waarop hier te lande gevangenen, die zich goed gedragen, behandeld worden. Hij verklaart dat iemand, die het portret der gevangene heeft gezien, haar daaruit niet herkennen zal. Vooral was hij getroffen door hare groote blauwe oogen en door de weelderigheid van haar blonden haardos. Daar men haar de haar spelden heeft ontnomen, heeft zij een lok van weerszijden boven op het hoofd saamgebonden.maar verder golft het haar over den rug. Door de wonden, welke zij zich in den linker-voorarm heeft toege bracht, is die arm nog stijf geble ven. De geneesheer beweert echter, dat geen zenuw sterk beschadigd is. zoodat die stijfheid niet blijvend zal zijn. De verslaggever deelt, onder eeni- ge andere bijzonderheden ook nog mede, dat het meubilair in Jeanne's woning eigendom was van haar vader, die het, bij haar vertrek naar 's-Hage, daarvoor had afgestaan. In een der nauwe «scheuren» te Amsterdam, die soms tal van huis gezinnen een verblijfplaats moeten verschaffen, werd zoo vertelt de Amst. Courant in den nacht van Maandag op Dinsdag een bloedig drama afgespeeld. 't Was in de Gooijersteeg, aan den O. Z. Voorburgwal, waar de 65jarige schoenmaker J. van der Pels, met zijn ongeveer 5 jaar jongere vrouw, Kaatje, woonde. Des nachts om 2 uur toen een porder aldaar zijn ge wone ronde deed, vond hij beneden aan de trap der woning van Van der Pels het ontzielde lichaam van diens vrouw liggen. Onmiddellijk heeft hij de buren gewekt; een re chercheur der politie komt en be geeft zich naar het woonvertrek van den schoenmaker. Hetgeen hij daar ziet, overtuigt hem spoedig dat hij zich ter plaatse bevindt, waar kort te voren een verschrikkelijk tooneel moet hebben plaats gevonden. Wel zijn van den vloer de bloedsporen zooveel mogelijk verwijderd, doch het bloed aan de wanden van het vertrek en aan de handen en klee- ren van Van der Pels laten bijna geen twijfel over of hij bevindt zich in tegenwoordigheid van een moor denaar. Ook de buren, die mede naar bo ven zijn gegaan, deelen dit vermoe den, dat door hunne verklaringen nog wordt verzwaard. Bijna dage lijks had het echtpaar twist, meer dan eens uitte Van der Pels tegen zijn buren bedreigingen, gericht aan het adres van zijn vrouw en zoon. Deze laatste verliet daarom de ouder lijke woning en vestigde zieh elders. In den nacht van Maandag op Dinsdag 't was ongeveer één uur hoorde een der buurvrouwen weder een ergen woordentwist, die een noodlottig einde schijnt genomen te hebben. «O Jezus, help me!» hoorde ze uit Kaatje's mond, daarna de doffe dreun van een vallend lichaam, en alles was stil, tot ze eenigen tijd later een lichaam van de trap hoort vallen. Een angstig gevoel maakt zich van haar mees ter, ze vermoedt dat er iets ver schrikkelijks moet zijn gebeurd, maar ze durft niet naar boven om zich hij verstaat die kunstslim als een vos laat hij altijd anderen de kas tanjes uit het vuur halen, mij vooral draagt hij die mooie baantjes op. Ik weet alles, voor mij heeft hij geen geheim. Voor mij ook niet, zeide Frederika, die zich met moeite op de kussens van de sofa omdraaide. Weet ge nog hoe ik dat kleine wurmpje voortsleepte Het was ver duiveld koud, ik dacht dat het on derweg zou bevriezen. Je hebt me toenmaals niet lang behoeven te smeken hè?Breek dien zilverkop (een flesch wijn) nog maar eens den hals, Balthasartje, riep zij, een weinig vriendelijker. Zoo, dui vels, hoe veel heb ik daartoe ook voor gekregen. Drie duizend thalers, liederlijk sujet! En hoeveelkreeg jij voor je brandstichting? Mijn man heeft je des nachts om het huisje zien rond sluipen Geen cent.! Zij deed een ruwen