bij deze beslissing wel zal neder-
ieggenHoogstwaarschijnlijk zal
deze de desbetreffende bepaling wel
schrappen, zoodat de kamer dan nog
eens de gelegenheid geboden zal
worden om hare fout, want dit is
het werkelijk, te herstellen.
De senaat heeft thans ook bij de
tweede lezing de wet op het we
derinvoering der echtscheiding aan
genomen. ondanks den felle tegen
stand der oppositie.
De Eugeisclie en Duitsche bladen
twisten nog voortdurend over de
vraag of Angra Pequena werke
lijk gelegen is in een gebied, waar
over Engeland de opperheerschappij
bezit. De laatste trachten uit de
verschillende stukken, die over dit
vraagstuk gewisseld 'zijn, aan te
topnen. dat dit geenszins het geval
is; en vrij scherp zijn zij in hunne
verwijten over de Britsche heersch-
zucht, die het niet wil dulden, dat
Duitschland ook naar eenig kolo
niaal/ bezit streeft.
Zij t verklaren dan ook. dat de
Rijksregeering zich door de hooge
woorden van Engeland geenszins
mag laten afschrikken en haar be
schermheerschap over deze Duitsche
g^derzetting moet handhaven.
va ,J
een eerste gevolg van de ge-
leeltelyke verzoening tusschen den
koning van Noorwegen en de
meerderheid der volksvertegenwoor
diging aldaar, is een besluit uitge
vaardigd'waarbij de staking wordt
.gelast van vervolging ingesteld
vegen -. deii schrijver Björnstjerne
Bjö'rn'soh, -wegens majesteitsbeleedi-
3'ng-
'Te" Christiania ging voor enkele
dagen het bericht, dat de vorst eenigs-
'zins- ongesteld was, en zijne ziekte
een zoo, dreigend aanzien genomen
had, dat in allerijl de elders verblijf
houdende prinsen naar de hoofdstad
ontboden waren.
Gelukkig ezenwel blijkt thans het
gevaar geweken. Althans 's Konings
.twteede zoon, die eerst per telegram
'naar Christiania was geroepen, ont
ving een tegenbericht, dat hem te
Stockholm deed blijven. In de tegen
woordige moeilijkheden, die nog
geenszins geheel uit den weg g-e-
ruimd zijn. zou de dood des konings
wellicht onberekenbare gevolgen ge
had kunnen hebben.
Te Milaan wordt dezer dagen
eene tentoonstelling gehouden van
alles, wat op het ontstaan van Ita-
lie's, eenheid betrekking heeft. De
j';redentisten maakten van deze ge-
vègénheid gebruik een manifestatie
vijandig aan Oostenrijk op het touw
te zetten, en daarover maakten vooral
de Weener bladen zich warm. De
uitvallen welke daarbij plaats had
den, werden natuurlijk door de Ita-
liaansche bladen met gelijke hate
lijkheden beantwoord, zoodat op dit
oogenblik een vinnige hoewel ge
lukkig onbloedige pennestrijd ge
streden wordt.
De Spaansche regeeriug moet
in de Cortes van de zijde der oppo
sitie nog al eenige aanvallen door
staan betreffende hare houding in
de kwestie met Frankrijk over Ma
rokko. Met nadruk verwijt meu haar,
dat zij daarbij van eene flauwheid
heeft blijk gegeven, die zeer in het
nadeel is van de helaDgen des lands.
Nog is daarover het laatste woord
vastgenageld,machteloosbleeftstaan,
en welke poging-en gij ook deedt
om te ontvluchten, uwe voeten hun
dienst weigerden. Een verschrikke
lijk gevoel maakt zich dan van u
meestergij gevoelt hoe u de haren
te berge rijzen en het koude zweet
u uitbreekt. Naar adem hijgende,
stelt gij bovenmenschelijke pogin
gen in liet werk om vrij te worden
van de macht, die u gevangen houdt,
doch gij put u slechts uit; hoe lan
ger hoe meer wordt gij door de
verlamming, die u machteloos maakt,
aangegrepen
Dit was het geval met Mary.
