nieten gegeven, waarvoor wij hun dank verschuldigd en wier heerlijke kunstgaven ons steeds welkom zul len zijn. De avond werd besloten met «het soldatenkoor uit de Faust» van Gou nod, dat wij tot dusverre nog van geen liedertafel hier ter stede hoor den en welk stuk met veel animo en vuur werd gezongen. Ontegenzeggelijk is het, dat deze avond weder blijken heeft gegeven van de bekwaamheid, waarmede de heer Robert zijne liedertafel bestuurt, en, komt den leden lof toe voor hunne welgeslaagde pogingen, niet minder brengen wij hulde aan den ijverigen directeur. Onze stad is dezer dagen ver rijkt geworden met eene zeer nut tige instelling. Door den heer N. van den Sleen is n.l. een laborato rium voor scheikundig en microsco pisch onderzoek van voedingsmid delen enz. opgericht in de Alexander- straat No. 2. Ook andere steden van ons land bezitten dergelijke inrich tingen. Genoemde heer is als eerste adsistent vier jaren lang werkzaam geweest aan het chemisch laborato rium van de universiteit te Am sterdam. Aan het Departement van ma rine te 's-Hage werd gisteren aan besteed: de levering van onderschei dene benoodigdheden ten behoeve van het korps mariniers. Als minste in schrijver komt o. a. in aanmerking: Perceel 1, chevron galon enz., de heer D. Merens alhier, voor f3573. Z. M. de Koning heeft in de orde van den Nederlandschen Leeuw be noemd tot grootkruis den heer Méline, minister van landbouw in Frankrijk; tot ridders de heeren: Morière, deken der faculteit van wetenschappen en hoogleeraar in den landbouw te Caen; Florimond De- prez, landbouwer te Capelle, depar tement van het Noorden, en Henry, afgevaardigde en lid van den Raad van landbouw en paardenstoeterij. De Commissie te Amsterdam tot tijdelijke werkverschaffing be richt, dat de aanvragen om werk sterk toenemen en nu reeds het cij fer van 3441 bedragen. Het vraag stuk om voor zoovel en werk te vin den, wordt hoogst moeielijk. Giste ren zijn weder 150 man te werk gesteld, doch meer dan 2000 moeten hun beurt afwachten. Het cijfer der ingekomen giften is tot f 100.000 geklommen. Er heeft zich te Alkmaar, eene vereeniging Alkmaar s Arbeidersbe lang gevormd, welke zich voorstelt de zaak der werklieden te beharti gen en voor te staan. Het denk beeld is uitgegaan van eenige werk bazen. William E. Bear schrijft aan de Times onder het motto«De voorgenomen inval der Hollanders» dat zij die uit Nederland Londen van melk willen voorzien, wel zul len doen de en-gros prijzen te be- studeeren. Zij gronden hunne be rekeningen op het erlangen van 21/4 d. per liter, die de Engelsche land bouwer levert voor l3/4 d. in de lente en den zomer en voor 2 d. in herfst en winter; vracht betaald. De landbouwer maakt 7 d. tot 11 d. per gallon voor melk, vrij aan een station te Londen geleverd, en volgens den heer Bear is die melk beter dan van Hollandsche koeien, die door eene hoeveelheid, niet door de hoedanigheid van de melk ver- Drie sekonden waren voor de gen darmen voldoende om den grijsaard stevige boeien om de gewrichten vast te klinken. Deze liet zich alles zonder den minsten tegenstand wel gevallen. Zijn blik was weder even star en wezenloos als vroeger, en zijn bleek gelaat vertoonde weder de rustige sufheid van zooeven te voren. Wat een onhandige medehel per prevelde de rechter van in- struktie. Hij kent niet eens zijn rol meer! Maar kom, het zal wel goed gaan, dit zal het proces in nog grootere spanning doen te gemoet zien. Sta op, mijnheer, zeide toen de prokureur des konings tot de Vezay, het doel dat gij meendet te bereiken, is mislukt! Maar de graaf richtte zich niet op, en daar bestond reden voor. De prokureur, die