Oplage 10000 Ex.
Maandag 23 Juni 188-t.
No. 203.
HAARLEM'S DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Voor Haarlem per maand40 Cents.
Franco door geheel het Rijk p. maand 55
Afzonderlijke Nommers 5
Verschijnt Dagelijks uitgenomen Zon- en aigemeene Feestdagen.
Bureau: KLEINE HOUTSTRAAT No. 9.
Brakkers-Uitgevers: BOMANS Co., te Haarlem.
lloofdageti te it voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publiciié F. tranar v G. L.
ÏJAl'JBE S' Co., JOH. JONES. Sucr., Parijs, cl Ib is Faubourg Montmart re.
ADVERTENTIËN:
van 15 regels 25 Cent; iedere regel meer 5 cents.
Groote letters naar Plaatsruimte.
Advertentiën worden aangenomen tot 's middag 12 uur.
MUSEUMS EN ANDERE BEZIENSWAARDIGHEDEN VAN HAARLEM.
Rijksmuseum van Schilderijen op het Paviljoen. Geöpend op werkdagen van 10 tot 4 uur; op Zon- c-n Feestdagen van 12}- tot 4 uur. Kinderen beneden de 8 jaar hebben geen toegang, kinderen van S tot 12 jaar alleen ouder geleide.
•Toean» vrij. Koloniaal museum op het Paviljoen. Ingang Procfeijde 2e dour. Geopend dagelijks van 10 tot. 4 uur. Toegang 25 cents per persoon. Donateurs en leden der .Vedcrlandsclie Maatschappij ter bevordering van Nijverheid hebben op
vertoon" van 'diploma vrijen toegang, donateurs met gezelschap, leden met 1 dame. Museum van kunstnijverheid op hel Paviljoen. Ingang Dreefoijdc le deur. Geopend dagelijks van 10 tot 4 uur. Toegang 25 ccnl» per persoon. Donateurs en
leden der Nederlandschc Maatschappij ter bevordering van Nijverheid hebben op vertoon van diploma vrijen toegang, donateurs met gezelschap, leden met 1 dame. Bisschoppelijk museum voor kerkelijke oudheid, kunst, en geschiedenis, vooral
van Nederland en meer bijr.onder van het Haarlemsche Bisdom, Kruisweg No. 59. Geopend dagelijks, uitgenomen Zaterdag. Zon- en Feestdagen, van 10—5 uur. Toegang 25 cents per persoon. Doorloopende toegangskaarten voor een geheel juaf
a 1 gulden.Museum der stad Haarlem op het Raadhuis. Geopend van 15 April tot 14 October alle werkdagen van 104 uur. van 15 October tot 14 April op die dagen van 10—3 uur tegen lietuling van 25 cents per persoon, alleen op
Zondagen kosteloos van 124 uur, de overige Christelijke feestdagen tegen betaling van 25 cents jier persoon. Kinderen beueden de S jaren worden in het geheel niet toegelaten; kinderen van S tot 14 jaren niet dan onder behoorlijk geleide.
JHeulers museum in de Damstraat. Geopend dagelijks uitgenomen Zaterdag. Zon- en Feestdagen var 11—3 uur. Tv/Iers bibliotheek. Geopend Woensdag. Donderdag, Vrijdag en Zaterdag van 1—4 uur. Stadsbibliotheek Pr.. Geopend
"Woensdag en Zaterdag van 2—4 unr. Orgel-bespeling i - -
t de Groote Kerk. Dinsdag van 12 en Donderdag
i 2—3 t
ir. Toegaug (deur Oudcgroenniarkt 'i
Onze financiën.
Op liet oogenblik, waarin wij dit schrij-
ven, wordt in onze Tweede Kamer beraad-
slaagd over het regeeringsontwerp tot
invoering eener klassenbelastiug. 't Is j
waarlijk niet uit weelde, dat het ministerie
Heemskerk een dergelijk ontwerp ter tafel
bracht. Reeds jaren achtereen keerden op
onze begrootingen met onrustbarende ze
kerheid de telkens grooter wordende tekor
ten terug, en hoewel men daarin telkens
trachtte te voorzien, door het vermeerde
ren onzer vlottende schuld, soms vervan
gen en afgelost door de opbrengst van
uitgeschreven leeningen, zelfs den opper-
vlakkigsten financier was het duidelijk, dat
deze toestand opden duur onhoudbaar
moest zijn. Verschillende drukkende be
lastingen waren in den loop der tijden
afgeschaft en vervangen door andere, die
minder opbrachten, dan men aanvankelijk
hoopte. De ongunstige toestand, waarin
handel en nijverheid verkeerden, vermin
derde de inkomende rechten en accijnsen
zoodanig, dat zij telkens belangrijk beneden
het geraamde bedrag bleven en, ondanks
deze vermindering van de ontvangsten, ble
ven de uitgaven, zoowel ten behoeve der
departementeu van Oorlog" en Marine als
voor dat van Handel, Waterstaat en
Nijverheid. De bezuinigingsmanie, die
zich telken male bij de behandeling der
begrooting van onze volksvertegenwoordi
ging meester maakte, was een vrij verklaar
baar uitvloeisel van deze verontrustende
verschijnscleu.