Zij had nauwelijks eenige schre-
deu gedaan, of het was alsot de
grond onder haar wegzonk en zij
aan den rand van een diepen afgrond
stond Zij wilde er in springen,
.doch kon niet.
zocht zij met de oogen naar
->,x zich te do oden
a Doorgal-Sahib
niet gewisseld, daar men bij de be
handeling der interpellatiën betref
fende deze aangelegenbeden eene
heftige discussie verwacht. Marokko
zelf heeft ook last gekregen van de
fanatieke beweging, die, in Soedan
begonnen,zich over de geheele Noord
kust van Afrika verspreidt. Bij een
aantal stammen is eene gisting op
te merken, die reeds hier eh daar
tot daden van openlijk verzet tegen
den Sultan aanleiding gegeven heeft.
De regeering doet wat zij kan om
het g'evaar te bezweren, en zij heeft,
naar zij den Franschen zaakgelas
tigde verzekerde, alle hoop een op
stand te voorkomen.
De heer de Brazza heeft een be
zoek gebracht aan een van de fac
torijen der Belgisch-Afrikaansche
vereeniglng en aldaar de verzekering
gegeven, dat hij g'eenszins vijandig
tegen haar gezind is. Als zijne over
tuiging gaf hij op, dat beide expeditiën
zeer goed in vriendschap naast el
kander konden werken.
BIXIVEXLAM).
Haarlem, 24 Juni 1884.
Heden middag- ten 12 ure had
op de gemeente-begraafplaats alhier
de plechtige begrafenis plaats van
den heer rar. C. J. F. Mirandolle.
De overledene was lid der Tweede
Kamer der Staten-Generaal en van
den Gemeenteraad van Haarlem.
Vele leden van genoemde lichamen
woonden de teraardebestelling bij.
Aan de g-eopende groeve voer
den eenige sprekers, waaronder leden
der Tweede Kamer, het woord. In
schoone en treffende bewoordin
gen werd het leven van den ver
dienstelijken man geschetst, die zich
niet alleen als staatsman maar ook
door zijne uitnemende karakter-hoe-
danigheden onder zijne tijdgenoo-
ten, een grooten naam heeft ver
worven.
Langen tijd als mede-bestuurder
van Nederlandsch-Indië werkzaam,
mocht hij zich in dien werkkring
veel naam verwerven, terwijl zijne
daden voor den vooruitgang en bloei
dier gewesten op hoogen prijs mogen
worden geteld.
Zooals meu weet, werd den heer
Mirandolle tweemaal het mi
nisterschap der koloniën aange
boden, welke betrekkir g hij echter
door zijne zwakke gezondheid niet
wensehte te aanvaarden. Mogen zijne
daden en handelingen, maar ook
bovenal zijne deugden als mensch.
in onze herinnering voort blijven
leven.
Uit Carlsbad, wordt aan de N.
R. Ct. gemeld: dat Z. M. de Ko
ning den 28sten dezer vandaar ver
trekt. Zijne geneesheeren trachten
hem te overreden de volle kuur te
maken, doch Z. M. wenscht, met
het oog op de treurige omstandig
heden, terug te keeren.
Voorts wordt van daar gemeld
dat de generaal-veldmaarschalk von
Manteuffel, stadhouder van Elzas
Lotharingen, Prins Frederik Wil
helm van Hanau, de Prins van
Reüss-Kostritz en verscheidene an
dere voorname badgasten hij Z. M.
een bezoek van rouwbeklag hebben
afgelegd. De Burgemeester heeft
dit gedaan hamens de ingezetenen.
Wegens het overlijden van Z.
K. H. Alexander, Prins van Oranje,
heeft Z. M. bepaald, dat het Hof1
flikkerde een kaudjiar, maar een
afstand van vijf of zes passen scheidde
den radjah van haar en zij had nog
het besef om te begrijpen, dat zij
even goed den Oceaan zou willen
oversteken, als den kleinen af
stand, die haar van den radjah
scheidde.
Dit was trouwens de laatste po
ging barer wilskracht, want plotse
ling overweldigde haar die geeste
lijke en lichamelijke verlamming,
haar door Doorgal voorspeld.
Hare armen hingen slap en krach
teloos neder en haar geheele lichaam
was aan hevige stuiptrekkingen ten
prooiZij bood niet langer weer
stand, haar gedaehtenloop hield op
en zij gevoelde niets anders dan een
onbestemde gewaarwording van on
noemelijk leed en diepe smart.
Zij geleek een beeld van vleesch,
met een kloppend hart en schreiende
oogen.