lach hooren, die bewees dat hare dronkenschap bijna het toppunt bereikt had. van de waarheid van haar vermoe den te overtuigende vrees voor den woesten Van der Pels houdt haar in hare woning opgesloten, 't Was toen dat de porder op zijn tocht het lijk vond. Van der Pels werd onmiddellijk op vermoeden de bedrijver te zijn der verschrikkelijke daad, in hechte nis genomen en naar het politie bureau in de Oudebrugsteeg ge bracht; het lijk is ter gerechtelijke schouwing naar de celgevangenis vervoerd. In tegenwoordigheid van den commissaris van politie behield Van der Pels zijn kalmte. Bij het lijk gebracht, antwoordde hij toen hem gezegd werd: «Ziedaar uw slachtoffer,» «Daar weet ik niets van.» Hij ontkent elk aandeel aan den dood zijner vrouw, hij heeft, zegt hij, haar uitgezonden om een borrel te halen, en verder weet hij van niets af. Met welk voorwerp de ongelukkige om het leven is ge bracht, is nog onbekend, vermoede lijk is haar met een veger de nood lottige slag op het hoofd toegebracht. Het HMad meldt nog nader dat Van der Pels, ten vorigenjare, door de rechtbank wegens moedwillige verwonding op zijn vrouw gepleegd, tot 45 dagen celstraf is veroordeeld geweest. De eerlijkheid is de wereld niet uit. Een heer die haast had kocht bij den tramkaartjes-verkooper, tronen de in een karretje naast de kiosk op het Leidscheplein, te Amsterdam een kaartje en vloog op den nade renden wagen. Uren later miste hij een goud tientje en hij haastte zich naar het Leidscheplein, om te zien of de man in het karretje 't wellicht bij ver gissing had ontvangen. Reeds in de verte zag hij een goudstuk glinsteren in de hand van den arme, die den heer zag aanko men en blijde was het te veel ont- vangene te kunnen teruggeven. De man had natuurlijk toch een goeden dag. ACt.) Het stelen van oorbelletjes, waarvan men sedert eenigen tijd niet veel meer gehoord had, is in de laatste dagen te Amsterdam weder druk in praktijk gekomen; thans is weder het slachtoffer geweest een Sjarig meisje, dat Maandagmid- door hare moeder naar school in de Haarlemmer-Houttuinen werd gezonden, en van daar door eene tot nog toe onbekende vrouw werd medegenomen naar het Wes terdok, waar het kind een paar centen kreeg om kersen te koopen dit geschenk kwam de kleine echter op het verlies der gouden sieraden te staan, waarmede de geefster zich verwijderde. Te Zijdenwind (gem. Oude-Nie- dorp) is een knaap van 8 jaren, die buiten weten zijner ouders was gaan visschen, in het water gevallen en verdronken. De 20jarige dienstbode uit Schie dam, wier opsporing in Politie blad werd gevraagd, is bij hare ouders teruggekeerd. Het is den boschwachter Snoek gelukt in de Scheveningsche boschjes weder een van die personen aan te Dat mag de duivel gelooven. Kom niet dicht bij mij. Voort leelijkert! Balthasar had zich met ongeloof lijk veel moeite van de tafel naar de sofa begeven, een half gevulde flesch in de hand houdende Frederika Sterling wachtte den aan val niet af. Zij sprong als een be zetene op en sloeg naar den bedien de. Nu zal ik je juist in't tucht huis brengen, en voor mijn part de graaf er bij! Los! het kind is toch dood! Zoo kunnen jelui allen naar den duivel loopen. Hebt ge mijn neus aan bloeden geslagen, uitte zij nog nauwelijks verstaanbaar. Zij worstelden met elkander, het bloed steeg hen al meer naar 't ver hitte hoofd en kleurde hunne trek ken met een afschrik wekkende,blauw roode kleur, hun ademhaling werd bemoeilijkt, een stoot volgde, daarna een zware, doffe val. Heinrich kon zich niet langer be dwingen; hij rukte de deur open. Frederika lag lang