zich over deze aan houdende roerloosheid verbaasde maardheid hebben, 't Is volgens den schrijver de vraag, of Engelsche landbouwers niet met meer voordeel Amsterdam kunnen voorzien, dan de Hollanders Londen. Reeds sedert eenige dagen had het te Amsterdam de opmerkzaamheid getrokken, dat herhaaldelijk in de buurt der Muidergracht, Weesper- straat en straten en grachten in die omgeving gevallen voorkwamen, dat huisgezinnen, na het gebruik van suiker bij de eene of andere spijs, door ongesteldheid overvallen wer den, die gepaard ging met brakin gen en ingewandspijn. In eene fami lie van 10 personen o. a. en in an dere groote huisgezinnen, waren in de laatste dagen allen hevig onge steld geworden. Arsenicum-vergifti ging werd geconstateerd. Het bleek toen, dat allen eene soort bastaardsuiker kochten bij den kruidenier T., in de Weesperstraat, en een scheikundig onderzoek bracht aan het licht, dat dit voedingsmiddel een genoegzame hoeveelheid arseni cum bevatte, om als oorzaak te kunnen worden be.-chouwd van de ongesteldheden. Hoe deze gevaarlijke zelfstandig heid in de suiker is gekomen, is vooralsnog een raadsel, dat de po litie, die natuurlijk een scherp on derzoek heeft ingesteld, nog moet oplossen. Zeker schijnt het echter te zijn, dat van die gevaarlijke suiker ook bij andere kruideniers is ver spreid, zoodat het geraden is, voor- loopig bij het gebruik van bastaard- suiker voorzichtig te zijn. De geheele voorraad bij den heer Tas die natuurlijk aan het ge val onschuldig is werd in beslag genomen. Hbl Zaterdag avond, of in den nacht van Zaterdag op Zondag, is bij eene koffiehuishoudster in de Oudekennis- steeg, te Amsterdam, een gouden armband met juweeleu, f 300 aan bankbiljetten, omstreeks f 50 aan geld en eene schildpadden portemon- naie gestolen. Men verdenkt hiervan een Duit- scher, Heinrich Muller, klein van gestalte en gekleed in donkerblauwe winterjas met fantasiehoed, en hem vergezellende vrouw, Anna Jollen, eveneens klein, bleek van gelaat en in donkeren regenmantel met zwar ten hoed gekleed. Zij logeerden een paar nachten in een logement in de Warmoesstraat, maar zijn onver wachts weggebleven. (Amst.) De stadsarchitect, de heer Bastiaan de Geef Janz., herdacht eergisteren de dag, waarop hij vóór 50 jaar ge leden in dienst van de stad Amster dam trad. Onder zijne leiding ge schiedde de verbouwing van den stadsschouwburg, het gasthuis, ver schillende schoolgebouwen, politie bureau^, brandweerkazernes, enz. De jubilaris ontving op zijn feest een fraaien lauwerkrans, benevens een album met zilveren inscriptie en de portretten van zijne collega's aan de afd. Publieke Werken. Voor een paar weken had de meesterknecht van den pelmolen «De Bootsman te Zaandam het ongeluk, bij het luien met zijn duim tusschen een lijntje bekneld te geraken, waar door hij met geweld in de hoogte werd getrokken. Toen hij weder op zijne voeten terechtkwam, deed hij de ontdekking, dat het bovengedeelte liet hem door de gendarmen optil len en zag tot zijn schrik, dat op zijn gelaat al de teekens eener be roerte aanwezig waren. Zou hij in zijn eigen netten verward zijn geraakt?vroeg zich de prokureur af. Alles wat hier voorvalt is zonderling! Evenwel was spoed een eerste vereischte. De pols van den graaf klopte zwak. Elk oogenblik kon de dood zijn werk voltooien. Toevallig was de Tesselières eenigermate met heelkunde vertrouwd. JËj sneed met een pennemes de jas en de hemds mouwen van den grijsaard open, verscheurde een zakdoek om wind sels te maken en met behulp van dit pennemes, dat hij als lancet be zigde, prikte hij in den gezwollen ader. Eerst kwam het bloed bij drop pels