Geen enkel minister van de velen, die
in de laatste jaren aan de groene tafel
plaats namen, zag dan ook zijn budget
goedgekeurd of de Kamer had er verschil
lende posten, hoe warm door den voor
steller ook verdedigd, in geschrapt. Nut
tige, ja, soms wel eens hoog noodige uitga
ven werden geweigerd of uitgesteld tot
betere tijden zouden aanbreken; maar met
dit al, verdween het nadeelig saldo geen
enkele maal. Wat toch konden enkelo dui
zenden baten, waar het tekort millioenen
bedroeg? Pessimisten beweerden, dat ous
land langzaam maar zeker een staatsban
kroet tegemoet ging.
Gelukkig zagen niet allen de toekomst
zoo donker in. Verschillende personen, die
van ons financiewezen eene afzonderlijke
studie gemaakt hadden, trachtten uit de
cijfers aan te toonen, dat de toestand niet
zoo onrustbarend was, als men deze wil
de doen voorkomen. Wanneer de regeering
slechts met vaste hand in onze belasting
wetten wil ingrijpen, en onze financiën be
ter wil regelen, zoo beweerden zij, dan zal
het blijken, dat de lasten nog geenszins de
draagkracht der natie te boven gaan.
Daarover evenwel waren allen het eens:
hervorming was dringend noodzakelijk, zoo
zelfs, dat elk jaar uitstel tot verslechtiug
van den toestand, tot vergrooting der moei
lijkheden, die zich daarbij zouden voordoen,
moest leiden. De oplossing van het raad
sel, waarnaar men sinds jaren zocht, bleek
evenwel vrij lastig. Prees de eene, als het
eenig mogelijke middel dat tot herstel der
kwaal zou kunnen voeren, eene inkomsten
belasting aan, de ander wilde daarvan niets
weten en verwachtte slechts heil van eene
opvoering der indirecte belastingen, als
zijnde deze het minst drukkend voor de
bevolking. Nog altijd twistten de aanhan
gers dezer beide stelsels met elkander over
de meerdere of mindere voortreffelijkheid
hunner middelen, toen op het onverwachtst
de onlangs afgetreden minister van finan
ciën Grobbée zijn klassenbelasting ter tafel
bracht. Langen tijd scheen het daartoe
strekkend ontwerp begraven onder een berg
van staatsstukken; ja, zelfs was het een
oogenblik, als ware het geheele ontwerp
FEL I LI,ETON.
DJE.LLA
DE GEMASKERDE PRINSES.
EEN ROMAN UIT ENGELSCH INDI
VAN
XA VIER DE MONTÉPIN.
111) Derde Gedeelte.
DE SLUIER EN DE RING.
Deze plaats door liooge muren om
ringd en overdekt, gelijk de Romein-
sehe cirques door een velum van
wit en rood geruit zeildoek, was
met roodachtig wonderbaarlijk moo:
gepolijst graniet bevloerd. Aan een
der uiteinden bevond zich een zeer
groot wit marmeren bassin, waarin
fonteinen sprongen.
Dit bassin was zoo groot en diep,
dat men er met gemak in kon zwem
voor goed van de rol geschrapt. De publieke
opinie, die zich in het eerst vrij luide over
het ontwerp zoowel in goedkeurenden als
in afkeurenden zin had doen hooren, zweeg
eindelijk, een onvruchtbaar debat moede,
totdat de zaak door de regeering weder ter i
sprake werd gebracht, en deze eindelijk van
de volksvertegenwoordiging eene beslissing
op dit belangrijke punt vroeg. Wat het
lot van het aanhangige ontwerp zal zijn,
is tot heden niemand bekend. Ia de Kamer
telt het bijna evenveel verdedigers als be
strijders, zoodat de uitslag met geen moge
lijkheid te voorspellen is. Het ligt geenszins
iii ons plan in deze zaak partij te kiezen.