uitgestrekt en rochelende op den grond, over baar lichaam gebogen stond, met een on- beteekenend lachje om de lippen, de kamerdienaar van den graaf. Hij houden, die het de dames lastig maken; acht dagen geleden arres teerde hij een man, die zich aan hetzelfde vergrijp had schuldig ge maakt. Gisteren namiddag ten 6 uur is uit het want van de stoomboot Me- lita, nabij Maassluis, een Zweedsch matroos gevallen. Met gebroken scheenbeen en verdere inwendige verwondingen werd hij per roeiboot naar Maassluis vervoerd, waar hij, na voorloopige geneeskundige be handeling, naar eene voor gewonden bestemde plaats aldaar is vervoerd, daar hij niet meer naar het Zieken huis te Rotterdam kon worden ge bracht. Men vreest voor zijn leven. Dienzelfden middag is aan boord van het barkschip Quebecliggende aan de Petroleumhaven te Amster dam, een jong matroos door het breken van een paard uit de bramra op het dek gevallen en onmiddellijk daarna overleden. Uit Oudenbosch wordt van 22 Juli gemeld: Gisteren had alhier een onderzoek plaats naar het ongeluk, dat den 19jarigen werkman J. van Domme len laatstleden Vrijdag in de on middellijke nabijheid van het station alhier trof. Het is gebleken dat hij, op eenen nog in beweging zijnden ballasttrein willende springen, het ongeluk had te vallen. De wagens gingen hem over beide beenen, die verbrijzeld werden. Aanvankelijk in het gasthuis al hier verpleegd, werd hij des avonds naar Rotterdam vervoerd, waar hij bezweek. Het vermoeden bestaat, dat een brand, die in den nacht van Maan dag op Dinsdag laatstleden den molen van den heer P. Hoogendam te Hillegersberg in asch legde, aan kwaadwilligheid moet worden toe geschreven. Eergisteren werd zekere L. v. d. T., die zich tevens al te verant woorden heeft omtrent diefstal, door de politie aangehouden en na een langdurig verhoor te hebben onder gaan, naar de cellulaire gevange nis te Rotterdam gebracht. Dinsdagnamiddag is te Meerkerk bewusteloos op den weg gevonden en jongen van 15 a 16 jaren, slank van gestalte, met kort blond haar, gekleed met zwart buisje en zwart lakensche pet, rechte klep, grijze wollen kousen en oude vetlederen schoenen. Hoewel later tot bewustzijn ge komen zijnde, weigert hij bepaald te spreken en zijne herkomst mede te deelen. De burgemeester heeft hem in bewaring doen stellen en doet on derzoek naar zijn woonplaats. Te Elten zijn twee koeien van den landbouwer F. onder den goederen trein geraakt en geheel vermorzeld. Gisterenavond te 8 uur werd in den trein UtrechtAmsterdam een bosch brand waargenomen tusschen de stations Weesp en Naarden Bussem, op ongeveer een kwartier afstand en zuid-oostelijk van wacht- fluisterde al door: Nu leg, leg stil en zwijg! Heinrich zag niet zonder vrees het vertrek in de rondte, waarin de atmosfeer, door de sterke wijn- lucht, bijna onverdragelijk was ge worden, ledige flesschen bedekten den grond, halve en nog geheel ge vulde stonden op de tafel, over het laken waarvan stroomen wijns zich een uitweg baanden en langzaam op den grond neerdruppelden. Balthasar, zeide Heinrich, na een lange pauze, in welke hij de overeenkomst met deze gebeur tenis en Frederika's heimelijk ver dwijnen in verbinding bracht. Bal thasar, kent gij mij? De toegesprokene zag niet op. Thans zwijgt zij zij zwijgt de graaf zal zeer - zeer tevreden zijn, stamelde hij. De graaf gaf u de opdracht die vrouw hier dronken te maken vroeg Heinrich, zoo kalm als zijne opgewondenheid hem zulks toeliet. Dronken, en doodgrijnsde de kamerdienaar. Leg nu, ik ga weg en, sluit de deur, er is dus niemand geweest! Verstaat gij? huis 16. Nadere