te voorschijn. Toen stroomde bet in dikke stralen langs den arm. Eindelijk spatte het met buitenge wone heftigheid. van zijn duim, met eene daaraan verbonden pees, van de hand was afgerukt. Hoewel de geneeskundige hoop gaf, dat het geval geen al te ernstige gevolgen zou hebben, werd de toestand van den arm in de af- geloopen week van zoodanigen aard, dat met tot de afzetting van genoemd lichaamsdeel tot aan den elleboog moest overgaan. Bij de politie te Anna Paulowna is, blijkens de N. NH., aangifte gedaan van de volgende aanranding Toen jl. Zaterdagavond, omtrent 6 uur, zekere J. v. B. zich van de Van Ewijcksluis naar zijne woning op het Breezand begaf, voorzien van zijn verdiend weekgeld en een zak met boodschappen, werd hij op den Stoomweg bij de brug over de Kromme Tocht door iemand aange sproken, die hem om tabak vroeg, 't Scheen hier echter niet om te doen te zijn, want onmiddellijk daarna werd hij, met bedreiging, om geld gevraagd, "v. B. pakte daarop den aanrander beet, en wierp hem over de brug te water. Hierop schoot een tweede toe, die v. B. een slag wilde geven; deze ontweek dien en gaf den tweeden onverlaat een pak slaag. Deze vond het daarop geraden zich uit de voeten te maken, gevolgd door zijn makker, die inmiddels op het droge gekomen was. v. B. nam zijn zak weder op en toog huiswaarts. Volgens zijne opgaafhadden beide kerels zich zwart gemaaktde eene had een gladde pet op met een stormband om de kin, de andere droeg een rond hoedjebeide hadden korte jassen aan en zagen er vrij fatsoenlijk uit. De politie doet ijverig onderzoek. Eene vrouw te Bennekom is door den kantonrechter te Wageningen veroordeeld tot eene geldboete van f 100 of 1 maand gevangenisstraf, wegens «tirassen», dat is het be machtigen van patrijzen (bij nacht) met netten. Uit Rilland meldt men: De daggelden der arbeiders in de Engelsche polders zullen van 90 cent op 80 cent worden gebracht, ten gevolge van den drukkenden toestand des landbouws. De 's Bossche Ct. vermeldt het volgende vermakelijke staaltje van misverstand. Een gegadigde voor den post van veerschipper meldt zich aan. Onder meer wordt hem gevraagd: Gebruik je wel eens 'n glas jenever? Wel meneer, als ik je niet ontrief, met plezier. Neen, 't wordt je niet aange boden ik vraag je: Gebruik je wel eens jenever? Gisteren ochtend is te Etten en Leur van den goederentrein no. 702 een gedeelte afgebroken, doordien er 4 wagens ontspoord waren. Het voorste gedeelte stoomde door naar Breda. De lijn is versperdalle trei nen van Vlissingen en Antwerpen moeten over Zwaluwe Lange weg naar Breda gaan. De oorzaak der ontsporing is nog onbekend. De gewezen onbezoldigde rijks veldwachter Yisser uit Weel, ver oordeeld tot twee jaren cellulaire gevangenisstraf wegens het afleggen van een valschen eed in een boet- De Vezay was gered, ten minste voor het oogenblik, want bijna ter stond gaf hij blijkbare teekenen, dat hij tot het leven terugkeerde. Zijn oogen openden zich half, zijn lippen bewogen zich. Maar zijn blik bleef wezenloos en er kwam geen woord meer over zijn lippen. Gewis, de beroerte was nog niet geheel en al geweken en de ver standelijke vermogens van den graaf waren zooal niet verdwenen, dan toch verbijsterd! De prokureur des konings stelpte zooveel mogelijk het bloed. Er viel niet aan te denken de Vezay naar het rijtuig te voeren. De sekretaris des rechters van instruktie werd ge last om de koets te gaan halen, en hij verscheen weldra met de kales. Men zette de Vezay op de kussens en liet hem achteruit rijden. In zijn toestand was de tegenwoordigheid van twee gendarmen volkomen over bodig. Men beval hen diensvolgens