De argumenten voor en tegen het beginsel
eener inkomsten-belasting zijn reeds zoo
dikwijls te berde gebracht, dat het waarlijk
onnoodig is ze nog eenmaal stuk voor
stuk aan eene oritiek te onderwerpen.
Van meer belang evenwel is het eens
na te gaan, in hoeverre de bewerirg van
enkele tegenstanders van het aanhangige
ontwerp, dat eene versterking der rijksin
komsten onnoodig zal blijken, wanneer
men slechts op de uitgaven wil gaan be
zuinigen, gegrond is.
Het zijn vooral de hoofdstukken onder
wijs en openbare werken, waarop deze hee-
ren het gemunt hebben. I» de laatste jaren,
zoo zeggen zij, werden daaraan zoo groote
sommen ten koste gelegd, dat de vraag
gewettigd is of de lasten, die daaruit voor
den Staat voortvloeien, niet te zwaar ge
acht moeten worden. Het kan niet ontkend
worden, dat vooral tengevolge der wet,
van 187S de sommen voor het onderwijs
besteed aanmerkelijk zijn gestegen. De
voorschriften, welke de nieuwe wet gaf,
maakten grootere uitgaven noodzakelijk.
Gebrekkige en onvoldoende lokalen wer
den afgekeurd en vervangen voor nieuwe,
die vooral met het oog op de voorschriften
door de hygiëne gegeven, aanzienlijke uit
gaven vorderden. Kwamen vroeger de kos-j dan dit vroeger liet geval was, en hij duar-
ten ten behoeve der nieuwe schoolgebou-1 door het recht heeft voor zijne diensten
wen ten laste der gemeenten, thans werd ook eene betere belooning te verwachten,
het rijksbudget voor een gedeelte daarmede j Ook iu de sterkte van het onderwijzend',
bezwaard, en wij gelooven dat dit in vele personeel heerscht. naar onze meening,geent
gevallen het betrachten eener overdadige j overdadige weelde. In eene eeuw, waarin
weelde in de hand werkte. Elk onpartijdige keunis macht is, heeft elk ingezetene hot
toch zal het moeten toestemmen, dat er daar-recht voor zijne kinderen voldoend onder
men en was ten gebruike der vrou
wen bestemd.
Midden in de zaal stond een kost
baar met parelmoer en schildpad
ingelegd tafeltje, waarop een schel
'eriijk uit goud gedreven, beves
tigd was.
Doorgal-Sahib liep met groote
stappen ongeduldig in deze zaal op
en nedervan tijd tot tijd stilstaande,
om weldra zijn wandeling weder te
hervatten, gelijk een wild beest in
een kooi opgesloten.
Somtijds, als hij moê werd, liet
hij zich even op een der divans
nedervallen, om onmiddellijk weder
op te vliegen, alsof rustnemen hem
onmogelijk viel.
Doorgal was niet zonder reden
vertoornd.
Hij Doorgal-Sahib, die tot heden
immer gewend was geweest om alles
en iedereen voor zijn wil te zien
zwichten; zijne onstuimige begeer
ten overal en waar ook te doen zege
vieren, had sedert den vorigen nacht
moeten buigen voor de standvastig
heid van een jong meisje.
Beloften noch bedreigingen of
smeekingen hadden Mary kunnen
overhalen om zich aan hem over te
geven. Niets had gebaat. Haar weêr-
stand en verachting waren onover
komelijke hinderpalen gebleken,
baar voor DoorgaPs plannen te
winnen.
Overwonnen door een kind! met
schande overwonnen!
Dat was te veel voor den hoog
moed van den radjab. Ilij gevoelde
zijn liefde in haat veranderen; zijne
ware dierlijke, beestachtige driften
en neigingen behielden de overhand
op de weinige betere gevoelens die
voor een korten wijl zijn gemoed
hadden verteederd.
Plotseling hield hij stand en schelde.
Hij was tot een besluit gekomen.