Dit alles geschiedde in veelmin
voor den tijd van drie maanden den
rouw zal aannemen, te weten: 4
weken zwaren, 4 weken middelbaren,
en 4 weken lichten rouw.
Uit 's-Hage meldt men:
Het rouwbetoon over den slag-
die Koning en Vaderland jl. Zater
dag getroffen heeft, is in de residen
tie schier algemeen. Doorwandelt
men het Voorhout, dan ontwaart men
dat in deze aristocratische wijk de
woningen huis aan huis gesloten
zijn. In de hoofdstraten zijn de rouw-
etalages en halfstoks g-eheschen
vlaggen met zwarten wimpel of
crêpe-omhulsel als bewijs van deel
neming aangebracht.
De doodstrijd had in 's Prinsen
uiterlijk bijna geen verandering te
weeg gebracht. Met kalm gelaat en
gesloten oogen lag het hoofd half in
de kussens weggezonken. Nadat men
het aangezicht, zooals gebruikelijk
is, had gewasschen, werd den Doode
een wit cacheiniren doodwd aange
daan. waarna het aan 't dienstper
soneel vergund werd Hun Konink
lijken Meester te komen zien.
Zondagmiddag te 12 uren werd
door den Hof-photograaf, den heer
IP. W. Wollrabe Jr., van het aan
gezicht des Prinsen een photografie
vervaardigd. Toen reeds was het
waar te nemen dat de ontbinding
was ingetreden.
Te 2 uren Zondagmiddag kwamen
de beide geneesheeren dr. H. J.
Vinkhuizen en dr. G. J. Van "Wie-
ringhen Borski, met de heeren dr.
J. Th. Mouton en de Leidsche pro
fessor Th. K. Mac-Gillavry en diens
amanuensis, in het sterfhuis te samen
om het lijk van den Prins te bal
semen, waarmede zij tot ruim 5 uren
bezig waren.
Te 11 uren Zondagavond is het
lijk gekist, in tegenwoordigheid van
de beide adjudanten van den Prins en
de bovengenoemde geneeskundigen.
De lijkkist, vervaardigd in de
werkplaats van de firma P. Monton
en Zn. alhier, bestaat zooals gewoon
lijk uit een looden binnenkist, om
sloten door een zware eikenhouten
kist, welke weder is omvat door een
fraai gepolijste mahoniehouten bui
tenkist, voorzien van zwaar zilveren
garnituur.
De looden kist is aan de binnen
wanden met gekapitonneerd wit
satijn bekleed; opgevuld met krui
den. Zij is door middel van soldee
ring hermetisch gesloten.
De garniture van de mahonie kist
bestaat uit twaalf massief zilveren
handvatsels, voorzien van het zinne
beeld des doods, en twaalf zilveren
sluitschroeven in den vorm van doods
hoofden. terwijl zij rust op zes zil
veren leeuwenklauwen. Op het dek
sel, waarin ter hoogte waar het
aangezicht ligt, een ruit is aange
bracht, zal een zilveren plaat be
vestigd worden, waarop is gegraveerd:
„Willem Alexander Karei Hendrik
Frederik, Prins van Oranje.
Geboren te 's Gravenliage 25 Augus
tus 1851.
Overleden aldaar 21 Juni 1S84."
De kist met het stoffelijk over
schot is geplaatst op een estrade in
de benedeneetzaal van het paleis,
welke, hoewel niet bepaald in een
chapelle ardente herschapen, toch
aan de wanden met rouwfloers be
hangen is. De kist is g-edekt met
een zwart fluweelen kleed met zil
veren sterren, hetzelfde dat ook de
lijkbaar van 's Prinsen Broeder tooide.
H. K. H. Prinses Hendrik en H.
K. H de Prinses van Mecklenburg
Schwerin zonden fraaie kransen van
der tijd dan wij noodig hebben om
het neer te schrijven. De radjah
stond geduldig te wachten, als iemand
die zeker is dat zijn prooi hem niet
kan ontsnappen.
Het jonge meisje verroerde zich
nietalleen aan haar geopende oogen
en rijkelijk vlietende tranen kon
men zien, dat zij leefde, want de
bleekheid van haar gelaat was zoo
groot, dat men had kunnen meenen
een doode te zien.
Doorgal deed eenige passen terug
en beschouwde haar met aandacht.
Nu zijt gij de mijne, Mary
Burtell! riep hij triumfantelijk
uit; en geen macht ter wereld
zal mij u kunnen ontrukken!
