebouwd. Beneden aan de
Noordzijde is eene vroolijke koffie
kamer, vanwaar men door drie breede
ramen uitzicht heeft op het Y. Daar
achter is eene eetzaal, ongeveer 10
bij 7 Meter groot. Op de vier boven
verdieping-en, welke men langs eene
breede gemakkelijke wenteltrap met
invallend bovenlicht bereikt, zijn 73
slaapvertrekken voor een persoon
gelegen, terwijl op elke etage tevens
twee kamers voor gehuwden zijn
ingericht. Op elk is een bed, eene
waschtafel, een tafeltje en een kastje
Wachters van het graf, vroeg
de prinses hebben de slachtoffers
opgehouden te leven?
Neen, prinses, luidde des
fakir's antwoord. Eerst den der
den dag kunnen ze sterven. Eerst
dan zullen honger en dorst ons werk
voltooien.
Eerst den derden dag! riep
de prinses uit, eerst den derden
dag! herhaalde zij.
Ja, prinses.
- Gij zijt er zeker van?
De fakir antwoordde met een toe
stemmend gebaar.
Komaan, riep de jonge vrouw
uit. dat duurt mij te lang.
LXVI. IN DE GRAFTOMBE.
(Vervolg).
Ja, herhaalde Djella, som
ber zich naar de tombe vooroverbui
gende, dat is te lang.
Zij drukte haar oor tegen de
bronzen deur.
tot berging van kleedingsfcukken. Zij
zijn tot op zekere hoogte der be
schotten en daarboven door tralie
werk van elkander gescheiden.
Op de le en 2e verdieping is voor
logeergasten zoowel als voor bezoe
kers van eetzaal en koffiekamer ge
legenheid, tegen betaling van 25
eent, een bad te nemen, Het logies
bedraagt op de le 75 cent, op de an
dere 50 cent per nacht.
De verwarming geschiedt beneden
door lucht, hoven door water. Een
luchtkoker, welke door alle vertrek
ken heen loopt naar het dak, voert
met andere in den zijmuur bedor
ven lucht af en frissche aan. Het
geheel ziet er keurig uit en doet,
om de ligging, vooral van zeevaren
den, een druk bezoek verwachten.
Maandagavond is een visscher uit
Medemhlik, waarschijnlijk ten ge
volge van misbruik van sterken
drank, uit zijn schuitje gevallen en
verdronken.
Men meldt ons van Terschelling:
In November jl. werd door de kas
siers-firma Faber en Yan der Woude,
te Harlingeu, concessie gevraagd
voor een badinrichting op dit eiland;
thans is die concessie verleend.
Komt die inrichting werkelijk tot
stand, dan zal zij voor de noorde
lijke provinciën van groot belang
zijn. De gemakkelijke verbinding
per poststoomboot met den wal.
Het Engelsch stoomschip Aludra
dat in December op de Steenplaat
achter Texel strandde, is met goed
gevolg weer vlot gemaakt en zal
eerstdaags naar Nieuwediep ver
trekken; het afbrengen hadden de
assuradeurs voor f90.000 aanbesteed.
1 -.wr
In de Maandagavond gehouden
vergadering van de te Leiden ge-
vestig'de afdeeling van het Neder-
landsch Werkliedenverbond werd
door den voorzitter medegedeeld, dat
de kas van het ziekenfonds in vol
doenden staat verkeerde om in ge
val van ziekte den leden ondersteu
ning te verleenen.
Als leden van de hier op te rich
ten coöperatieve winkelvereeniging
traden de meesten der aanwezigen
toe. Men vleit zich, dat vele gegoe
den door het verleenen van een rente
loos voorschot het streven van den
werkman om door coöperatie zich
eenig kapitaal te verwerven, zullen
steunen.
Om zich aan den militairen dienst
te onttrekken heeft, een milicien van
het regement grenadiers en jagers
zich op de gruwzaamste wijze ver
minkt.
Het was aan de badknechts aan
het strand te Scheveningen opge
vallen, dat een lieer, door hen gister
middag in zee gereden, niet op zijn
hadkoets kwamzij openden daarom
de deur en zagen hem uit eene flescli
drinken. Niettegenstaande zijn wag
gelende gang naar het trapje zijn
dronkenschap verried, wilde de on
bekende toch in zee gaan, hetgeen
hem door de knechts werd belet.
En tot zijn geluk, want na weinige
minuten zonk hij ineen en geraakte
in zulk een toestand van bedwel
ming, dat dr. Mess, die tot hulp
spoedig op het strand was en den
patient later in een der lokalen in
het Badhuis twee uur lang behan
delde, slechts met moeite teekenen
van leven kon waarnemen. Te 4
Ik hoor niets, mompelde zij.
Alles is stildoodstil
Prinses, wat verlangt gij dat
er gedaan moet worde? vroeg de
fakir. beveel slechts.
Er moet een einde aan komen,
- antwoordde Djella. Tijdingen,
zooeven ontvangen, roepen mij naar
Benares, waar ik tot den avond zal
blijven om mij van daar naar het
«Kerkhof der Olifanten» te begeven
om het sein tot den aanval te g-even.