schuldige zaak en die gisteren zich in arrest moest begeven, is naar men verneemt voortvluchtig. Tusschen Winterswijk en Bochold (Pruisen) werd eergisteren aan den openbaren weg een afgesneden men- schenhoofd gevonden, terwijl in eene sloot het overige gedeelte van het lichaam in twee stukken gesneden, lag. De Nederlandsche en Duitsche politie-beambten zijn ijverig aan het opsporen van de daders van dit gru welstuk. GEMENGD NIEUWS. Als het volgende niet mede gedeeld werd door personen als de secretaris van het betrokken zieken huis, mr. Arthur Reade, en den dok ter van het gesticht, zou men wel licht bezwaar maken, het te geloo- ven. Jl. Dinsdagavond vóór 8 dagen kwam in het Charing-Cross-hospi- taal te Londen een kleine hond, die zijnen gekwetsten voorsten poot op hief, blijkbaar verzoekend in 't huis toegelaten te worden. Toen men het dier in de zaal had toegelaten, sprong het op eenen stoel en hield den be- handelenden geneesheer zijnen poot voor. Nadat de dokter het verwonde deel verbonden bad, likte het dier zijnen weldoener de handen, en gaf door blaffen zijne dankbaarheid voor den bewezen dienst te kennen, en wel zóó sterk, dat men genoodzaakt was den hond weg te jagen. Den volgenden dag vertoonde zich de hond-patient weder aan de deur van het ziekenhuis, en is sedert dien dag een regelmatige «buitenpatiënt» ge worden. Ontdekkingsreis in Baffins- land. De Duitsche geleerde dr. F. Boas, die in de maand Juli van het vorige jaar naar Baffinsland vertrok, is den 7den September 1884 gelukkig te St. John, op Newfound land teruggekomen. Volgens een voorloopig bericht, dat bij zijne schetskaart gevoegd is, heeft dr. Boas eene meer dan 800 Duitsche mijlen lange, geheel onbekende kuststreek onderzochtop die schets is de gedaante van het tusschen de Cumberland-sound en de Davis- straat gelegen land geheel anders,dan het op de gewone kaarten aangege ven is. Een officier der Pruisische in fanterie te Kassei, ontving dezer dagen het bezoek van eene dame uit zijne vorige garnizoensplaats, die hem 'kwam vragen, of hij overeen komstig zijne beloften thans geneigd was haar te huwen. Toen de officier een ontwijkend antwoord gaf, loste de dame twee schoten uit een re volver, die hem aan heup en voet kwetsten. Daarop richtte zij het wa pen tegen zichzelve en schoot het af, maar ook hare kwetsuren zijn niet gevaarlijk. Twee buurvrouwen en haar hondjes te Parijs. Er is niets zeldzaams in, dat twee huurders, wier appartementen op hetzelfde por taal uitkomengeen kennis met elkaar aanknoopen; zelden of nooit daarentegen blijft een kennismaking uit tusschen de aan weerskanten ge domicilieerde hondjes. De schaduwzijde van die goede buurschap der hondjes is, dat hun respectieve eigenaren daardoor wel eens tot het wisselen van leelijke woorden, vervolgens van klappen, en ten slotte voor de rechtbank ge bracht kunnen worden. In het onderwerpelijk geval heeft om zich een wagentje aan te schaf fen, ten einde den idioot naar Tours te brengen, waarbij zij tot geleiders moesten verstrekken. Vervolgens steeg de Tesselières met den rechter van instruktie in het rijtuig. De sekretaris nam naast den koetsier op den bok plaats. Ge durende den rit spraken de rechters aanhoudend over het voorgevallene en maakten duizenderlei gissingen, die volstrekt der waarheid niet nabij kwamen. Zoodra graaf de Vezay zich op nieuw in de kamer, die hem op het paleis van justitie tot verblijf diende, bevond, liet de prokureur des konings een geneesheer halen. Deze keurde ten zeerste de aderlating goed, waaraan de grijsaard, zooals hij er bijvoegde, het leven verschul digd was. Hij verklaarde dat de spraak- en de