Dat liegt gij, Doorgal-Sahib!
riep eene schetterende stem, en
het gordijn, waarachter Myndha
zich nog vóór een oogenblik verbor
gen had gehouden, werd onverhoeds
opgeheven en George Malcolm, met
dolk in de linker- en een geladen
groen en witte rozen, terwijl ook
van de beide adjudanten, van het
personeel en van verschillende aan
zienlijke ingezetenen bloemkransen
op de kist zijn nedergelegd.
Het is nog niet met zekerheid te
zeggen of het lijk, even als dat van
den vorigen Prins van Oranje, voor
belangstellenden te bezichtigen zal
zijn. Deswege worden nadere he
velen des Konings verwacht.
Eveneens is nog niet beslist, wie
door Z. M. met de regeling van
's Prinsen nalatenschap zal worden
belast.
Gisterenmiddag te half drie werd
op het Raadhuis, ten overstaan van
den ambtenaar van den Burgerlijken
Stand, baron Van der Duyn van
Maasdam, de aangifte gedaan voor
de registers van overlijden.
Deze aangifte g-eschiedde door den
Minister van Buitenlandsche Zaken
jhr. mr. P. J. A. M. Van der Does
de Willebois en den Minister van
Justitie mr. M. W. baron Dn Tour
van Bellincliave.
In de betreffende acte wordt het
overlijden vermeld als te hebben
plaats gehad op 21 Juni omstreeks
2 uren.
Voor het paleis van den vorstelij-
ken doode zag men Zondag en gis
teren bijna onafgebroken groepjes
meuschen staan, wier oog-en met
weemoed op het sterfhuis staarden.
Naar men verneemt is de
begrafenis van den Kroonprins
voorloopig vastgesteld op 8
Juli.
De aanstaande komst van Prins
Roland Bonaparte in de Residentie
staat in verhand met zijn levendig
verlangen om plaats te nemen in de
rijen van hen, die het stoffelijk over
schot van Z. K. H. den Prins van
Oranje ten grave zullen brengen.
Zooals men weet bestond er tusschen
den overleden Kroonprins en Prins
Roland een hand van vriendschap.
Volgens een bericht uit Brussel
zal de graaf van Vlaanderen de
Belgische koninklijke familie hij de
begrafenis van den Prins van Oranje
vertegenwoordigen.
H. IC. H. Prinses Hendrik
woonde Zondagmiddag de godsdienst
oefening bij in de Duitsch-Evange-
lische kerk. Zij was in rouwgewaad
gekleed.
Door de afdeelingen der Tweede
Kamer zijn gekozentot rapporteurs
over de handelstractaten met Frank
rijk en Spanje de heeren Verniers
van der Loeff, Gleiehman, Tak,
Bahlmann en Blussé, en over het
ontwerp tot verhooging' vau den
accijns op het gedistilleerd de hee
ren Goeman Borgesius, Mees, Schaep-
man, Van Houten en Gildemeester.
Dezer dagen werd in eenige
bladen gemeld, dat generaal Smit,
lid der Transvaalsche Deputatie, be
sloten zou hebben, zijn zoon naai
de inrichtingen van ds. Van Dijk
te Deutichem te zenden. Naar wij
vernemen, is hiervan noch bij de
verschillende besturen, noch hij den
directeur dier inrichting iets offici
eels bekend.
De postadministratie heeft zich
verplicht gezien, ten einde het aan
tal misbruiken en onregelmatigheden
met betrekking tot couranten en ge
drukte stukken tegen te gaan, voort
aan alle dergelijke stukken dagelijks
met de meeste nauwkeurigheid te
onderzoeken.
Wij raden daarom het publiek
aan, zich te onthouden van onge
oorloofde bijvoegingen of schrifte
lijke mededeelingen, aangezien bij
revolver in de rechterhand, sprong-
de zaal binnen.
De radjah wendde zich om gelijk
een wild beest, dat een schot tus
schen de schouders heeft ontvang-en.
Met een enkelen oogopslag herkende
hij den nieuw aangekomene.
Gij hier, George Malcolm
braakte hij uit, met de uitdrukking
van de hevigste woede in zijn stem.
Ja, George Malcolm, die u uwe
prooi komt ontrukken!
Of mij een tweede geven!
merkte de radjah spottend op.
Gij zijt mijn paleis binnen gedron
gen, George Malcolm, het zal uw
graf zijn.