Slechts uit den dood keert men niet
weder! Ik wil zeker gaan en niets aan
het toeval overlaten, en hier slechts
lijken en geen levenden achterlaten.
Gij hebt slechts te bevelen,
hernam de fakir. Uw verlangen,
welk het ook zij, wordt dadelijk
vervuld.
God der Christenen, wees met
onszeide Kazil tot zich zelf.
Wat zal zij bevelen?
In het graf stond George Malcolm
nog aanhoudend te luisteren.
uren geraakte hij eenigszins uit zijn
verdooving.
Op 17 Mei jl. is te Schiedam op
vermoeden van valscliheid in beslag
genomen een gulden, voerende de
beeltenis van Koning Willem II en
het jaartal 1848, en den 22 d. a. v.
te 's-Ilage een rijksdaalder, met de
beeltenis van Koning Willem III en
het jaartal 1868, welke beide stuk
ken bij uitspraak van het muntcol-
legie zijn verklaard te zijn valsch
en vervaardigd in nabootsing eener
echte rijksmuntspecie.
Namens de ouders, wordt door
den hoofdcommissaris van politie te
Utrecht opsporing en opzending ver
zocht van Margaretha Marie Jose-
phina Andriessen, leeftijd 17 jaren,
naaister, geboren te Mierloo, lang
1.66 meter, aangezicht ovaal, voor
hoofd hoog en gerimpeld, oogen
blauw, neus gewoon, mond groot,
kin rond, baar en wenkbrauwen
donkerbruin, kleur bleekkleeding
bruine japon, zwarte strooien hoed
met gekleurde, bloemen, grijsachtige
regenmantel en witte kousen.
Zij heeft 30 Mei jl. heimelijk de
ouderlijke woning te Utrecht ver
laten, met medeneming- van een
zwarte en een grijsachtige japon en
een hoedendoos met ondergoed.
Een van de populairste «alg emeene
geschiedenissen» is reeds van onze
jeugd af de Wereldgeschiedenis van
Becker. Een Becker op een auctie
machtig te worden was in onzen
studietijd het «nee plus ultra» der
buitenkansjes. Een socialist kan een
kapitalist niet meer beuijden dan een
jongen uit onzen tijd, die een Becker
had veroverd. Wij herinneren ons
niet de geschiedenis ooit zóó prettig
gelezen te hebben als juist uit Bec
ker. Ook op de meest trag-en en on
verschilligen oefende dat boek met
zijn meesleependen verhaaltrant een
magische werking. Becker was in
staat zelfs een wiskunstenaar de poë
zie van de geschiedenis te leeren
begrijpen. Zoo zag-en wij in Duitsch-
land den eenen druk na den anderen
aankondigen, en gelijken tred hield
daarmee de belangstelling- in dat
standaardwerk ook in Nederland. De
derde Nederlandsehe uitgave ligt
thans voor ons, bewerkt naar den
achtsten Duitsciien druk, die weer
geheel opnieuw is herzien en bijge
werkt. Wijlen prof. Dozy getuigt
van de latere bewerkers ("prof. Hertz-
berg, dr. Nassemann, Adolf Schmidt
en Eduard Arnd), dat «zij de kunst
verstonden, te gelijkertijd voor het
groote publiek en voor meer gevor
derden te schrijven, en de klip van
oppervlakkighied te vermijden, waar
op populaire skrijvers zoo dikwijls
schipbreuk lijden».
En deze Nederlandsehe Becker?
Prof. Veth zegt er van: «Hetboek
verheugt zich in een alijd durende
jeugd of, juister gezegd: in een steeds
voortdurende verjonging.» Maar dat
boek, met zijn twaalf groot-octavo
deelen elk van 500 blz., kon toch
onmogelijk een volksboek worden
tegen den prijs van f 43.20. Dat kon
het ook niet. Maar de Gebr. E. en
M. Cohen, te Arnhem en te Nij
megen, weten daar raad op, naar 't
schijnt. Hoe zij Becker's compleete,
geheel nieuw bijgewerkte, dus fon
kelnieuwe Wereldgeschiedenis voor
f 15 kunnen aanbieden.is him zaak
maar dat het beschaafd publiek er
van profiteeren zal, daar zijn wij
zeker van, (Zie verder achterstaande
advertentie.)
Ik hoor nog- praten, mom
pelde hij, maar kan niet verstaan
wat zij zeggen.
Och, wat doet het er toe!
riep Heva uit, wat komt het er
op aan, daar wij toch onherroepe
lijk verloren zijn en niets meer te
hopen hebben,
Prinses, herhaalde de fakir,
wij "wachten uwe bevelenSpreek,
en wij zullen u gehoorzamen.
Ik heb de gevangenenaanBo-
whanie gewijd. Zoodra mijn rijtuig,
dat mij naar Benares zal voeren, de
uiterste grens mijner goederen zal
hebben bereikt, zal een mijner sla
ven u komen zeggen: de godin
wacht
(Wordt vervolgd.)