verstandsvermogens van den graaf vooreerst verlamd waren en nam juffrouw Thomas een aanklacht in gediend tegen juffrouw Bonenfant wegens beleedigingen, en heeftjuf- frouw Thomas een aanklacht inge diend wegens beleediging en feite lijkheden. Daar zitten zij nu tegenover el kaar; 't is of zij elkaar met de oogen willen verslinden, en, nu de zaak wordt voorgeroepen, wedijveren zij met elkaar, wie de hevigste gebaren zal maken, en wie het eerst het woord zal voeren. Voorzitter. «Ik heb nog niemand het woord verleend. Ik verzoek u dus beiden, rustig te gaan zitten. De eerste zaak is die van juffrouw Thomas tegen juffrouw Bonenfant. Daarmede zullen wij dus beginnen.» Juffrouw Thomas. «Aldus mag ik nu spreken?» Voorzitter. «Ja, maar maak het wat kort.» Juffrouw Thomas. «Dan wil ik u maar alleen vertellen, dat, nu zoo wat vijftig jaren geleden Voorz. «Als ik u verzoek, het kort te maken, bedoel ik niet, dat gij het van zoo lang geleden zult ophalen.» Juffr. Th. «Nu dan: ik wilde u maar alleen vertellen, dat ik een hondje in huis heb, dat ik wel een familiebeest mag noemen, aangezien wij met ons beidjes mijn arme moe der haar oogen gesloten hebben. Dus kan u best begrijpen, hoe sterk ik aan mijn hondje gehecht ben, en dat ik voor geen geld ter wereld zou willen, dat hij slechte kennissen zou opdoen. Nu, ik leefde met mijn hondje rustig en wel, toen daar, nu zes maanden geleden, hier de juf frouw aan de overzijde van het por taal kwam inwonen. Daar ik haast nooit uitga, had ik niet gemerkt, dat zij er een hond op nahield, een leelijke teef...» Juffr. Bonenfant. «Zeg, als ik je verzoeken mag, spreek, alsjeblieft geen kwaad van mijn hondje! Dat is heel wat liever beestje dan uw hond.» Juff. Th.: «Nu dan: sedert hier de juffrouw daar was komen wo nen, begon Ernest, die vroeger al tijd zoo stil en fatsoenlijk was ge weest Voorz.: «Wat heeft Ernest hierbij te maken? Is dat misschien uw zoon?" Juffr. Th.: «Vraag excuus, mijn heer de president! Ernest is mijn hondje! dien naam heb ik hem ge geven ter herinnering aan een broer van mij, die in den bloei van zijn jaren gestorven is. Ik wou dus zeggen, dat hij tegen de deur be gon te krabben. Ik, niet beter den kende, of het stomme diertje wou voor de zindelijkheid op straat, maak te hem de deur open, en daar kreeg ik dien leelijken hond te zien En van dien dag af riepen ze me kaar eiken ochtend door de deuren heen." Voorz. «Maar kom nu tot de fei ten, waarover gij u beklaagt. Juffr. Th. «Dat is eenvoudig maar dit: op een goeden avond ontziet hier de juffrouw zich niet, mij te zeggen«Jij bent zeker een gemeen wijf, dat je voor jouw bond telkens de deur opendoet, zoodra hij mijn hond hoort.» Toen werd ik toch zoo boos, dat ik de hand tegen haar ophief; maar geslagen heb ik haar niet. Voorz. «Zij beweert toch van ja!» Juffr. Th. En ik betuig van neen I» Voorz. tot juffrouw Bonenfant. «Erkent gij, juffrouw Thomas voor gemeen wijf gescholden te hebben? Juffr. B. «Dat's te zeggen, nooit in haar gezicht; misschien heb ik bet bij mijzelf gezegd, maar niet hardop, dat kan ik bezwerenEn al had ik het gezegd, dan was daar reden genoeg voor.» Als getuige wordt de concierge gehoord. Zij verklaart op den aange- het niet op zich, er voor in te staan, dat deze verlamming weldra zou ophouden; iets wat hem echter niet geheel en al onmogelijk toescheen. Twee uur later kwam een kar, door een mageren hit voortgesleept, aan den deur der gevangenis. Men haalde er den vagebond uit en bracht hem hier voorloopig in be waring. Hij moest den volgenden dag het eerste verhoor ondergaan. {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1884 | | pagina 2