Gelooft gij dat?
Doorgal gaf geen antwoord, maar
hij sprong naar het tafeltje toe en
hief de hand op om te schellen,
doch de jonge Engelschman had
hem reeds in het vizier en zijn re
volver hield Doorgal in bedwang.
Doorgal-Sahib, nadat gij op
het ontdekken daarvan briefport
toegepast en geadresseerde in reke
ning gebracht wordt. (Z>.)
Omtrent den te Amsterdam ge
vangen genomen heer Tobias, vader
van de beide voortvluchtigen, meldt
men, dat de rechtsingang werd ver
leend wegens de verduistering- van
eene som van f 65,000, vóór een paar
jaar den heer T. ter hand gesteld
om te beleggen in hypotheken en
verder te administreeren. De renten
werden uitbetaald, maar het kapi
taal is zoek.
Dinsdag ochtend verzocht een man
in den winkel van Sinkel te Am
sterdam, namens de manufacturiers
Hemmers Wellmann eenige stalen
voor een kostuum en een lap kam-
garen op zicht te mogen hebben.
Het gevraagde werd hem meege
geven; maar omdat men den man
niet kende en niet vertrouwde, werd
hij door een der bedienden gevolgd.
Iiij ging werkelijk hij de firma H.
W. in huis; nu was de zaak in
orde dacht men. Integendeel, den
volgenden ochtend kwam men tot
de overtuiging dat men met een
behendigen oplichter had te doen
g-ehad. Tot heden is de oplichter
niet ontdekt. {Politienieuws.)
Men herinnert zich misschien dat
voor eenigen tijd door B. en W. tot
enkele buitenlandsche machine-fa
brieken de uitnoodigiug gericht is
om in te schrijven tot de vervaar
diging der hydraulische inrichtingen
aan de handelskade te Amsterdam.
Het heette dat hier te lande geen
fabrieken bestaan, die degelijk werk
zouden kunnen leveren.
De heer Van der Made deelde
echter Vrijdag avond in de Kamer
van Koophandel mede, dat onder de
uitgenoodigde buitenlandsche fabrie
ken ook voorkomen, die, omdat zij
dergelijke inrichtingen niet kunnen
vervaardigen, tot de Fabriek van
stoom- en andere werktuigen alhier
de vraag' gericht hebben, of men
genegen was de machines dè&r te
maken. {T.)
Zaterdagmiddag omstreeks kwart
voor éénen overkwam den heer S. te
Leiden, die met twee jonge paarden,
voor een brik gespannen, op de Bree-
straat reed, het ongeluk dat de wa
gen kantelde tengevolge van het
aftoopen van een wiel, door welken
val de heer S. één zijner beenen
kneusde en bij Café Neuf werd in
gedragen, waar hem de eerste ge
neeskundige hulp werd verleend.
Den anderen heer S., die mede in
het voertuig zat, gelukte het de op
hol zijnde paarden nog zoodanig-te
sturen, dat zij voor de trappen van
het stadhuis moesten staan blijven.
Toen het rijtuig omsloeg, werd het
voorste gedeelte er van tegen een
aldaar staanden lantaarnpaal ver
brijzeld. LD.)
Gisteren hij het naar zee gaan van,
de haringschuiten te Scheveningen,
waren eenige jongens aan het plas
sen, waarhij een hunner eensklaps
in de diepte zonk. Gelukkig dat dit
van het strand werd bemerkt en een
man geheel gekleed te water liep,
die het geluk had den jongen te
grijpen en behouden aan land te
brengen.
bevel van prinses Djella mijn vader
hebt helpen vermoorden, en getracht
hebt mij om het leven brengen,
hebt gij ook gedacht mij mijne bruid
te ontrooven, als een sieraad voor
uw harem, maar nu zijn de rollen
omgekeerd. De Voorzienigheid heeft
een einde aan uwe misdaden ge
maakt. Gij gaat sterven en door
mijne hand zult gij sterven!
Dit zeggende drukte hij af en trof
den radjah midden in de borst.
Doodelijk getroffen zeeg Doorgal
ineen, maar hij had nog de kracht
om met een heilloozen glimlach op
zijne stervende, met bloedig schuim
bedekte lippen uit te roepen
Ik sterf maar ik sterf ge
wroken gij zijt verloren, George
Malcolm.
{Wordt vervolgd.)