bijzonderheden ont breken. Te Tiel werd in den nacht van 21 op 22 dezer, ongeveer 117» ure, even buiten de kom der stad, in een sloot een drenkeling gevonden. De heer mr. F. Uittenboogaart, rechter in de arrondissements-rechtbank al daar, bijgestaan door anderen, bracht den drenkeling op het droge, en met veel krachtsinspanning en door toepassing der voorschriften, uitge geven door de maatschappij tot red ding van drenkelingen, mocht het genoemden heer gelukken den maa tot bewustzijn te brengen. In het Kamp bij Oldebroek is gis teren bij het houden der tactische oefeningen door het 1ste regiment veld-artillerie een affuit met kanon omgeslagen. De beide bedienings manschappen, die zich op het affuit kistje bevonden, geraakten er onder, met het noodlottig gevolg, dat de milicien-plaatsvervanger P. F. op de plaats dood bleef en de milicien- plaatsvervanger L. H. F. gekwetst werd en zijn rechterarm brak; de toestand van laatstgenoemde is niet direct levensgevaarlijk. Beide man schappen zijn van de 5de batterij van genoemd regiment, in garnizoen te Amersfoort Te Arnhem had iemand eene jonge lijster in eene kooi, doch bemer kende dat de lijster een vrouwtje was, liet hij haar in een der bosch jes van het plantsoen in vrijheid. De kooi werd. weder op dezelfde plaats gehangen en een ander vo geltje daarin geplaatst. Thans, na verloop van een 14 dagen, doet zich het eigenaardige verschijnsel voor, dat de in vrijheid gestelde lijster dagelijks haar vermeend recht op de kooi aan den nieuwen bewoner komt betwisten, door telkens tegen de tralies te vliegen en een ge schreeuw te doen hooren. Door den burgemeester van Ub- bergen wordt thans eene belooning van f25 uitgeloofd voor hem, die met zekerheid den overlaat aanwijst, die in den nacht van Vrijdag op Zaterdag jl. het paard van den land bouwer J. Masters in eene weide in den polder «de Ooij» onder die gemeente moedwillig heeft doodge stoken. Te Klundert viel Dinsdagnamid dag eene 19 jarige schippersvrouw over boord in het Hollandsche Diep. Haar man greep haar terstond bij een rok, doch hij mocht haar niet redden. Het kleedingstuk, dat ver moedelijk losgegaan was, bleef in de hand van den man achter. Te Oosterwijk is de laatste der aldaar woonachtige oud-strijders van Waterloo, Walterus van Opstal, in ruim 90jarigen ouderdom overleden. De aldaar wonende Metalen Kruis ridders, hoofdofficieren en minderen, brachten met eene talrijke schare den braven oud-gediende eene laatste hulde aan zijn graf. Men schrijft uit Breda van 22 Juni: Gisterenavond werd er in de be ruchte buurten alhier weer strijd gevoerd op leven en dood. Een twee- Hef de vrouw op, beval Heinrich met van toorn bevendestem. Hoewel ik ook thans hare ge tuigenis kan ontberen, zoo zal zij toch niet hier op den grond als een hond sterven. Pak aan, brandstich ter. Of zijn je handen plotseling machteloos geworden? Niet waar, thans kunt ge niet meer, zooals je toenmaals den kok verzekerdet, een zwavelstokje gebruiken op een ma nier, die zelfs Beëlzebub's moeder niet zou kunnen ontdekken. Je spel is uit, het tuchthuis wacht je, snoode zondaar. De vreeswekkende ernst gaf den ellendeling een gedeelte van zijne bezinning terug, hij begon luid te snikken. Ik deed slechts wat de graaf van mij verlangde, Romberg is dood, de dochters zijn verweesd, hij beminde Margaretha Romberg, en -Afschuwelijke misdadiger,beuls knecht van den graaf, gij zult mij deze bekentenissen herhalen in te genwoordigheid van Ferdinand Mer- feldt. Voort thans, ga liggen, slaap uw roes uit, want gij moet nuchter zijn wanneer ge tegenover den graaf