Hij zou eene laatste poging aan
wenden maar dan als die
bij somtijds wel eens met de ruwe bijl op
werd ingehakt, en er met eenigeu goeden
wil enkele duizenden guldens bespaard zou
den kunnen zijn.
wijs te verlangen: onverschillig of hij in staat
zij de kosten daardoor veroorzaakt te ver
goeden, ja dan neen art. 194 van de grond
wet geeft hem liet recht. En waar nu elk
Toch gelooven wij, dat men de zaak zou I zaakkundige moet erkennen, dat goed on-
overschatten, wanneer men aan deze over-j derwijs alleen «laar mogelijk is, waar het
drijving alleen het ontstaan onzer financi-1 aantal leerlingen, aan de zorgen van een
eele moeilijkheden zou willen toeschrijven. onderwijzer toevertrouwd, het getal van 50
Bezuinigd kon er ongetwijfeld in den
schoolbouw worden, doch het is onze over
tuiging, «lat, een nauwgezet statistisch on
derzoek zou aantoonen, dat dit hoogstens
niet overschrijdt, daar zal het toch moei
lijk vallen van weelde in de tegenwoordige
regeling te gewagen. Naar onze juaceniug
derhalve valt hier al zeer weinig tc br-
tot besparing van luttele tonnen gouds ge-1 zuinigen,
leid zou he'ohen. Gaan wij daarentegen de I De volgende week willen wij eens een
andere uitgaven ten behoeve van het open-1 blik slaan in dc begrootingen van publieke
baar onderwijs na, dan zullen wij van eenewerken,
dergelijke overdrijving minder de sporen
aantreffen. In verreweg «1e meeste gemeen
ten van ons land toch zijn de tractemeu-
ten van het onderwijzend personeel niet
van dien aard, dat men ze te hoog zou
kunnen noemen. Het is waar, zij zijn be
langrijk hooger dan dit vroeger het geval Egyptische conferentie in geheel
doch wij mogen niet uit het oog ver
liezen, dat de toestanden eene belangrijke
wijziging hebben ondergaan. Of zijn niet
in allo takken der maatschappij de uitga
ven aanmerkelijk gestegen. Vergelijk eens
de prijzen der eerste levensbehoeften met
die van voor 20 jaren, en wij gelooven
niet, dat iemand dan nog zal durven be
weren, dat de verhouding dan zoo geheel
in het voordeel van den onderwijzer is.
Bovendien mag men daarbij niet uit het
oog verliezen, dat de eischen, thans aan den
ouderwijzer gesteld, vrij wat hooger zijn,
ALGEMEFA OVERZICHT.
Nog altijd vraagt de aanstaande
Europa ieders aandacht, ledereen
gist er naar wat toch wei de over
eenkomst tusschen de kabinetten van
Londen en Parijs, deswegen gesloten,
moge behelzen; doch niemand weet
het fijne van de zaak. Wat toch den
eenen dag als onomstootelijke waar
heid wordt verkondigd, vindt den
anderen weder heftige bestrijders,
die, naar zij zeggen, uit goede bron
het bericht logenstraffen. De regee
ringen zelf houden zich leuk. Geen
enkel woord laten zij uit, waaruit
men het een of ander zen kunnen
mislukte dan Welnu. dan zou
hij door list en geweld zijn doel be
reiken.
Het ongelukkige meisje dat voor
de verleiding niet bezweken was zou
daartegen niet zijn opgewassen.
Een oogenblik daarna verscheen
er een der dienaren, met de be
waking van den harem belast, die
in eerbiedige gebogen houding, de
bevelen van zijn meester afwachtte.
Kadir, vroeg Doorgal
welke der matrones uit den harem
bewaakt op dit oogenblik het jonge
meisje, dat hier dezen nacht is ge
bracht
Ayesha, doorluchtige heer,
antwoordde de bediende zonder het
te durven wagen de oogen op te
slaan.
j Zeg haar dat zij hier komt;
neem gij in haar afwezigheid haar
j plaats in en houd goed de wacht,
indien gij aan uw leven hecht en niet
onder zweepslagen wilt sterven.
Kadir boog en verwijderde zich.
Doorgal hervatte zijn afgebroken
wandeling. Het duurde niet lang.
want na eenige oogenblikken snelde
eene kleine g-erimpelde vrouw,
nog* uitgedroogder en gerimpelder
dan een appel gedurende een gan-
schen winter bewaard wier wan
gen en wenkbrauwen waren geverfd,
de zaal binnen. Deze wierp zich voor
den radjak neder en wilde hem met
alle geweld de voeten kussen.
Sta op, Ayeshabeval Door
gal, luister en wanneer ik uit
gesproken heb, antwoord mij dan
oprecht en naar waarheid.
Ondervraag uw dienstmaagd,
doorluchtige heer, riep de matrone
uit. Uw dienstmaagd zal zich
een der voorschriften onzer goden
tebinnen roepen, hetwelk zegtGij
zult niet liegen.
Welnu, boe staat bet met het
ijonge meisje?
Zij doet niets dan schreien.