tal vrouwen aldus heet het hadden haar «contract» verbroken, en vandaar een opstootje, zooals er nog zeiden hier te aanschouwen is geweest. De strijd werd heftig en er vloeide bloed bij stroomen, doch dooden zijn er, gelukkig, niet ge vallen. De politie heeft van het ge beurde proces-verbaal opgemaakt. Uit Moergestel wordt gemeld Dinsdagavond te U/s uur zag men alhier in de lucht den ballon staan, die te vijf uur in Den Bosch opgelaten was. De ballon daalde langzaam en kwam in een koren veld terecht omstreeks 8 uur. De luchtreiziger verklaarde, dat hij eerst van plan was geweest om bij een klein dorp neder te dalen, doch vreezende aldaar geen goede hulp te zullen erlangen, was hij weer hooger gestegen. De massa volk, die hier toege stroomd was, bood den luchtreiziger de noodige hulp bij het onttakelen en inpakken van zijn ballon, die toen geplaatst werd op een kar, welke hem naar het spoor te Oister- wijk bracht, daar de heer Lhoste gaarne nog 's avonds in Den Bosch wenschte terug te zijn. De eenige onaangenaamheid die hij ondervond was de hooge eisch van schadever goeding, die de boerin verlangde voor hare vertrapte rogge en spurrie, doch dat liep eindelijk, na veel heen- en weerpraten, nog al goed afde Franschman gaf drie gulden schadevergoeding. Vele personen waren hier 's mid dags op den toren geklommen, en door 't heldere weder konden zij dui delijk met den verrekijker de op stijging in Den Bosch zien, zoodat wij van den ballon meer genot hebben gehad dan de Bosschenaren zeiven. De geer Lhoste bedankte zeer voor de verleende hulp, en roemde de hulpvaardigheid van den Moer- gestelschen boer. Te Hom (Limburg) viel Dinsdag een daglooner zekere P. Nevels, oud 54 jaren, uit een kerseboom. Hij brak zijn nekbeen, en overleed eenige uren later. De ongelukkige laat een vrouw en 5 kinderen achter. Te Beesel (Limb.) is een 13-jarig meisje bij het plukken van kersen uit een boom gevallen. Zij was on middellijk dood. Te Horn viel de 54-jarige dag looner P. Nevels uit een kersen boom en overleed nog denzelfden dag aan de gevolgen. Te Heerlen maakte Dinsdag een landbouwer een goede jacht: hij ving 8 korenwolven (hamsters), een oude en zeven jongen. Om deze roovers machtig te worden was hij genood zaakt ruim een roede land om te spitten. Te Garmerwolde zijn door een hond twee vischotters gevangen. Uit Heerenveen. waar de rood vonk vrij erg heerschte, zond eene huismoeder goederen naar familie leden in Indië. Een brief, dezer dagen door haar uit Indië ontvangen, meldt, staat! Ja, inderdaad, slechts eenmaal heeft de graaf zich verrekend, toen hij op uwe vertrouwbaarheid bouwde en die eene maal breekt hem den hals Eer Heinrich den kamerdienaar op zijn bed zag nederploffen, bukte hij, om Frederika Sterling overeind te helpen. Hij mocht daarin, dank zij zijn herculischen krachten slagen. Zij rochelde niet meer, doch hare aanblik was des te verschrikkelijker. Een aanval van beroerte had haar aan de rechterzijde van haar lichaam verlamd, haar breede mond was ge opend en daaruit kwam de punt harer tong scheef en strak hangende te voorschijn. Met als 't ware glazen oogenwaarvau het wit bloedig rood zag, keek zij in het vertrek rond, de aderen aan hare slapen waren dik gezwollen, terwijl een blauwachtige kleur hare toch reeds afstootende trekken nog verschrik kelijker maakte. Van de zijde waar het bed stond, deed zich reeds het luide gesnork van haar deelgenoot in de gepleegde misdaad hoorenHeinrich verliet beiden, ten einde buiten de deur der kamer hulp te zoeken. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1885 | | pagina 2